J.G.H. Altena-Davidsen Mr. dr. J.G.H. Altena-Davidsen is universitair docent straf- en strafprocesrecht aan de Universiteit Leiden.
Citaties in dit artikel
Groenhuijsen, Knigge
Het onderzoek ter zitting (Onderzoeksproject strafvordering 2001 eerste interimrapport) , 1999
ReijntjesFranken, Woensel, van
Een rariteitenkabinet. Opvallende bepalingen in de strafwetgeving , 1993
Keulen
Daderschap en deelneming doorgelicht , 2010
Sinnige
De systematiek van de vermogensdelicten (diss. Groningen) , 2017
Dubelaar
Betrouwbaar getuigenbewijs (diss. Leiden) , 2014
Abels, Nijboer
Alternatieve bewezenverklaring in strafzaken
NJB , 1979
Mulder
Over alternatieven in de telastelegging
NJB , 1979
Jong, de
De macht van de telastelegging in het strafproces (diss. Groningen) , 1981
Melai, Groenhuijsen
Wetboek van Strafvordering, art. 261 Sv, aant. 17.6 (online, bijgewerkt tot 1 september 2016). E. André de la Porte, De telastelegging in strafzaken (diss. Leiden) , 1976
Boksem
Op den grondslag der telastlegging. Beschouwingen naar aanleiding van het Nederlandse grondslagstelsel (diss. Nijmegen) , 1996
Abels, Nijboer
Alternatieve bewezenverklaring in strafzaken
NJB , 1979
Mulder
Over alternatieven in de telastelegging
NJB , 1979
Abels, Nijboer
Tegen alternatieven in de bewezenverklaring
NJB , 1979
Mulder
Nog eens alternatieven in de telastelegging,
NJB , 1980
Abels, Nijboer
Alternatieven in de bewezenverklaring
NJB , 1980
Abels, Nijboer
Alternatieve bewezenverklaring in strafzaken
NJB , 1979
Mitsch
Karlsruher Kommentar zum Gesetz über Ordnungswidrigkeiten, München: , 2018
Download citeerwijze bij dit artikel
Onderwerpen
Juridisch > Strafrecht
Delen
Afdrukken
Downloaden als PDF
Meer over dit onderwerp
Heeft het hof nagelaten in het bijzonder de redenen te geven waarom het is afgeweken van het uitdrukkelijk onderbouwde standpunt van het openbaar ministerie?
SR Updates
Strafoplegging in strijd met artikel 9 lid 4 Sr, nu aan verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 386 dagen is opgelegd in combinatie met taakstraf van 150 uren, subsidiair 75 dagen hechtenis?
Is aan de verdachte het recht gelaten het laatst te spreken?
Kan uit de bewijsmiddelen volgen dat het besluit tot ongeldigverklaring bekend is gemaakt, dat de verdachte wist dat het rijbewijs ongeldig was verklaard en na de ongeldigverklaring van het rijbewijs geen ander rijbewijs is afgegeven?
Heeft het hof ten onrechte het verzoek tot aanhouding van de behandeling van de zaak afgewezen?
Heeft het hof ten onrechte een bijzondere voorwaarde gesteld die betrekking heeft op het meewerken aan controles door de politie?