Met de pauliana kan een faillissementscurator of schuldeiser transacties van de schuldenaar met derden aantasten. In dit artikel wordt besproken hoe rechtsmacht en toepasselijk recht voor een paulianavordering binnen en buiten faillissement moeten worden bepaald. Daarbij valt op dat de situatie binnen faillissement veel overzichtelijker is dan buiten faillissement. |
Zoekresultaat: 977 artikelen
Artikel |
De pauliana in het Europese internationaal privaatrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 8-9 2019 |
Trefwoorden | ipr, toepasselijk recht, Rechtsmacht, Eex-VO, pauliana |
Auteurs | Mr. T.V.J. Bil |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Kroniek Insolventierecht |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 9 2019 |
Auteurs | Jaap van der Meer, Floris Dix, Suzan Winkels-Koerselman e.a. |
Artikel |
Het in mindering brengen van inzetbaarheidskosten op de transitievergoeding |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | Transitievergoeding, Inzetbaarheidskosten, Artikel 7:673 lid 6 sub b BW, Bredere inzetbaarheid, Scholing |
Auteurs | mr. Erik Steenis en Mr. Bart Hopmans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel behandelt de mogelijkheid om inzetbaarheidskosten in mindering te brengen op de transitievergoeding op grond van artikel 7:673 lid 6 sub b BW. Door de auteurs is onderzocht of de regeling in zijn huidige vorm effectief bijdraagt aan het bevorderen van de transitie van werk-naar-werk en het verhogen van de bredere inzetbaarheid van werknemers in Nederland. Dit lijkt niet het geval te zijn. De wijzigingen die zijn voorgesteld met de WAB lijken daar ook geen verandering in te brengen. Het artikel sluit af met een reeks aanbevelingen, waarmee de effectiviteit van de regeling kan worden vergroot. |
Artikel |
Overbrugging van procedurele breuklijnen bij een integrale aanpak van criminaliteit |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | (de keuze voor een) handhavingsstelsel, ne bis in idem, Integrale aanpak, Bewijsvergaring, vormverzuimen |
Auteurs | Prof. mr. dr. M.F.H. Hirsch Ballin |
SamenvattingAuteursinformatie |
De overheid zet in op een ‘integrale aanpak’ van ondermijning, terrorisme, cybercrime en financieel-economische criminaliteit. Die integrale aanpak heeft ook belangrijke procedurele gevolgen. Tegelijkertijd of achtereenvolgens worden bevoegdheden ingezet die worden genormeerd in verschillende rechtsgebieden. Het door deze bevoegdheden vergaarde materiaal wordt bovendien onderling gedeeld en gebruikt voor andere bevoegdheden. Door de betrokkenheid van meerdere rechtsgebieden en door die rechtsgebieden gescheiden te blijven benaderen, is sprake van procedurele breuklijnen die af doen aan daadwerkelijke integratie en aan de waarborgfunctie van het recht. Niet een duidelijkere keuze tussen handhavingsstelsels is de route naar overbrugging, maar het bereiken van overeenstemming over de grondbeginselen die aan de normering ten grondslag liggen. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, mr. A.C.M. Klaasse e.a. |
Samenvatting |
|
Annotatie |
Annotatie bij de zaak Fundacion Lotto pa Deporte e.a./Land ArubaGerecht in Eerste Aanleg Aruba, 24 juli 2019, behorend bij AR AUA201800634 |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2019 |
Auteurs | Mr. K. Frielink |
Auteursinformatie |
Artikel |
Nietigheid van de overeenkomst met het Land Curaçao wegens het contracteren met een vertegenwoordigingsonbevoegde overheidsfunctionaris |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | privaatrecht, Land Curaçao, overeenkomsten, privaatrechtelijke normen, publiekrechtelijke normen |
Auteurs | Mr. dr. M.V.R. Snel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ter behartiging van het algemeen belang bedient de Curaçaose overheid zich behalve van het publiekrecht ook van het privaatrecht. Wanneer het daartoe overgaat, zijn op dat handelen zowel privaat- als publiekrechtelijke normen van toepassing. Zodoende kan de geldigheid van met de overheid gesloten contracten ter discussie komen te staan op basis van de in het privaatrecht verankerde wilsgebreken (art. 3:44 en 6:228 BW) of de figuur van strijd met de wet, goede zeden of openbare orde (art. 3:40 BW), maar ook op basis van bijzondere publiekrechtelijke normen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Radbruch, Kisch, Langemeijer, Toetsingsarrest, VWR |
