Per 2005 is de toepassing van IAS/IFRS verplicht voor de geconsolideerde jaarrekening van effectenuitgevende instellingen in de EU . De grondslag hiervoor ligt in de IAS-Verordening 1606/2002/EG. De doelstellingen van de IAS-Verordening zijn verbetering van de vergelijkbaarheid en transparantie van financiële verslaggeving. Om dit te bereiken, worden in de literatuur drie voorwaarden genoemd: (1) kwalitatief hoogwaardige standaarden, (2) dwingende regelgeving en (3) effectief toezicht. In deze bijdrage worden deze drie voorwaarden besproken. Daarnaast wordt stilgestaan bij de vraag of de doelstellingen van de IAS-Verordening zijn bereikt en op welke punten verbetering gewenst is. |
Zoekresultaat: 205 artikelen
Jaar 2010 xArtikel |
Handhaving van IFRS, er is nog ruimte voor verbetering |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | IAS-Verordening, IAS, financiële verslaggeving, verslaggevingsregels |
Auteurs | Mr. drs. H.K.O. Reimers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Redactioneel |
In dit nummer |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2010 |
Samenvatting |
In een redactioneel artikel geeft de redactie een toelichting op het tijdschriftnummer in kwestie. |
Artikel |
Successierechtelijke bedrijfsopvolgingsfaciliteitenVrijstellingsberekeningen onder oud en nieuw vergeleken (I) |
Tijdschrift | EstateTip Review, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | testament |
Auteurs | |
Artikel |
Successierechtelijke bedrijfsopvolgingsfaciliteitenVrijstellingsberekeningen onder oud en nieuw vergeleken (II) |
Tijdschrift | EstateTip Review, Aflevering 5 2010 |
Trefwoorden | testament |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
ABRvS 2 december 2009, nr. 200902459/1/M2 (Mill en Sint Hubert) |
Tijdschrift | StAB, Aflevering 1 2010 |
Samenvatting |
Door het ontbreken van een begrenzing en het nabijheidvereiste vormen 4WD-activiteiten op een landgoed geen inrichting in de zin van de Wet milieubeheer. |
Artikel |
Knowhow: aandachtspunten in de contractspraktijk en de rol van art. 39 TRIPs |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | Knowhow, Bedrijfsgeheimen, intellectueel eigendom, Contracteren, TRIPs |
Auteurs | Mr. M. Schut |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bijzondere vermogensrechtelijke status van knowhow geeft in de contractspraktijk dikwijls aanleiding tot problemen. In dit artikel worden enkele van die problemen beschreven, waarbij vooral het belang blijkt van expliciete afspraken over begrenzingen in gebruik en de resterende freedom to operate. Besproken wordt de rol van art. 39 TRIPs dat bescherming verleent aan niet openbaar gemaakte informatie. Het artikel heeft waarschijnlijk directe werking en kan ingeroepen worden om sommige van de besproken problemen te adresseren, zij het niet per definitie ten gunste van de rechthebbende. Aanbevolen wordt art. 39 TRIPs bij de redactie van knowhow-contracten te betrekken. |
Jurisprudentie |
Ondernemingsprocesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | ondernemingsrecht |
Auteurs | Mr. H.E. Boschma en Mr. P.G.F.A. Geerts |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek wordt een vijftal interessante uitspraken van de Hoge Raad die verschenen zijn na afsluiting van onze vorige kroniek in TCR 2008, p. 28 besproken. Voorts zullen wij aandacht besteden aan enkele procesrechtelijke implicaties van een tweetal wetsvoorstellen op het terrein van het ondernemingsrecht. |
Boekbespreking |
Executoriaal en conservatoir verhaalsbeslag op aandelen in kapitaalvennootschappen en op certificaten daarvan |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | executoriaal verhaalsbeslag, conservatoir verhaalsbeslag, kapitaalvennootschappen, certificaten |
Auteurs | Mr. D.M. de Knijff |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bespreking van G.C. van Daal, Executoriaal en conservatoir verhaalsbeslag op aandelen in kapitaalvennootschappen en op certificaten daarvan, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2008 |
Jurisprudentie |
Zaak C-440/07 P, Commissie/Schneider ElectricNiet-contractuele aansprakelijkheid van de Europese Commissie in fusiecontrole |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | Schneider, Legrand, niet-contractuele aansprakelijkheid, Europese Concentratieverordening, voorgenomen transactie |
