Sinds 1998 zijn in deze kroniek steeds de belangrijkste uitspraken van het Scheidsgerecht Gezondheidszorg behandeld. In de laatste twee kronieken is die focus verschoven naar zowel uitspraken van het Scheidsgerecht Gezondheidszorg als uitspraken van de civiele rechter. De vorming van de medisch-specialistische bedrijven heeft gezorgd voor een andere dynamiek binnen het ziekenhuis. Meer dan voorheen zien we in de jurisprudentie van de civiele rechter maatschapsgeschillen, opzeggingen, toegangsontzeggingen en geschillen die de governance van het ziekenhuis raken. |
Zoekresultaat: 705 artikelen
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak Scheidsgerecht GezondheidszorgVan medisch specialisten, ziekenhuis en governance |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | maatschap, ontbinding, opzegging, medisch-specialistisch bedrijf, Governancecommissie Zorg |
Auteurs | Mr. T.A.M. van den Ende |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | erfpacht, toestemming, canon, redelijkheid en billijkheid, erfpachtvoorwaarden |
Auteurs | Mr. J.M. Milo |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze dissertatie analyseert het recht van erfpacht, in de individuele rechtsverhouding tussen de gerechtigden, eigenaar en erfpachter. Verbintenisrechtelijke normen – ook Europees-consumentenrechtelijke – vervullen een belangrijke functie in de beslechting van geschillen over toestemming, canon en beëindiging, en in de rechtsontwikkeling van erfpacht, zo blijkt uit een mooi en lezenswaardig onderzoek, empirisch-historisch van aard, aan twee eeuwen erfpacht, in doctrine en, met name rechtspraak. |
Artikel |
Constructive dismissal en de Wwz |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Billijke vergoeding, Initiatief van de werknemer, Beëindiging arbeidsovereenkomst, Ernstig verwijtbaar handelen of nalaten, Additionele schadevergoeding |
Auteurs | mr. Tom Arntz |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage onderzoekt de auteur de mogelijkheden voor werknemers om ernstig verwijtbaar handelen of nalaten door de werkgever gecompenseerd te krijgen indien de werknemer de arbeidsovereenkomst zelf doet eindigen. De verschillende beëindigingsmodaliteiten die de werknemer ten dienste staan worden geanalyseerd. In tegenstelling tot bij een ontbindingsverzoek ex artikel 7:671c BW, is bij de opzegging door de werknemer en bij ontslagname op staande voet onduidelijk in hoeverre de werknemer gecompenseerd kan worden. De auteur stelt zich op het standpunt dat het in die gevallen mogelijk moet zijn schadevergoeding toe te kennen op grond van artikel 7:686 BW. |
Artikel |
Een jaar na Xella: is iedereen wakker? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Slapende dienstverbanden, Compensatieregeling, Transitievergoeding, Re-integratie, Beeindigingsovereenkomst |
Auteurs | mr. Pascal Besselink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Rechtspraakoverzicht slapende dienstverbanden over de periode medio november 2019 tot medio december 2020 |
Artikel |
Het instemmingrecht bij ontslagbeleid (artikel 27 WOR) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Instemmingsrecht, Ondernemingsraad, Artikel 27 WOR, Ontslagregeling, Sociaal plan |
Auteurs | mr. drs. Bruno (A.B.) van Els |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Artikel |
Eén jaar i-grond: vooralsnog een worsteling met gezichtspunten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | i-grond, Cumulatiegrond, Ontslag, Arbeidsovereenkomst, Ontbinding |
Auteurs | mr. Iris Veerkamp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met de invoering van de WAB per 1 januari 2020 is artikel 7:669 lid 3 sub i BW (de ‘cumulatiegrond’) toegevoegd als redelijke grond voor ontslag. Hierdoor is het mogelijk een werknemer te ontslaan op basis van een combinatie van omstandigheden die volgen uit aan aantal van de reeds bestaande redelijke gronden. De eerste uitspraak die betrekking had op een verzoek een arbeidsovereenkomst te ontbinden op basis van de i-grond werd op 17 februari 2020 gewezen, waarbij een afwijzing van het verzoek volgde. De eerste toewijzing volgde op 6 juli 2020. Hierna zijn verschillende verzoeken op basis van de i-grond toegewezen, maar een duidelijke lijn in de gezichtspunten die aangehouden worden bij de beoordeling lijkt vooralsnog te ontbreken. In deze bijdrage wordt stil gestaan bij de gezichtspunten die zich in de loop van 2020 hebben ontwikkeld. |
Artikel |
Disfunctionerende zorgverleners. Vergewissen, dus niet te missen? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | vergewisplicht, meldplicht, disfunctioneren, Wkkgz |
