De uitspraak van het Hof van Justitie in de zaak Airbnb Ireland geeft aanleiding tot een herbezinning op de Richtlijn elektronische handel. Deze richtlijn uit 2000 lijkt onvoldoende toegerust om het hoofd te bieden aan de complexe problemen die ontstaan door de groeiende aanwezigheid van grote online platformen op Europese consumentenmarkten. Deze noot bespreekt de kwalificatie van platformdiensten als ‘dienst van de informatiemaatschappij’ en de daaraan gekoppelde regels voor aansprakelijkheid en mogelijke beperkingen van het vrij verkeer van diensten door nationale regelgeving. |
Zoekresultaat: 1249 artikelen
Digitale markten |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2020 |
Trefwoorden | online platformen, vrij verkeer van diensten, aansprakelijkheid, Digital Single Market |
Auteurs | Prof. dr. V. Mak |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Medisch data-onderzoek in het AVG-tijdperk: een zoektocht naar de juiste regels |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Mr. dr. M.C. Ploem, Dr. T. Rigter en Prof. mr. J.K.M. Gevers |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Kroniek rechtspraak |
Kroniek Wet marktordening gezondheidszorg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | belanghebbende, tarieven, contracteervereiste, budgettering, handhaving |
Auteurs | Prof. mr. J.G. Sijmons |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek behandelt de rechtspraak op het gebied van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), die van het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de bestuursrechter is verschenen in de periode vanaf 1 juli 2016 tot en met 31 december 2019. |
Externe betrekkingen |
Oude wijn in nieuwe zakken: over de oorsprongsmarkering van levensmiddelen uit de door Israël bezette gebieden |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2020 |
Trefwoorden | herkomstaanduiding, oorsprongsmarkering, oorsprongsregels, door Israël bezette gebieden, Verordening (EU) nr. 1169/2011 |
Auteurs | Mr. K.P. Olsthoorn |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de onderhavige prejudiciële zaak is het Hof van Justitie voor het eerst verzocht om een uitspraak over de uitlegging van de bepalingen van Verordening (EU) nr. 1169/2011 over de vermelding van het ‘land van oorsprong’ en de ‘plaats van herkomst’ met betrekking tot levensmiddelen die uit de door Israël sinds 1967 bezette gebieden afkomstig zijn. In het op 12 november 2019 gewezen arrest in de de zaak Organisation juive européenne en Vignoble Psagot heeft het Hof van Justitie geoordeeld dat uit deze verordening volgt dat op levensmiddelen die afkomstig zijn uit een door Israël bezet gebied, niet alleen dit gebied maar tevens, wanneer die levensmiddelen afkomstig zijn uit een plaats die of een geheel van plaatsen dat een Israëlische nederzetting binnen dat gebied vormt, deze herkomst moet worden vermeld. In deze bijdrage worden de achtergronden en gevolgen van deze uitspraak nader toegelicht. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Léon Korsten en Jolein Movig |
Auteursinformatie |
Essay |
Toezicht op het gebruik van algoritmen door de overheidTijd voor een zorgplicht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | zorgplicht, algoritmen, toezicht op algoritmen, AI, geautomatiseerde besluiten |
Auteurs | Thijs Drouen en Marlies van Eck |
SamenvattingAuteursinformatie |
De overheid maakt in toenemende mate gebruik van systemen die taken verrichten die eerst door ambtenaren werden uitgevoerd. Denk aan het verlenen en uitbetalen van uitkeringen, het opleggen van boetes, bedienen van ophaalbruggen enzovoort. Bij de inzet van deze systemen wordt niet altijd onderkend dat hierbij voldaan moet worden aan de regels die voor de overheid gelden. Bovendien brengt de inzet van deze systemen – algoritmen – nieuwe, deels voorzienbare en deels onvoorzienbare risico’s met zich mee. Daarom wordt steeds vaker gevraagd om meer toezicht op algoritmen. Om dit toezicht effectief te laten zijn zou er een zorgplicht moeten worden ingevoerd. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Preventieve toetsing van ontslagen op de a-grond door het UWV, Vrijheid van vestiging, Vrijheid van ondernemerschap |
