Dit artikel bespreekt welke rol de regering speelt bij de totstandkoming van initiatiefwetgeving. Die rol is beperkter dan bij andere wetgeving. Bij de voorbereiding van initiatiefvoorstellen wordt soms ambtelijke bijstand verleend, maar in dat geval vertolkt de ambtenaar niet het standpunt van het kabinet. In de fase van de parlementaire behandeling is de rol van het kabinet prominenter: het kabinet bepaalt dan zijn inhoudelijke standpunt over het initiatiefvoorstel. Pas in de fase na de afronding van de parlementaire behandeling heeft de regering een doorslaggevende rol: een door beide Kamers aangenomen initiatiefvoorstel wordt slechts wet als de regering dat bekrachtigt. |
Zoekresultaat: 217 artikelen
Artikel |
De rol van de regering bij de totstandkoming van initiatiefwetgeving |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 5 2019 |
Trefwoorden | Grondwet, initiatiefwetgeving, initiatiefrecht, ambtelijke bijstand |
Auteurs | Mr. H.M.B. Breunese |
SamenvattingAuteursinformatie |
Article |
|
Tijdschrift | Erasmus Law Review, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | international jurisdiction, English, court language, Belgium, business court |
Auteurs | Erik Peetermans en Philippe Lambrecht |
SamenvattingAuteursinformatie |
In establishing the Brussels International Business Court (BIBC), Belgium is following an international trend to attract international business disputes to English-speaking state courts. The BIBC will be an autonomous business court with the competence to settle, in English, disputes between companies throughout Belgium. This article focuses on the BIBC’s constitutionality, composition, competence, proceedings and funding, providing a brief analysis and critical assessment of each of these points. At the time of writing, the Belgian Federal Parliament has not yet definitively passed the Bill establishing the BIBC, meaning that amendments are still possible. |
Pending Cases |
Case C-95/18, Social Insurance, PensionSociale Verzekeringsbank – v – F. van den Berg and H.D. Giesen, reference lodged by the Hoge Raad der Nederlanden (Netherlands) on 9 February 2018 |
Tijdschrift | European Employment Law Cases, Aflevering 2 2019 |
Artikel |
A Look Back at Courage and a Look Forward to the Future of Non-Contractual Liability of Individuals for Breaches of EU Law |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | non-contractual liability, compensation, direct horizontal effect, effectiveness, effective judicial protection |
Auteurs | F. Bassi LL.M. |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Courage ruling establishes that private parties are liable to compensate other private parties for the harm caused by a breach of Art. 101(1) TFEU. This article discusses whether a breach by private parties of other provisions of the TFEU with ‘direct horizontal effect’ also gives rise to non-contractual liability and what are the conditions for such liability to arise. |
Artikel |
Wo viel Licht ist, ist starker Schatten?Het recht op een effectieve (civiele) remedie naar Unierecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | effectiviteitsbeginsel, effectieve rechtsbescherming, doorwerking, Unierecht, civiele remedie |
Auteurs | Mr. I.V. Aronstein |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het effectiviteitsbeginsel en het beginsel van effectieve rechtsbescherming vormen het fundament van de doorwerkingsvormen van Unierecht in privaatrechtelijke rechtsverhoudingen. Deze bijdrage geeft globaal inzicht in hoe private partijen Unierecht kunnen inroepen tegen een andere private partij, welke voorwaarden gesteld worden aan civiele remedies en hoe in die context de bovengenoemde beginselen andere beginselen beperken. |
Artikel |
De beslispraktijk van het Schadefonds Geweldsmisdrijven: een kwalitatieve studie naar de beoordeling van verzoeken tot tegemoetkoming |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | slachtoffers, geweldscriminaliteit, schade, tegemoetkoming, beslispraktijk |
