Artikel 7:922 BW van de nieuwe Wet franchise bepaalt dat ten aanzien van in Nederland gevestigde franchisenemers niet ten nadele kan worden afgeweken van de Titel franchise en dat een beding in strijd met artikel 920 nietig is, ongeacht het recht dat de franchiseovereenkomst beheerst. In deze bijdrage wordt onderzocht of dit de betekenis en status kan hebben van een voorrangsregel in het internationaal privaatrecht, meer precies in de zin van art. artikel 9 Rome I Verordening. |
Zoekresultaat: 396 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Franchisewet, voorrangsregel, internationaal privaatrecht, artikel 9 Rome I Verordening |
Auteurs | Prof. mr. dr. Edwin van Wechem en Mr. Michiel Bijloo |
SamenvattingAuteursinformatie |
Wetenschap en praktijk |
Selectieve betalingen in het zicht van (mogelijke) insolventie – ruim baan voor de bestuurder? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Ontvanger/Roelofsen, faillissement, bestuurdersaansprakelijkheid, Ingwersen q.q./Kromme Leek c.s., verhaalsfrustratie |
Auteurs | Mr. L.M. Linskens en Mr. S.C.M. van Thiel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een bestuurder van een bv of nv wordt in tijden van financiële krapte veel vrijheid gegund om zelf te bepalen welke schuldeisers hij wel en welke hij (nog) niet voldoet. Deze vrijheid wordt slechts begrensd door de wet (pauliana) en door de jurisprudentie omtrent selectieve betalingen. Op grond van die jurisprudentie is een bestuurder die in een situatie waarin er blijvend meer schulden dan middelen zijn gelieerde crediteuren boven andere crediteuren behandelt, in beginsel persoonlijk aansprakelijk jegens die andere crediteuren. In de literatuur is bepleit dat deze ‘in beginsel’-regel zou moeten gelden voor alle betalingen die een bestuurder verricht nadat het faillissement van de vennootschap onvermijdelijk is geworden. Uit het arrest Ingwersen q.q./Kromme Leek c.s., dat eerder dit jaar werd gewezen, volgt dat de Hoge Raad hier echter geen aanleiding voor zag. In deze bijdrage staat de vraag centraal of dit betekent dat de Hoge Raad de bestuurder zelfs in een dergelijke situatie nog ruim baan geeft om zijn eigen keuzes te maken. Aan het einde wordt bezien hoe de lagere jurisprudentie tot nu toe hierop heeft gereageerd. |
Artikel |
Rapport van de Adviescommissie belastingheffing van multinationals nader bekeken |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 8-9 2020 |
Trefwoorden | concerns, fiscaliteit, belastingconcurrentie, vennootschapsbelasting, hoofdkantoren |
Auteurs | Prof. mr. H. Koster |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 15 april 2020 heeft de Adviescommissie belastingheffing van multinationals haar rapport getiteld ‘Op weg naar balans in de vennootschapsbelasting. Analyses en aanbevelingen’ gepubliceerd. In dit artikel bespreekt de auteur dit rapport. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | institutioneel misbruik en geweld, responsmodellen, rooms-katholieke kerk, Centrum voor Arbitrage inzake seksueel misbruik, Permanente Arbitragekamer |
Auteurs | Ivo Aertsen en Martien Schotsmans |
SamenvattingAuteursinformatie |
In this article, an analysis is made of two response models for different forms of abuse and violence that occurred in the past on children in institutional settings. Two programmes are compared, as they operated during last 10 years in Belgium: on the one hand the Centre of Arbitration for sexual abuse and violence in the Catholic Church at the national level, on the other hand the Commission for Recognition and Mediation for various types of abuse and violence in youth and educational institutions and other organisational contexts in the Flemish Community. Both models are analysed and compared at the conceptual and empirical level from a restorative justice approach, looking at the elements that may reveal a certain form of restorative justice and/or may contain lessons for the further development of restorative justice. The background and origins of both programmes are presented into detail, followed by a comparison with respect to the political options on the basis of their creation, the composition of their boards, their scope of application and their procedures. Some numbers and characteristics of cases dealt with are presented. |
