In deze annotatie wordt de jurisprudentie van de Hoge Raad inzake artikel 3:310 lid 1 BW op een rij gezet. Het arrest van 9 oktober 2009 past in de lijn van eerdere jurisprudentie. Het daadwerkelijk in staat zijn een vordering in te stellen lijkt bepaald te worden door welhaast absolute zekerheid over het lijden van schade. De subjectieve kennis van de benadeelde wordt zo bepaald aan de hand van een objectief vast te stellen moment. |
Artikel |
Vroegtijdige rechterlijke interventie? Een kwestie van afspreken en doen! |
Tijdschrift | Nederlands-Vlaams tijdschrift voor mediation en conflictmanagement, Aflevering 01 2006 |
Trefwoorden | Tussenkomst, Mediation, Schikking, Comparitie van partijen, Dagvaarding, Aansprakelijkheid, Alternatieve geschille[...], Slachtoffer, Burgerlijke rechtsvord[...], Conclusie van antwoord |
Auteurs | Steenberghe, H.M.M. |
Artikel |
Eenieder wordt geacht het recht te kennen. Of zijn schade?Annotatie bij HR 9 oktober 2009, LJN BJ4850 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2009 |
Trefwoorden | schadevergoeding, verjaring, aanvangsmoment verjaringstermijn, subjectieve bekendheid, ontstaan schade |
Auteurs | Mr. G.J.S. ter Kuile |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Vergoeding van medische schade in België: het nieuwe tweesporensysteem |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2009 |
Trefwoorden | tweesporensysteem, medische schade, foutaansprakelijkheidsrecht, no fault-systeem |
Auteurs | Mevrouw mr. E. de Kezel |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage worden kort de ontwikkelingen geschetst die het medisch aansprakelijkheidsrecht in België heeft ondergaan en wellicht nog zal ondergaan. In België ligt het foutaansprakelijkheidsrecht als systeem tot vergoeding van medische schade reeds lang onder vuur. Door de Wet van 15 mei 2007 werd het klassieke foutaansprakelijkheidsrecht als vergoedingssysteem voor medische schade afgeschaft en werd er een nieuw vergoedingssysteem ingevoerd, waarbij de fout als grondvoorwaarde tot de vergoeding wordt geschrapt (het zogenoemde ‘no fault’-systeem). Hoewel de inwerkingtreding voorzien was voor 1 januari 2008, is dit systeem nooit in werking getreden. Op 23 oktober 2008 besliste de federale ministerraad om de nieuwe ingevoerde no fault-regeling te herzien en te vervangen door een foutloze aansprakelijkheidsregeling, geïnspireerd door het Franse systeem (tweesporensysteem). Tegelijkertijd werd beslist om het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg, het KCE, te belasten met een studieopdracht om de kostprijs te ramen van een dergelijk systeem in België. De inwerkingtreding van de no fault-Wet van 15 mei 2007 werd, in afwachting daarvan, voor de tweede maal uitgesteld voor onbepaalde tijd, via een bepaling in de Wet houdende diverse bepalingen (I) van 22 december 2008. De zet die de procedure inzake de geschillen over het toepassingsgebied van de no fault-Wet regelde (Wet inzake de regeling van geschillen van 15 mei 2007) werd eveneens voor de tweede maal uitgesteld, via een bepaling opgenomen in de Wet houdende diverse bepalingen (II) van 22 december 2008. Op dit moment speelt dus nog steeds het ‘klassieke’ foutaansprakelijkheidsrecht. |
Artikel |
De vraagstelling voor expertises in medische aansprakelijkheidszaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | medische aansprakelijkheid, IWMD-vraagstelling, rechtsontwikkeling, Richtlijn Medisch Specialistische Rapportage |
Auteurs | Prof. mr. A.J. Akkermans, mevrouw mr. L.G.J. Hendrix en mr. A.J. Van |
SamenvattingAuteursinformatie |
Zoals bekend heeft de Projectgroep medische deskundigen in de rechtspleging van de Vrije Universiteit in samenwerking met de Interdisciplinaire Werkgroep Medische Deskundigen (IWMD) een studiemodel ontwikkeld voor de vraagstelling bij medische expertises over het causaal verband bij ongevallen. Dit model is bekend geworden als ‘de IWMD-vraagstelling’ en heeft ruime navolging gekregen in de praktijk. Daardoor levert de vraagstelling aan de deskundige veel minder problemen op dan voorheen. Onlangs zag het concept van een nieuwe versie (maart 2009) het licht. Ook dit concept heeft al zijn weg naar de praktijk gevonden. Zoals haar benaming aangeeft, ziet deze vraagstelling op de situatie waarin vaststaat dat de benadeelde een ongeval is overkomen, maar waar ter discussie staat wat daarvan de gevolgen zijn. |
