In deze bijdrage bespreekt de auteur het Sumal-arrest, dat verstrekkende gevolgen kan hebben voor de civielrechtelijke handhaving van het Uniemededingingsrecht. Het Sumal-arrest heeft met name een (te) verstrekkende uitbreiding tot gevolg van de kring van aansprakelijken. Ook vergroot dit arrest de toch al ruime mogelijkheden voor forum shopping. Daarnaast heeft de auteur nog enkele andere bedenkingen bij het arrest. |
Zoekresultaat: 3014 artikelen
Artikel |
Rolled into one: de ‘onderneming’ als rechtssubject bij de ‘privaatrechtelijke handhaving’ van het mededingingsrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 3-4 2022 |
Trefwoorden | artikel 101 VWEU, toerekening, aansprakelijk, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. Chr.F. Kroes |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Het Monitoring Rapport Corporate Governance Code over boekjaar 2020Kwaliteit van toelichting andermaal (maar dan anders) centraal |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 3-4 2022 |
Trefwoorden | Code 2016, ESG, beursvennootschap, Monitoring Rapport 2020, Monitoring Commissie |
Auteurs | Mr. S. Rietveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur het op 15 december 2021 gepubliceerde Rapport monitoring boekjaar 2020 van de Monitoring Commissie Corporate Governance Code. In dit rapport wordt verslag gedaan over de Corporate Governance Code en de naleving daarvan over boekjaar 2020. De nadruk ligt op betekenisvolle verslaggeving binnen vijf kernthema’s: langetermijnwaardecreatie, risicobeheersing, cultuur, diversiteit en bezoldiging van bestuurders. |
Artikel |
Kroniek Pensioenrecht 2022 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 4 2022 |
Auteurs | Bastian Bodewes, Annemiek Cramer, Fleur Folmer e.a. |
Redactioneel |
Onafhankelijkheid |
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | Onafhankelijkheid, Rechterlijke macht, Openbaar Ministerie, Advocatuur |
Auteurs | Mr. E. (Eva) Huls en mr. T. (Tamara) Trotman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Onafhankelijkheid: een thema dat zowel nationaal als internationaal de gemoederen bezig weet te houden. Hoogste tijd voor een speciaal nummer over dit onderwerp, waarbij in de verschillende bijdragen is geprobeerd het concept onafhankelijkheid vanuit uiteenlopende invalshoeken (OM, ZM en balie) te belichten. |
Artikel |
Socrates op sneakers |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Klachtrecht, Aflevering 2 2022 |
Auteurs | Michiel Scherphof |
Auteursinformatie |
Artikel |
Werknemersverzoeken: over de maatstaven, een ‘optelsom’ en andere aspecten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | Werknemersverzoeken, Ontbinding arbeidsovereenkomst, Ernstige verwijtbaarheid, Transitievergoeding, Billijke vergoeding |
Auteurs | mr. Kayleigh Bemelmans |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staan werknemersverzoeken tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst centraal. In een recente beschikking van 21 januari 2022 heeft de Hoge Raad antwoord gegeven op zowel de vraag welke maatstaf door de rechter dient te worden gehanteerd bij de beoordeling van een ontbindingsverzoek van de werknemer, als de vraag welke maatstaf geldt bij de beoordeling of die ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever. De auteur gaat in op de vraag welke plaats deze beschikking inneemt binnen het juridisch kader van ontbinding van de arbeidsovereenkomst op verzoek van de werknemer en wat de door de Hoge Raad gegeven maatstaven voor de praktijk betekenen. |
Annotatie |
Google Shopping en het verbod op self-preferencing – een nieuwe norm voor Big Tech?Gerecht 10 november 2021, T-612/17, ECLI:EU:T:2021:763 (Google en Alphabet/Commissie) |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2022 |
