Legal arrangements rest on behavioural, cognitive, social, and other assumptions regarding their role and function in society and the legal system. The identification and subsequent evaluation of these assumptions is an important task for legal scholarship. In this article, we focus on the identification and categorisation of these assumptions, providing conceptual distinctions and methodological guidance. We distinguish between assumptions about the value(s), norm(s), or interest(s) underlying a legal arrangement, which can be legal or non-legal, and assumptions about the relationship between the legal arrangement and its underlying value(s), norm(s), or interest(s), which can be logical, causal, or contributory. Regarding the identification, we consider explicit references and inference to the best explanation and theory-driven evaluations as possible methods. Inference to the best explanation, we posit, functions as a manner of reconstructing the theory that the person(s) creating a legal arrangement had in mind regarding the place and function of that legal arrangement in society. Given this, we offer a step-by-step approach to reconstructing this theory in use, drawing from theory-driven evaluations and its sources in the social sciences. These distinctions and guidelines can contribute to understanding the context and untangling the complexities involved in identifying the assumptions that underlie legal arrangements. |
Zoekresultaat: 53 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Law and Method, mei 2022 |
Trefwoorden | (Legislative) assumptions, legal arrangements, inference to the best explanation, theory-driven evaluations |
Auteurs | Frans L. Leeuw en Antonia M. Waltermann |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Factuurfraude: wie betaalt de prijs?Bevrijdend betalen na het Devante/Hascor-arrest (HR 28 mei 2021, ECLI:NL:HR:2021:783) |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 11 2021 |
Trefwoorden | internetcriminaliteit, digitalisering, fraude in het betalingsverkeer, artikel 6:34 BW, Kamerman/Aro Lease-arrest |
Auteurs | Mr. D.M.H. de Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Devante/Hascor-arrest heeft de Hoge Raad zich uitgelaten over de te hanteren maatstaf bij beantwoording van de vraag of bevrijdend is betaald in het geval van factuurfraude. In dit artikel wordt onder meer ingegaan op de vraag welke omstandigheden een uitzondering op de in dit arrest gegeven hoofdregel kunnen rechtvaardigen en welke concrete handvatten voor het bestuur van vennootschappen uit dit arrest kunnen worden afgeleid. |
Recensies en signalementen |
De ELS-encyclopedie op weg naar de toekomst |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 3 2021 |
Auteurs | Leny de Groot-van Leeuwen |
Auteursinformatie |
Artikel |
Kroniek Waterwet 2020 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | watervergunning, lozing, hemelwater, gedoogplicht, Omgevingswet |
Auteurs | Mr. A. (Alexandra) Danopoulos, Mr. S.F.J. (Stephan) Sluiter, Mr. E.L. (Eline) van Leeuwen e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In TO 2015, afl. 2 verscheen voor het laatst een rechtspraakoverzicht over de Waterwet (Wtw). Met deze kroniek Waterwet wordt het jaarlijkse overzicht nieuw leven ingeblazen. Deze bijdrage geeft een overzicht van de belangrijkste rechtspraak op het gebied van het waterrecht. Achtereenvolgens wordt stilgestaan bij de belangrijkste ontwikkelingen rondom de watervergunning, het projectplan, lozingen, gedoogplichten, nadeelcompensatie, relativiteit en belanghebbendheid in relatie tot de Wtw. De Wtw is een van de wetten die (naar verwachting) in 2022 grotendeels op zal gaan in de Omgevingswet. Per onderwerp gaan wij daarom in deze kroniek eveneens in op de wijze waarop het betreffende onderwerp in de Omgevingswet zal worden geïncorporeerd. |
Artikel |
EU Investor Protection Regulation and Liability for Investment LossesBespreking van de handelseditie van het proefschrift van mr. M.W. Wallinga |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | MiFID, MiFID II, doorwerking, zorgplicht, toezichtrecht |
Auteurs | Mr. F.R.H. van der Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een studie naar de doorwerking van publiekrechtelijke toezichtregelgeving in het nationale privaatrecht. Vanuit het perspectief van bescherming van particuliere beleggers vergelijkt Wallinga de implementatie van MiFID en MiFID II onder Nederlands, Duits en Engels recht en onderzoekt hij de mogelijkheid van civielrechtelijke afdwingbaarheid van toezichtregels. |
Artikel |
Geschilleninstanties in de zorg en schadevergoeding |
Tijdschrift | Afwikkeling Personenschade, Aflevering 3-4 2020 |
Trefwoorden | geschillencomissie, zorg, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. R.H.M. de Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Discussie |
Rechtspleging in Recht der WerkelijkheidPopper is niet blij, maar het is feest |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Leny de Groot-van Leeuwen |
