De reis- en annuleringsverzekering, maar ook de evenementenpolis leidden tot de nodige COVID-19-uitspraken. Overeenkomstenrecht ten top, zowel in de consumentensfeer als (groot)zakelijk. De verzekeringsbranche kwam (op punten: samen met de overheid) in beweging. Auteur geeft inzicht in wat partijen binnen de branche op het terrein van COVID-19 heeft beziggehouden. |
Zoekresultaat: 46 artikelen
Artikel |
COVID-19 & Verzekering |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | verzekeringsrecht, pandemie-uitsluiting, modelclausules, evenementenverzekering, annuleringsverzekering |
Auteurs | Prof. mr. N. van Tiggele-van der Velde |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2020 |
Trefwoorden | proceseconomie, processueel belang, genoegdoening, rechtsherstel, subjectief recht |
Auteurs | Dr. P. Gillaerts en Prof. mr. A.L.M. Keirse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een recent arrest van de Hoge Raad bevestigt het zelfstandige belang bij een verklaring voor recht als genoegdoening voor een rechtsschending, ook indien de daarop voortbouwende veroordelende vorderingen stranden. In dit licht duiden de auteurs de speelruimte bij de declaratoire vordering in het verbintenissenrecht. |
Artikel |
De zorgplicht van de assurantietussenpersoon en onderverzekeringHR 6 september 2019, ECLI:NL:HR:2019:1298 (Sauna Peize/Rabobank) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | verzekerde waarde, onderdekking, accresclausule, brandverzekering, verzekering tegen bedrijfsstagnatie |
Auteurs | Mr. M.J. Bruins Slot CPL |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Sauna Peize/Rabobank-arrest oordeelt de Hoge Raad over de zorgplicht van de assurantietussenpersoon in relatie tot onderverzekering. Een complexe zaak, waarin niet direct duidelijk is of sprake is van onderverzekering met inachtneming van de accresclausule. Wat mag van een redelijk bekwame en redelijk handelende assurantietussenpersoon worden verwacht? |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | burgerlijk procesrecht, waarheidsplicht, bewijslastverdeling, bewijsrecht, artikel 21 Rv |
Auteurs | Redouan El Gamali en Eric Tjong Tjin Tai |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de verhouding tussen de waarheidsplicht en de bewijslastverdeling aan een nader onderzoek onderworpen. Besproken zal worden de praktische uitwerking van de interactie tussen de twee leerstukken. Het wetsvoorstel vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht wordt daarbij betrokken. Geconcludeerd zal worden dat de waarheidsplicht in zeker opzicht breder is dan de bewijslastverdeling, maar zij is niet los te denken van de vraag wie het bewijsrisico draagt. Een verbeterd sanctiestelsel zou de waarheidsplicht beter doen aansluiten bij de praktijk van het civiele proces. |
Boekbespreking |
De eigen(aardig)heid van de kantonrechter |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2018 |
Auteurs | Henriëtte van Dam-Lely |
Auteursinformatie |
Artikel |
Scheidslijnen tussen kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregelEnkele praktische opmerkingen over verschillen tussen deze drie leerstukken naar aanleiding van HR 27 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2017:2786 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, bewijs, kansschade, beroepsfout, schade |
Auteurs | Mr. J. den Hoed |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het hier te bespreken arrest, waarin aan de orde was of een ziekenhuis aansprakelijk is voor schade als gevolg van een te laat uitgevoerde operatie, geeft aanleiding voor enkele gedachten over en praktische wenken voor de afbakening van kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregel ten opzichte van elkaar. De drie figuren komen hier samen. Getracht wordt de grenzen nader in kaart te brengen. |
Diversen |
‘Hoe zou u het bewijsrecht willen moderniseren?’Verslag van de najaarsvergadering 2017 van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 2 2018 |
Auteurs | Mr. J.J. Dammingh en Mr. L.M. van den Berg |
Auteursinformatie |
Casus |
Contractonderhandelingen met een letter of intent: het opstellen van bedingen |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | Afgebroken onderhandelingen, culpa in contrahendo, Aansprakelijkheid, Voorovereenkomst, Intentieverklaring |
Auteurs | Dr. E. Pannebakker LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