Auteurs | Mara Huibers MSc., Prof. dr. mr. Maarten Kunst en Dr. mr. Sigrid van Wingerden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Victims who suffer severe damages due to the act of a violent crime can request state compensation from the Dutch Violent Offences Compensation Fund (VOCF). VOCF workers who decide on these requests use their discretionary powers to translate the VOCF’s rules and policy into concrete actions. This study investigated (1) to what extent these VOCF workers match Lipsky’s definition of street-level bureaucrats and (2) what routines and heuristics they use to deal with time and information constraints. On the basis of document analysis and interviews, we found that the decision makers of the VOCF can to a certain extent be seen as street-level bureaucrats. To make decisions timely, some of them use routines such as the ‘downstream orientation’. This means that they award requests for compensation if they think that the applicant would be able to successfully contest a rejecting decision. To deal with a lack of information, they sometimes include a review clause in the text of a rejection decision. The use of heuristics was not found among the lawyers who decide in first instance, but in case of appeal hearings heuristics such as the affect and representativeness heuristic seem to play a role in the decision-making process. Future research should investigate whether these routines and heuristics lead to disparities in outcomes. |
Artikel |
Controle of begeleiding? Ervaringen met reclasseringstoezicht tijdens de voorwaardelijke invrijheidstelling |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | parole, desistance, supervision, Re-entry, risk management |
Auteurs | Jennifer Doekhie MSc, Dr. Esther van Ginneken, Dr. Anja Dirkzwager e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Little is known about how ex-prisoners’ parole supervision experiences relate to desistance. The aim of this article therefore is to gain insight into the nature of release conditions and parole supervision of ex-prisoners and parolees’ perceptions of their supervision related to the desistance process. A total of 23 Dutch parolees were interviewed in depth at three waves starting in prison up to one year after their release, and the 69 interviews were combined with their parole files containing information about conditions, violations and sanctions. Parole files revealed the practice of highly engaged parole officers, who worked with parolees to strengthen factors known to foster desistance. However, the interviews showed that most parolees found their parole experience predominantly surveillance-oriented and not very helpful for desistance. Parole was experienced as most beneficial when parole officers used their discretionary power to adjust conditions creating ‘space’ for trial-and-error. |
Recent |
Gezien |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 5 2019 |
Auteurs | Kees Pijnappels |
Jurisprudentie |
De professionele voetballer en de beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | Sporter, Ontslagrecht, Ontslagvergoeding, FIFA |
Auteurs | Mr. dr. Roberto Branco Martins |
SamenvattingAuteursinformatie |
Contractstabiliteit in het internationale voetbal versus de vergoeding bij de eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst door de voetballer. De auteur gaat in op de eigenaardigheden van dit onderwerp en concludeert dat een intro van een objectieve rekenmethode de gelijkheid tussen werkgever en werknemer meer in balans brengt. |
Vrij verkeer |
Een overwinning voor vrijverkeersrechten van regenboogfamilies in Europa: het langverwachte Coman-arrest |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2019 |
Trefwoorden | vrij verkeer van Unieburgers, artikel 21 VWEU, koppels van hetzelfde geslacht, Burgerschapsrichtlijn 2004/38/EG, recht op familieleven (art. 7 Handvest) |
