In this essay I problematize the phenomenon of multiple problems. Multiple problems have a threefold complexity: (1) it is complex to deal with for those having these kind of problems, (2) it is complex to deal with for aid workers and others working at problem solving organization, and (3) often the relationship between the aid seeker and the aid worker is full of tension. It is because of this complexity that the role of a judge – as problem solver – is limited. Based on empirical data derived from an (ongoing) socio-legal research on a problem solving court in Rotterdam, the Netherlands, this essay provides insight in what kind of impact a judge’s decision actually can have. |
Zoekresultaat: 88 artikelen
Discussie |
Complexiteit van multiproblematiek en het probleemoplossend vermogen van de rechter |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | Multiple problems, Community Courts, Complexity, Problem solving justice |
Auteurs | Marc Simon Thomas |
SamenvattingAuteursinformatie |
Milieu |
Hergebruik van stedelijk afvalwater: op (de Europese) weg naar een circulaire economie |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2022 |
Trefwoorden | hergebruik, stedelijk afvalwater, waterschaarste, circulariteit, klimaatadaptatie |
Auteurs | Mr. dr. A. Outhuijse, Mr. S.A. Melchers en Mr. dr. H.K. Gilissen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Grote delen van de wereld hebben of krijgen mede door klimaatverandering in toenemende mate te maken met waterschaarsterisico’s. Ook Europa en Nederland ontspringen de dans niet en dienen zich daaraan aan te passen. Daarnaast zijn er binnen de EU en Nederland vergaande ambities om in 2050 een volledig circulaire economie tot stand te hebben gebracht. Een van de strategieën om deze risico’s te lijf te gaan en bij te dragen aan de verwezenlijking van deze ambities, is het hergebruik van (stedelijk) afvalwater. In dit artikel bespreken de auteurs het Europese kader en de implementatie daarvan in Nederland voor hergebruik van stedelijk afvalwater, met bijzondere aandacht voor Verordening (EU) 2020/741 inzake minimumeisen voor hergebruik van water die per 26 juni 2023 van kracht zal zijn. Vervolgens onderwerpen de auteurs de ontwikkelingen in dit verband aan een discussie, waarbij zij ingaan op de vraag of inderdaad grootschalig gebruik zal worden gemaakt van de mogelijkheden die de Verordening biedt en welke volgende ontwikkelingen te verwachten zijn. |
Artikel |
Projectbesluit? Nee, dank je |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | projectplan, Waterwet, omgevingsrecht, integrale besluitvorming |
Auteurs | Mr. drs. E.W. (Ewout) ten Heuw |
SamenvattingAuteursinformatie |
Auteur gaat in op het kerninstrument projectbesluit en staat stil bij de vraag of het projectbesluit de ook destijds veronderstelde logische opvolger kan zijn van het projectplan op grond van de Waterwet. Hij geeft een interessante inkijk in de praktijk van de waterbeheerder, met name hoe deze projecten voorbereidt en beschrijft hoe besluitvorming over waterschapsprojecten nu plaatsvindt, hoe dat met toepassing van het projectbesluit het geval zal zijn onder de Omgevingswet, en of een vergunning eigen werken een alternatief kan zijn voor het projectbesluit. |
Redactioneel |
Het GS-goedkeuringsbesluit van projectbesluiten: nodig of overbodig? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | Omgevingswet, Waterwet, waterschap |
Auteurs | Mr. H.A.J. (Henk) Gierveld |
Auteursinformatie |
Artikel |
Ambivalente illusiesHet arrest van het Europese Hof over grondwateronttrekking in het Natura 2000-gebied Doñana |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | Kaderrichtlijn Water, stand still, grondwater, bodemdaling, verdroging |
Auteurs | Drs. H.E. (Hans) Woldendorp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 27 juni 2021 heeft het Hof van Justitie arrest gewezen over de grootschalige onttrekking van grondwater in de omgeving van het Natura 2000-gebied Doñana in het zuiden van Spanje. De overexploitatie van de aanwezige grondwatervoorraden rond het gebied vindt, vooral, plaats voor de landbouw en, in mindere mate, het toerisme. Hans Woldendorp gaat in op de vraag wat Spanje aan deze overexploitatie had moeten doen en verdiept zich in de mogelijke betekenis van het arrest voor Nederland. Moet er in ons land niet meer worden gedaan tegen verdroging van Natura 2000-gebieden (en wellicht ook andere natuurgebieden) en aan het tegengaan van bodemdaling als gevolg van het waterbeheer in het landelijk gebied? Het arrest is om verschillende redenen interessant. Vanwege de vergelijking tussen de toepassing van het stand still-beginsel in Kaderrichtlijn water en de Habitatrichtlijn maar ook omdat het gaat over het (weinig aan de orde komende) kwantitatieve grondwaterbeheer. In een van zijn conclusies stelt de auteur dat het hem geen slechte zaak lijkt om meer te doen aan het tegengaan van de verdroging van belangrijke natuurgebieden en van verdere bodemdaling. Die bodemdaling, in combinatie met de gevolgen van klimaatverandering op termijn, zet immers zelfs de bewoonbaarheid van de laaggelegen delen van ons land op het spel. |