Tijdens contractonderhandelingen stellen partijen geregeld een ‘letter of intent’ op. De vraag in hoeverre de partijen aan dergelijke documenten zijn gebonden, staat zowel bij het opstellen van een letter of intent als bij de eventuele geschillen centraal. In deze bijdrage worden de meest voorkomende bedingen van een letter of intent onder de loep genomen en wordt een aantal aanbevelingen over het opstellen van de letter of intent geformuleerd. |
Artikel |
Over de zoektocht naar en de grenzen van secundaire aansprakelijkheid na het schietincident in Alphen aan den Rijn |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | secundaire aansprakelijkheid, zorgplicht, ouders, schietincident, Alphen aan den Rijn |
Auteurs | Mr. K.L. Maes |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 4 juni 2017 heeft de Rechtbank Den Haag zich uitgelaten over de vraag of de ouders van Tristan van der V. aansprakelijk zijn voor de gevolgen van het schietincident in Alphen aan den Rijn. Meer in het bijzonder gaat het daarbij om de vraag of de ouders de relevante autoriteiten hadden behoren te informeren over de geestestoestand van hun zoon, in plaats van een gevaarlijke situatie te laten voortduren. In deze bijdrage wordt de uitspraak van de rechtbank – mede in het licht van haar eerdere uitspraak over de aansprakelijkheid van de politie naar aanleiding van hetzelfde schietincident – geanalyseerd, waarbij aandacht wordt besteed aan de civielrechtelijke, secundaire zorgplicht van de ouders. |
Artikel |
Verzet of hoger beroep, dat is de vraag |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 9 2017 |
Auteurs | Dineke van Dal en Carolijn Slegers |
Jurisprudentie |
HR 7 oktober 2016, NJ 2017/73, m.nt. J. Spier (Vennemans-Kropmans/Gemeente Nijmegen) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | wegbeheerdersaansprakelijkheid, gebrek, schade |
Auteurs | Mr. dr. R. Rijnhout |
SamenvattingAuteursinformatie |
In Vennemans-Kropmans/Gemeente Nijmegen oordeelt de Hoge Raad dat voorwerpen die niet behoren tot de weg in de zin van artikel 6:174 BW een weg niet gebrekkig kunnen maken. Hij bevestigt daarmee de lijn in lagere rechtspraak. In de literatuur werd echter door sommigen verdedigd dat ieder voorwerp een weg gebrekkig kan maken, mits de weg daardoor niet meer voldoet aan de eisten van redelijk onderhoud. Die opvatting volgt de Hoge Raad niet, maar de vraag is of – met de komst van een directe verkeersverzekering – dat criterium niet toch weer aan betekenis zal gaan winnen. |
Artikel |
Wijze raad is halve daad of veel raad maar weinig baat?De impact van de Aanbevelingen van de Juristengroep op het wetsvoorstel Afwikkeling massaschade in een collectieve actie |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | collectieve schadevergoedingsactie, massaschade, Juristengroep, belangenorganisatie, opt-out |
Auteurs | Mr. drs. C.M.D.S. Pavillon en D.G.J. Althoff |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage neemt het wetsvoorstel Afwikkeling massaschade in een collectieve actie en de impact van de daaraan voorafgegane Aanbevelingen van de Juristengroep kritisch onder de loep. De verzwaarde ontvankelijkheidseisen, de Exclusieve Belangenbehartiger, de scope rule, efficiëntie en effectiviteit, en de opt-out in plaats van de opt-in zijn de besproken thema’s. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | KEI, Oproeping, Dagvaarding, Termijnen, 6 EVRM |
Auteurs | Prof. dr. mr. T.F.E. Tjong Tjin Tai |
SamenvattingAuteursinformatie |
De termijnenregeling onder het gewijzigde recht ingevolge KEI is gecompliceerd doch heeft weinig aandacht gekregen. In dit artikel wordt deze regeling geanalyseerd op basis van een vergelijking met de tot en met 2016 geldende regeling, en wordt daarnaast een dogmatisch kader opgezet aan de hand waarvan de verschillende functies van oproeping en verschillende soorten termijnen kunnen worden geplaatst. Daarnaast worden enkele onduidelijkheden en knelpunten gesignaleerd en oplossingen hiervoor gesuggereerd. |
Artikel |
Vergoeding van integriteitsschade mede bezien vanuit een mensenrechtelijk perspectief |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | integriteitsschade, immateriële schade, schadevergoeding, informatieplicht, zelfbeschikkingsrecht |
