Volgens artikel 39 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden zijn de wetgevers van de verschillende Koninkrijkslanden verplicht een aantal belangrijke rechtsgebieden ‘zoveel mogelijk’ op overeenkomstige wijze te regelen. In een tweetal artikelen onderzoekt de auteur in hoeverre zij met betrekking tot het ontslagrecht aan deze zogenaamde concordantieverplichting voldoen. In dit eerste deel van de tweeluik ligt de focus allereerst op het concordantiebeginsel. Volgens de auteur houdt artikel 39 Statuut in dat een verschil in wetgeving tussen de drie Koninkrijkslanden slechts geoorloofd is indien daar een behoorlijke rechtvaardigingsgrond voor kan worden aangewezen. Met dit als uitgangspunt worden vervolgens de drie regelingen inzake de preventieve ontslagtoetsing met elkaar vergeleken. Daaruit blijkt dat er tussen het Buitengewoon besluit arbeidsverhoudingen 1945 en de beide Landsverordeningen beëindiging arbeidsovereenkomsten een hoop ongerechtvaardigde verschillen bestaan. Ook tussen de landsverordeningen onderling bestaan de nodige verschillen. Geconcludeerd moet daarom worden dat de Koninkrijkswetgevers op dit terrein niet aan hun Statutaire concordantieverplichting voldoen. |
Zoekresultaat: 1145 artikelen
Hoofdartikel |
Ontslagrecht in het Koninkrijk der Nederlanden (1) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | ontslagrecht, concordantiebeginsel, Antillen, Aruba, arbeidsrecht, Koninkrijk der Nederlanden, doorwerking, Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden |
Auteurs | Mr. F.M. Dekker |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De stelselmatige dader als zondebok en slachtoffer van risicojustitie |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | Risicojustitie, Maatregel ISD, Stelselmatige dader, Zondebok |
Auteurs | Mr. Marene van Zwet |
SamenvattingAuteursinformatie |
De maatregel ISD is een uiting van risicojustitie. De maatregel zet in op een risicovolle groep in de samenleving, waarbij het strafrecht prospectief wordt ingezet. In de behoefte de maatschappij te beveiligen tegen toekomstige risico’s is niet langer de ernst van de daad van belang, maar de ernst van het criminele verleden van de dader. De maatregel ISD zet in op het onschadelijk maken van stelselmatige daders om zodoende de maatschappij te beveiligen. Daarbij worden fundamentele strafrechtelijke waarden geschonden en wordt ernstig tekortgedaan aan de rechtsbeschermende positie van de stelselmatige dader. De stelselmatige dader is zondebok en slachtoffer van risicojustitie. |
Artikel |
Mark of Cain op het voorhoofd van de jeugdige verdachte?Over stigmatisering en privacy in het jeugdstrafrecht |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | privacy jeugdigen, stigmatisering, labeling, proportionaliteit, bescherming, overlast |
Auteurs | MSc LLM BA Maria de Jong-de Kruijf en Prof. mr. drs. Mariëlle Bruning |
SamenvattingAuteursinformatie |
Labeling van jongeren in het jeugdstrafrecht kan leiden tot stigmatisering. Stigmatisering van jongeren moet voor zover mogelijk worden voorkomen, ook in het jeugdstrafrecht. Verschillende recente ontwikkelingen in het jeugdstrafrecht, zoals de toenemende neiging om jongeren met probleemgedrag te registreren in databases en om naar aanleiding van dit gedrag in casusoverleggen met deelnemers afkomstig uit jeugdstrafrecht en (jeugd)zorg in brede zin gegevens uit te wisselen, leiden mogelijk tot meer stigmatisering van de jeugdige (verdachte). De ontwikkelingen die wij in deze bijdrage beschrijven zijn registratiesystemen, met name ProKid en JCO Support, justitiële documentatie en Halt-afdoeningen, casusoverleggen in de Veiligheidshuizen en groepsgerichte aanpakken. Deze probleemgebieden tasten de privacy van de minderjarige (verdachte) aan en leiden in mindere of meerdere mate tot stigmatisering. Wij zullen voor elke ontwikkeling bespreken in hoeverre sprake is van (te veel) stigmatisering en zo ja of en hoe dit zo veel mogelijk kan worden beperkt. |
Column |
Zedendelinquent nog in te sluiten? |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2010 |
Auteurs | Prof. dr. mr. Martin Moerings |
Auteursinformatie |
Artikel |
De kartelhel |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | kartel, criminalisering van kartelovertredingen, eerste- en tweedegraads kartelovertredingen, antikartelcultuur |
