In dit tweeluik zal aan de hand van rechtspraak worden geïnventariseerd of ten aanzien van (a) het bewijzen van kartelafspraken en (b) de wijze van toerekening, we op het eerste oog kunnen spreken van een convergente toepassing van het kartelverbod door de Nederlandse bestuursrechter en de civiele rechter. |
Zoekresultaat: 1937 artikelen
Artikel |
Publieke en private handhaving van het kartelverbod – een convergente toepassing van dezelfde norm? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | kartel, kartelverbod, publieke handhandhaving, private handhaving |
Auteurs | Ellen Römkens, Anke Prompers, Aron Bouman e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Redactioneel |
Is het staatssteunrecht ‘fit for purpose’? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 6 2021 |
Auteurs | Erik Pijnacker Hordijk |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | taakgerelateerd ongeoorloofd handelen, noble cause corruption, politie, leiderschap, ethiek |
Auteurs | Robin Christiaan van Halderen en Benjamin Rafaël van Gelderen |
SamenvattingAuteursinformatie |
The aim of the present research was to gain insight into the topic of ‘task-related rule-breaking behavior’ (TRB) among Dutch police officers. TRB is a more refined alternative for the concept of noble cause corruption and has been defined as: police officers breaking rules or formal agreements for the purpose of acting in a manner that contributes to the lawful police task. Qualitative research has been conducted within one of the ten regional police forces in the Netherlands. Results show that TRB appears to be a relatively common phenomenon during policework. Behaviors are categorized in sixteen categories and five overarching outlines. In addition, attention is given to several important factors that could be related to TRB being distinguishable between police officers’ individual responsibility and organizational factors. To handle TRB, it is recommended to pay attention to the police officers’ approach of judging and rationalizing their own behavior, their level of knowledge, and social skills. Furthermore, organizational structure (i.e., spam of control) and police leadership may, among other factors, play an important role in encouraging TRB. Especially the way supervisors deal with police officers’ professional autonomy needs specific attention in order to reduce TRB. Autonomy needs guidance in the form of clear orders followed by feedback and coaching. Also, an active form of ethical leadership is needed. An action framework is presented that could be helpful to supervisors to judge and thereby reduce forms of TRB. |
Rechtsbescherming |
Nieuwe richtlijn over bescherming klokkenluiders in de Europese Unie: inhoud en eerste analyse |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5-6 2020 |
Trefwoorden | klokkenluiders, rechtsbescherming, uitingsvrijheid, arbeidsrecht |
Auteurs | Mr. E.W. Jurjens |
SamenvattingAuteursinformatie |
In een nieuwe richtlijn is de bescherming van klokkenluiders in Europa, geïnspireerd door onder meer artikel 10 EVRM, gecodificeerd. De richtlijn biedt een bredere bescherming voor klokkenluiders dan momenteel naar Nederlands recht geldt, maar beperkt deze bescherming wel tot meldingen van klokkenluiders over inbreuken op specifieke delen van het Unierecht. De Nederlandse wetgever zal moeten bezien hoeveel gebruik er gaat worden gemaakt van de ruimte die de richtlijn biedt om verdergaande bescherming te realiseren, in het bijzonder door de bescherming uit te breiden tot meldingen van klokkenluiders over inbreuken op andere (rechts)gebieden. |
Kroniek |
Bewijsrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2020 |
Auteurs | Ruth de Bock |
Auteursinformatie |
Boekbespreking |
Cassatie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2020 |
Auteurs | Freerk Vermeulen |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | redelijke termijn, doorlooptijden |
Auteurs | Remme Verkerk, Frans van Dijk en Dewy Pistora |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel betreft een empirisch onderzoek naar de doorlooptijden in civiele zaken. Het gaat in op de categorie van zaken die te kampen hebben met de langste doorlooptijden: handelszaken met een belang van boven de € 1 miljoen. Van honderd van dergelijke zaken zijn de procedure in eerste aanleg en in hoger beroep nader bestudeerd en is het procesverloop in kaart gebracht. Het onderzoek maakt inzichtelijk welke tijd is gemoeid met de afzonderlijke stappen in de procedure. |
Boekbespreking |
Het kort geding |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2020 |
Auteurs | Floris Bakels |
Auteursinformatie |
Wet- en regelgeving |
Overzicht Wet- en regelgeving maart 2020 t/m augustus 2020 |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 2 2020 |
Redactioneel |
Vreemdelingenbewaring in beweging |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Aniel Pahladsingh |
Auteursinformatie |
Artikel |
Vrijheidsontneming, penitentiaire beginselen en de eendentestOver de aard van vreemdelingenbewaring |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | vreemdelingenbewaring, vrijheidsontneming, penitentiair recht, Wet terugkeer en vreemdelingenbewaring, visitatie isoleercel |
