In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de vraag of de door het HvJ EU geformuleerde verplichting tot ambtshalve toepassing van consumentenbeschermende bepalingen ook moet gelden voor financieel toezichtrecht, voor zover de bepalingen daarvan ook ten dele de particuliere belegger beogen te beschermen. |
Zoekresultaat: 42 artikelen
Artikel |
Kroniek Burgerlijk Procesrecht 2017-2018 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 1 2019 |
Auteurs | Robert Hendrikse en Leonie Rammeloo |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | ambtshalve, consumentenbescherming, financieel toezichtrecht, gedragstoezicht, B2C |
Auteurs | Mr. A.G.F. Ancery |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | KEI, Oproeping, Dagvaarding, Termijnen, 6 EVRM |
Auteurs | Prof. dr. mr. T.F.E. Tjong Tjin Tai |
SamenvattingAuteursinformatie |
De termijnenregeling onder het gewijzigde recht ingevolge KEI is gecompliceerd doch heeft weinig aandacht gekregen. In dit artikel wordt deze regeling geanalyseerd op basis van een vergelijking met de tot en met 2016 geldende regeling, en wordt daarnaast een dogmatisch kader opgezet aan de hand waarvan de verschillende functies van oproeping en verschillende soorten termijnen kunnen worden geplaatst. Daarnaast worden enkele onduidelijkheden en knelpunten gesignaleerd en oplossingen hiervoor gesuggereerd. |
Article |
|
Tijdschrift | Family & Law, mei 2015 |
Auteurs | Dr. Liesbet Pluym Ph.D. |
Samenvatting |
Zowel in België als in Nederland komt draagmoederschap voor. Deze bijdrage heeft tot doel om de houding van de twee buurlanden ten aanzien van dit controversiële fenomeen te onderzoeken en te vergelijken. |
Artikel |
Ervaringen met Europese civiele procedures in NederlandEen terugblik en wenkend toekomstperspectief |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 4 2014 |
Trefwoorden | Europese procedures, betalingsbevelprocedure, geringe vorderingen, grensoverschrijdend procederen |
Auteurs | Prof. mr. X.E. Kramer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Europese betalingsbevelprocedure en de Europese procedure voor geringe vorderingen (small claims procedure) zijn de eerste twee eenvormige Europese civielrechtelijke procedures. De vraag is hoe deze Europese procedures in Nederland functioneren en in de praktijk worden ervaren. Om deze vraag te beantwoorden zijn, naast rechtspraakonderzoek, gegevens verzameld en interviews afgenomen bij onder meer rechtbanken. De uitkomsten zijn niet overweldigend positief; beide procedures worden vooralsnog weinig gebruikt en er zijn problemen rond de toepassing. De verwachting is echter dat de Europese procedures belangrijker zullen worden gezien de Europese ambities en het recente aanpassingsvoorstel van de Commissie voor small claims.Verordening (EG) nr. 1896/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure, Pb. EU 2006, L 399/1 (EBB-Verordening);Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2007 tot vaststelling van een Europese procedure voor geringe vorderingen, Pb. EU 2007, L 199/1 (EPGV-Verordening);Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een Europese procedure voor geringe vorderingen en Verordening (EG) nr. 1896/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure, COM(2013)794 def. |
Artikel |
De implementatie van de richtlijn betalingsachterstanden: een kritische beschouwing en enkele wenken voor de praktijk |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | betalingsachterstand, betalingstermijn, handelsrente, implementatie, effectiviteit |
Auteurs | Mr. R. van Tricht en Mr. D.J. Beenders |
SamenvattingAuteursinformatie |
Onlangs is de wet ter implementatie van de Richtlijn betalingsachterstanden in werking getreden. Bij de wijze waarop de wetgever de richtlijn in het Burgerlijk Wetboek heeft geïmplementeerd, is een aantal vermogensrechtelijke kanttekeningen te plaatsen die niet bijdragen aan het beoogde doel van wet en richtlijn: het verminderen van betalingsachterstanden. |