Artikel |
Een queeste naar een balans tussen flexibiliteit en bundeling bij het aanvraagproces van de omgevingsvergunning: raakt de positie van de aanvrager verdwaald? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | onlosmakelijke samenhang, Omgevingswet, handhaving, rechtszekerheid, vertrouwensbeginsel |
Auteurs | T. (Tony) Barshini LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds jaar en dag tracht de omgevingswetgever een balans te vinden tussen flexibiliteit en bundeling bij de aanvraag van de omgevingsvergunning. Met de komst van de Omgevingswet komt de nadruk meer te liggen op flexibiliteit bij het aanvraagproces van de omgevingsvergunning. De aanvrager krijgt – mede door het loslaten van het concept van onlosmakelijke samenhang – meer vrijheid om het aanvraagproces van de vergunningen zelf vorm te geven. Er dient kritisch naar deze ontwikkeling te worden gekeken. Wordt de positie van de aanvrager van de omgevingsvergunning beter door het bieden van meer vrijheid bij de aanvraag van de vereiste omgevingsvergunning(en)? Deze vraag staat centraal in deze bijdrage. |
Milieu |
Het voorzorgsbeginsel in de Habitatrichtlijn en een programmatische aanpak van de stikstofcrisis: water en vuur? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2021 |
Trefwoorden | Habitatrichtlijn, voorzorgsbeginsel, programmatische aanpak |
Auteurs | Mr. dr. R. Kegge |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Hof van Justitie oordeelde in het arrest over het Programma Aanpak Stikstof dat een programmatische aanpak op grond van artikel 6 Habitatrichtlijn niet is uitgesloten. Tegelijk oordeelde het Hof van Justitie dat het voorzorgsbeginsel als bedoeld in artikel 6 lid 3 Habitatrichtlijn onverkort in acht moet worden genomen voor alle projecten binnen het programma. Belangrijke vragen zijn hoe dit met elkaar te verenigen is en onder welke voorwaarden een programmatische aanpak dan mogelijk is. Vragen die relevant blijven nu zowel in de Wet natuurbescherming en het recente wetsvoorstel stikstofreductie en natuurherstel als in de komende Omgevingswet is voorzien in een programmatische aanpak. |
Artikel |
Regionale Energiestrategie: juridisch instrumentarium en bestuurlijke praktijk |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | RES, Omgevingswet, omgevingsplan, beleidsregel, richtlijn |
Auteurs | R. (Rick) Poelwijk LLM en Prof. dr. A.R. (Richard) Neerhof |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaan de auteurs in op het juridische kader voor en de bestuurlijke doorwerking van de Regionale Energiestrategie (RES). De auteurs behandelen de juridische status van de RES en het instrumentarium onder de Omgevingswet ter effectuering ervan, en toetsen de RES aan de criteria effectiviteit, zorgvuldigheid en legitimiteit. De mate van binding aan en doorwerking van de RES in het gemeentelijk omgevingsplan wordt in sterke mate beïnvloed door de zorgvuldigheid bij de totstandkoming ervan. |
Artikel |
Geluidregulering van industrieterreinen onder de OmgevingswetVerbeterde woningbouwmogelijkheden nabij industrieterreinen, hoger beschermingsniveau tegen industrielawaai? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | geluidhinder, geluidproductieplafond, bedrijventerrein |
Auteurs | Mr. J. (Joeri) de Haas |
SamenvattingAuteursinformatie |
Auteur gaat in dit artikel in op de vraag in hoeverre de toekomstige geluidregulering, na inwerkingtreding van de Omgevingswet, ten opzichte van het huidige recht verbeterde mogelijkheden biedt voor het realiseren van woningbouw nabij industrie- en bedrijventerreinen. |
Artikel |
Afscheid van het LandbouwvliegersarrestCentrale Raad van Beroep en Afdeling bestuursrechtspraak slaan andere weg in: over exceptieve toetsing van bestemmingsplannen en andere algemeen verbindende voorschriften |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Rechtsbescherming, Algemeen verbindende voorschriften, Exceptieve toetsing, evidentiecriterium, jurisprudentie CRvB en ABRvS |
