In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de wijze waarop verzekeraars in hun polissen omgaan met ‘nieuwe’ gezinsverhoudingen. De polissen van opstalverzekeringen, inboedelverzekeringen en aansprakelijkheidsverzekeringen voor particulieren van zestien verzekeringsmaatschappijen zijn hiervoor onderzocht. Ook wordt aandacht besteed aan regresuitsluitingen ten aanzien van gezinsleden. |
Zoekresultaat: 88 artikelen
Artikel |
Verzekeren in gezinsverbandOver polisdekking en regres in ‘nieuwe’ gezinsverhoudingen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | verzekeren, gezinsverband, polisdekking, nieuwe gezinsverhoudingen |
Auteurs | Mr. J.H.G. Verweij-Hoogendijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Objets trouvés |
Leidt terugtred van de wetgever tot een opmars van rechterlijke rechtsvorming en afbraak van democratische waarden? |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Terugtred, Rechtsvorming, Tegendemocratie, Deparlementarisering, Primaat |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recentelijk heeft de Raad van State gewaarschuwd dat het primaat van de wetgever wordt uitgehold door het regeren bij akkoord, gebruik van kaderwetgeving, experimentwetgeving en private regelgeving. Dat zou leiden tot een opmars van rechtsvorming door de rechter waardoor het primaat van de wetgever nog verder wordt aangetast. In deze bijdrage wordt echter verdedigd dat herstel van het primaat van de wetgever waarschijnlijk onmogelijk is en dat een grotere nadruk op rechterlijke rechtsvorming in het licht van de democratietheorie van Rosanvallon evengoed kan worden gezien als een zegen voor de democratie. |
Artikel |
Extremisme gezien vanuit de Dialogical Self Theory |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Religie, Recht en Beleid, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | Extremism, zelf, Democratie, Dialog, Diversiteit |
Auteurs | Prof. dr. Frans Wijsen en em. prof. dr. Hubert Hermans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Extremism is a phenomenon that bothers various EU member states. It is difficult to define, and difficult to study. In this contribution we look at extremism from the perspective of the Dialogical Self Theory (DST). This theory is well-known in personality psychology. Recently is has got a development that could make it relevant for understanding, predicting and preventing extremism. The issue at stake is the relation between diversity, dialogue and democracy. |
Artikel |
De strafrechtelijke problematiek van het ronselen voor de gewapende strijd |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | Ronselen, Terrorisme, Werven, “205 Sr”, Gewapende strijd |
Auteurs | Mr. Eric Druijf en mr. dr. Marloes van Noorloos |
SamenvattingAuteursinformatie |
This article deals with the criminal offence of recruiting persons for armed struggle (art. 205 of the Dutch Criminal Code), a provision that nowadays mainly arises in terrorism cases. It revolves around the dilemmas and interpretative questions that this criminal offence has yielded so far – especially since the amendments in 2004 – and examines how the courts have dealt with it. |
Kroniek |
Kroniek civiele rechtspraak mededingingsrecht 2018 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2019 |
Auteurs | Marieke Bredenoord-Spoek en Stijn de Jong |
Auteursinformatie |
Strafrecht |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2019 |
Trefwoorden | Brexit, strafrechtelijke samenwerking, wederzijds vertrouwen en wederzijdse erkenning, grondrechtenbescherming, Kaderbesluit EAB |
Auteurs | Mr. dr. M.K. Bulterman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 29 maart 2017 heeft het Verenigd Koninkrijk kennisgegeven op grond van artikel 50 lid 2 VEU van het voornemen tot terugtrekking uit de Europese Unie. Welke gevolgen heeft deze kennisgeving voor de beoordeling van een door de autoriteiten van het Verenigd Koninkrijk uitgevaardigd Europees Aanhoudingsbevel op grond van Kaderbesluit 2002/584 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten? Op deze vraag geeft het Hof van Justitie een antwoord in het arrest RO van 19 september 2018, dat centraal staat in deze bijdrage. |