Artikel |
Tegenstrijdige Europese regelgeving? De verhouding tussen de EEX-verordening en de Richtlijn oneerlijke bedingen |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | forumkeuze, EEX-verordening, Richtlijn oneerlijke bedingen, coherentie Europees recht, ambtshalve toetsing |
Auteurs | Mr. M.W. Knigge |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt ingegaan op de verhouding tussen de EEX-verordening en de Richtlijn oneerlijke bedingen. Kan een forumkeuzebeding dat voldoet aan alle vereisten die in de EEX-verordening worden gesteld, toch onverbindend zijn op grond van de Richtlijn oneerlijke bedingen? En is art. 24 EEX-Vo wel verenigbaar met deze richtlijn? |
Artikel |
Vreemdelingenbetekening: van goed tot beter |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2011 |
Trefwoorden | kantoorbetekening, dagvaardingstermijn, controle status, adres advocaat |
Auteurs | Mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van de NJ 2010, 111 en NJ 2011, 368 en 369 zijn de belangrijke consequenties bestudeerd voor de betekeningspraktijk. In grensoverschrijdende zaken volstaat kantoorbetekening (art. 63 Rv) voor het aanwenden van een rechtsmiddel. De gewone dagvaardingstermijn van 1 week is voldoende (art. 114 Rv.). Wel kan de praktijk van de kantoorbetekening tot uitvoeringsperikelen leiden, met mogelijk onaangename verrassingen. |
Artikel |
De erkenning en tenuitvoerlegging van Europese beslissingen in het licht van de Europese beginselen van procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2011 |
Trefwoorden | wederzijds vertrouwen, erkenning, tenuitvoerlegging, art. 6 EVRM, art. 47 EU-Handvest, exequaturprocedure |
Auteurs | Mr. M. Freudenthal |
SamenvattingAuteursinformatie |
Gebaseerd op het beginsel van ‘wederzijds vertrouwen’ dat EU-staten in elkaars rechtspraak geacht worden te hebben, wordt de grensoverschrijdende erkenning en tenuitvoerlegging van civiele beslissingen binnen de EU gaandeweg vereenvoudigd, dat deze beslissingen geen exequaturprocedure behoeven. Ter bescherming van de (niet verschenen) gedaagde dienen de procesrechtelijke beginselen van art. 6 EVRM en art. 47 EU-Handvest hierbij ijkpunt te zijn. Centraal staat het beginsel van ‘hoor en wederhoor’ dat in de EET-Vo gewaarborgd is o.m. door aan de betekening minimumvereisten te verbinden. In deze bijdrage wordt nagegaan of de balans tussen deze vereenvoudiging en de waarborgen die opgenomen zijn ter bescherming van de gedaagde evenwichtig is. |
Artikel |
De fiscale aspecten van fondsvorming bij overlijden met ingang van 1 januari 2010 |
Tijdschrift | Tijdschrift Erfrecht, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | lastbepaling, fondsvorming, afgezonderd particulier vermogen, toerekening vermogen |
Auteurs | Mw. mr. K.M.L.L. van de Ven |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur besteedt aandacht aan de fiscale gevolgen van fondsvorming bij overlijden voor de Successiewet 1956 en de Wet inkomstenbelasting 2001 met ingang van 1 januari 2010. Daarbij wordt ingegaan op de verschillen tussen storting op een onder bewind te stellen bankrekening en inbreng in een stichting. Directe aanleiding van de bijdrage is de uitspraak van Hof Amsterdam 5 oktober 2010, LJN BO5044. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Vermogensrechtelijke Analyses, Aflevering 3 2010 |
Trefwoorden | winstafdracht, abstracte schadeberekening, concrete schade, begroting van schade, punitive damages |