Auteurs | Mr. R. Wesseling |
SamenvattingAuteursinformatie |
Nederland stond lang bekend als het kartelparadijs van Europa. Die situatie is wezenlijk veranderd, mede door de introductie van de Mededingingswet en de oprichting van de NMa in 1998. Tot eind van de jaren negentig van de vorige eeuw kreeg de kartellist nog goedkeuring van de minister voor Economische zaken voor kartelovereenkomsten. Nu wil diezelfde minister dezelfde kartellist achter de tralies zetten. Het kan in de politiek, zoals bekend, snel gaan. Het is echter de vraag of burgers en ondernemingen zich met hetzelfde tempo kunnen aanpassen aan een zo radicale wijziging van een norm. |
Artikel |
Restrictief illegalenbeleid lijkt averechts te werken |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2010 |
Trefwoorden | illegaal verblijvenden, uitgeprocedeerde asielzoekers, restrictief illegalenbeleid, stigmatisering |
Auteurs | Mieke Kox |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds begin jaren negentig wordt een restrictief beleid gevoerd om illegaliteit en de uitwassen die hiermee gepaard zouden gaan te bestrijden. Maar is een restrictief illegalenbeleid hier wel een geschikt middel voor? Deze vraag heeft centraal gestaan in het onderzoek ‘Het leven gaat door’ waarin het leven in de illegaliteit aan de hand van interviews met 88 uitgeprocedeerde asielzoekers uit Utrecht in kaart is gebracht. Het blijkt dat een restrictief beleid illegaliteit niet bestrijdt en problemen niet oplost, maar dat het juist problemen voor illegaal verblijvenden én samenleving veroorzaakt. Het huidige restrictieve beleid lijkt dan ook averechts te werken. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | Beccaria, criminal law, nodal governance, social contract |
Auteurs | Klaas Rozemond |
SamenvattingAuteursinformatie |
Les Johnston and Clifford Shearing argue in their book, Governing Security, that the state has lost its monopoly on the governance of security. Private security arrangements have formed a networked governance of security in which the criminal law of the state is just one of the many knots or ‘nodes’ of the security network. Johnston and Shearing consider On Crimes and Punishment, written by Cesare Beccaria in the 18th century, as the most important statement of the classical security program which has withered away in the networked governance of the risk society. This article critizes the way Johnston and Shearing analyze Beccaria’s social contract theory and it formulates a Beccarian theory of the criminal law and nodal governance which explains the causes of crime and the rise of nodal governance and defends the central role of the state in anchoring security arrangements based on private contracts and property rights. |
Artikel |
De opbouw van de rechtsstaat in AfghanistanEen bezinning op tien jaar buitenlandse hulp |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 4 2010 |
Auteurs | V.L. Taylor |
SamenvattingAuteursinformatie |
In this essay the author looks back at ten years of rule of law foreign assistance in Afghanistan. She first surveys the elements that make Afghanistan particularly challenging as a development. This is followed by a brief outline of foreign donor-assisted efforts at rule of law reform in the last decade. The features of law and legal systems in Afghanistan that are salient for would-be foreign reformers are analyzed. The concept of judicial independence serves as example of well-intentioned rule of law interventions that have not fared well in this complex environment. The author argues that better prepared international advisors with a better grasp of legal history and comparative law may have produced stronger outcomes. Ultimately, however, a pre-post-conflict setting constrains conventional rule of law programs in important ways and calls for more realism about what can be achieved, within what time frame and with what degree of sustainability. |
Artikel |
Winning the hearts and minds in Nederlands-IndiëKoloniale politie als opbouwmissie |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 4 2010 |
Auteurs | M. Bloembergen |
SamenvattingAuteursinformatie |
