Duurovereenkomsten voor bepaalde tijd kunnen tussentijds worden beëindigd door onder meer opzegging op grond van artikel 6:248 BW en ontbinding door de rechter op grond van artikel 6:258 BW. Steeds geldt daarbij het criterium van onvoorziene – in de zin van niet-verdisconteerde – omstandigheden, die van dusdanige aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. In dit overzichtsartikel wordt allereerst ingegaan op de verhouding tussen de hiervoor genoemde grondslagen voor tussentijdse beëindiging en wordt betoogd dat een partij in beginsel vrij is om een van beide grondslagen te kiezen. Vervolgens wordt het voornoemde criterium van onvoorziene omstandigheden nader onder de loep genomen en worden, mede aan de hand van recente rechtspraak, drie gezichtspunten geformuleerd die relevant lijken bij de invulling van dit criterium: inhoud en aard van de overeenkomst, aard en onderlinge verhouding van partijen en de gewichtigheid van de belangen over en weer. |
Zoekresultaat: 50 artikelen
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de WeekRvdW november en december 2001, afl. 33 tot 35 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
Signaal Rechtspraak van de Week |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2002 |
Auteurs | J.A.M. Strens-Meulemeester |
Artikel |
|
Tijdschrift | Vermogensrechtelijke Analyses, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | duurovereenkomsten voor bepaalde tijd, opzegging, onvoorziene omstandigheden, artikel 6:258 BW, artikel 6:248 BW, Mondia/Calanda, Vereniging voor de Effectenhandel/CSM |
Auteurs | D.J. Beenders en P.W. den Hollander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De vraagstelling voor expertises in medische aansprakelijkheidszaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | medische aansprakelijkheid, IWMD-vraagstelling, rechtsontwikkeling, Richtlijn Medisch Specialistische Rapportage |
Auteurs | Prof. mr. A.J. Akkermans, mevrouw mr. L.G.J. Hendrix en mr. A.J. Van |
SamenvattingAuteursinformatie |
Zoals bekend heeft de Projectgroep medische deskundigen in de rechtspleging van de Vrije Universiteit in samenwerking met de Interdisciplinaire Werkgroep Medische Deskundigen (IWMD) een studiemodel ontwikkeld voor de vraagstelling bij medische expertises over het causaal verband bij ongevallen. Dit model is bekend geworden als ‘de IWMD-vraagstelling’ en heeft ruime navolging gekregen in de praktijk. Daardoor levert de vraagstelling aan de deskundige veel minder problemen op dan voorheen. Onlangs zag het concept van een nieuwe versie (maart 2009) het licht. Ook dit concept heeft al zijn weg naar de praktijk gevonden. Zoals haar benaming aangeeft, ziet deze vraagstelling op de situatie waarin vaststaat dat de benadeelde een ongeval is overkomen, maar waar ter discussie staat wat daarvan de gevolgen zijn. |