Auteurs | Wouter Veraart |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hoe was het met de Nederlandse rechtsfilosofie gesteld in de eerste jaren na de bevrijding? In die periode lag binnen de Vereniging voor Wijsbegeerte des Rechts (VWR) het accent op de verhouding tussen recht en gerechtigheid in het licht van het recente verleden. Dit artikel bespreekt interventies van drie actieve VWR-leden in de jaren 1946-1949: C.M.O. van Nispen tot Sevenaer, I. Kisch en G.E. Langemeijer. Gelet op het sterke accent op de relatie tussen recht en moraal in deze periode, is het niet verwonderlijk dat de rechtsfilosofie van Gustav Radbruch destijds binnen de VWR veel bijval kreeg. Wat was Radbruchs invloed op deze drie rechtsfilosofen? Het artikel besluit met een bespreking van de herdenkingsrede die VWR-voorzitter M.P. Vrij in 1949 uitsprak bij het dertigjarig bestaan. Deze rede markeert het eindpunt van vier jaar van intensieve aandacht voor de rechtsfilosofische implicaties van de ervaring van juridisch onrecht. |
|
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | herstelrecht, restorative justice, just culture, medische aansprakelijkheid, schade |
Auteurs | Mr. B.S. Laarman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt onderzocht wat er vanuit een ‘herstelgericht’ perspectief te zeggen is over de afwikkeling van medische schade. Biedt restorative just culture aanknopingspunten voor een afwikkeling van medische schade die beter aansluit bij de behoeften van betrokkenen? |
Artikel |
De generatieregeling; bezint eer ge begint? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | generatieregeling, langer doorwerken, seniorenregeling, deeltijdpensioen, aow |
Auteurs | mr. Cornelien Donner Broersma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Niet alle werknemers zijn in staat om tot aan de gestegen AOW-leeftijd te blijven werken. Voor hen kan een zogenoemde generatieregeling uitkomst bieden; oudere werknemers werken minder uren terwijl hun pensioenopbouw en (een deel van) het loon over de niet gewerkte uren door de werkgever worden gecontinueerd. Generatieregelingen zijn niet uniform; de praktijk laat een veelvoud aan regelingen zien. Wel geldt een uniform fiscaal en juridisch kader. In dit artikel ga ik in op de toepasselijke fiscale en juridische wet- en regelgeving van een generatieregeling en formuleer ik enkele aandachtspunten voor werkgevers die een generatieregeling willen opzetten. |
Artikel |
Initiatiefwetgeving: een lange hordeloop (met kans op eeuwige roem) |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 5 2019 |
Trefwoorden | initiatiefwetten, Handreiking, ambtelijke bijstand, politiek, regeerakkoord |
Auteurs | Mr. H.M. Linthorst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het initiatiefrecht biedt de mogelijkheid om ook buiten de meerderheid van een coalitie veranderingen in onze rechtsorde tot stand te brengen. Als Kamerleden het initiatief voor een wetsvoorstel nemen, staat de politieke rationaliteit voorop. De ‘Handreiking ambtelijke bijstand bij initiatiefwetgeving’ legt echter de nadruk op andere rationaliteiten, in het bijzonder de financiële. Zij kan leiden tot minder vertrouwen tussen Kamerleden en bijstandsverleners vanuit de ministeries. De controledrift die uit de Handreiking blijkt, manifesteert zich ook waar in het kader van het huidige regeerakkoord is afgesproken welke initiatiefwetsvoorstellen niet verder worden behandeld of niet aanhangig mogen worden gemaakt. |
Praktijkberichten |
De Verordening inzake screening van overnames in de EU – de gevolgen voor de M&A-praktijk |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Screening mechanisme, Buitenlandse directe investeringen, FDI, Europese CFIUS |