Auteurs | Jotte Mulder |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Google shopping-uitspraak heeft veel te bieden. Self-preferencing kwalificeert onder omstandigheden als misbruik. Die omstandigheden vereisen niet dat Google een onmisbare dienst aanbiedt maar enkel dat het gedrag tot potentiële uitsluiting kan leiden. Daarbij lijkt het Gerecht ook een nieuwe standaard te introduceren, namelijk dat ‘onnatuurlijk gedrag van Google dat in potentie tot uitsluiting kan leiden moet worden gerechtvaardigd’. Het Gerecht heeft er echter zorg voor gedragen veel van de ‘nieuwe normen’ in de uitspraak te verbinden aan de ‘ultradominante’ positie die Google als poortwachter in de markt inneemt. De bredere relevantie en impact van de uitspraak is om die reden reeds beperkt, ook in het licht van de DMA-regulering, op basis waarvan vergelijkbaar gedrag van Google straks ex-ante verboden is. |
Artikel |
De foetus of het toekomstige kind?De rechtvaardiging van prenatale kinderbescherming vraagt om conceptuele helderheid |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | ongeboren kind, ondertoezichtstelling, Dwangopname, levensvatbaarheid, verplichte anticonceptie |
Auteurs | Prof. dr. W.J. Dondorp en Prof. dr. G.M.W.R. de Wert |
SamenvattingAuteursinformatie |
De afgelopen decennia is een rechtspraktijk ontstaan waarin al vóór de geboorte kinderbeschermingsmaatregelen kunnen worden opgelegd. Maar wat of wie is het voorwerp van die bescherming: de foetus of het toekomstige kind? Deze conceptuele onhelderheid ondermijnt de rechtvaardiging van die maatregelen, met mogelijke gevolgen voor de rechtspositie van zwangere vrouwen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | onvrijwillige zorg, wetsevaluatie, verstandelijkgehandicaptenzorg, psychogeriatrie, VN-verdrag |
Auteurs | Mr. dr. B.J.M. Frederiks |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op verzoek van de politiek is twee jaar na inwerkingtreding van de Wet zorg en dwang (Wzd) en de Wet verplichte ggz (Wvggz) de eerste wetsevaluatie uitgevoerd. In dit artikel ligt de focus op de Wet zorg en dwang. De auteur staat in het bijzonder stil bij de betekenis van de uitkomsten voor de rechtspositie van cliënten met een verstandelijke beperking of een psychogeriatrische aandoening. Het artikel wordt afgesloten met een blik vooruit: welke partijen zijn nu aan zet? |
Boekbespreking |
Liselotte Postma, Misschien was het nog te vroeg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2022 |
Auteurs | Prof. mr. J.K.M. Gevers |
Auteursinformatie |
Artikel |
Budgetrecht in de knelWaarom het budgetrecht geen rustig bezit is |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | begrotingsfunctie, Comptabiliteitswet 2016, begrotingspresentatie, Algemene Rekenkamer, materiële autorisatie |
Auteurs | J.F.A. van Hofwegen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel gaat de auteur vanuit de onderzoekspraktijk van de Algemene Rekenkamer in op de relatie tussen de begroting, begrotingsfuncties, het budgetrecht en het belang van de begrotingspresentatie. Het budgetrecht komt in de praktijk soms in de knel. Aan de hand van enkele voorbeelden komt het onderscheid tussen formele en materiële autorisatie aan de orde. Tot slot stipt hij de noodzaak van een goede onderbouwing van beleid voor het budgetrecht aan. |
Artikel |
|
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | rijksbegroting, rijksuitgaven, rechtsvorming, financiën medeoverheden |
Auteurs | J. van der Bij |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staan het budgetrecht en de begrotingswet centraal. Hierbij gaat het om de vraag of met de vaststelling van de rijksbegroting het parlement nog voldoende invloed kan uitoefenen op de omvang en samenstelling van de rijksuitgaven. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord, omdat de meeste uitgaven voor meerdere jaren vastliggen en niet door de begrotingswetgever beïnvloed kunnen worden. Daar komt bij dat de meeste uitgaven ook niet door de rijksoverheid verricht worden, maar door derden, waaronder decentrale overheden. De auteur stelt voor om bij majeure wetgevingsprogramma’s ook relevante meerjarenuitgavenkaders op te nemen, zodat het parlement tijdig invloed kan uitoefenen. |
Artikel |
Kroniek Privacyrecht 2021 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 3 2022 |
Auteurs | Christiaan Alberdingk Thijm, Vita Zwaan, Marieke Berghuis e.a. |
Artikel |