Artikel |
Twintig jaar groei van herstelrechtelijke programma’sReflecties op basis van de tweede editie van het UNODC Handboek |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | UNODC handbook, Restorative Justice programmes, Basic Principles, cases of serious crime, community |
Auteurs | Jee Aei Lee en Yvon Dandurand |
SamenvattingAuteursinformatie |
In this contribution, the authors take stock of the many diverse restorative justice programs that have been implemented in many countries, worldwide, over the past twenty years, and that have involved a number of problems. They also discuss a number of new developments and areas of concern, including victim participation, the relationship with common law, cases of serious crime and the role of the community. The authors hope the new UNODC Handbook on Restorative Justice Programmes to be as successful as the previous edition in promoting new ways to apply restorative justice principles in criminal matters and helping practitioners benefit from each other’s experience. |
Artikel |
Aansprakelijkheid van arbitersEnkele gedachten over maatstaf, vernietiging, grondslag, ipr en exoneratie |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2020 |
Trefwoorden | arbiteraansprakelijkheid, internationaal privaatrecht, uitsluiting aansprakelijkheid, vernietigingsprocedure, arbitrage |
Auteurs | Prof. mr. N. Peters en Mr. J.J. Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage worden enkele aspecten van arbiteraansprakelijkheid besproken. Ingegaan wordt op de grondslag en maatstaf voor arbiteraansprakelijkheid, de vraag of vernietiging vereist is, de aard van de rechtsverhouding tussen arbiters en partijen, alsmede de mogelijkheid tot exoneratie. Verder wordt aandacht besteed aan enkele vragen van internationaal privaatrecht, te weten bevoegdheid en toepasselijk recht. |
Actualia contractspraktijk |
Ontwikkelingen jurisprudentie agentuurovereenkomsten |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | Agentuur, Klantenvergoeding, Beëindiging agentuurrelatie, Artikel 7:428 BW, Provisie |
Auteurs | Mr. drs. H.S. Kleinjan |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt de in 2017 tot en met 2020 gewezen jurisprudentie over agentuurovereenkomsten besproken. Een breed scala aan onderwerpen met betrekking tot agentuurovereenkomsten passeerde de afgelopen drie jaar de revue bij de rechtbanken, de gerechtshoven en het Europese Hof van Justitie. |
Signalementen |
Reglement Bindende Derdenbeslissing van de Nederlandse Orde van Advocaten bij de Balie te Brussel |
Tijdschrift | Nederlands-Vlaams tijdschrift voor mediation en conflictmanagement, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Herman Verbist |
Auteursinformatie |
Artikel |
De Tijdelijke Experimentenwet rechtspleging nader beschouwd |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | burgerlijk procesrecht, experimentenwet, wetgeving |
Auteurs | Elselique Hoogervorst en Parisa Jahan |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Tijdelijke Experimentenwet rechtspleging is geïntroduceerd ter bevordering van een eenvoudige, snelle, effectieve en de-escalerende geschilbeslechting. De wet maakt een scala aan afwijkingen van het reguliere procesrecht mogelijk. Een experimentele procedure wordt opgenomen in een amvb en heeft een tijdelijk karakter van in beginsel maximaal drie jaar. De wetgever heeft een aantal concrete experimenten voor ogen waaronder een experiment met een toegevoegd deskundig lid in een kamer van een rechtbank of hof en een experiment met een nabijheidsrechter. In deze bijdrage bespreken wij de voorgestelde regeling op hoofdlijnen en plaatsen wij een aantal kanttekeningen bij de wet en de voorgestelde experimenten. |
Artikel |
