De auteurs staan stil bij het door de coronacrisis noodgedwongen thuiswerken. Het wetsvoorstel Werken waar je wilt en ontslagrechtelijke aspecten worden behandeld. |
Zoekresultaat: 44 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | werkplek, COVID, corona, thuiswerken, arbeidsplaats |
Auteurs | mr. Simone Drost en mr. Willemijn Bosman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Bestuursrechtelijke jurisprudentie |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2020 |
Auteurs | Mr. M.E.B. de Haseth |
Auteursinformatie |
Artikel |
Kroniek ontslaggronden: c-, d-, f-, h- en i-grond |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | c-grond, d-grond, f-grond, h-grond, i-grond |
Auteurs | mr. dr. Pascal Kruit en Mr. Ilse Kersten |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek wordt een analyse gegeven van de gepubliceerde rechtspraak over de ontslaggronden c, d, f, h en i in de eerste vijf jaar na de inwerkingtreding van de Wet werk en zekerheid |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2020 |
Trefwoorden | COVID-19, Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud, overmacht, thuiswerken, Wet flexibel werken |
Auteurs | Prof. mr. A.R. Houweling |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur onderzoekt de reikwijdte van art. 7:628 BW in geval van niet werken vanwege corona. De conclusie is dat de wetsgeschiedenis alle ruimte biedt voor maatwerk en als uitgangspunt steun biedt voor het ‘overmachtsverweer’ van de werkgever. De feitenrechtspraak 2020 laat een ander beeld zien. Ook staat de auteur stil bij de vraag of werknemers een recht hebben op thuiswerken en/of werkgevers werknemers kunnen dwingen thuis te werken. |
Artikel |
De AVG en ontslag: twee jaar na inwerkingtreding AVG |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | Algemene Verordening Gegevensbescherming, Privacy, Ontslag, Arbeidsverhouding, Normenkader |
Auteurs | mr. Karolina Dorenbos |
SamenvattingAuteursinformatie |
Twee jaar na inwerkingtreding van de Algemene verordening gegevensbescherming zet de auteur in dit artikel een aantal recente ontwikkelingen op het gebied van gegevensverwerking en -bescherming op de werkvloer uiteen. In het eerste deel van het artikel gaat zij in op de meer institutionele aspecten waaronder de evaluatie van de (U)AVG. De auteur ziet ingrijpende ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en toezicht zoals de voorgenomen wetgeving over het gebruik van alcohol- en drugstesten op de werkvloer en de ontwikkelingen op het gebied van biometrie waaronder een hoge boete van Autoriteit Persoonsgegevens voor het gebruik van de vingerscan bij toegangscontrole. In deel 2 van dit artikel zal de huidige stand van de rechtspraak worden afgezet tegen de strengere normen uit de AVG. |
Jurisprudentie |
Medezeggenschap tijdens faillissementHR 2 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:982 (DA Retailgroep) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Ondernemingsraad, Faillissement, Medezeggenschap, Overgang van onderneming, Doorstart |
Auteurs | Prof. dr. mr. W.H.A.C.M. Bouwens |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur bespreekt de vraag of de curator na faillissement advies moet vragen aan de ondernemingsraad wanneer hij wil overgaan tot verkoop van de activa van de onderneming en tot ontslag van het aldaar werkzame personeel. Hij onderwerpt het standpunt van de Hoge Raad over deze problematiek aan een kritische analyse. Voor het oordeel dat de ondernemingsraad geen adviesrecht toekomt wanneer de onderneming wordt geliquideerd, ziet hij geen wettelijke basis. Deze beperking staat bovendien op gespannen voet met het Europese recht. Voorts is de curator bij een doorstart van de onderneming in ieder geval gehouden advies te vragen wanneer sprake is van een overgang van een onderneming in de zin van Richtlijn 2001/23/EG. Met betrekking tot de formele voorschriften van de Wet op de ondernemingsraden moet de curator bovendien in het oog houden dat het Europese recht ook zekere eisen stelt aan het informatie- en consultatietraject. Ten slotte staat de auteur stil bij de consequenties van schending van de WOR door de curator, ook voor de mogelijkheden van individuele werknemers om op te komen tegen de opzegging van hun arbeidsovereenkomst. |
Praktijk |
De bezwaarprocedure: Onderzoek naar verbanden tussen de inrichting van de procedure en de inhoudelijke kwaliteit van bezwaarbehandeling |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | Dispute resolution procedures, Quality, Administrative law, Objection procedure, Professional users |
Auteurs | Marc Wever LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
If someone disagrees with an administrative order, he or she has to lodge an objection with the administrative authority responsible for the order. Only after the administrative authority has fully reconsidered the contested order is the interested party allowed to seek redress with the administrative courts. Estimates are that around 2.6 million objections are filled each year, making the administrative objection procedure the most frequently used dispute resolution procedure in the Netherlands. Numerous variations can be found in the way administrative authorities handle objections. Does this affect how professional users evaluate its quality? And if so, how can this be explained? |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak bestuursrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Mr. J.A.E. van der Jagt-Jobsen en Mr. M.A. de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Kroniek rechtspraak bestuursrecht bespreekt de jurisprudentie van 9 april 2014 tot en met 15 april 2016. De kroniek bevat een overzicht van de belangrijkste bestuursrechtelijke uitspraken op het gebied van de gezondheidszorg: algemeen bestuurs(proces)rechtelijke onderwerpen, uitspraken over de Wet BIG, diverse uitspraken op het terrein van handhaving, Wob-jurisprudentie, een uitspraak over de Wbp, jurisprudentie over de Geneesmiddelenwet, varia en de rapporten van de Nationale Ombudsman. |