Institutioneel |
Brexit. Het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie: een moeizaam partnerschap |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2018 |
Trefwoorden | Brexit, artikel 50 VEU, Terugtrekkingsakkoord, toekomstige betrekkingen, Handelsregeling |
Auteurs | Prof. dr. J.W. de Zwaan |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de hoofdzaken betreffende het Brexit-dossier. Stilgestaan wordt bij het referendum van 23 juni 2018 en de gang van zaken sinds de kennisgeving van de Britse uittreding op 29 maart 2017. Daarbij komt de stand van zaken in de terugtrekkingsonderhandelingen aan de orde, de Britse voorstellen zoals vervat in het White Paper van juli 2018 en de perspectieven voor oplossingen van de nog uitstaande problemen. Met name de juridisch-institutionele aspecten van de diverse onderwerpen en problemen worden belicht. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2018 |
Auteurs | Mr. dr. H.A. (Harald) Oldenziel en Mr. H.W. (Wilco) de Vos |
Auteursinformatie |
Kroniek |
Kroniek ondernemingsstrafrechtEerste helft 2018 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2018 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, mr. A.C.M. Klaasse e.a. |
Samenvatting |
|
Artikel |
Ontwikkelingen rondom toelating en uitzetting |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Rijksvisumwet, Landsverordening toelating en uitzetting, van rechtswege toegelaten, niet van toepassingsverklaring, uitlandigheidsvereiste |
Auteurs | Mr. J. Sybesma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Toelating en uitzetting wordt in het Caribische deel van het Koninkrijk geregeld door de Rijksvisumwet en de Landsverordening toelating en uitzetting (Ltu) van de diverse landen. Nader wordt ingegaan op deze juridische tweedeling. Tevens komen twee recente uitspraken aan bod. De eerste handelt over de toekenning van een ‘van rechtswege toegelaten verklaring’ aan Nederlanders die langer dan tien jaar woonachtig zijn in een van de Caribische landen. De Lar-rechter is van mening dat dit een ‘niet van toepassingsverklaring’ behoort te zijn. Ook is de Lar-rechter in de tweede uitspraak van mening dat de strikte toepassing van het uitlandigheidsvereiste bij aanvraag van een vergunning tot toelating gedurende legitiem verblijf geen voorwaarde meer mag zijn. |
Rechtsbescherming |
Uitleg van het begrip overheidsorgaan van een lidstaat: enkele bespiegelingen van het arrest Farrell/Whitty |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5-6 2018 |
Trefwoorden | rechtstreekse werking van richtlijnbepalingen, begrip overheidsorgaan van een lidstaat |
Auteurs | Mr. dr. M. Gijzen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de onderhavige prejudiciële zaak heeft de Ierse rechter het Hof van Justitie verzocht om een precisering van het begrip overheidsorgaan van een lidstaat waaraan een nauwkeurig geformuleerde en onvoorwaardelijke bepaling van een richtlijn kan worden tegengeworpen. Met dit arrest borduurt het Hof van Justitie voort op zijn eerdere arrest in de zaak Foster. |
Overheidsaanbestedingen |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2018 |
Trefwoorden | aanbestedende dienst, publiekrechtelijke instelling, (quasi-)inbesteden |
Auteurs | Mr. E.E. Zeelenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
De zaak heeft betrekking op een dochtermaatschappij van de Litouwse (staats)Spoorwegen. Deze dochtermaatschappij draait 90 procent van haar omzet op opdrachten van de Litouwse Spoorwegen. De vraag rijst of deze dochtermaatschappij een aanbestedende dienst is. Het Hof van Justitie oordeelt dat daartoe moet worden getoetst aan de criteria voor kwalificatie als publiekrechtelijke instelling. De advocaat-generaal was overigens een andere mening toegedaan. |