This essay is a tentative exercise to compare ideals and practices of daily colonial policing, in particular in the late colonial state of the Dutch East-Indies, to those of present-day international peace and police development missions in post-conflict societies. In both cases we see foreign powers, represented by a minority of experts and professionals, aiming to control (or to assist in controlling) local security problems, out of care and fear; they do so by training indigenous recruits for professional (civil and military) police forces, build on western models of policing which they presume superior. But the most import thing the colonial police and international peace and developmental missions share is their actual weak base of power: both institutions have to operate in states that are characterized by fragmentation of power, by fragile authority and by lack of security control. Both institutions have a problem of legitimacy: the mandate they get from the local population is doubtful. This explains why both the police and international peace missions, whether consciously or not, often fail to solve local power struggles, or to grasp the point of local security problems, sometimes with very dramatic effects. |
Jurisprudentie |
2005/37 Nalaten medische hulp en bijstand in te roepen: mishandeling; geen psychische overmacht: gevangenisstraf van 227 dagen waarvan honderd voorwaardelijk met proeftijd van twee jaarRechtbank Haarlem (mrs. Toeter, Pott Hofstede en Van Acker) d.d. 15 maart 2005. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2005 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
2005/35 Kindercardioloog; tekortschieten bij complexe medische ingreep bij een jong kind, bezit van kinderporno; dood door schuld: gevangenisstraf en ontzetting uit beroepRechtbank Utrecht (mr. M.J. Veldhuijzen, voorzitter; mrs. I.P.H.M. Severeijns en H. Manuel, rechters, bijgestaan door mr. A. van Beek als griffier) d.d. 30 november 2004. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2005 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
Kroniek strafrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2005 |
Auteurs | W.L.J.M. Duijst |
Jurisprudentie |
2005/29 Huisarts; actieve levensbeëindiging zonder verzoek; geen overmacht in de zin van noodtoestand; geen palliatieve zorgHoge Raad der Nederlanden (F.H. Koster, vice-president/voorzitter; J.P. Balkema, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink en J. de Hullu, raadsheren; S.P. Bakker, griffier) d.d. 9 november 2004. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2005 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
Kroniek rechtspraak rechten van de mens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2005 |
Auteurs | A.C. Hendriks |
Jurisprudentie |
2005/6 Besmetting met hiv ten gevolge van seksueel contact: poging tot doodslag c.q. zware mishandeling?Hoge Raad (vice-president mr. F.H. Koster, voorzitter, mrs. G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel en J. de Hullu, raadsheren) d.d. 18 januari 2005. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2005 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
Kroniek rechtspraak strafrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2006 |
Auteurs | W.L.J.M. Duijst |
Praktijk |
Koren en kaf. Over alternatieve geneeswijzen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2006 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
Kroniek rechtspraak tuchtrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2006 |
Auteurs | W.R. Kastelein |
Jurisprudentie |
2006/10 Hulp bij zelfdoding; het geven van instructies gericht op zelfdoding en het verschaffen van middelen daartoe: 1 jaar gevangenisstraf onder aftrek van voorarrestRechtbank Alkmaar (mr. R.F.B. van Zutphen, voorzitter, mr. P. van Steijnen en mr. D.A.C. Koster, rechters) d.d. 7 december 2005. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2006 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
2006/9 Kindercardioloog; tekortschieten bij complexe medische ingreep bij een jong kind: dood door schuld en bezit kinderporno: gevangenisstraf, werkstraf en ontzetting uit het beroep van artsGerechtshof Arnhem (mr. P.C. Vegter, voorzitter, mrs. J.A. Coster van Voorhout en J.A.W. Lensing, raadsheren en mr. S.G.M. Schellekens, griffier) d.d. 12 oktober 2005. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2006 |
Auteurs | |