Het Nederlandse recht stelt partijen die commercieel contracteren wel eens voor verrassingen. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van de chronologie van het contract: precontractuele fase, uitleg, exoneratiebedingen en beëindiging. Daarbij wordt besproken hoe partijen deze verrassingen, en de risico’s die daarmee gepaard gaan, zo veel mogelijk kunnen voorkomen of mitigeren. |
Zoekresultaat: 108 artikelen
Artikel |
Kroniek Vermogensrecht 2021 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 8 2021 |
Auteurs | Coen Drion, Anna Zwalve, Bastiaan Kout e.a. |
Artikel |
Verrassingen voorkomen bij commercieel contracteren |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2021 |
Trefwoorden | precontractuele fase, uitleg, exoneratiebeding, beknelde tussenschakel, beëindiging |
Auteurs | Mr. D.J. Beenders en Mr. J.J. Valk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | Richtlijn 2019/771, Burgerlijk Wetboek |
Auteurs | Mr. M. Bijloo |
SamenvattingAuteursinformatie |
Enkele aspecten van Richtlijn 2019/771 die (reeds) bestaande onderwerpen in het Burgerlijk Wetboek beïnvloeden of adresseren. |
Impressies |
Wie wint de ‘battle of forms’ als beide partijen naar verkoopvoorwaarden verwijzen? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | algemene voorwaarden, Battle of forms, First short rule, Knock out rule, uitleg |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
De battle of forms is een bekend terrein in het contractenrecht en geregeld in artikel 6:225 lid 3 BW. Normaliter verwijst de inkoper naar zijn inkoopvoorwaarden en de verkoper naar zijn verkoopvoorwaarden. Hoe werkt de battle of forms als ook de inkoper naar verkoopvoorwaarden verwijst? In dit artikel onderzoekt auteur die vraag naar het Nederlandse BW en het Weens Koopverdrag |
Artikel |
Leren exonereren: een update |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | exoneratie, artikel 6:233 onder a BW, art, 6:248 lid 2 BW, algemene voorwaarden |
Auteurs | T.H.M. van Wechem |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn arrest van 29 januari 2021 (Bart’s retail) lijkt de Hoge Raad af te wijken van de lijn die leek te zijn uitgezet in het arrest GTI/Zurich uit 2004. In dat als laatstgenoemde arrest overwoog de Hoge Raad, ten overvloede, dat bij overeenkomsten tussen professioneel dan wel commercieel handelende grote partijen in de regel extra terughoudendheid gepast is waar het gaat om het op grond van art. 6:248 lid 2 BW buiten toepassing laten van exoneratiebedingen. In de literatuur werd ervan uitgegaan dat deze regel zich uitstrekte tot overeenkomsten waarbij er sprake was van een gelijkwaardigheid tussen partijen. In de casus die ten grondslag lag aan het Hoge Raad arrest van 29 januari 2021, was dat niet het geval. Het betrof een overeenkomst tussen een grote franchiseorganisatie (die tevens optrad als verhuurder) en een kleine franchisenemer. De Hoge Raad lijkt te benadrukken dat ook dan de rechter tot extra terughoudend is gehouden, voor zover het het buiten spel zetten betreft van een tussen partijen overeengekomen exoneratie. De auteur plaatst dit arrest in context en vraagt zich af of een weging van de exoneratie over de boeg van artikel 6:233 onder a BW, tot hetzelfde resultaat zou hebben geleid. |
Redactioneel |
Redactioneel |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2021 |
Artikel |
Ouderdomsclausule reikt steeds verder |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 4 2021 |
Auteurs | Laura van Dijk-Oostwouder |
Artikel |
De uitleg van Anglo-Amerikaanse boilerplate-bedingen in Nederlandse contractenBespreking van het proefschrift van mr. drs. J.W.A. Dousi |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | standaardbeding, uitleg van overeenkomsten, Anglo-Amerikaans contractenrecht, entire agreement-beding, Lundiform/Mexx |
Auteurs | Mr. L.G.L. Ohnesorge |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn proefschrift onderzoekt Dousi aan de hand van een zestal Anglo-Amerikaanse boilerplate-bedingen hoe de uitleg van zulke bedingen in Nederlandse contracten kan worden vormgegeven. Met name onderzoekt hij de rol van de Anglo-Amerikaanse standaardbetekenis en de functie van het beding bij uitleg in Nederlandse contracten. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2020 |
Trefwoorden | algemene voorwaarden, voorrangsregels, verkeersvrijheden, uitvoerbeperking, discriminatieverbod |