Auteurs | Mr. W.M. Kros |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Verordening tot vaststelling van een kader voor de screening van buitenlandse directe investeringen in de EU (Verordening 2019/452) is op 19 maart 2019 aangenomen door het Europees Parlement en zal met ingang van 11 oktober 2020 van toepassing zijn. De Verordening stelt een raamwerk vast waarbinnen de EU-lidstaten en de Europese Commissie samenwerken aan de screening van investeringen van buiten de EU. Alhoewel de EU-lidstaten zelf verantwoordelijk blijven voor het al |
Wetenschap |
Twee heren (in één transactie) dienen, mag dat nu wel of (soms) toch niet? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | tegenstrijdig belang, belangenverstrengeling, Bruil, corporate governance, Wet bestuur en toezicht rechtspersonen |
Auteurs | Prof. mr. W.J. Oostwouder en Mr. T. Spronk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De wet bevat geen duidelijke definitie voor het begrip ‘tegenstrijdig belang’. Ook de wetsgeschiedenis biedt onvoldoende aanknopingspunten voor een eenduidige interpretatie van dit begrip en zijn toepassing. De minister verwijst wel naar het in 2007 gewezen Bruil-arrest. Hieruit blijkt dat ook in het sinds 2013 geldende recht moet worden uitgegaan van de in dit arrest aangenomen verschuiving van de abstracte leer naar de materiële leer. Dit neemt niet weg dat er twijfels ontstaan over de ex-antetoepassing van de ex post geformuleerde Bruil-norm, de specifieke invulling van het materiële begrip en de verhouding tussen de tegenstrijdig-belangregeling en de Linders/Hofstee-regels. Deze onduidelijkheid wordt versterkt door de verschillende interpretaties van dit begrip in de governancecodes en recente uitspraken van de Ondernemingskamer en de Governancecommissie Gezondheidszorg. Een verheldering van dit begrip door de wetgever in het kader van de behandeling van het wetsvoorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen zou derhalve gewenst zijn. |
Actualia contractspraktijk |
Herziening consumentenrechten: verkenning van Richtlijn 2019/771 |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 20 mei 2019 werd de Richtlijn Consumentenkoop aangenomen. Deze richtlijn gaat invloed hebben op de wettelijke regeling over conformiteit bij consumentenkoop. De richtlijn voorziet in een eigen conformiteitsregel en een eigen toepassingsbereik. In deze bijdrage wordt de richtlijn verkend en de invloed op de bestaande regeling besproken. |
Artikel |
Eerder verbindend dan visionairEen analyse van de overwegingen van burgemeesters bij het gebruiken van de handhavende bevoegdheden uit de Wet Damocles |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | home closure, Mayors, political leadership, leadership style, the Netherlands |
Auteurs | Ineke Bastiaans en Niels Karsten |
SamenvattingAuteursinformatie |
Several authors fear that the expansion of Dutch mayors’ executive powers in the field of safety and security will harm their position as non-partisan and consensus-oriented leaders. Empirical research into how mayors use their powers, however, is still rare. From a leadership perspective, the current article analyzes how mayors in the region of South East Brabant in Netherlands use their administrative power to close homes involved in drug-related crime. Drawing on Fischer’s framework of discursive practices, we analyze mayors’ considerations in terms of the argumentation they provide for closing homes. Our analysis, which draws on interviews and document analysis, covers 27 cases from the police region of South-East Brabant and includes 120 considerations. Our findings indicate that mayors vindicate home closures mostly through policy-derived technical and situational argumentations. Vindications that aspire a particular societal effect, such as the reduction of criminal activity, or ideological motivations are rarer, which is indicative of a non-decisive leadership style. In addition, mayors mostly respect the local closure policies. As such, they show very little decisive and individualistic leadership. And, to the extent that they deviate from agreed-upon regional policies, their motivation