Een doolhof van spiegels?De betekenis van artikel 57 lid 3 Grondwet en artikel 4 Reglement van Orde voor de ministerraad in het licht van de kabinetsformatie van 2021 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Constitutioneel Recht, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | kabinetsformatie 2021, coalitieakkoord, ontslag, benoeming, demissionair |
Auteurs | H.G. Hoogers |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel gaat de auteur nader in op een tweetal staatsrechtelijke vragen die zijn ontstaan naar aanleiding van de kabinetsformatie van 2021. Het gaat daarbij om: 1) het besluit om een drietal nieuwe staatssecretarissen aan te stellen nadat de ontslagindiening namens alle bewindslieden al had plaatsgevonden en nadat de verkiezingen voor de Tweede Kamer al hadden plaatsgevonden, waarbij die nieuwe bewindspersonen hun zetels in de Kamer aanvankelijk behielden; en om 2) het ontslag van staatssecretaris Keijzer van Economische Zaken en Klimaat. Centraal daarbij staan de betekenis van artikel 57 lid 3 Grondwet en de rol en betekenis van artikel 4 Reglement van Orde voor de ministerraad en de verhouding tussen de minister-president en de overige ministers en de staatssecretarissen bij de toepassing van die norm. |
Bij de buren |
Het geweldsmonopolie en de constitutionele identiteit van EU-lidstatenNaar aanleiding van twee Franse constitutioneelrechtelijke uitspraken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Constitutioneel Recht, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | constitutionele identiteit, Europese Unie, geweldsmonopolie, Frankrijk |
Auteurs | L.F.M. Besselink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage worden twee recente uitspraken van respectievelijk de Conseil constitutionnel en de Franse Conseil d’État besproken. Daarin ontwikkelt zich de Franse benadering van de constitutionele grenzen van doorwerking van EU-recht verder. Voor de toetsingsbevoegdheid van de rechter staat het antwoord op de vraag, of de constitutionele waarden en beginselen die deel uitmaken van de Franse identiteit bescherming vinden in het EU-recht, bepalend. In de besproken zaken wordt voor het eerst daadwerkelijk overgegaan tot toetsing, en wel – enigszins verrassend – van constitutionele beginselen die betrekking hebben op het statelijk geweldsmonopolie. Een vergelijking van de Franse republikeinse opvatting van het geweldsmonopolie met tegenwoordige Nederlandse opvattingen leert dat de laatste sneller een verschuiving van het geweldsmonopolie naar de Europese Unie daadwerkelijk zal toelaten, dan naar Franse constitutionele opvatting mogelijk is. |
Artikel |
De juridische houdbaarheid van het systeem van sanctionering van fiscale fraude |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | fiscale fraude, ne bis in idem, una via, duale handhavingssystemen, bestraffing |
Auteurs | Mr. dr. C. (Claire) Hofman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een houdbaar systeem van sanctionering van fiscale fraude garandeert duidelijkheid ten aanzien van de werking ervan en onderlinge afstemming van de verschillende systeemonderdelen. Deze bijdrage gaat over de voorzienbaarheid van bestraffing van fiscale fraude en op het voorkomen van ongeoorloofde samenloop van fiscale sancties ten aanzien van eenzelfde feit. |
Voorwoord |
NTS 2022/19 |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2022 |
Artikel |
De strafvorderlijke normering van het geautomatiseerd overnemen van persoonsgegevens uit publiek toegankelijke bronnen met behulp van webcrawlers |
Tijdschrift | Tijdschrift Modernisering Strafvordering, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | Webcrawler, Publiek toegankelijke (internet)bron, Geautomatiseerd overnemen, Stelselmatigheidscriterium, Persoonsgegevens |
Auteurs | Mr. R.J.A. Klaar |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat de vraag centraal in hoeverre opsporingsautoriteiten op basis van de relevante gezichtspunten/factoren voor stelselmatigheid en bezien in het licht van de huidige technische mogelijkheden van een webcrawler de mate van inbreuk op de persoonlijke levenssfeer kunnen inschatten en de aard en ernst van die inbreuk zoveel mogelijk kunnen beperken. |