Vrij verkeer |
De Unierechtelijke evenredigheidstoets bij het verlies van het Nederlanderschap: drie gevallen nader toegelicht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2018 |
Trefwoorden | Unieburgerschap, Unierechtelijke evenredigheidstoets, Nederlanderschap, Brexit, jihadisten |
Auteurs | Mr. dr. V.M. Bex-Reimert, Mr. G. Karapetian en S.M. de Mik |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds het befaamde arrest Rottmann van het Hof van Justitie dient een Unierechtelijke evenredigheidstoets te worden uitgevoerd indien intrekking van Nederlanderschap gepaard gaat met verlies van het Unieburgerschap.1xHvJ 2 maart 2010, zaak C-315/08, Janko Rottmann/Freistaat Bayern, ECLI:EU:C:2010:104. Deze bijdrage bespreekt de betekenis van deze toets in drie uiteenlopende gevallen, variërend van het uittreden van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie tot een verondersteld nationaal veiligheidsbelang. De vraag die zich voordoet, is hoe een Unierechtelijke evenredigheidstoets wordt uitgevoerd en wat de invloed is van de Unierechtelijke evenredigheidstoets op deze gevallen. Noten
|
Artikel |
|
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | autonomie, Koninkrijksrelaties, Statuut, Caribische landen, Koninkrijk |
Auteurs | Prof. dr. E.M.H. Hirsch Ballin |
SamenvattingAuteursinformatie |
Gedurende zijn lezing aan de University of Curaçao op 2 oktober 2017, stond prof. dr. E.M.H. Hirsch Ballin stil bij de relaties van Caribische landen met Europa, in het bijzonder met Nederland, en bij de rol van het Statuut. |
Artikel |
Over openbare veiligheid in het migratierecht; het prijskaartje voor onze vrijheid? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2017 |
Trefwoorden | openbare orde, openbare veiligheid, Studentenrichtlijn, visumaanvraag, beoordelingsmarge lidstaten |
Auteurs | Mr. H. Oosterom-Staples |
SamenvattingAuteursinformatie |
Inzet van het geschil in de zaak Sahar Fahimian is de afwijzing van haar visumaanvraag om aan de Technische Universität Darmstadt promotieonderzoek te kunnen verrichten. Volgens de Duitse autoriteiten vormt haar aanwezigheid in Duitsland een potentiële dreiging van de openbare veiligheid in de zin van artikel 6 lid 1 sub d gelezen in samenhang met considerans 14 van de Studentenrichtlijn. Het Hof van Justitie preciseert de beoordelingsmarge die lidstaten genieten in hun afweging of in het individuele geval de nationale veiligheid in het geding is dat van hen vraagt om een prognose te maken van het dreigende gevaar op basis van het voorzienbare gedrag en de situatie in het land van herkomst van de betrokkene. |
Artikel |
De bevoegdheid van de Europese Unie tot het sluiten van ‘nieuwe generatie’ vrijhandelsverdragen: Mixed feelings over Advies 2/15 |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5 2017 |
Trefwoorden | Gemeenschappelijke handelspolitiek, externe bevoegdheden van de EU, gemengde akkoorden, bevoegdheidsverdeling, vrijhandelsverdragen |
Auteurs | Prof. dr. R.A. Wessel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met Advies 2/15 van 16 mei 2017 heeft het Hof van Justitie meer duidelijkheid gegeven over de aard van de bevoegdheden van de Unie met betrekking tot het sluiten van de zogenoemde ‘nieuwe generatie’ handelsverdragen. De gemeenschappelijke handelspolitiek blijkt meer te omvatten dan in de ogen van de Raad en de lidstaten het geval leek. De onderhavige handelsovereenkomst tussen de EU en Singapore bevat echter ook onderdelen ten aanzien van welke de Unie niet exclusief bevoegd is, zodat de overeenkomst in haar huidige vorm als een gemengd akkoord gesloten zou moeten worden. De verduidelijking van de (exclusieve) bevoegdheden van de Unie is van belang voor nieuwe op stapel staande vrijhandelsovereenkomsten en voor de rol van de lidstaten (en hun parlementen en bevolkingen) ten aanzien van dergelijke verdragen. |
Artikel |