Artikel |
Schadebeperking en de verplichting om passende arbeid te verrichten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | schadebeperkingsplicht, passende arbeid, re-integratieverplichtingen, arbeidsrechtelijke verplichting |
Auteurs | Mevrouw mr. M. Opdam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Steeds wanneer een letselschadeslachtoffer ook werknemer is, krijgt hij tegelijkertijd te maken met de schadebeperkingsplicht uit het aansprakelijkheidsrecht en de re-integratieverplichtingen uit het arbeidsrecht. Inhoudelijk komen deze verplichtingen echter niet overeen. De verschillende verplichtingen kennen een eigen context. In deze bijdrage wordt besproken wat de betekenis is van de re-integratieverplichtingen voor de schadebeperkingsplicht, en omgekeerd. Hierbij ligt de focus op de arbeidsrechtelijke verplichting om ‘passende arbeid’ te verrichten. |
Artikel |
Arbeid en ICMS: opbrengsten, weerstanden en intenties |
Tijdschrift | Nederlands-Vlaams tijdschrift voor mediation en conflictmanagement, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | ICMS, Integrated Conflict Management System, arbeidsconflicten |
Auteurs | Mr. dr. Rob Jagtenberg en Mr. dr. Annie de Roo |
SamenvattingAuteursinformatie |
In their contribution ‘Employment and ICMS’, Rob Jagtenberg and Annie de Roo discuss the yields that an integrated conflict management system may bring to individual workers, to the company or organisation, and to society as a whole. Few organisations have adopted ICMS as yet. Therefore, the authors analyse the resistance against introduction of ICMS in some detail, especially resistance on the part of management, which likely will be decisive.Recent developments in the world economy and in politics however, may change the leverage in favour of introducing ICMS still, in the years to come. |
Artikel |
Private normstelling: criteria voor toepassing van private regelgeving in de rechtszaal |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 4 2009 |
Trefwoorden | Private normstelling, private regelgeving, rechtsstaat, juridische binding, rechterlijke toetsing |
Auteurs | mr. A. Kristic, mr. F.A. van Tilburg en mr. P.W.J. Verbruggen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Private regelgeving geeft blijk van een bepaalde maatschappelijke behoefte aan normstelling door private, niet-statelijke actoren. De regels die uit deze private normstelling voortvloeien, vallen in beginsel buiten ‘het recht’ in de zin van artikel 79 Wet RO. Als gevolg blijft ook de toepassing van private regelgeving door de rechter beperkt. In deze bijdrage wordt via een analyse van de rechtsstaat een aanzet gedaan tot het formuleren van criteria aan de hand waarvan de rechter een gemotiveerd oordeel kan vormen betreffende de juridische binding van private regelgeving in een concreet geschil. |
Artikel |
De Maritieme Arbeidsconventie van de IAO van 2006 en de Conventie nr. 188 over de arbeid in de visserij |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2009 |
Trefwoorden | Internationaal arbeidsrecht, maritiem arbeidsrecht, arbeid in de visserij |
Auteurs | Dr. A. Charbonneau, Mr. G. Proutiere-Maulion en Prof. P. Chaumette |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de ontstaansgeschiedenis en de inhoud van de IAO Maritieme Arbeidsconventie (2006) en de IAO-Conventie nr. 188 over de arbeid in de visserij in kaart gebracht. Beide conventies worden geduid als de vierde pijler van het internationaal maritiem transportrecht. Historisch volgde de arbeidsrechtelijke pijler op de veiligheidspijler, de ecologische pijler en op een pijler die gericht was op de certificering van competenties en op de organisatie van de wachtdienst. De interactie tussen de Internationale Maritieme Organisatie en de Internationale Arbeidsorganisatie wordt onderzocht. De bijdrage gaat in op de eigenheid van de arbeidsverhoudingen in de maritieme sector. Ze illustreert de dilemma’s waarmee de IAO worstelt in haar streven naar een zo ruim mogelijke toepassingssfeer en een zo optimaal mogelijk niveau van bescherming in een economische sector waarin diversiteit troef is. |
