Tbsh
Rss

Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving

Meer op het gebied van Strafrecht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 2, 2022 Alle samenvattingen uitklappen
Redactioneel

Het enkele gebruik van cryptophones als basis voor procesrechtelijke concepten

Trefwoorden cryptocommunicatie, redelijk vermoeden van schuld, recidivegevaar, EncroChat, cryptofoon
Auteurs D.A.G. van Toor PhD LLM BSc
SamenvattingAuteursinformatie

    De laatste jaren gebruiken criminelen veelvuldig dure cryptodiensten. In het redactioneel wordt beoordeeld of het enkele gebruik van een speciale cryptodienst voldoende is om een redelijk vermoeden van schuld en het recidivegevaar als grond voor voorlopige hechtenis aan te nemen.


D.A.G. van Toor PhD LLM BSc
D.A.G. van Toor PhD LLM BSc is als universitair docent verbonden aan het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het ­Montaigne Centrum voor Rechtstaat en Rechtspleging van de Universiteit Utrecht.
Artikel

Access_open De EncroChat-jurisprudentie: teleurstelling voor advocaten, overwinning voor justitie?

Trefwoorden EncroChat, cryptotelefoon, hackbevoegdheid, recht op een eerlijk proces, internationaal vertrouwensbeginsel
Auteurs Prof. mr. dr. B.W. Schermer en Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans
SamenvattingAuteursinformatie

    Dit artikel biedt een overzicht van de EncroChat-jurisprudentie, waar de auteurs zich met name richten op de onderzoekswensen van de verdediging. Daarbij worden eerst de details van de EncroChat-operatie uiteengezet. Vervolgens wordt op de bezwaren van de verdediging ingegaan met betrekking tot de rechtmatigheid van de onderzoekshandelingen in de EncroChat-operatie en de onderzoekswensen ten aanzien van de toegang tot de gegevens. Het artikel sluit af met een beschouwing van de bevindingen.


Prof. mr. dr. B.W. Schermer
Prof. mr. dr. B.W. Schermer is hoogleraar privacy en cybercrime bij het Centrum voor Recht en Digitale Technologie van de Universiteit Leiden (eLaw@Leiden) en partner bij juridisch adviesbureau Considerati.

Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans
­Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans is bijzonder hoogleraar inlichtingen en recht bij het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het ­Montaigne Centrum voor Rechtsstaat en Rechtspleging van de Universiteit Utrecht.
Artikel

Cryptofoons, privacyvriendelijke applicaties en het vermoeden van onschuld

Trefwoorden cryptofoons, vermoeden van onschuld, bewijslast, privacy
Auteurs Dr. S. Royer en R. Vanleeuw LLM
SamenvattingAuteursinformatie

    In dit artikel gaan de auteurs in op de draagwijdte van het vermoeden van onschuld in de Europese rechtspraak van het Europees Hof en zij passen die toe in de context van cryptofoons. Ook enkele vraagstukken die hiermee verband houden, zoals de rechtspraak over decryptiebevelen en het verbod op anonieme vooraf betaalde belkaarten, worden geanalyseerd. Tot slot beantwoorden de auteurs de vraag in welke mate geldende principes kunnen worden doorgetrokken naar de gebruikers van zogenaamde privacyvriendelijke applicaties, zoals Signal en Telegram.


Dr. S. Royer
Dr. S. Royer is postdoctoraal onderzoeker aan het Centre for IT and IP Law en geaffilieerd met het Instituut voor Strafrecht, beiden onderdeel van KU Leuven.

R. Vanleeuw LLM
R. Vanleeuw is onderzoeker aan het Centre for IT and IP Law, onderdeel van KU Leuven.
Artikel

Het gebruik van resultaten uit de Encro­Chat-­hack in de Duitse strafrechtspleging

Trefwoorden cryptocommunicatie, bewijsuitsluiting, EncroChat, cryptofoon
Auteurs D.A.G. van Toor PhD LLM BSc
SamenvattingAuteursinformatie

    Anders dan vele Nederlandse advocaten (in Nederlandse strafzaken) slaagde een Duitse advocaat (in een Duitse strafzaak) erin de resultaten van de EncroChat-hack uit te laten sluiten van het bewijs. Dit is precies wat vele Nederlandse advocaten hebben geprobeerd te bereiken, en daarom is het interessant te bekijken hoe de beoordeling van de EncroChat-hack in Duitsland plaatsvindt en waarom het Landgericht Berlijn tot de bovengenoemde beslissing is gekomen.


D.A.G. van Toor PhD LLM BSc
D.A.G. van Toor PhD LLM BSc is als universitair docent verbonden aan ­het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het ­Montaigne Centrum voor Rechtstaat en Rechtspleging van de Universiteit Utrecht.
Artikel

Executieve jurisdictie: het (grote) obstakel in grensoverschrijdende opspo­ringsonderzoeken naar (gebruikers van) cryptoaanbieders?

