Op 23 juni 2020 heeft het Duitse Bundesgerichtshof een uitspraak gewezen in een voorlopige voorzieningenprocedure tegen het Facebook-besluit van het Bundeskartellamt. Het Bundesgerichtshof heeft geen ernstige twijfels dat Facebook het Duitse mededingingsrecht schendt door persoonsgegevens over haar gebruikers te verwerken zonder hier toestemming voor te vragen. Deze noot bespreekt de analyse van het Bundesgerichtshof. Ook wordt er aandacht besteed aan de vraag of het gedrag van Facebook naar Europees of Nederlands mededingingsrecht eveneens verboden is. |
Zoekresultaat: 4 artikelen
Kroniek |
|
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 3 2021 |
Auteurs | Marianne Meijssen en Stefan Tuinenga |
Auteursinformatie |
Annotatie |
Geen like voor Facebook uit KarlsruheBundesgerichtshof 23 juni 2020, ECLI:DE:BGH:2020:230620BKVR69.19.0 (Facebook) |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | misbruik, machtspostitie, Facebook, Bundesgerichtshof, Bundeskartellamt |
Auteurs | Marianne Meijssen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Kroniek |
Kroniek civiele rechtspraak 2019 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | civiel, rechtspraak, 2019, mededingingsrecht, Skanska |
Auteurs | Stefan Tuinenga en Marianne Meijssen |
Auteursinformatie |
Artikel |
Innovatieconcurrentie na Dow/Dupont: floreert innovatie in garages of in Silicon Valley? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5-6 2017 |
Trefwoorden | concentratiecontrole, innovatie, prospectieve analyse, Dow/DuPont, Richtsnoeren horizontale fusies |
Auteurs | Mattijs Bosch en Marianne Meijssen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aandacht voor innovatie in fusiezaken is niet nieuw. Wel valt op dat de Commissie kijkt naar mogelijk mededingingsbeperkende gevolgen die steeds verder in de toekomst liggen. In de recente Dow/DuPont-zaak onderzocht de Commissie bijvoorbeeld of de fusie innovatieconcurrentie in markten die niet of nog niet bestaan zou beperken. Daarbij richtte zij zich op concurrentie in innovation spaces en in de industrie als geheel. Dergelijke ‘theories of harm’ lijken nu nog alleen toegepast te worden in volwassen industriën. Het is echter niet uit te sluiten dat ze (bijvoorbeeld) ook worden toegepast op digitale sectoren. De vraag rijst (i) of innovatiebeleid niet beter vastgelegd moet worden in de Commissie-richtsnoeren en (ii) hoe Dow/DuPont zich verhoudt tot de eis dat de Commissie een zorgvuldige prospectieve analyse dient te maken. |