Auteurs | Prof. mr. L.G. Verburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage onderzoekt de vraag of ons Nederlandse systeem van de preventieve toetsing door het UWV van ontslagen die het gevolg zijn van bedrijfseconomische omstandigheden als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub a BW (de a-grond) in overeenstemming is met het Unierecht. Een nauwgezette analyse van de rechtspraak van het HvJ EU, waaronder in het bijzonder het AGET Iraklis-arrest uit 2016, wijst uit dat de aanwijzingen die het HvJ geeft omtrent de uitlegging van het Unierecht, in het bijzonder ten aanzien van de toepassing van de vrijheid van vestiging in samenhang met de vrijheid van ondernemerschap, repercussies hebben voor het Nederlandse systeem van de preventieve toetsing van ontslagen op de a-grond. De conclusie luidt dat de toetsing door het UWV van het besluit van de ondernemer dat de arbeidsplaats van een werknemer is vervallen door beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming of structureel vervalt door maatregelen die om bedrijfseconomische redenen noodzakelijk zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering, strijdig is met het Unierecht en daarom achterwege moet blijven. De oorzaak ligt bij het ontbreken van concrete, objectieve en controleerbare uitvoeringsbepalingen. De toetsing van de vervolgvraag betreffende de ontslagvolgorde lijkt wel te voldoen aan de eisen die voortvloeien uit de rechtspraak van het HvJ EU. |
Artikel |
In gesprek met de oude en de nieuwe Haagse ombudsman, Peter Heskes en Addie Stehouwer |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Klachtrecht, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Alex Hazeweijer en Liesbeth Veltmans |
Auteursinformatie |
Kroniek |
Kroniek publiekrechtelijke handhaving Mededingingswet 2019 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Cees Dekker, Ekram Belhadj en Vanessa Jasarevic |
Auteursinformatie |
Artikel |
De benchmarktransitie: van IBOR’s naar RFR’s door een civielrechtelijk labyrint? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | IBOR, benchmark, transitie, fallback, risk-free rate |
Auteurs | Mr. S. Uiterwijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bekende benchmarks om renteverplichtingen mee te berekenen, zoals LIBOR en EURIBOR, zullen mogelijk verdwijnen. Dit zal een impact hebben op allerlei financiële producten, met een marktwaarde geschat op honderden biljoenen euro’s. Naast professionele partijen kunnen ook consumenten hierdoor worden geraakt. Dit artikel beschrijft de benchmarktransitie en de civielrechtelijke aandachtspunten. |
Boekbespreking |
Een boekje open over ondermijning |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Willem-Jan Kortleven |
Auteursinformatie |
Wetenschap en praktijk |
|
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | verplichte melding, belastingconstructies, DAC 6 |
Auteurs | Mr. N.J. Schutte |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze zomer is het wetsvoorstel tot implementatie van Richtlijn (EU) 2018/822 waarin de zogeheten mandatory disclosure wordt geïntroduceerd bij de Tweede kamer ingediend. Kort gezegd is dat de verplichting om grensoverschrijdende belastingbesparende constructies te melden. Dit wetsvoorstel is geamendeerd en op 14 november 2019 door de Tweede kamer en op 18 december 2019 door de Eerste kamer aangenomen.1x Stb. 2019, 509. Voorafgaand aan de indiening van het wetsvoorstel is een conceptwettekst beschikbaar gesteld voor internetconsultatie. In dit artikel worden de hoofdlijnen van de richtlijn en daarmee ook van het wetsvoorstel toegelicht. Daarna bespreekt de auteur het advies van de Raad van State. Ten slotte wordt ingegaan op de reactie die de regering in de memorie van toelichting op deze commentaren heeft gegeven. De conclusie luidt dat er wel enige verduidelijking heeft plaatsgevonden, maar dat er geen enkele inhoudelijke wijziging ten opzichte van de conceptwettekst aan te wijzen valt. Voor een groot aantal onderdelen is dat begrijpelijk omdat de richtlijn geen beleidsruimte laat, maar waar die beleidsruimte wél bestaat, heeft de regering gekozen voor maximale bevoegdheden van de Belastingdienst en disproportionele sanctiemogelijkheden. Noten
|
Wetenschap en praktijk |
(On)zekerheden bij het financieren van het product-als-dienstmodel |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | zekerheden, circulaire economie, product-als-dienstmodel, natrekking, financiering |
Auteurs | Mr. dr. C.H.A. van Oostrum |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ondernemingen die ondernemen conform de uitgangpunten van de circulaire economie ervaren moeilijkheden bij het aantrekken van vreemd vermogen. Dit komt omdat hun innovatieve verdienmodellen voor kredietverstrekkers onzekerheden bevatten. Deze onzekerheden komen ook tot uitdrukking bij het op waarde schatten van de geboden zekerheden. Deze problematiek speelt met name bij circulaire ondernemingen met een product-als-dienstmodel. De problematiek komt voort uit het gegeven dat deze ondernemingen het product-als-dienstmodel toepassen op producten die een lage waarde vertegenwoordigen of die vatbaar zijn voor natrekking. Dit in tegenstelling tot ondernemingen met een traditionele toepassing van het product-als-dienstmodel zoals autoleasemaatschappijen. In dit artikel bespreekt de auteur onzekerheden die een rol spelen bij het bieden van zekerheid voor de financiering van het product-als-dienstmodel zoals dat wordt toegepast door circulaire ondernemingen. Ook wordt ingegaan op mogelijke oplossingen die zijn aangedragen in de literatuur en de praktijk. |