Wederzijdse rechtshulp in strafzaken 2.0: implementatie van de Richtlijn Europees onderzoeksbevel |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2017 |
Trefwoorden | strafrecht, wederzijdse rechtshulp, Europees onderzoeksbevel, wederzijds vertrouwen, wederzijdse erkenning |
Auteurs | Mr. dr. W. Geelhoed en prof. dr. J.W. Ouwerkerk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Richtlijn betreffende het Europees onderzoeksbevel, aangenomen in 2014, vernieuwt en vereenvoudigt de wederzijdse rechtshulp in strafzaken tussen de lidstaten van de Europese Unie. Het wetsvoorstel ter implementatie van de richtlijn sluit daar nauw bij aan. Omdat het grootste deel van de rechtshulp plaatsvindt met de landen om ons heen, zal het Europees onderzoeksbevel de klassieke vorm van wederzijdse rechtshulp in de praktijk overschaduwen. Het is daarom belangrijk om kennis te nemen van het nieuwe model, dat echter niet zo revolutionair is als op het eerste gezicht lijkt. |
Artikel |
Radicalisering in MolenbeekBelgisch tweesporenbeleid verhindert integrale aanpak |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 1 2017 |
Trefwoorden | Radicalisering, Molenbeek, Belgisch tweesporenbeleid |
Auteurs | Prof. Elke Devroe en Prof. dr. em. Paul Ponsaers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Radicalization in Molenbeek; Belgian dual policy obstructs integrated approach Belgisch tweesporenbeleid verhindert integrale aanpak |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 1 2017 |
Trefwoorden | rechtssubject, natuurlijk persoon, rechtspersoon, staat, orgaan |
Auteurs | Robert Jan Witpaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel presenteer ik een nieuwe ‘nominalistische’ theorie van de rechtssubjecten en laat ik zien waarom geen van de tot nu gepresenteerde theorieën de toets der kritiek kan doorstaan. Het artikel valt uiteen in een constructief en een kritisch deel. In het constructieve deel presenteer ik eerst de nominalistische theorie van de rechtssubjecten. Deze theorie richt zich op de persoonlijke elementen van het rechtssysteem en begrijpt rechtspersonen en organen als namen die uitsluitend bestaan binnen het rechtssysteem. In het kritische deel presenteer ik vervolgens een overzicht van de tot nu toe verdedigde theorieën van de rechtspersoon. Het gaat daarbij respectievelijk om de sociaal-biologische of organische leer, de sociologische leer, de sociologisch-juridische leer, de fictieleer en de leer van het (gepersonifieerde) normencomplex. Aan de hand van enkele algemeen geaccepteerde kenmerken van de rechtspersoon laat ik ten slotte zien waarom geen van deze alternatieve theorieën de toets der kritiek kan doorstaan. |
Artikel |
Nieuwe Europese IPR-verordeningen inzake huwelijksvermogensrecht en vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappenBelangrijkste wijzigingen voor de notariële praktijk |
Tijdschrift | Tijdschrift Erfrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Huwelijksvermogensrechtverordening, geregistreerd partnerschap, toepasselijk recht, IPR, notariële praktijk |
Auteurs | Mr. J.G. Knot en Mr. J.L.D.J. Maasland |
SamenvattingAuteursinformatie |
IPR-vragen omtrent huwelijksvermogens- en partnerschapsvermogensrecht worden vanaf 29 januari 2019 beantwoord aan de hand van de regels uit twee nieuwe Europese verordeningen. Dit artikel beoogt een overzicht te geven van de hoofdlijnen van deze verordeningen. De nadruk ligt daarbij op het toepassingsgebied van beide verordeningen (welke onderwerpen regelen de verordeningen zoal?) en met name de regels van toepasselijk recht. Welke mogelijkheden zijn er tot het uitbrengen van een rechtskeuze en welk recht beheerst het huwelijksvermogens- of partnerschapsvermogensregime als partijen geen rechtskeuze hebben uitgebracht? Beide verordeningen worden besproken vanuit hun belang voor de notariële praktijk. In dat kader komen ook het overgangsrecht en het geldingsbereik van artikel 1:88 BW in grensoverschrijdende gevallen uitdrukkelijk aan de orde. |