Auteurs | Mr. J.M. de Vries en mr. B. van den Boom |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staan de vergewisplicht en de meldplicht over het beëindigen van een arbeidsrelatie in verband met ernstig tekortschieten van een zorgverlener door een zorgaanbieder centraal. Uiteengezet wordt wat de beide plichten behelzen, hoe daar in de praktijk mee wordt omgegaan en welke juridische en praktische (on)mogelijkheden de beide plichten met zich brengen. |
Actualia contractspraktijk |
Een nieuwe wet, een nieuw geluid – veranderingen voor de franchiseovereenkomst door de Wet franchise |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | franchise, contractenrecht, kwalificatie, goodwill, zorgplicht |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Waarschijnlijk treedt per 1 januari 2021 de Wet franchise in werking. Deze wet brengt nogal wat wijzigingen mee voor de contractspraktijk. In dit artikel wordt bij enkele wezenlijke wijzigingen in de wet stilgestaan en worden denkrichtingen voor de kwalificatie van de overeenkomst, de informatieplicht, de zorgplicht en goodwill en non-concurrentie gegeven. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Franchisewet, voorrangsregel, internationaal privaatrecht, artikel 9 Rome I Verordening |
Auteurs | Prof. mr. dr. Edwin van Wechem en Mr. Michiel Bijloo |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel 7:922 BW van de nieuwe Wet franchise bepaalt dat ten aanzien van in Nederland gevestigde franchisenemers niet ten nadele kan worden afgeweken van de Titel franchise en dat een beding in strijd met artikel 920 nietig is, ongeacht het recht dat de franchiseovereenkomst beheerst. In deze bijdrage wordt onderzocht of dit de betekenis en status kan hebben van een voorrangsregel in het internationaal privaatrecht, meer precies in de zin van art. artikel 9 Rome I Verordening. |
Wetenschap |
De Wet opheffing verpandingsverbodenEen kritische bespreking van de nieuwe regeling van art. 3:83 lid 3 en 4, 3:94 lid 5 en 3:239 lid 5 BW, alsmede van het overgangsrecht |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | cessie- en verpandingsverboden, Overdraagbaarheid, Nietigheid, Vormvoorschrift, goederenrecht |
Auteurs | Mr. dr. M.H.E. Rongen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt aandacht geschonken aan het wetsvoorstel ‘Wet opheffing verpandingsverboden’. Na inwerkingtreding van de wet kunnen de overdraagbaarheid en verpandbaarheid van een geldvordering op naam die voortkomt uit de uitoefening van een beroep of bedrijf niet meer door een beding tussen schuldenaar en schuldeiser worden uitgesloten of beperkt. De Wet opheffing verpandingsverboden beoogt de kredietmogelijkheden van het bedrijfsleven te vergroten door zeker te stellen dat bedrijfsmatig verkregen geldvorderingen als onderpand voor financieringen kunnen worden ingezet. De nieuwe regeling, de daarin opgenomen uitzonderingen en het overgangsrecht worden kritisch besproken. |
Artikel |
De huurprijsbetalingsverplichting van huurders van middenstandsbedrijfsruimte in coronatijd |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | Coronacrisis, Huurprijsvermindering, Opschorting huur |
Auteurs | Mr. dr. M.V.R. Snel |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt onderzocht of en zo ja onder welke condities de huurder van middenstandsbedrijfsruimte bevoegd is zijn verplichting tot betaling van de huurprijs tijdelijk uit te stellen en/of vermindering van de huurprijs te vorderen indien de coronacrisis tot een verminderd gebruik van het gehuurde heeft geleid. |
Artikel |
Huurrecht en de coronacrisis |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2020 |
Trefwoorden | gebrek, onvoorziene omstandigheden, bedrijfsruimte, woonruimte |
Auteurs | Mr. Z.H. Duijnstee-van Imhoff |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel beschrijft de gevolgen van de coronacrisis in het huurrecht bij bedrijfsruimte en bij woonruimte. Bij bedrijfsruimte zijn er juridische escapes voor de huurder, die worden gevonden in de gebrekenregeling, maar vooral in de onvoorziene omstandigheden. Huurders van woonruimte moeten het hebben van coulance en subsidies. |
Artikel |
Overdracht van kredietvorderingen na Promontoria |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2020 |
Trefwoorden | cessie, vordering, rentebeleid, afhankelijk recht, zorgplicht |
Auteurs | Mr. J.L. Snijders en Mr. Y.C. Tonino |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Promontoria-arresten maken duidelijk dat bancaire vorderingen naar hun aard niet onoverdraagbaar zijn en dat, hoewel de bancaire zorgplicht niet op de verkrijgende partij overgaat, onder meer de redelijkheid en billijkheid kunnen meebrengen dat op de verkrijgende partij een eigen zorgplicht rust. Dit artikel gaat in op deze zorgplicht van de verkrijgende partij en de impact daarvan op de positie van de overdragende partij. |
Mededinging |