Auteurs | Mr. M.F. Van Wissen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn arrest van 16 juli 2009 in de zaak Schneider Electric/Legrand heeft het Hof van Justitie van de EG zich voor de eerste keer uitgesproken over de niet-contractuele aansprakelijkheid van de Europese Commissie bij de beoordeling van concentraties onder de Europese Concentratieverordening. In het arrest wordt de mogelijkheid om de Commissie aansprakelijk te houden voor schade die het gevolg is van haar optreden bij de beoordeling van concentraties zonder meer aanwezig geacht. De voorwaarden voor deze aansprakelijkheid van de Commissie zijn echter strikt. |
Artikel |
Non-discriminatie onder het EU- en Euratom-Verdrag: de doorwerking van artikel 12 EG-Verdrag (thans art. 18 VWEU) |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | Non-discriminatie, Wolzenburg, ČEZ, Euratom-Verdrag |
Auteurs | Mr. W.W. Geursen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In oktober 2009 heeft het Hof van Justitie uitspraak gedaan in de zaken Wolzenburg en ČEZ; beide in een grote kamer. Deze zaken waren overigens niet gevoegd en betreffen materieelrechtelijk totaal verschillende regimes: het Europees Aanhoudingsbevel, respectievelijk het Euratom-Verdrag. Desalniettemin kwam in beide zaken de vraag aan de orde in hoeverre nationale wetgeving kon worden getoetst aan het verbod op discriminatie naar nationaliteit van artikel 12 EG-Verdrag (thans art. 18 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: VWEU). Artikel 12 EG-Verdrag is alleen van toepassing binnen de werkingssfeer van het EG-Verdrag, terwijl beide zaken niet het EG-Verdrag betroffen, maar een kaderbesluit op grond van de (voormalige derde pijler) van het EU-Verdrag, respectievelijk het Euratom-Verdrag. Volgens het Hof in de zaak Wolzenburg kunnen uitvoeringsmaatregelen van een (derde pijler) kaderbesluit direct worden getoetst aan artikel 12 EG-Verdrag (thans art. 18 VWEU). In de zaak ČEZ concludeerde het Hof daarentegen dat een zaak die binnen de reikwijdte van het Euratom-Verdrag valt niet (rechtstreeks) kan worden getoetst aan artikel 12 EG-Verdrag (thans art. 18 VWEU), maar dat dat slechts kon via de band van het algemene gelijkheidsbeginsel. Twee verschillende oplossingen, met hetzelfde resultaat. Deze oplossingen zijn mijns inziens overigens in lijn met het Verdrag van Lissabon en het lijkt erop dat het Hof daarmee alvast een voorschot neemt op de nieuwe (systematiek van de) verdragen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Vermogensrechtelijke Analyses, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | goederenrechtelijke regime betreffende vervoerde zaken, res in transitu, artikel 8 WCG |
Auteurs | M.T.W. Wijnen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Onderzoek naar de exacte reikwijdte van artikel 8 WCG, waarin het toepasselijke goederenrechtelijke regime met betrekking tot vervoerde zaken wordt aangewezen, en de geschiktheid van de daarin gekozen aanknopingsfactor. Aan de hand van een casus wordt geschetst welke onduidelijkheden er bestaan betreffende de reikwijdte van het artikel. Ingevolge het onderzoek naar de parlementaire geschiedenis, jurisprudentie en literatuur wordt geconcludeerd dat beter kan worden aangeknoopt aan de ‘nieuwe’ tot overdracht of vestiging verplichtende overeenkomst die tijdens transport wordt gesloten en niet zoals artikel 8 WCG voorschrijft, aan de overeenkomst die aan het vervoer ten grondslag ligt. Harmonisatie van het goederenrechtelijke met het verbintenisrechtelijke statuut is het resultaat. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Vermogensrechtelijke Analyses, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | letter of comfort, patronaatsverklaring, uitleg, toepasselijk recht |
Auteurs | Mr. dr. S.A. Kruisinga en Mr. L. Leber |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een letter of comfort, ook wel patronaatsverklaring genoemd, is een verklaring die door een moedermaatschappij kan worden afgegeven als onderdeel van de zekerheidsstelling in het kader van kredietverstrekking aan haar dochter. De bedoeling van een dergelijke verklaring is de kredietverstrekker gerust te stellen terzake de terugbetaling van het krediet door de dochter. Een comfort letter kan ook door de moedermaatschappij worden afgegeven als going concern verklaring in verband met de waardering van de bezittingen en schulden van de dochter. Gezien het huidig economisch klimaat is de verwachting gewettigd dat accountants vaker een dergelijke verklaring van de moedermaatschappij zullen vragen alvorens een goedkeurende verklaring te kunnen afgeven. De inhoud van comfort letters is echter niet vastomlijnd. De positie van de letter of comfort in het Nederlandse recht staat in deze bijdrage centraal. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Vermogensrechtelijke Analyses, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | duurovereenkomsten voor bepaalde tijd, opzegging, onvoorziene omstandigheden, artikel 6:258 BW, artikel 6:248 BW, Mondia/Calanda, Vereniging voor de Effectenhandel/CSM |