Article |
|
Tijdschrift | Family & Law, februari 2020 |
Auteurs | Caranina Colpaert LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
De grote toestroom van migranten en asielzoekers in de EU houdt vandaag nog steeds verschillende regelgevers wakker. Niet alleen de nationale overheden, maar ook de EU-regelgevers zoeken naarstig naar oplossingen voor de problematiek. Daartoe trachten de EU-regelgevers het Gemeenschappelijk Europees Asielstelsel (GEAS) bij te werken. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | mensenhandel, uitbuiting, rechtsvorming, machtenscheiding, rechtszekerheid |
Auteurs | Mr. dr. L.B. (Luuk) Esser |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad drukt de laatste vier jaar een belangrijk stempel op de reikwijdte van de strafbaarstelling van mensenhandel, die is opgenomen in artikel 273f Sr. Zo heeft hij het wetsartikel in belangrijke mate afgebakend door in een deel van de delictsomschrijvingen het bestanddeel ‘uitbuiting’ in te lezen. Wat zijn de implicaties van de door de Hoge Raad gekozen oplossingsrichting en hoe kunnen de door hem gemaakte keuzes worden gewaardeerd? |
Artikel |
|
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | vertrouwensbeginsel, voorlichting, inlichtingen, taal, rechtsbescherming |
Auteurs | Mr. drs. T.A. Cramwinckel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij voorlichting aan burgers ‘vertaalt’ de Belastingdienst complexe belastingwetgeving naar begrijpelijke teksten voor burgers. Deze bijdrage behandelt een aantal praktische en fundamentele vragen die zich voordoen bij deze vertaalslag, zoals: wat is de juridische status van voorlichting? Welke ‘ingrepen’ zijn nodig in de vertaling? Is begrijpelijke taal alleen maar ‘goed’, of zijn er ook nadelen? Kunnen burgers rechten ontlenen aan ‘vertaalde’ belastingwetgeving? En wat betekent dat voor de belastingwetgever? Duidelijk wordt dat begrijpelijke taal nodig is, maar dat het juristen ook voor praktische en fundamentele vraagstukken stelt, waarbij burgers niet uit het oog mogen worden verloren. |
Objets trouvés |
Het wettelijk experiment rond de promotiestudent |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | experimentwetgeving, promotiestudenten, werknemerpromovendi, wetsevaluatie |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel |
SamenvattingAuteursinformatie |
De regering heeft in 2015 het Besluit experiment promotieonderwijs gelanceerd. Anders dan het opschrift doet vermoeden, lijkt dit experiment niet of nauwelijks van doen te hebben met de kwaliteit van het onderwijs aan promovendi of met de bijdrage die promotieonderwijs levert aan het verbeteren van Nederlandse proefschriften. Veeleer lijkt het erop dat gepoogd wordt om te bezien of door promovendi hun status van werknemer te ontnemen, de kosten voor universiteiten kunnen worden gedrukt en het aantal promoties kan worden verhoogd. De tussenevaluatie van het experiment is op dit punt weinig kritisch en objectief. Daarmee is niet gezegd dat een wettelijk experiment met het labelen van promotieplaatsen en het monitoren van de effecten van onderwijs aan promovendi geen nut zou kunnen hebben, zoals ik verdedig aan de hand van het voorbeeld van het promoveren op het gebied van het Nederlandse recht. |
Jurisprudentie |
Kroniek ondernemingsstrafrechtTweede helft 2019 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, mr. A.C.M. Klaasse e.a. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | verbintenis, gebrek, zorgplicht, geldsom, bestuurdersaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. J.J. Valk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De klachtplicht is van toepassing op alle ‘verbintenissen’, maar dan wel alleen bij ‘gebrekkige prestaties’. De auteur verkent het toepassingsbereik van de klachtplicht aan de hand van deze begrippen. Aan de orde komen onder meer zorgplichten, onrechtmatige daad, de betaling van een geldsom en interne bestuurdersaansprakelijkheid. |
Artikel |
Het toepasselijk recht op gebundelde kartelschadeclaimsVan mozaïek tot Rubik’s Cube |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 1-2 2020 |
Trefwoorden | kartelschade, Rome II, WCOD, marktregel, lex fori |
Auteurs | Mr. dr. L.M. van Bochove |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een internationale kartelschadevordering wordt beheerst door het recht van het land waar de markt is beïnvloed. In de praktijk blijkt deze marktregel echter moeilijk toepasbaar, vooral wanneer vorderingen gebundeld worden ingediend. Dit artikel bespreekt de knelpunten van de marktregel en onderzoekt de praktische en juridische haalbaarheid van alternatieve aanknopingspunten. |