Auteurs | Mr. L.M. van Bochove en Mr. T.J. de Graaf |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteurs onderzoeken hoe art. 6:247 lid 2 BW, dat de algemenevoorwaardenafdeling uitschakelt voor internationale overeenkomsten, zich verhoudt tot het Europese recht. Zij concluderen dat de bepaling verenigbaar is met de Rome I-Verordening, maar strijdig met het discriminatieverbod dat voortvloeit uit de verkeersvrijheden. Ook doen zij een voorstel tot wetswijziging. |
Artikel |
Boek 6 BW. De verbintenis uit de wet |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Boek 6 BW, verbintenis uit de wet, onrechtmatige daad, ongerechtvaardigde verrijking |
Auteurs | Mr. P. Klik |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingen ten aanzien van de verbintenis uit de wet, zoals geregeld in Boek 6 BW. De jurisprudentie over onrechtmatige daad staat centraal. Onderwerpen die aan de orde komen zijn gevaarzetting en eigen schuld, recht op eerbiediging van de goede naam en het recht op privacy, kwalitatieve aansprakelijkheden, beroepsaansprakelijkheid, bestuurdersaansprakelijkheid (en ‘vereenzelviging’, misbruik van rechtspersonen, benadeling crediteuren), misbruik van wanprestatie. In een kort intermezzo wordt de in Nederland ingevoerde wetgeving voor vergoeding van ‘affectieschade’ gesignaleerd. De bespreking van de ‘overige’ verbintenissen uit de wet beperkt zich tot ongerechtvaardigde verrijking. |
Artikel |
Aansprakelijkheid van arbitersEnkele gedachten over maatstaf, vernietiging, grondslag, ipr en exoneratie |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2020 |
Trefwoorden | arbiteraansprakelijkheid, internationaal privaatrecht, uitsluiting aansprakelijkheid, vernietigingsprocedure, arbitrage |
Auteurs | Prof. mr. N. Peters en Mr. J.J. Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage worden enkele aspecten van arbiteraansprakelijkheid besproken. Ingegaan wordt op de grondslag en maatstaf voor arbiteraansprakelijkheid, de vraag of vernietiging vereist is, de aard van de rechtsverhouding tussen arbiters en partijen, alsmede de mogelijkheid tot exoneratie. Verder wordt aandacht besteed aan enkele vragen van internationaal privaatrecht, te weten bevoegdheid en toepasselijk recht. |
Artikel |
Leiden bedingen die de vennootschap als enig opdrachtnemer aanwijzen tot uitsluiting van persoonlijke aansprakelijkheid van de beroepsbeoefenaar, en kan dat? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2020 |
Trefwoorden | beroepsaansprakelijkheid, exoneratie, kanalisering, opdrachtnemerschap |
Auteurs | Mr. E.A.L. van Emden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Beroepsbeoefenaars kunnen met hun opdrachtgever overeenkomen dat het kantoor waaraan zij zijn verbonden als enig opdrachtnemer heeft te gelden. De vraag is in hoeverre daarmee ook de persoonlijke aansprakelijkheid van de beroepsbeoefenaar kan worden uitgesloten. Daarnaast wordt ingegaan op de vraag in hoeverre het uitsluiten van persoonlijke aansprakelijkheid door beroepsbeoefenaars mogelijk is. |
Artikel |
De rechtvaardiging van tussentijdse ontbinding |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | Ontbinding, Material obligation, Anticipatory breach, Exoneratie, IT |
Auteurs | Mr. J.J.A. Bokhorst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aan de hand van ECLI:NL:GHSHE:2019:4535 (TsZ/Alert) wordt gekeken naar de rechtvaardiging van tussentijdse ontbinding op grond van schending van een material obligation en een anticipatory breach (art. 6:80 BW), en de verhouding tussen gevorderde terugbetaling en een exoneratiebeding. |
Actualia contractspraktijk |
Faillissement is niet (altijd) het bankroet van een contract |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Contract, Faillissement, Nebula, Verrekening, Opzegging |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard en Mr. M.P. Van Eeden-van Harskamp |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staan de auteurs stil bij de inwerking van de insolventieprocedure op overeenkomsten. Zij bespreken aan de hand van recente rechtspraak de hoofdregel dat het faillissement bestaande overeenkomsten niet beïnvloedt, het recht van de curator om tekort te schieten, de gevolgen van het faillissement voor verplichtingen uit huur-, pacht-, arbeids- en agentuurovereenkomsten en de mogelijkheden tot verrekening. |