Auteurs | D.J. Beenders en P.W. den Hollander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Duurovereenkomsten voor bepaalde tijd kunnen tussentijds worden beëindigd door onder meer opzegging op grond van artikel 6:248 BW en ontbinding door de rechter op grond van artikel 6:258 BW. Steeds geldt daarbij het criterium van onvoorziene – in de zin van niet-verdisconteerde – omstandigheden, die van dusdanige aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. In dit overzichtsartikel wordt allereerst ingegaan op de verhouding tussen de hiervoor genoemde grondslagen voor tussentijdse beëindiging en wordt betoogd dat een partij in beginsel vrij is om een van beide grondslagen te kiezen. Vervolgens wordt het voornoemde criterium van onvoorziene omstandigheden nader onder de loep genomen en worden, mede aan de hand van recente rechtspraak, drie gezichtspunten geformuleerd die relevant lijken bij de invulling van dit criterium: inhoud en aard van de overeenkomst, aard en onderlinge verhouding van partijen en de gewichtigheid van de belangen over en weer. |
Boekbespreking |
Executoriaal en conservatoir verhaalsbeslag op aandelen in kapitaalvennootschappen en op certificaten daarvanProefschrift van mr. G.C. van Daal |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Mr. A.J. Gieske |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. G.C. van Daal besproken door mr. A.J. Gieske. |
Boekbespreking |
De grenzen van het recht op nakomingProefschrift van mr. D. Haas |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Prof. mr. C.J.J.C. van Nispen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. D. Haas, besproken door prof. mr. C.J.J.C. van Nispen. |
Boekbespreking |
Due diligence. Een beschouwing over het due diligence onderzoek volgens het Nederlands rechtProefschrift van mr. M. Brink |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2010 |
Auteurs | Mr.dr. P.J. van der Korst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Proefschrift van mr. M. Brink, besproken door mr. dr. P.J. van der Korst. |
Artikel |
Van PPI en Multi-opf: recente ontwikkelingen op pensioenrechtelijk gebied |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | algemene pensioeninstelling, premie pensioeninstelling, ondernemingspensioenfonds, Europese Pensioenfondsenrichtlijn, Financieel Toetsingskader |
Auteurs | Mr. C.P.R.M. Dekker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de aanhangige wetsvoorstellen voor de invoering van de nieuwe pensioenuitvoerder en het samengaan van bestaande ondernemingspensioenfondsen. |
Artikel |
Huurrechtelijke wachttijd voor ‘rechtsopvolgend’ verhuurder |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | huur, wachttijd, rechtsopvolging, eigen gebruik, beleidswijziging, aandelenoverdracht |
Auteurs | Mr. C. Otte |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage belicht de auteur de wachttijd van drie jaar die een rechtsopvolgend verhuurder in acht moet nemen alvorens hij de huurovereenkomst zal kunnen opzeggen op grond van ‘dringend eigen gebruik’. De wachttijd kan ook een rol spelen in het geval van een aandelenoverdracht. |
Artikel |
Sinterklaasbrief over mogelijke wijzigingen in de vennootschapsbelasting |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | renteaftrekbeperking, vaste inrichting, verliesverrekening, consultatiedocument, Sinterklaasbrief |
Auteurs | Mr. R.E. de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de stand van zaken met betrekking tot mogelijke maatregelen in de vennootschapsbelasting, zoals voorgesteld door staatssecretaris De Jager van Financiën in zijn Sinterklaasbrief van 5 december 2009. |
Artikel |
De veranderende rol van de commissaris |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | RvC, private equity, PCM, Ondernemingskamer |
Auteurs | Mr. D. Baas |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur aan de hand van het PCM-rapport de veranderende rol van de commissaris. Onder meer de PCM-zaak heeft ertoe geleid dat van de commissaris tegenwoordig aanzienlijk meer mag worden verwacht en dat zijn rol (noodgedwongen) veel actiever is geworden. |