Auteurs | Mr. dr. H.J. (Henk) de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 juli 2019 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraken gedaan over de exceptieve toetsing van algemeen verbindende voorschriften. In dit artikel worden twee uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State besproken, waarbij de Afdeling voortbouwt op de lijn van de Centrale Raad van Beroep. |
Register |
Register 2019 |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2019 |
Artikel |
Is het mogelijk om alle woningeigenaren verplicht van het aardgas af te schakelen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | aardgas, energietransitie, wijkgerichte aanpak, verplichten, gemeente |
Auteurs | Mr. R.A. (Rieneke) Jager |
SamenvattingAuteursinformatie |
Alle circa 7 miljoen woningen in Nederland moeten in 2050 aardgasvrij zijn. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de gemeente. Onduidelijk is echter of, en zo ja hoe, de gemeente woningeigenaren met het (toekomstig) publiekrechtelijk instrumentarium tot afschakeling van het aardgas kan verplichten. In deze bijdrage wordt deze vraag beantwoord. Waar de gemeente nu nog geen verplichting tot het afschakelen kan opleggen, is dit na de inwerkingtreding van de Omgevingswet naar verwachting wel het geval. Het opleggen van de verplichting moet voldoen aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en blijft binnen de grenzen van het eigendomsrecht. |
Artikel |
De veiligheidsnormering voor primaire waterkeringen onder de Omgevingswet |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | waterveiligheid, primaire waterkeringen, normering, omgevingswaarden, Invoeringsbesluit Omgevingswet |
Auteurs | Mr. drs. ing. T. (Ton) Lavrijsen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Primaire waterkeringen beschermen ons land tegen overstromingen. De Waterwet bevat normen voor deze waterkeringen. Deze normen krijgen met het Invoeringsbesluit Omgevingswet als omgevingswaarden een plek in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). In dit artikel wordt de voorgenomen inbouw van de waterveiligheidsnormen in het Bkl besproken. De parlementaire behandeling van deze normstelling in het stelsel van de Omgevingswet komt aan bod. Ook komt de kwalificatie van de omgevingswaarden als resultaatsverplichting aan de orde, evenals de uitzonderingen waar een beroep op kan worden gedaan als niet aan de omgevingswaarden wordt voldaan. |
Artikel |
Participatie in circulaire gebiedsontwikkelingOver het creëren van alternatieve ruimtes door professionele stadmakers |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Circular City, Sustainable Development, City Makers, Co-creation, The Netherlands |
Auteurs | Linda van de Kamp PhD, Michaela Hordijk PhD, John Grin PhD e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
We analyze two citizen collectives of ‘professional city makers’ who have shaped participation in circular area development in anticipation of the Dutch Environment and Planning Act. The activities of professional city-makers form an interesting new phenomenon that requires attention as well as the implications: it is precisely through the professionalism of the city-makers’ efforts that there is a regular tension in the participation process between their role as citizen and professional in their contact with the government. We therefore discuss how the participation of professional city-makers in area development exposes different paradoxes that must be taken into account in the further implementation of the Environment and Planning Act. In short, we argue that participation in the Act is presented in a traditional way and does not fit the new role of citizens in area development in the 21st century. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Burgerparticipatie, Omgevingswet, Rechtsbescherming, Inspraak, maatschappelijk draagvlak, Kerninstrumenten, snellere en betere aanpak |
Auteurs | Mr. dr. Marlon Boeve en Mr. dr. Frank Groothuijse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Public participation is an important issue in the forthcoming Dutch Environment and Planning Act (2021). The importance of participation is emphasized in numerous places in the parliamentary documents to the Act. This contribution discusses how the new Act gives legal substance to the objectives that the government is pursuing regarding participation and whether the involvement of citizens is indeed better imbedded by this act. It addresses the important subject of the ‘right moment of participation’ in the fragmented Dutch policy and decision system. Consecutively it deals with the