Auteurs | Mr. drs. Frans-Willem Verbaas |
SamenvattingAuteursinformatie |
In the Netherlands, immigration detention is classified under administrative law. More precisely: it is a form of administrative coercion. But immigration detention is also deprivation of liberty, or a habeas corpus measure. This makes it the most far-reaching form of administrative coercion you can think of. The regime and house rules of immigration detention differ just a little from those of criminal deprivation of liberty. The draft bill on the Return and Detention Act provides some improvements. For asylum seekers that cause nuisance, there is the Enforcement and Supervision Location, where the foreign national is given an area restriction and must remain within the municipal boundaries. Due to the liberty restrictions, immigration detention should always be the last resort. |
Jurisprudentie |
Overzicht Jurisprudentie maart 2020 t/m augustus 2020 |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 2 2020 |
Jurisprudentie |
Annotatie LangOphouden in de transitzone toch een bewaringsmaatregel |
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Mr. Aniel Pahladsingh |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Afwikkeling Personenschade, Aflevering 3-4 2020 |
Auteurs | Mr. J.M. Rowel-van der Linde |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage betreft het wettelijk tuchtrecht, gebaseerd op de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, Wet BIG. |
Artikel |
Medisch tucht(proces)recht in vogelvlucht |
Tijdschrift | Afwikkeling Personenschade, Aflevering 3-4 2020 |
Trefwoorden | Medisch tucht(proces)recht, Aansprakelijkheidsrecht, Wijziging Wet BIG, Tuchtnormen, Griffierecht en kostenveroordeling |
Auteurs | Mr. O.L. Nunes en Mr. C.I.M. de Haan |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het medisch tuchtrecht, zoals neergelegd in de Wet BIG, beoordeelt het tuchtcollege of een zorgverlener volgens de (medisch) professionele standaard heeft gehandeld. Het wettelijk tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de individuele beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak rechten van de mens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | EVRM, EHRM, rechten van de mens, schending, schadevergoeding |
Auteurs | Prof. mr. A.C. Hendriks |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM of Hof) heeft in de periode van september 2019 tot en met augustus 2020 weer diverse uitspraken gedaan over gezondheidsrechtelijke onderwerpen. Veel uitspraken borduren voort op of geven een nadere uitleg aan zaken waarover het Hof zich eerder heeft gebogen. Tegelijkertijd komt uit de uitspraken van afgelopen jaar het beeld naar voren dat het Hof in toenemende mate belang hecht aan de beschermingsplicht van de overheid, in het bijzonder bij gedetineerden, psychiatrische en verstandelijk beperkte patiënten en personen die anderszins kwetsbaar zijn. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | winstuitkering door zorgaanbieders, Unierecht, EVRM |
Auteurs | Dr. L.R. Glas LLM, prof. mr. J.W. van de Gronden en mr. dr. J.M. Veenbrink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Regulering van winstuitkering is een politiek discussiepunt. Het kan dan ook voorkomen dat regulering van winstuitkering tot een lappendeken aan wetgeving leidt. Dit artikel gaat na welke ruimte het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en het Unierecht laten om politieke compromissen te sluiten op het gebied van winstuitkering door zorgaanbieders. |
Artikel |
Vrije aanbiederskeuze binnen het sociaal domein: een vergelijking met het hinderpaalcriterium |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | vrije artsenkeuze, persoonsgebonden budget, sociaal domein, hinderpaalcriterium |
Auteurs | Mr. B. Wallage en mr. dr. W.I. Koelewijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel onderzoeken de auteurs op welke wijze het recht op vrije artsenkeuze is uitgewerkt binnen het sociaal domein. Daarbij wordt een vergelijking gemaakt met artikel 13 lid 1 Zvw en het daaruit volgende hinderpaalcriterium. |
Rechtsbescherming |
De toepasselijkheid van Uniegrondrechten op nationale verdergaande beschermingsmaatregelenNadere afbakening van het toepassingsgebied van Uniegrondrechten in het arrest TSN en AKT |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5-6 2020 |
Trefwoorden | Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, Uniegrondrechten, algemene beginselen van Unierecht, werkingssfeer van Unierecht, uitvoering van Unierecht |
Auteurs | Mr. dr. M. de Mol |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Uniegrondrechten zijn in beginsel van toepassing op nationale maatregelen die vallen binnen een Unierechtelijke bepaling die aan lidstaten een discretionaire bevoegdheid toekent. Het feit dat de lidstaten niet verplicht zijn om gebruik te maken van de bevoegdheid doet hier niet aan af. Hoe zit het echter met Unierechtelijke bepalingen die de lidstaten de ruimte geven om verdergaande bescherming te geven dan het EU-minimum? Als een lidstaat deze mogelijkheid benut door verdergaande bescherming te bieden, zijn de Uniegrondrechten dan ook van toepassing? Het arrest TSN en AKT geeft hierover duidelijkheid. |