Artikel |
Nieuwe versie IWMD-vraagstelling: causaal verband bij ongeval |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2009 |
Trefwoorden | Projectgroep medische deskundigen, civiele rechtspleging, causaal verband |
Auteurs | Mr. A.J. Van, prof. mr. A.J. Akkermans en mevrouw. mr. A. Wilken |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2002 zag op de Vrije Universiteit Amsterdam de Projectgroep medische deskundigen in de civiele rechtspleging het licht. Een van de eerste projecten van deze onderzoekgroep betrof de vraagstelling bij medische expertises naar het causaal verband bij ongevallen. |
Artikel |
Pandora: een nieuwe aanpak in de behandeling van whiplashschade |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2009 |
Trefwoorden | Pandora, whiplashschade, nieuwe aanpak |
Auteurs | Mevrouw mr. F.Th. Peters |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage beschrijft de hoofdlijnen van een geheel nieuwe aanpak in de behandeling van whiplashschade. Deze aanpak is ontwikkeld in het project Pandora, waarvoor het initiatief van CED Mens is uitgegaan. |
Artikel |
De patiëntenkaart en de beschikkingen van de Hoge Raad van 22 februari 2008 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2009 |
Trefwoorden | patiëntenkaart, letselschadeclaim, medische gegevens |
Auteurs | Mevrouw mr. E.M. Deen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de praktijk is veel discussie over de vraag in hoeverre een benadeelde in het kader van de afwikkeling van een letselschadeclaim gehouden kan zijn zijn medische gegevens ter inzage te geven aan de wederpartij. De vraag staat centraal of de benadeelde zijn patiëntenkaart moet overleggen. |
Artikel |
Werkgeversaansprakelijkheid: ligt de oplossing in Amerika? |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | werkgeversaansprakelijkheid, risicoaansprakelijkheid, Workers’ Compensation |
Auteurs | L.B. de Graaf |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na vijf arresten van de Hoge Raad uit 2008 is de discussie over het aannemen van een risicoaansprakelijkheid voor werkgerelateerde schade voor werkgevers losgekomen. De auteur bespreekt aan de hand van het Amerikaanse systeem van Workers’ Compensation de positieve en negatieve kanten van een systeem van risicoaansprakelijkheid. Hij onderzoekt of een dergelijk systeem de problemen kan oplossen die momenteel aan de orde zijn in de Nederlandse werkgeversaansprakelijkheid. De auteur concludeert aan de hand van de Amerikaanse ervaringen dat een risicoaansprakelijkheid de meeste problemen kan oplossen. Hij waarschuwt echter dat de wetgever vóór het aannemen van risicoaansprakelijkheid duidelijk moet vaststellen wat het speelveld is voor werkgevers en werknemers om de onduidelijkheden te voorkomen die het Nederlandse systeem van werkgeversaansprakelijkheid momenteel parten spelen. |
Artikel |
‘Back to basics’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | materiële normering letselschade, tegenargumenten normering letselschade |
Auteurs | Mr. P.B. Bodamèr en Mr. C.E. Jeekel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Materiële normering doet (onder omstandigheden) af aan het beginsel van volledige schadevergoeding, wat leidt tot minder individuele rechtvaardigheid. Bovendien bestaat de vrees dat aan de normen een te absoluut gewicht wordt toegekend, waardoor het slachtoffer meer dan krachtens de normale stelplicht en bewijslast moet onderbouwen waarom daarvan afgeweken zou moeten worden. De genoemde alternatieven voor normering zijn tijdrovend en kostbaarder, maar desondanks weegt dit argument niet op tegen de consequenties van een praktijk waarin als regel geldt dat gebruik wordt gemaakt van genormeerde bedragen. |