Auteurs | H.H.C. Kroeze LL.M. en B. Safradin LL.M. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In Coman heeft het Hof van Justitie voor het eerst uitspraak gedaan over het recht op gezinshereniging van een EU-burger met zijn partner van hetzelfde geslacht op basis van de Burgerschapsrichtlijn (Richtlijn 2004/38/EG). De vraag van de verwijzende Roemeense rechter heeft betrekking op de kwestie of een derdelander die gehuwd is met een EU-burger van hetzelfde geslacht als ‘echtgenoot’ van een Unieburger in de zin van het EU-recht aangemerkt kan en moet worden. Het Hof van Justitie beantwoordt die vraag bevestigend. Het arrest Coman is een overwinning voor de LHBTI-gemeenschap, omdat het Hof van Justitie met dit arrest lidstaten verplicht de burgerlijke staat van getrouwde homoseksuele koppels te erkennen voor wat betreft de uitoefening van de vrijverkeersrechten. Deze annotatie bespreekt zowel de implicaties als de beperkingen van het arrest. Het is bijvoorbeeld nog onduidelijk hoe ver de gelijke behandeling van koppels van hetzelfde geslacht strekt en of zij via het EU-recht ook toegang kunnen krijgen tot andere rechten die aan het huwelijk gekoppeld zijn, zoals socialezekerheidsrechten. Daarnaast legt het arrest de kwestie van omgekeerde discriminatie opnieuw bloot. |
Artikel |
Het leefklimaat in Nederlandse penitentiaire inrichtingen: de Life In Custody–studie |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | Quality of prison life, Imprisonment, Prison Climate Questionnaire, LIC-study |
Auteurs | Dr. Hanneke Palmen, Dr. Anouk Bosma en Dr. Esther van Ginneken |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Life In Custody-study is a large scale, prospective panel study, aimed to examine the quality of prison life in The Netherlands. This paper describes the LIC-study by giving a detailed overview of the data collection procedure, and strategies to optimize response, and presents the first nationwide results on prison climate in The Netherlands. Results show that the data collection procedures utilized were successful in obtaining a high response rate (which was an exceptional 81%) and reaching a representative group of prisoners. Furthermore, results show that the perceptions of prison climate vary across prison regimes, and to a lesser extent across age groups and time spent in detention. |
Ten geleide |
Selectieve wetgeving |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 1 2019 |
Auteurs | Prof. dr. mr. Jeroen ten Voorde |
Auteursinformatie |
Diversen |
PROCES Chronologisch register 2018 |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 1 2019 |
Diversen |
PROCES Auteursregister 2018 |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 1 2019 |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | prejudiciële procedure, Hof van Justitie van de Europese Unie, nationale rechters, motieven om te verwijzen, rechtspolitiek |
Auteurs | Jasper Krommendijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De civiele kamer van de Hoge Raad treedt steeds vaker op als Unierechter en schuwt niet om te verwijzen. Er is echter weinig bekend over de motieven van de kamer om prejudiciële vragen te stellen en de manier waarop de antwoorden van het HvJ vervolgens worden gebruikt door de kamer. Om deze twee vragen te beantwoorden is er een uitgebreide analyse van de rechtspraak van de kamer uitgevoerd in combinatie met acht interviews met (oud-)raadsheren en A-G’s. Dit artikel toont aan dat de kamer uiterst loyaal is wat betreft het verwijzen en de inbedding ondanks dat raadsheren niet met alle antwoorden van het HvJ even tevreden waren. |
Annotatie |
De ISU-beschikking; rijdt de Commissie een scheve schaats? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5 2018 |
Trefwoorden | ISU, doelbeperking, gevolgbeperking, sport en mededinging, marktordening |
Auteurs | Felix Roscam Abbing |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recentelijk heeft de Europese Commissie geoordeeld dat de regels van de ISU op grond waarvan schaatsers die aan niet-geautoriseerde wedstrijden van derden meedoen een langdurige of zelfs levenslange schorsing riskeren, in strijd zijn met het mededingingsrecht. De Commissie concludeert dat de ISU-regels een doelbeperking zijn in de zin van artikel 101 VWEU. In deze annotatie wordt besproken of deze zaak zich wel leent voor beoordeling als doelbeperking in plaats van gevolgbeperking, en of artikel 101 VWEU überhaupt wel zou moeten worden toegepast. Als laatste wordt kort besproken of dergelijke zaken wel zouden moeten worden beoordeeld onder het mededingingsrecht. |