is to be able to take into account unique local circumstances. In the use of their administrative powers mayors, thus, show mostly situational and adaptive leadership, which, rather than as visionaries, positions them as caretakers. The leadership style of Dutch mayor in the use of this administrative power is, thus, much more in accordance with their traditional bridging-and-bonding leadership style than some authors suspect. Some of the limitations of our study are that we have analyzed closure decisions from one region only and that real-life decisions are susceptible to contextual influences. At the same time, our study provides a rare insight into real-world mayoral leadership in the Netherlands in the field of safety and security. |
Redactioneel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | vertrouwensbeginsel, handhaving |
Auteurs | Prof. mr. G.A. (Gerrit) van der Veen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit redactioneel gaat in op de uitspraak van de grote kamer van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over het vertrouwensbeginsel in het omgevingsrecht. |
Artikel |
Economische ongelijkheid: een verkenning vanuit de grondslagen van het arbeidsrecht |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Economische ongelijkheid, Ongelijkheidscompensatie, Collectieve arbeidsvoorwaardenvorming, Gelijke behandeling, Flexibele arbeid |
Auteurs | Mr. dr. N. Zekić |
SamenvattingAuteursinformatie |
De groei van de inkomens- en welvaartsongelijkheid – samen ook wel als economische ongelijkheid aangeduid – wordt gezien als een van de grootste hedendaagse maatschappelijke problemen. Redistributie (herverdeling) van middelen, macht en risico’s kan de groei van economische ongelijkheid tegengaan. Dit artikel verkent de relatie tussen het Nederlandse arbeidsrecht en redistributie. Dit gebeurt door aan te haken bij de (internationale) discussie over de grondslagen van het arbeidsrecht. Op drie onderdelen van het arbeidsrecht wordt in dit kader dieper ingegaan: (1) collectieve arbeidsvoorwaardenvorming, (2) gelijke behandeling en (3) de regulering van atypische of flexibele arbeid. De auteur betoogt dat redistributie als een van de doelen van het arbeidsrecht gezien kan worden. Redistributie is sterk verbonden met ongelijkheidscompensatie, toch kan het onder omstandigheden nuttig zijn om de focus specifieker op redistributie te leggen. |
Artikel |
Benchmarkmanipulatie: het causaal verband tussen een geschonden gedragsnorm uit de BMR en manipulatieschade |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 7 2019 |
Trefwoorden | Benchmark Verordening, BMR, manipulatieschade, causaal verband, aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. N.A. Campuzano |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Benchmark Verordening (BMR) dient als preventief regelgevend kader ter voorkoming van de manipulatie van benchmarks. In deze bijdrage staat de aansprakelijkheid wegens schending van een gedragsnorm uit de BMR centraal. Meer specifiek spitst deze bijdrage zich toe op het aantonen van causaal verband tussen de schending van een gedragsnorm uit de BMR en schade door benchmarkmanipulatie. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | dekkingsgeschillen, uitleg polisvoorwaarden, redelijkheid en billijkheid, verzekeringsovereenkomst, Geschillencommissie Verzekeringen Curaçao |
Auteurs | Mr. dr. M.V.R. Snel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van de uitspraak van de Geschillencommissie Verzekeringen Curaçao van 6 november 2015 verkent dit artikel de stand van zaken met betrekking tot de wijze(n) waarop een dekkingsgeschil tussen verzekeraar en verzekerde (kan) worden beslecht. Aangetoond wordt dat dit met name een kwestie van uitleg van de verzekeringsovereenkomst is, maar dat ook de redelijkheid en billijkheid een – afzonderlijke – rol kan spelen. Voor de toepassing van beide leerstukken is van belang eerst vast te stellen onder welke omstandigheden de verzekeringsovereenkomst tot stand is gekomen en wat de aard van de polisvoorwaarde(n) die in geding zijn is. |