SamenvattingAuteursinformatie |
The paper highlights the contributions on judges and courts published in Recht der Werkelijkheid from 1980-2020. It addresses three general themes, namely communication in court, the consumers of the law and the professionals of the law, in view of the objective of the journal. |
Artikel |
In de voetsporen van |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 9 2020 |
Auteurs | Pieter de Leeuw |
Forum |
Deskundigheid? Graag, maar binnen de rechtspraak |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Prof. dr. Leny de Groot-van Leeuwen |
Auteursinformatie |
Impressies |
Nederlandse Wet op de reisovereenkomst: (on)werkbaarheid in de praktijk |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Reisovereenkomst, Gekoppeld reisarrangement, Richtlijn pakketreizen, Reiziger, Handelaar |
Auteurs | Mr. N.A. de Leeuw en Mr. drs. J.A. Tersteeg |
SamenvattingAuteursinformatie |
De nieuwe wet op de reisovereenkomst (titel 7A van Boek 7 BW) welke wet op 1 juli 2018 in werking is getreden, is eigenlijk een vrijwel letterlijke vertaling van de Richtlijn Pakketreizen en Gekoppelde Reisarrangementen van 25 november 2015. Hoewel de doelstelling van de Richtlijn, te weten meer bescherming voor de reiziger en maximum harmonisatie tussen de lidstaten een mooi streven was, blinkt de Richtlijn niet uit in duidelijkheid en zijn er voorafgaand aan de totstandkoming ervan vele ontwerpen de revue gepasseerd die de eindstreep van het wetgevingsproces niet hebben gehaald. Desondanks heeft de Nederlandse wetgever deze moeilijke wetgeving uit Brussel redelijk leesbaar geïmplementeerd in de Nederlandse wet. Onzes inziens is de Richtlijn, en daarmee dus ook de Nederlandse wet, op een aantal vlakken niet duidelijk en lastig uit te leggen aan zowel de ondernemers in de reisbranche als aan de reiziger. Ook zijn er enkele onvolkomenheden in de wet geslopen, mede veroorzaakt door een slordige vertaling van de Richtlijn in het Nederlands, waar de Nederlandse wetgever overigens geen invloed op had. In dit artikel willen we met name stilstaan bij een aantal van deze onduidelijkheden en moeilijkheden. Zo zijn de definitiebepalingen bijvoorbeeld vrij ingewikkeld en roept de afbakening tussen een pakketreis en het nieuwe fenomeen van het gekoppeld reisarrangement vragen op. Ook zetten wij vraagtekens bij de vergaande informatieverplichtingen, de positie van de zakenreiziger en de wijze waarop de garantieverplichtingen in Nederland zijn geïmplementeerd. Hoe werkzaam de wet zal zijn in de praktijk van alle dag, zal de komende jaren dus nog moeten blijken. |
Artikel |
|
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | big data, AI, wet- en regelgeving, uitdagingen en zorgen |
Auteurs | dr. F.L. Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
De idee dat big data voor het recht en de rechtswetenschap belangrijk zijn is niet nieuw en is in dit artikel toegespitst op het ontwikkelen, implementeren en evalueren van wet- en regelgeving. Na een inleiding over het niet vanzelfsprekend zijn van de aandacht voor big data van juristen (zie Susskinds disruptieve technologieën-vergelijking), worden verschillende (potentiële) bijdragen van big data voor het ontwikkelen van wet- en regelgeving geschetst, waarbij ook personalized legislation aan de orde komt. Bij het implementeren van wetgeving wordt o.a. ingegaan op legal logistics. Vervolgens wordt het evalueren van wet- en regelgeving geïllustreerd met voorbeelden. Aansluitend komt de vraag aan de orde hoe big data het wetgeven kan veranderen en wat dat betekent voor wetgevers en welke uitdagingen en zorgen daarmee samenhangen. |
Discussie |
Commentaar op Blocq’s & Van der Woude’s forumbijdrage over empirisch-juridisch onderzoek: impliciet en dubieus generaliseren en silo-denken |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 3 2017 |
Auteurs | Prof. dr. Frans Leeuw |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Constitutionele toetsing gewenst?Verslag van de tweede Juristenmiddag in Aruba |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2017 |
Auteurs | L. Leeuwe en Z. Paesch |
Auteursinformatie |
Artikel |
Vaste verkoopprijzen voor medicijnen beoordeeld onder artikel 34 VWEU |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | artikel 34 VWEU, vaste verkoopprijzen, verkoopmodaliteiten, geschiktheidstoets |
Auteurs | Dr. B.J. van Leeuwen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In Deutsche Parkinson Vereinigung oordeelt het Hof van Justitie dat het Duitse vaste verkoopprijssysteem voor medicijnen artikel 34 VWEU schendt. Deze bijdrage analyseert op welke manier het Hof van Justitie een beperking van artikel 34 VWEU heeft vastgesteld. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de beoordeling van de rechtvaardigingsgrond en de evenredigheid van de beperking. Hoewel lidstaten op het terrein van volksgezondheid een ruime beoordelingsvrijheid hebben, eist het Hof van Justitie wel dat zij hun beleid onderbouwen met voldoende bewijs. Hier slaagt Duitsland niet in: er is geen enkel bewijs dat vaste verkoopprijzen de beschikbaarheid en kwaliteit van medicijnen verbeteren. |