Auteurs | A.M. Overheul |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met vergoeding van integriteitsschade wordt een vergoeding van immateriële schade toegekend wegens een inbreuk op het zelfbeschikkingsrecht. Hiermee verschuift het juridische obstakel van de causaliteit naar het schadebegrip. De vraag is of deze ‘schadepost’ daadwerkelijk juridisch relevante ‘schade’ is. De wetgever heeft zich hierover niet uitgelaten en de Hoge Raad heeft zich op dit punt nog niet uitgesproken. De wijze waarop het EHRM omgaat met het zelfbeschikkingsrecht kan inspiratie bieden voor de invulling van het Nederlandse concept ‘integriteitsschade’. In deze bijdrage wordt daarom niet alleen stilgestaan bij de discussie in Nederland over de invulling van dit concept, maar wordt ook een vergelijking gemaakt met rechtspraak van het EHRM over de schending van het recht op informatie in medische aansprakelijkheidszaken. De vraag is met name hoe de begrenzing van deze schadepost eruit zou moeten zien. |
Artikel |
De enquêteprocedure als verzoekschriftprocedure en het kort geding als dagvaardingsprocedure, de verschillen en onderlinge verhouding |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 4 2015 |
Trefwoorden | kort geding, enquêteprocedure, dagvaarding, verzoekschrift, voorzieningen |
Auteurs | Mr. B. Kemp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage gaat over de verschillen tussen de enquêteprocedure als verzoekschriftprocedure en het kort geding als dagvaardingsprocedure. In beide procedures kunnen voorlopige ordemaatregelen worden verkregen, maar er bestaan belangrijke verschillen. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld het belang dat in de procedure centraal staat alsmede de rol die belanghebbenden spelen. |
Artikel |
Een nieuwe methode voor het berekenen van schade bij overlijdenTotstandkoming van de nieuwe rekenmethodiek in de Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 2 2015 |
Trefwoorden | derving levensonderhoud, Notitie Denktank Overlijdensschade, Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade, De Letselschade Raad |
Auteurs | Mr. H.M. Storm |
SamenvattingAuteursinformatie |
Samen met Jessica Laumen, initiatiefneemster en voorzitter van de Denktank Overlijdensschade, staat de auteur stil bij de totstandkoming van de Notitie Overlijdensschade van de Denktank en de inhoud daarvan. De Notitie bevat een nieuwe rekenmethodiek voor het vaststellen van overlijdensschade (derving levensonderhoud) en kwam na veel discussie en overleg met alle marktpartijen in de letselschadewereld en met behulp van onderzoek van het Nibud tot stand. Op deze nieuwe rekenmethodiek in de Notitie van de Denktank en het onderzoeksrapport van het Nibud is de nieuwe Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade van De Letselschade Raad gebaseerd. De inhoud van de richtlijn wordt besproken. |
Artikel |
De nieuwe arbitragewet en de beoordeling van exhibitieverzoeken |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2015 |
Trefwoorden | arbitrage, exhibitieverzoeken, IBA Rules, art. 1040 lid 2 Rv, art. 162a Rv |
Auteurs | Mr. T. Stouten |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het nieuwe art. 1040 lid 2 Rv voorziet in een regeling voor exhibitieverzoeken in arbitrage. De uitleg van dit nieuwe artikel wordt mede beïnvloed door het toekomstige art. 162a Rv (de opvolger van art. 843a Rv). Tussen beide artikelen bestaan verschillen. In tegenstelling tot art. 162a Rv stelt art. 1040 lid 2 Rv niet het rechtmatig-belangvereiste, terwijl dit onnodig gebruik van het exhibitieverzoek kan voorkomen. In internationale arbitrageprocedures zullen partijen moeten bekijken of het liberalere art. 1040 lid 2 Rv niet voordeliger kan uitpakken dan de IBA Rules. |
Discussie |
Compensatie: óók bij onverwachte technische problemen! |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2014 |
Trefwoorden | compensatie, buitengewone omstandigheden, art. 5 lid 3, technische problemen |
Auteurs | Mr. P.N. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ook na 9 jaar ondervinden passagiers nog veel moeite bij het claimen van compensatie. Jarenlang vochten luchtvaartmaatschappijen de verordening aan, maar nadat het HvJ EU de verordening in stand liet is de nadruk komen te liggen op een beroep op de uitzonderingsbepaling van de zogeheten ‘buitengewone omstandigheden’. Met name in geval van technische problemen wordt passagiers ten onrechte de verplichte compensatie onthouden. |
Jurisprudentie |
Civiele jurisprudentie van GEA en GHvJArbeidsrecht |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2014 |
Auteurs | Mr. Jan de Boer |
Auteursinformatie |
Diversen |
Procesinnovatie: KEIgoede ideeën?Verslag van de najaarsvergadering 2013 van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2014 |
Auteurs | Mr. J.H. van Dam-Lely |
Auteursinformatie |