Contracten maken |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Exoneratie, Schadeplichtigheid, Verzuim, Opzet of bewuste roekeloosheid, Beperkende werking redelijkheid en billijkheid |
Auteurs | Prof. mr. T.H.M. van Wechem |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de rol die exoneraties in b2b-verhoudingen spelen besproken en formuleert de auteur regels die bij het opstellen van een goede exoneratiebepaling van nut kunnen zijn. De auteur wijst op het belang van het juridisch (logistiek) kwalificeren van de overeenkomst, de vraag of de schadeplicht voortvloeit uit een temporeel of kwalitatief ten achter blijven en op de uitleg van exoneraties. Onderzocht wordt ook of toetsing van het beding aan de beperkende werking van de redelijkheid veel verschilt van de norm ‘onredelijk bezwarend’ uit artikel 6:233 sub a Burgerlijk Wetboek en de omstandigheden die in de rechtspraak een rol spelen bij de beantwoording van de vraag of een exoneratie terzijde moet worden gesteld. |
Redactioneel |
Redactioneel |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2019 |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, wanprestatie, hulpzaken, medische hulpmiddelen, ongeschikt |
Auteurs | Mr. dr. J.T. Hiemstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
In haar recent verschenen proefschrift onderzoekt de auteur in hoeverre het risico dat voortvloeit uit het gebruik van ongeschikte medische hulpzaken voor rekening van de hulpverlener dient te komen. In dit artikel worden de belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek uiteengezet. De auteur komt tot de conclusie dat het risico dat voortvloeit uit het gebruik van ongeschikte medische hulpzaken in beginsel voor rekening van de hulpverlener komt. De redelijkheid zal niet snel gebieden dat het risico dient te worden verschoven naar de patiënt. |
Artikel |
De scheidslijn tussen hoofd- en schadestaatprocedure in 7:611-zakenEen analyse van het bijzondere procedureverloop leidend tot Autoster/Hendriks II |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | schadestaatprocedure, bindende eindbeslissing, werkgeversaansprakelijkheid, verzekeringsplicht, art. 7:611 BW |
Auteurs | Mr. P.E. Bloemendal |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het bijzondere procedureverloop leidend tot Autoster/Hendriks II geeft aanleiding tot een nadere beschouwing van de scheidslijn tussen de hoofd- en schadestaatprocedure in zaken over de 7:611-verzekeringsplicht. Geconcludeerd wordt dat in de hoofdprocedure niet alleen de aansprakelijkheidsgrond, maar steeds ook ten minste een deel van de causaliteit zou moeten worden beoordeeld. |
Objets trouvés |
Recht is niet alleen recht als er recht op staatOver het (h)erkennen van de rechtskracht van private normen |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | normalisatie, meetinstructie, prejudiciële vragen, status en rechtsgevolgen |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met het Achmea/Rijnberg-arrest van de Hoge Raad leek een doorbraak te zijn bereikt inzake de doorwerking van private regelgeving in het recht. Wanneer partijen het onderling eens zijn over de toepasselijkheid van bijvoorbeeld gedragscodes, toetst de Hoge Raad er ook aan zonder de juridische status ervan te beoordelen. De vraag wat te doen wanneer de relevantie van private regelgeving tussen partijen wordt betwist, blijkt echter een veel lastiger te nemen hobbel. Recente jurisprudentie over normalisatienormen toont aan dat het in zo’n geval buitengewoon complex is om te bepalen welke rechtsgevolgen aan private regels moeten worden verbonden. Wettelijke (h)erkenningsregels die de rechter behulpzaam kunnen zijn bij het kwalificeren en waarderen van private regels worden in die situatie node gemist. Hier ligt ook een taak voor wetgevingsjuristen. De vraag is alleen of één algemeen wettelijk kader voor uiteenlopende vormen van private regelgeving momenteel al haalbaar is. Werken met experimenteerbepalingen zou wel eens vruchtbaarder kunnen blijken te zijn. Dergelijke bepalingen zullen alleen werken wanneer wetgevingsjuristen, die ze moeten opstellen, zich eerst verdiepen in de schaduwwereld van private normen waarop deze bijdrage enig licht probeert te werpen. |
Boilerplates etc. |
Schadeclausules bij overdracht van aandelen: een andere kijk? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | schadeclausules, overdracht van aandelen, schadevergoeding, kooprecht |
Auteurs | Prof. mr. dr. T.H.M. van Wechem |
SamenvattingAuteursinformatie |
|