Artikel |
Het beroepsgeheim van de bedrijfsarts en de verzekeringsarts |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2013 |
Trefwoorden | beroepsgeheim, bedrijfsgezondheidszorg, verzekeringsarts, ziekteverzuimbegeleiding |
Auteurs | Prof. mr. J.K.M. Gevers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ook voor bedrijfs- en verzekeringsartsen geldt het beroepsgeheim, zij het dat dat bij hen beperkingen kent in verband met de aard van hun functie. In deze bijdrage wordt ingegaan op de achtergrond van dat beroepsgeheim en op de uitwerking ervan in wetgeving, rechtspraak en zelfregulering. Geconcludeerd wordt dat daarbij een redelijk evenwicht is gevonden tussen de vertrouwelijkheid van medische gegevens en de belangen van werkgever en socialeverzekeringsinstelling. Wel blijft vanwege de rechtszekerheid nadere wettelijke regeling gewenst. |
Artikel |
Klokkenluiden en veiligheidDe wegen die werknemers bewandelen bij verschillende typen misstanden op het werk |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | whistle-blowing, safety, employee, report, wrongdoing |
Auteurs | Doris van van Dijk, Marijke Malsch, Gezinus Wolters e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
In the Netherlands whistle-blowing regulations are still unbalanced and ineffective in the protection of whistle-blowers and the prevention of misconduct at work. This article focuses on the question how whistle-blowing behaviour is influenced by the type and severity of the wrongdoing. The study also examines to whom employees would report (internally and/or externally), if they would report anonymously, and why they would do that or not. As far as the authors know, this is one of the first studies on whistle-blowing behaviour that systematically investigates the characteristics of the wrongdoing by using vignettes. In a two by two design, two kinds of wrongdoing (safety problem or embezzlement) at two levels of severity are plotted against each other. When confronted with severe wrongdoing, respondents intend to blow the whistle more often (externally) than with mild wrongdoing. Of the four cases, the difference between mild and severe embezzlement is most pronounced. Internally, a difference is found between the vignettes in reporting anonymously. Most respondents prefer to report to their direct supervisor, especially when a mild safety problem occurs. With severe embezzlement however, respondents prefer to report to a confidential adviser within the company. Outside the company, reporting to one’s trade union is most popular. Nearly all respondents would only report externally after an internal report has not yielded any results, or they would not report outside the company at all. They often argue that it is an internal problem and that the company could be harmed if the wrongdoing would be disclosed. This argument is used in all vignettes. Anonymity is still considered important by the majority of the respondents. It is recommended in this article that policymakers specify whistle-blowing regulations that are adaptable to the specific characteristics of the wrongdoing and the reporting employee(s). |
Artikel |
Dossier Arbeid & Recht juli/augustus 2012 |
Tijdschrift | Dossier Arbeid & Recht, Aflevering 07/08 2012 |
Auteurs | Prof. mr. C.J. Loonstra en Mr. B. Hoogendijk |
Article |
|
Tijdschrift | ARBAC, november 2011 |
Auteurs | Dr. Jan Popma |
Samenvatting |
The Dutch Labour Inspectorate, that is allotted with the task of supervising the Dutch Working Conditions Legislation, is one of the public bodies currently envisaged by the Dutch government for a reduction in staff. Also, the Inspectorate is being amalgamated with two other supervising bodies under the responsibility of the minister of Social Affairs. This article analyses whether these developments are in line with international labour law (notably ILO convention 81, the Labour Inspection Convention 1947). It is asserted that both the reduction in staff and the reorganisation constitute a breach of ILO Convention 81. Instead of reducing the number of inspectors, the number should in fact be doubled to meet the ILO Standard in this respect. Also, the Inspectorate should be given the means to further build its expertise (notably in the field of occupational diseases and emerging risks). Furthermore, the independence from politically motivated policies should be strenghtened. |
Jurisprudentie |
2006/18 Onderscheid op grond van handicap of ziekte voor verpleegkundigenopleiding; slechthorendheid; nachtdiensten; opleidingseisen; redelijke aanpassingCommissie Gelijke Behandeling (mr. A.B. Terlouw, voorzitter, mr. M. van den Brink, mr. dr. L.M.M. Mulder, leden) d.d. 10 maart 2006. |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2006 |
Auteurs | |
Jurisprudentie |
2008/4 Arts (verzekeringsarts in opleiding); informatie-uitwisseling tussen arts en bedrijfsarts zonder toestemming patiënt: ongegrondCentraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (mr. K.E. Mollema, voorzitter, mrs. A. Dupain en M.M.A. Gerritzen-Gunst, leden-juristen, mr. drs. W.A. Faas en mr. drs. M.J. Kelder, leden-beroepsgenoten, mr. C.M.J. Wuisman-Jansen, secretaris) d.d. 13 septemb |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2008 |
Auteurs | |
Artikel |
Verslag van de Najaarsvergadering van de Vereniging voor gezondheidsrecht, 27 oktober 2000 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2001 |
Auteurs | Mw. Mr. W. Kieboom |
Artikel |
Goed verzekeraarschap |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2000 |
Auteurs | Mw. prof. mr. H.D.C. Roscam Abbing |
Praktijk |
Verslag jaarvergadering Vereniging voor Gezondheidsrecht, 3 april 1998 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 1998 |
Auteurs | Mw. mr A.M. Berkhout-van Poelgeest |
Artikel |
De privatisering van de Ziektewet/WAO en de bescherming van medische gegevens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 1996 |
Auteurs | Mr dr J.C.J. Dute |