Trefwoorden executieve jurisdictie, EncroChat, Rechtshulp, JIT, grensoverschrijdend opsporingsonderzoek
Auteurs Mr. L.W. Verbeek en Mr. T. Beekhuis
SamenvattingAuteursinformatie

    Tijdens het grensoverschrijdende opsporingsonderzoek naar (gebruikers van) cryptoaanbieders worden opsporingsautoriteiten voor complexe juridische vraagstukken gesteld wanneer zij rechtsmacht willen uitoefenen buiten de eigen landsgrenzen. Immers, autoriteiten zijn bij het uitoefenen van executieve jurisdictie gebonden aan hun eigen territorium, terwijl het onderzoek naar (gebruikers van) cryptoaanbieders een internationaal karakter kent. In de EU zijn verschillende mogelijkheden ontwikkeld om grensoverschrijdend op te sporen. In deze bijdrage worden twee van deze mogelijkheden: een rechtshulpverzoek en het oprichten van een Joint Investigation Team geanalyseerd. Bij beide mogelijkheden stuiten opsporingsautoriteiten op bezwaren. De auteurs concluderen dat het grensoverschrijdend opsporingsonderzoek noopt tot een efficiëntere Europeesrechtelijke onderzoeksaanpak.


Mr. L.W. Verbeek
Mr. L.W. Verbeek is medewerker bij het wetenschappelijk bureau van de Hoge Raad der Nederlanden. Deze bijdrage is geschreven op persoonlijke titel.

Mr. T. Beekhuis
Mr. T. Beekhuis is verbonden als promovenda aan het Willem ­Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het Utrecht Centre for Accountability and Liability Law (Ucall) van de Universiteit Utrecht.

    Een reactie op drie artikelen waarin het inzagerecht van de verdediging in grote datasets centraal staat. Na het schetsen van een wettelijk kader, zal aan de hand van de strafzaak TandemII worden geschetst hoe de praktijk zich verhoudt tot het verdragsrechtelijk kader. Vervolgens wordt ingegaan op de werking, validiteit en forensische betrouwbaarheid van de zoekmachine Hansken en de mogelijkheden tot contra-expertise. Ten slotte wordt besproken hoe gewerkt wordt aan de door de verdediging gewenste inzage op afstand en welke haken en ogen daaraan verbonden zijn.


Mr. M.M. Egberts
Mr. M.M. Egberts is landelijk officier van justitie digitale opsporing.
Trending Topics

Bulkbevoegdheden en strafrechtelijk onderzoek

Lessen uit de jurisprudentie van het EHRM voor de normering van grootschalige data-analyse

Trefwoorden bulk-hacking, bulkinterceptie van communicatie, grootschalige data-analyse, normering, EHRM
Auteurs Dr. M. Galič
SamenvattingAuteursinformatie

    Bulkbevoegdheden, zoals bulkinterceptie van communicatie en bulk-hacking, worden steeds vaker gebruikt, niet alleen in zaken van nationale veiligheid, maar ook in strafrechtelijke onderzoeken naar zware criminaliteit. De EncroChat-hack is daar een recent voorbeeld van. De vraag die echter nog moet worden beantwoord is: hoe moeten deze bevoegdheden, die tot grootschalige data-analyse in strafrechtelijke onderzoeken leiden, worden genormeerd zodat zij in overeenstemming zijn met artikel 8 EVRM? Twee recente arresten van het EHRM met betrekking tot bulkinterceptie bieden enkele lessen. Zij laten zien dat bulkbevoegdheden moeten worden beschouwd als een proces dat ‘end-to-end-waarborgen’ vereist en een gedetailleerde regulering van alle verwerkingsfasen, te weten de verzameling, de selectie, de analyse en het gebruik (waaronder het delen) van de data.


Dr. M. Galič
Dr. M. Galič is universitair docent Privacy en Straf(proces)recht aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Jurisprudentie

Oprichter van cryptotelefoonaanbieder Ennetcom veroordeeld

Annotatie bij Rb. Rotterdam 21 september 2021, ECLI:NL:RBROT:2021:9085

Trefwoorden Ennetcom, cryptotelefoon, PGP, détournement de pouvoir, privacy
Auteurs Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans
SamenvattingAuteursinformatie

    De uitspraak richt zich op de oprichter van Ennetcom en de leverancier van cryptotelefoons. In deze annotatie worden de volgende drie elementen uit de uitspraak besproken en becommentarieerd: (1) de rechtmatigheid van het veiligstellen van de berichten; (2) de vraag is of er sprake is van misbruik van bevoegdheden (détournement de pouvoir); en (3) de vraag of het aanbieden van de cryptotelefoons een illegale activiteit is.


Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans
Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans is bijzonder hoogleraar inlichtingen en recht bij het Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen en het Montaigne Centrum voor Rechtsstaat en Rechtspleging van de Universiteit Utrecht