Artikel |
De val van Jacobus Capitein en het debat over omstreden koloniale helden |
Tijdschrift | Tijdschrift over Cultuur & Criminaliteit, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | Jacobus Capitein, Atlantic history, Dutch history, slavery, postcolonialism |
Auteurs | Dr. Karwan Fatah-Black |
SamenvattingAuteursinformatie |
The post-colonial re-evaluation of prominent figures in Dutch history has been resisted fiercely in the public sphere. This article raises the question how lives from the colonial era that are a source of national pride, but are also tainted by their implication in the history of slavery, colonialism and racism can be presented in a way that does justice to their historical context. Jacobus Capitein, who was first enslaved and later became an advocate for slavery in the 1740s, was initially regarded a hero in the eighteenth century, but has received a far more critical evaluation since the second half of the twentieth century. This article takes the way in which professional historians and heritage institutions have dealt with the complex and layered life story of Jacobus Capitein as a model for approaching the lives of the canonical figures of Dutch Atlantic history. |
Artikel |
Het grondrecht op collectief onderhandelen van zelfstandigen versus het Europese mededingingsrecht |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Mededingingsrecht, Zelfstandige, Cao-exceptie, Vrijheid van vakvereniging, Recht op collectief onderhandelen |
Auteurs | Mr. R.F. Hoekstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat centraal dat de beperking van de door het Hof van Justitie geformuleerde ‘cao-exceptie’ op het Europese mededingingsrecht tot ‘werknemers’ en ‘schijnzelfstandigen’ zich moeilijk tot een grondrechtenbenadering lijkt te verhouden. Zelfstandigen met een zwakke arbeidsmarktpositie hebben namelijk evenzeer behoefte aan collectieve middelen om hun arbeidsvoorwaarden te verbeteren en vallen ook onder grondrechtenverdragen. Door een uitgebreide beschouwing van de relevante rechtsinstrumenten van de VN, de IAO en de Raad van Europa en de uitleg die de toezichtorganen hieraan geven blijkt dat het grondrecht op vrijheid van (vak)vereniging, collectief onderhandelen en collectieve actie evenzeer aan deze groep lijkt toe te komen, en een te rigoureuze inperking vanwege het mededingingsrecht niet gerechtvaardigd wordt geacht. De conclusie bevat enkele gedachten over hoe het Europese mededingingsrecht met een grondrechtenbenadering overeenstemming te brengen. Daarbij passeren zowel de recente ontwikkelingen rondom het zelfstandigenvraagstuk in Nederland als initiatieven op Europees niveau de revue. |
Artikel |
Het Nederlandse stelsel van rechtsbescherming tegen plannen en programma’s getoetstOver het belang van het Verdrag van Aarhus en het Unierecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | omgevingsrecht, strategisch procederen, Aarhus, luchtkwaliteit, rechtsbescherming |
Auteurs | Mr. E.J.H. (Ernst) Plambeck |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage, die een weerslag biedt van de door Lorenzo Squintani gehouden presentatie tijdens de VMR-bijeenkomst op 31 mei 2018, staat de vraag centraal welke eisen het internationaal en Unierecht stellen aan rechtsbescherming tegen plannen en programma’s in het omgevingsrecht, en in hoeverre Nederland daaraan voldoet. Ter beantwoording van deze vraag wordt eerst het Verdrag van Aarhus en de implementatie daarvan in het Unierecht bekeken, waarbij ook de reikwijdte van het begrip ‘plannen en programma’s’ in het EU-milieurecht wordt geschetst. Daarna wordt ingegaan op de toetsing overeenkomstig het Unierecht en de (on)mogelijkheid van exceptieve toetsing. Dit wordt gevolgd door een analyse van het Nederlandse rechtssysteem, waarna geconcludeerd wordt dat dit rechtssysteem op onderdelen tekort lijkt te schieten, gelet op het internationaal en Unierecht. |
Boekbespreking |
Do not restrain the prisoner’s brainExecutive functions, self-regulation and the impoverished prison environment |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 4 2018 |
Auteurs | Dr. Liza Cornet |
Auteursinformatie |