In deze bijdrage wordt de betekenis van de duur van het lijden bij begroting van immateriële schade in verband met blijvend letsel en wegens dodelijk letsel geanalyseerd. Volgens de Hoge Raad is de duur van het lijden een omstandigheid die de rechter bij de begroting van het smartengeld in het bijzonder dient mee te wegen, maar in de literatuur wordt opgemerkt dat de betekenis van deze factor niet steeds duidelijk is. Deze bijdrage geeft de stand van zaken in de rechtspraak en in de Nederlandstalige literatuur weer en biedt een nadere analyse van de betekenis van de duur van het lijden. |
Zoekresultaat: 105 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | artikel 6:106 BW, begroting immateriële schade, duur van het lijden |
Auteurs | Mr. dr. M.R. Hebly |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Gerechtshof Amsterdam 20 oktober 2015 (ontucht plegen met patiënt en/of cliënt), m.nt. mr. drs. L. Postma |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | strafrecht |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | orgaandonatie, euthanasie, zelfbeschikking, geneeskundige behandelingsovereenkomst, communicatie arts-patiënt |
Auteurs | Mr. drs. J.A.M. Bollen, prof. dr. L.W.E. van Heurn, prof. dr. D. Ysebaert e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Orgaandonatie na euthanasie is relatief nieuw en doet verschillende medische, juridische en ethische vragen rijzen. Deze bijdrage gaat in op de relevante wet- en regelgeving en doet dat vanuit een breder perspectief. Vanuit een juridische alsook medische en ethische invalshoek worden denkrichtingen en oplossingen besproken voor de zich aandienende uitdagingen. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2019 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, prof. dr. R.C.P. Haentjens e.a. |
Samenvatting |
|
Objets trouvés |
Recht is niet alleen recht als er recht op staatOver het (h)erkennen van de rechtskracht van private normen |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | normalisatie, meetinstructie, prejudiciële vragen, status en rechtsgevolgen |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met het Achmea/Rijnberg-arrest van de Hoge Raad leek een doorbraak te zijn bereikt inzake de doorwerking van private regelgeving in het recht. Wanneer partijen het onderling eens zijn over de toepasselijkheid van bijvoorbeeld gedragscodes, toetst de Hoge Raad er ook aan zonder de juridische status ervan te beoordelen. De vraag wat te doen wanneer de relevantie van private regelgeving tussen partijen wordt betwist, blijkt echter een veel lastiger te nemen hobbel. Recente jurisprudentie over normalisatienormen toont aan dat het in zo’n geval buitengewoon complex is om te bepalen welke rechtsgevolgen aan private regels moeten worden verbonden. Wettelijke (h)erkenningsregels die de rechter behulpzaam kunnen zijn bij het kwalificeren en waarderen van private regels worden in die situatie node gemist. Hier ligt ook een taak voor wetgevingsjuristen. De vraag is alleen of één algemeen wettelijk kader voor uiteenlopende vormen van private regelgeving momenteel al haalbaar is. Werken met experimenteerbepalingen zou wel eens vruchtbaarder kunnen blijken te zijn. Dergelijke bepalingen zullen alleen werken wanneer wetgevingsjuristen, die ze moeten opstellen, zich eerst verdiepen in de schaduwwereld van private normen waarop deze bijdrage enig licht probeert te werpen. |
Redactioneel |
De dood |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | overlijdensschade, zorgschade, affectieschade, shockschade |
Auteurs | Mr. dr. R. Rijnhout |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze uitgave van TVP betreft een themanummer over ‘de dood’ en aansprakelijkheid/schadevergoeding. Het themanummer valt uiteen in drie delen: schade veroorzaakt voorafgaand aan de dood, wat de dood inhoudt en voor welke schade daarna vergoeding zou moeten worden geboden. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | affectieschade, shockschade, wetsvoorstel affectieschade, smartengeld, nabestaanden |
Auteurs | Prof. mr. S.D. Lindenbergh |
SamenvattingAuteursinformatie |
De invoering van het ‘wetsvoorstel affectieschade’ roept een aanspraak op smartengeld in het leven voor naasten en nabestaanden. Dat roept vervolgens de vraag op hoe deze aanspraak zich verhoudt tot het recht op schadevergoeding van iemand die door confrontatie met een schokkende gebeurtenis geestelijk letsel heeft opgelopen. Daarover gaat deze bijdrage. |
Artikel |
Waarom het rekensjabloon van het nieuwe model moet worden aangepast |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | artikel 6:108 BW, overlijdensschade, gederfd levensonderhoud, oud model, nieuw model |
Auteurs | Mr. J.M. Tromp |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat de vraag centraal of het rekensjabloon in het economisch deel 1 van het nieuwe model geschikt is om de uitkomsten te verwerken van de in het juridisch deel 2 te maken keuzes. De conclusie is dat dat niet zo is. Een praktische oplossing wordt aangedragen. |