Artikel |
Rechtsgeldigheid en doorwerking van een aandeelhoudersovereenkomst in de persoonsgebonden BV: een stappenplan voor de praktijk |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 10-11 2016 |
Trefwoorden | aandeelhoudersovereenkomst, rechtsgeldigheid, doorwerking, vennootschapsrechtelijke werking, persoonsgebonden |
Auteurs | Mr. R. de Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
Zowel de literatuur als de rechtspraak geeft geen blijk van een helder toetsingskader voor de beoordeling van de rechtsgeldigheid en doorwerking van aandeelhoudersovereenkomsten. Dit artikel beschrijft een eenduidig toetsingskader (inclusief schematisch stappenplan) waarmee een rechter, notaris of advocaat kan beoordelen of een aandeelhoudersovereenkomst geldig is, en zo ja, of deze in het concrete geval doorwerkt in de vennootschap. |
Case Reports |
2016/52 Pregnancy and job offers (NL) |
Tijdschrift | European Employment Law Cases, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Gender, Pregnancy, Dismissal |
Auteurs | Anton van Leeuwen |
SamenvattingAuteursinformatie |
A discriminatory refusal to offer an employee a new employment contract upon expiry of a fixed term contract is not discriminatory dismissal but a discriminatory refusal to give access to employment. The employer is liable for emotional damages. |
Artikel |
Amerikaans rechtsrealisme en empirisch-juridisch onderzoek |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | American Legal Realism, Empirical Legal Studies, New Deal Policy, Research program, Lakatos |
Auteurs | Prof. dr. F.L. Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
The American Legal Realism movement, which originated in the beginning of the twentieth century and was active until the Fifties, can be seen as one of the founders of current Empirical Legal Studies because of the importance it attached to social scientific knowledge on behavior of – for instance – judges and others involved in the judiciary. The author sketches several characteristics of Legal Realism at that time. Exploring their range of thought he also examines whether Legal Realism’s studies can be seen as a research program. The recent emergence of New Legal Realism in the US and elsewhere leads to the question what characterizes this (re)new(al) movement. Finally it is argued that American Legal Realism especially contributed to scientific progress by posing new questions, changing focus and by stressing the importance of empirical evidence. |
Redactioneel |
Inleiding |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 6 2016 |
Auteurs | Mr. dr. Marijke Malsch, Prof. dr. Frans Leeuw en Mr. drs. Marit Scheepmaker |
Auteursinformatie |
Artikel |
Extra bescherming voor de OK-functionaris: de escrowvoorzieningHof Amsterdam (OK) 27 oktober 2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:4379 (Cunico) |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Ondernemingskamer, Cunico, OK-functionaris, aansprakelijkheid, escrowvoorziening |
Auteurs | Mr. D.M.H. de Leeuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de Cunico-beschikking staat de OK een ruime escrowvoorziening toe, die mede strekt tot zekerheid van de kosten van advies en verweer in rechte tegen aansprakelijkstellingen van de door de OK benoemde functionarissen persoonlijk. De escrowvoorziening lijkt een welkome aanvulling op de middelen om de OK-functionaris te beschermen tegen (ongefundeerde) druk van de bij de rechtspersonen betrokken partijen, zolang de omvang van de escrowvoorziening niet tot onnodige extra liquiditeitskrapte bij de rechtspersoon leidt. |
Artikel |
De evaluatie van digitaal beleid: een Big Data case study |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | Big Data, digital piracy, methodology, policy, evaluation |
Auteurs | H.B.M. Leeuw LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
Online search behavior, stored by search engines such as Google, is a type of Big Data that allows researchers and policymakers to screen and scan the effects of implemented (e)interventions. This contribution uses the implementation of a specific anti-piracy intervention as a case study in order to test the usability of online search behavior as an indicator of the effects of an intervention. The data demonstrates that changes in online search behavior have occurred following implementation. The main issue that emerges is the attribution of the findings presented. One way to approach this attribution issue is by performing a counterfactual. Though this alleviates the attribution issue somewhat, it does not solve it in its entirety. Overall, it is suggested that the described usage of Big Data serves as a novel tool to quickly and easily screen the potential effects following the implementation of policy before selecting more resource-consuming methods. |