Artikel |
Het medisch beoordelingstraject bij letselschadeDe Letselschade Raad neemt initiatief voor breed opgezet verbeteringsproject |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | De Letselschade Raad, medisch traject letselschade, verbeterproject medisch traject letselschade |
Auteurs | Prof. mr. A.J. Akkermans, Prof. mr. J. Legemaate en Mr. A. Wilken |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Letselschade Raad is gestart met een verbeteringsproject van het medisch beoordelingstraject. Het doel van het project is om eerst vanuit een wetenschappelijke invalshoek een betere opzet van het medisch beoordelingstraject te vinden. Van daaruit wordt dan gezocht naar draagvlak en steun, en nadere uitwerking van de gevonden oplossingsrichtingen. De auteurs zijn de trekkers van de projectgroep en schetsen een beeld van de huidige stand van het onderzoek. |
Artikel |
NPP/De Letselschade RaadVanuit het verleden naar de toekomst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | De Letselschade Raad, Normering letselschade, NPP |
Auteurs | Drs. C.J. Blom-de Ruiter, Mr. I.L. Dijkstra en Mr. P.S. Procee |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt (kort) teruggeblikt op tien jaar NPP, waarin het doel was om het letselschadeproces te versoepelen en te bespoedigen. Aanvankelijk werd de verbetering vooral gezocht in de ontwikkeling van materiële normering, later kwam daar de procedurele normering van de Gedragscode Behandeling Letselschade (GBL) bij. De auteurs beschrijven de speerpunten van De Letselschade Raad voor de aankomende periode. |
Artikel |
Over normering van personenschadeVolledige vergoeding van concreet geleden schade versus doorzichtig, snel en efficiënt |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | materiële normering letselschade |
Auteurs | J.L.M. Misana |
SamenvattingAuteursinformatie |
Materiële normering is wenselijk, omdat het als doel heeft eenvoud, doorzichtigheid en snelheid van de afwikkeling van een letselschadevordering te bewerkstelligen. Dit zou aantrekkelijker zijn dan een concrete schadebegroting in iedere situatie. |
Artikel |
Veilig melden van incidenten in de gezondheidszorg: voorbeelden van (buitenlandse) wetgeving |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | patiëntenveiligheid, incidentenmelding, bescherming melder, blame free reporting |
Auteurs | Prof. mr. Johan Legemaate en Mr. Robinetta de Roode |
SamenvattingAuteursinformatie |
In the Dutch health care the importance of reporting adverse events is increasingly recognized. Reporting adverse events is seen as a valuable instrument to assess and improve the quality and safety of patient care. It is widely acknowledged that health care practitioners (physicians, nurses) should be able to report adverse events blame free, to prevent that information reported to improve the quality and safety of care is used for other purposes (e.g. to punish the reporter of other persons involved). Several parties have proposed to enact legislation to protect health care practitioners who report adverse events. In other sectors of the Dutch society, as well as in other countries, such legislation already exists. This legislation may serve as an example for legislative action in the area of Dutch health care. |
Artikel |
Herpositionering van ziekenhuis en vrijgevestigd medisch specialist in hun civielrechtelijke verhouding |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2009 |
Auteurs | J.H. Hubben |
Artikel |
De vrijblijvendheid voorbij. De wetenschappelijke vereniging als kwaliteitskeurmeester |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2009 |
Auteurs | Ph.S. Kahn |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 1 2008 |
Trefwoorden | invordering, levering, rechtspraak, betalingstermijn, betaling, krediet, verkoper, claim, tussenkomst, bank |
Auteurs | B. Velthoven |