Gunjumping in het Europese concentratietoezicht: een overzicht van recente ontwikkelingen in Brussel en Luxemburg |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2020 |
Trefwoorden | mededinging, Europese Commissie, concentratiecontrole, gunjumping, boetes |
Auteurs | Mr. P.J.H.M. van Osch |
SamenvattingAuteursinformatie |
Transacties die leiden tot een wijziging van zeggenschap en die de omzetdrempels van de Europese Concentratieverordening overschrijden, moeten worden gemeld bij de Europese Commissie. Gedurende het onderzoek naar de gevolgen van de transactie voor de mededinging mogen aangemelde transacties niet ten uitvoer worden gebracht. Ondernemingen die in strijd handelen met deze meldings- en standstill-verplichting maken zich schuldig aan gunjumping en kunnen door de Europese Commissie worden beboet. In deze bijdrage beschrijf ik het wettelijke kader en bespreek ik recente ontwikkelingen in Brussel en Luxemburg op het gebied van gunjumping. De conclusie is dat de Europese Commissie gunjumping in de afgelopen periode onder het vergrootglas heeft gelegd, en het Hof van Justitie het toepassingsbereik strakker heeft omkaderd. |
Artikel |
Rechtsmaatregelen tegen misbruik van abstracte bankgaranties (II) |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 8-9 2020 |
Trefwoorden | bedrog, willekeur, fraude, bewijs, gevalstypen |
Auteurs | Mr. P.C. Russcher |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het gebeurt regelmatig dat de opdrachtgever van een bankgarantie probeert uitbetaling door de bank te beletten, maar deze pogingen zijn zelden succesvol. Naar aanleiding van een aantal recente uitspraken, waarin de opdrachtgever wél succes had, wordt in deze – in twee delen te verschijnen – bijdrage aan de hand van een systematische behandeling van rechtspraak en literatuur ingegaan op rechtsmaatregelen die de opdrachtgever kan nemen. |
Artikel |
Opvolgende arbeidsovereenkomsten en misbruik: van Campina tot en met Taxi Dorenbos |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | misbruik, arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, ketenregeling, uitzendovereenkomst, payrolling |
Auteurs | mr. dr. Steven Palm |
SamenvattingAuteursinformatie |
De centrale vraag in dit artikel is: welke gezichtspunten biedt de jurisprudentie van de Hoge Raad voor de beoordeling of het gebruik van de wettelijke mogelijkheden tot het sluiten van opvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd in een concreet geval moet worden aangemerkt als misbruik en hoe verhouden deze gezichtspunten zich tot later ingevoerde wetgeving alsmede de opvattingen van de regering over het gebruik van opvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd? |
De economische gevolgen van de coronapandemie zullen langer aanhouden dan aanvankelijk werd gedacht. Bedrijven kunnen een beroep doen op tijdelijke steunmaatregelen van de overheid zoals de NOW, maar moeten tegelijkertijd structurele maatregelen nemen om ook op de lange termijn te kunnen overleven. Werkgevers die loonkostensubsidie aanvragen onder de NOW moeten echter rekening houden met de beperkingen die de NOW stelt aan bedrijfseconomische ontslagen. Dit artikel bespreekt de ontslagverplichtingen uit de NOW en de gevolgen die deze kunnen hebben op de hoogte van de subsidie. Deze verplichtingen dwingen werkgevers daarop te anticiperen en vooraf een weloverwogen keuze te maken. |
Artikel |
Kroniek Insolventierecht |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 9 2020 |
Auteurs | Matthieu Brink, Floris Dix, Jaap van der Meer e.a. |
Artikel |
De schikkende pandhouderDe deur op een kier voor goederenrechtelijke partijafspraken? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2020 |
Trefwoorden | Neo-River, pandrecht, art. 3:246 BW, schuldeisersbevoegdheid pandhouder, volmacht |
Auteurs | Mr. M.C.J. Jonckers en Mr. J.M.J.M. van Eck |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van het vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 18 december 2019 bespreken de auteurs de vraag of de bevoegdheid tot het schikken van een verpande vordering contractueel aan de pandhouder toegekend kan worden en of die afspraak goederenrechtelijk effect heeft. |
Artikel |
De rechtvaardiging van tussentijdse ontbinding |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | Ontbinding, Material obligation, Anticipatory breach, Exoneratie, IT |
Auteurs | Mr. J.J.A. Bokhorst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aan de hand van ECLI:NL:GHSHE:2019:4535 (TsZ/Alert) wordt gekeken naar de rechtvaardiging van tussentijdse ontbinding op grond van schending van een material obligation en een anticipatory breach (art. 6:80 BW), en de verhouding tussen gevorderde terugbetaling en een exoneratiebeding. |