Kroniek |
Kroniek wetgeving gezondheidsrecht 2016-2018 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | patiëntenrechten, derdenbelangen, kwaliteit van zorg, geneesmiddelen, medische hulpmiddelen |
Auteurs | Mr. drs. J.J. Rijken en mr. W.F. van der Wel |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Kroniek wetgeving gezondheidsrecht geeft de lezer een overzicht van de ontwikkelingen op het gebied van Nederlandse wetgeving in het gezondheidsrecht. De selectie van wetgeving is gemaakt met behulp van de zoekmachine op de website van de Eerste Kamer, en behelst aanhangige en aangenomen wetsvoorstellen van 1 januari 2016 t/m 1 juni 2018 van de ministeries van VWS en VenJ, en consultaties van beide ministeries. |
Artikel |
Empirisch-juridisch onderzoek in NederlandBespiegelingen over de stand van zaken in de rechtswetenschap, het juridisch onderwijs en de rechtspraktijk |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Empirical methods, Legal research, Legal education, Legal practice, Legislation |
Auteurs | Dr. Nieke Elbers, Mr. dr. Marijke Malsch, Dr. Peter van der Laan e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Empirical Legal Studies (ELS) is research in which legal questions are answered using empirical research methods. Traditionally, lawyers conduct normative, non-empirical research. Lately the legal discipline is increasingly interested in ELS. It is argued that we need more ELS. This raises the question to what extent Dutch researchers and practitioners conduct and apply ELS. In this article, we investigate the state of affairs of ELS in the Netherlands. We look at three different areas: legal research, legal education and legal practice. The data we use are legal PhD theses, legal course material, legislative proposals, and questionnaire data from legal practitioners. The methods are a systematic review, a quantitative content analysis, and a questionnaire research. Our study on legal research shows that researchers do apply empirical methods, but mainly the researchers with an education in social science. Our study on legal education shows that lawyers receive hardly any training on empirical research methods. Finally, our research on legal practice shows that practitioners and legislators struggle to apply empirical legal research. We plead for investments to enhance the production and usage of ELS, to prevent wrongful judicial decision-making, to generate effective legislation, and to create scientific innovation. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Legal culture, Civil law, Justice, Experiment, Empirical Legal Research |
Auteurs | Prof. dr. Willem van Boom, Dr. Chris Reinders Folmer en Dr. Pieter Desmet |
SamenvattingAuteursinformatie |
A common conception in the legal literature holds that in a given country, the law in force is to be understood against the background of shared beliefs about justice in that particular country. If that conception holds true, the applicable civil law in a particular country should reflect the shared views on ‘civil justice’ within that country and, as a result, citizens should reveal a preference for domestic civil law over the civil law of another country for a given case. In this research we empirically investigated to what extent the applicable law in particular cases corresponds to actual beliefs about what is seen as just in those situations. Does Dutch liability law in a particular case correspond with what citizens in the Netherlands consider to be just in that case? And does the applicable English liability law correspond to what English people consider fair in that case? |
Artikel |
Zorgbehoefte als schadeCiviele aansprakelijkheid voor zorgschade in relatie tot het publieke zorgaanbod |
Tijdschrift | Handicap & Recht, Aflevering 1 2018 |
Auteurs | Mr. M. de Groot |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Van de NOvA |
Ondertussen op het binnenhof |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 8 2017 |
Auteurs | Jaap-Jelle Vollaard |
Artikel |
Schuld en schadevergoedingHoe kleurt de zwaarte van de schuld van de aansprakelijke partij het schadevergoedingsdebat? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2017 |
Trefwoorden | schuld, opzet, schade(vergoeding), redelijkheid, aard van de aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. A.I. Schreuder |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het schadevergoedingsrecht duikt de mate van de schuld van de aansprakelijke partij steeds op als (mogelijk) relevante factor. Bezien wordt hoe dit element het schadevergoedingsdebat kleurt. De conclusie luidt dat de betekenis van deze factor uiteindelijk beperkt lijkt, vooral omdat hij zich alleen in uiterste vormen goed laat onderscheiden. |
Jurisprudentie |