question of potential legal consequences for non-compliance by administrative bodies to the legal participation obligations when drawing up plans and decisions. Can a citizen enforce (substantive) participation in the administrative court after the Environmental and Planning Act comes into force? The possibilities are limited. Findings show that the new Environment and Planning Act does not address the essential problems that arise with participation. The successful creation of local support, better quality and faster decision-making through participation all depend on how the (local) government shapes participation. From a legal perspective, the Environment and Planning Act makes little contribution to this. In the view of the authors this is not surprising, because the role of legislation in safeguarding substantive participation should not be overestimated. |
Discussie |
De thorbeckiaanse omwenteling in de Omgevingswet |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Omgevingswet, Thorbecke, Subsidiariteitsbeginsel, Lokale democratie, Maatwerk |
Auteurs | Prof. mr. Geerten Boogaard |
Auteursinformatie |
Inleiding |
De Omgevingswet: nieuw ruimtelijk recht(?) |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Environment and Planning Act, Administrative Law reform, Spatial Planning, Prefigurative Law, Outsourced Law |
Auteurs | Dr. mr. Tobias Arnoldussen en dr. mr. Danielle Chevalier |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Environment and Planning Act (EPA), which will enter into force in 2021, has been called the most influential legislative reform in the Netherlands since World War II. This article forms the introduction to a special issue devoted to the EPA, in which scholars from various disciplines reflect on the societal and legal ramifications of this new act. The authors introduce the different articles but also offer their perspective on the emergence of this new field of research. Socio-legal research into such a vast new regulatory field benefits from the application of multiple perspectives and different research methods. Conspicuously, the authors of the various articles differ on how to assess the new regulation of Dutch spatial planning. Some are pessimistic, others strike a more optimistic note. In this introduction two more perspectives on the law are offered. The perspective of prefigurative law (Davina Cooper) embodies the more optimistic view, whilst the perspective of outsourced law (Pauline Westerman) sides with the pessimists. |
Artikel |
De Omgevingswet: wetgeving als symbool of communicatieve wetgeving? |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Symboolwerking van wetgeving, Omgevingswet, Crisis- en herstelwet, Communicatieve wetgeving, Wetgevingsevaluatie |
Auteurs | Dr. Friso Johannes Jansen MSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Crisis and Recovery Act and the Environmental Planning Act are analysed in this article as a form of communicative legislation. This approach to socio-legal analysis draws attention to the need to understand the symbolic effects of legislation as independent drivers of compliance. The modest legal effects of the Crisis and Recovery Act are contrasted with the more sizeable symbolic effects of this legalisation. In addition, the ex-ante evaluation of the Environmental Planning Act shows that the proposed legal changes can only provide a small impetus to the desired culture change, nonetheless there is potential for areas of this law to have symbolic effects as well. These could potentially contribute independently to its success. |
Artikel |
Participatie en de energietransitie: juridisch instrumentarium in een veranderende context |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | omgevingsplan, Elverding, inspraak, Klimaatwet, Klimaatakkoord |
Auteurs | Mr. dr. S. (Sanne) Akerboom |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel gaat in op het belang van participatie in de energietransitie, de wijze waarop participatie thans is geïmplementeerd en beoordeeld wordt door de rechter, de nieuwe participatie-instrumenten zoals die worden voorgesteld in de Omgevingswet, de Klimaatwet en het Klimaatakkoord en een analyse van deze instrumenten. |
Redactioneel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | vertrouwensbeginsel, handhaving |
Auteurs | Prof. mr. G.A. (Gerrit) van der Veen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit redactioneel gaat in op de uitspraak van de grote kamer van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over het vertrouwensbeginsel in het omgevingsrecht. |