Auteurs | Mr. dr. T.E. Deurvorst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Door dubbelzinnig taalgebruik in artikel 6:104 BW en een tweeslachtige parlementaire doelstelling wordt dit artikel weinig toegepast in de praktijk. Op 18 juni 2010 heeft de Hoge Raad in twee arresten – Setel/AVR en Ymere/X – artikel 6:104 BW aanzienlijk ruimer geïnterpreteerd in verschillende opzichten. De rechter wordt nu veel vrijheid gegund bij het bepalen van een vergoeding in het geval dat de benadeelde schade heeft geleden en de aansprakelijke winst heeft genoten, mits de vergoeding de vermoedelijke schade niet aanmerkelijk overschrijdt. Aan de begroting van de vermoedelijke schade worden echter geen hoge eisen gesteld. Te verwachten valt daarom dat justitiabelen geen flauw idee zullen hebben hoe groot de vergoeding zal zijn wanneer de rechter overgaat tot toepassing van artikel 6:104 BW. Daardoor komen de rechtszekerheid en een eerlijke rechtsbedeling op de tocht te staan. |
Jurispudentie en Praktijk |
Supranationaal recht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 04 2006 |
Trefwoorden | Kort geding, Spoedeisend belang, Belangenafweging, Geldvordering, Curator, Vader, Zekerheidstelling, Beslaglegger, Schuldeiser, Gemeente |
Auteurs | M. Zilinsky |
Artikel |
De Wet collectieve afwikkeling massaschade als alternatief voor Amerikaanse class action-procedures voor het afwikkelen van massaschades bij beleggers |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 9 2010 |
Trefwoorden | Wet collectieve afwikkeling massaschade, beleggingsschade, massaschade, class action, collectieve schikking |
Auteurs | Mr. S. Marić, LL.M. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de uitspraak Morrison v. National Australia Bank van het Amerikaanse Hooggerechtshof en de mogelijke gevolgen hiervan voor de Nederlandse regeling van afwikkeling van massaschades. |
Artikel |
Uitleg van gemeenschapsrechtHvJ EG 10 maart 2005, C-336/03 (Easycar) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2005 |
Trefwoorden | hof van justitie EG, consument, uitleg, Europees recht, overeenkomst, overeenkomst op afstand, auto, leverancier, rechtspraak, vermogensrecht |
Auteurs | H.B. Krans |
Jurispudentie en Praktijk |
Appèlrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 04 2008 |
Trefwoorden | Incidenteel appèl, Geïntimeerde, Eerste aanleg, Principaal appèl, Memorie van grieven, Niet-ontvankelijkheid, Verbod, Ontvankelijkheid, Rechtspraak, Schadepost |
Auteurs | Hovens, F.J.H. |
Titel |
Nota Bene: De nieuwe EG Betekeningsverordening: een stap vooruit |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 04 2008 |
Trefwoorden | Betekening, Lidstaat, Gerechtsdeurwaarder, Kennisgeving, Voorstel van wet, Dagvaarding, Domiciliekeuze, Geadresseerde, Gevolmachtigde, Memorie van toelichting |
Auteurs | Schmidt auf Altenstadt, P.J.M. von |
Artikel |
De Nederlandse Uitvoeringswet verordening Europese executoriale titel |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 03 2008 |
Trefwoorden | Executie, Schuldenaar, Rechtsmiddel, Rectificatie, Burgerlijke rechtsvordering, Lidstaat, Verzoekschrift, Executoriale titel, Betekening, Executiegeschil |
Auteurs | Sujecki, B. |
Artikel |
Openbare orde of algemene processuele beginselen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 03 2007 |
Trefwoorden | Openbare orde, Erkenning, Executie, Lidstaat, Verdrag, Rechtspraak, Europees recht, Hof van justitie EG, Weigeringgrond, Exequatur |
Auteurs | Freudenthal, M. |
Artikel |
Vraagpunten in het Europees procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 03 2007 |
Trefwoorden | Verdrag, Burgerlijke rechtsvordering, Lidstaat, Handhaving, Bankbeslag, Interne markt, Uitleg, Betekening, Claim, Mededingingsrecht |
Auteurs | Grinten, P.M.M. van der |
Jurispudentie en Praktijk |
Supranationaal procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 02 2007 |
Trefwoorden | Betekening, Vertaling, Dagvaarding, Herstel, Lidstaat, Geadresseerde, Kennisgeving, Kind, Hof van justitie EG, Verstek |
Auteurs | Meij, P. de |