Aansprakelijkheid voor schade door gasboringenRb. Noord-Nederland 1 maart 2017, ECLI:NL:RBNNE:2017:715 (Eisers/NAM en Staat) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | gasboringen, Groningen, EVRM, staatsaansprakelijkheid, NAM |
Auteurs | Mr. dr. J.M. Emaus en Mr. E.C. Gijselaar |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 maart 2017 besliste de Rechtbank Noord-Nederland dat de NAM aansprakelijk is voor door inwoners van het Groningenveld geleden en nog te lijden immateriële schade en vermogensschade in de zin van gemist ongestoord woongenot waarvoor uitgaven zijn gedaan die vanwege de aardbevingen doel hebben gemist. De Rechtbank Noord-Nederland besliste voorts dat de Staat onzorgvuldig en aldus onrechtmatig heeft gehandeld jegens de 127 eisers in deze gevoegde zaak. Een schadevergoedingsverplichting heeft dat laatste oordeel echter niet opgeleverd. In deze bijdrage staat dit vonnis centraal en wordt zowel de beslissing in de verhouding eisers/NAM als die in de verhouding eisers/Staat bezien in het licht van rechtspraak van de Hoge Raad en het EHRM. |
Artikel |
Materiële normering van personenschade |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | normering, schadevergoeding, personenschade, letselschade, richtlijnen |
Auteurs | Mr. dr. J.E. van de Bunt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Materiële normering van personenschade is een belangrijk thema in het schadevergoedingsrecht. Normering van personenschade is te vinden in de wet, rechtspraak en in de richtlijnen van De Letselschade Raad. In deze bijdrage wordt zowel de theorie als de praktijk van deze vormen van normering onderzocht. Ook wordt een scenario voor de toekomst onderzocht. |
Artikel |
Advocatuur in strafrecht en herstelrechtEen verkenning van de verschillen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 2 2016 |
Trefwoorden | raadsman, herstelprocesrecht, Strafprocesrecht, advocaten, mediation |
Auteurs | John Blad |
SamenvattingAuteursinformatie |
The author first describes the deontological axioma for the role of the defense counsel in the domain of criminal procedure. Since here the most serious charges are brought against a suspect, who may have all his life-perspectives to lose by severe punishments, the duty of the legal counsel is to be as one-sided in the defense of his clients views and interests as possible and as allowed by professional ethics. He is the guardian of the legitimate interests of the suspect in the context of a legal battle in or out of court about the legal truth of what is said to have happened. In view of the ideals of restorative justice (illustrated by references to Nils Christies Conflicts as property) a new set of rules and customs should be developed that can function as a framework of ‘restorative procedural law’. In the context of restorative justice legal counsel of both the suspect and the victim should be expected and able to function much more as ‘restorative coaches’, seeking co-operation and deliberation between all stakeholders. But, should clients – suspects and victims alike – decide against such an approach and want ‘their day in court’ this should also be possible and be realised. The independent courts should always remain the ultimate refuge for those seeking justice. |
Praktijk |
Kroniek wetgeving gezondheidsrecht 2015 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Kroniek, Wetgeving, Gezondheidsrecht, 2015 |
Auteurs | Mr.drs. J.J. Rijken en Mr. W.F. van der Wel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek beschrijft de ontwikkelingen op het gebied van wetgeving in het gezondheidsrecht in 2015. De parlementaire behandeling van de grote wetsvoorstellen over gedwongen zorg lijkt zo goed als tot stilstand gekomen. Op het gebied van kwaliteit zijn wel duidelijke vorderingen te melden: de Wkkgz trad in werking en een conceptwetsvoorstel over wijzigingen in de Wet BIG (beroepenregulering en tuchtrecht) zag het licht. De wetgevingsactiviteit ten aanzien van de marktordening lijkt onderhevig aan veranderlijke politieke windrichtingen: de NZa moet tegelijkertijd méér en minder bevoegdheden krijgen. |
Artikel |
Het wetsvoorstel ter vergoeding van affectieschade: enkele gedachten en suggesties |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | wetsvoorstel ter vergoeding van affectieschade, smartengeld, affectieschade |
Auteurs | Mr. J.S. Overes |
SamenvattingAuteursinformatie |
In juli 2015 is – na zo’n twaalf jaar wederom – een (nieuw) wetsvoorstel ter vergoeding van affectieschade ingediend bij de Tweede Kamer door de minister van Veiligheid en Justitie. De strekking van het huidige wetsvoorstel is de invoering van de mogelijkheid tot vergoeding van affectieschade in het Burgerlijk Wetboek alsook de verruiming om als derde schadevergoeding te kunnen krijgen in een strafproces en een wijziging van het recht omtrent beslag en overgang bij smartengeld. De auteur gaat in dit artikel in op de vraag of dit wetsvoorstel, zoals het nu voorligt, een goede regeling zou zijn. |