Hetzelfde ≠ gelijkAandachtspunten bij elektronische zittingen: een arbitragerechtelijk perspectief |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2020 |
Auteurs | Bas van Zelst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Nederlandse arbitragerecht geeft een scheidsgerecht de discretionaire bevoegdheid om te beslissen dat een hoorzitting ‘langs elektronische weg’ wordt gevoerd. Deze bijdrage beoordeelt het idee dat deze bevoegdheid van verplichte aard is. De bevoegdheid van arbiters om voor een elektronische hoorzitting te kiezen, is volgens haar beperkt door de fundamentele beginselen van het procesrecht, met name het gelijkheidsbeginsel. Het artikel somt relevante overwegingen op bij de keuze voor een elektronische hoorzitting in arbitrageprocedures met Nederlandse zetel en is van mening dat dergelijke overwegingen, gezien hun fundamentele karakter, ook van toepassing kunnen zijn in procedures voor de Nederlandse nationale rechtbanken. |
Artikel |
Zestien jaar OZ/Roozen: een rustig bezit? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | bewijsaanbod, getuigenbewijs, OZ/Roozen |
Auteurs | Thijs van Aerde |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad heeft in het standaardarrest OZ/Roozen van 9 juli 2004 een maatstaf geformuleerd voor het beoordelen van de vraag of een procespartij tot getuigenbewijs moet worden toegelaten. De auteur onderzoekt de rechtsontwikkeling van nadien en gaat ook in op de voorgenomen modernisering van het bewijsrecht. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | zwijgcontracten, zwijgbedingen, zwijgclausules, incidenten in de zorg, strijd met goede zeden |
Auteurs | Mr. dr. Ph.S. Kahn |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na een lange discussie in de Kamer heeft de minister de knoop doorgehakt door een wetsvoorstel in consultatie te brengen waarmee zwijgcontracten in de zorg nietig worden verklaard. Civielrechtelijk en bestuursrechtelijk bestaan al mogelijkheden om zulke bedingen aan te vechten. In dit artikel worden deze besproken. Na een aantal incidenten heerst breed de opvatting dat dergelijke bedingen maatschappelijk onaanvaardbaar zijn en in strijd met (de bedoeling van) wet- en regelgeving. Door het wetsvoorstel wordt iedere twijfel hierover weggenomen en worden contractuele bedingen over het zwijgen over incidenten in de zorg verboden. Het veld zit niet te wachten op een wettelijk verbod. Hier lijkt vooral sprake van symboolwetgeving. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Normalisering, Derdeninterventie, Bemiddeling, Arbitrage, Cao-conflicten |
Auteurs | Mr. N. Hummel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren op 1 januari 2020 hebben de meeste overheidssectoren de overstap gemaakt naar het cao-stelsel. De Ambtenarenwet 2017 bevat geen wettelijke grondslag meer voor een regeling ter beslechting van collectieve arbeidsconflicten. In de ambtelijke cao’s keert de (Lokale) Advies- en Arbitragecommissie (AAC) terug in de vorm van een derdeninterventieclausule. In deze bijdrage wordt ingegaan op de rol van de AAC voor en na 1 januari 2020, mede in het licht van de wijze waarop derdeninterventie bij cao-conflicten gestalte heeft gekregen in de marktsector. Ook wordt de vraag gesteld of de wijze waarop een voorziening ter beslechting van collectieve arbeidsgeschillen is verwezenlijkt, invloed heeft op het collectief actierecht. Daarbij spreekt de auteur een sterke voorkeur uit voor (her)invoering van een wettelijke grondslag voor een geschillenregeling voor sectoren die essentiële diensten leveren, zowel in de publieke als in de private sector. |
Artikel |
‘Maximov’ revisitedNaar een ruimere bevoegdheid van de rechter om een vernietigd buitenlands arbitraal vonnis alsnog van verlof tot tenuitvoerlegging te voorzien |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | internationale arbitrage, partiële nietigheid, nietigheid van rechtswege, contractsvrijheid, verdragsinterpretatie |
Auteurs | Mr. C.J.W. Baaij |
SamenvattingAuteursinformatie |
Is een buitenlands arbitraal vonnis vatbaar voor tenuitvoerlegging als het is vernietigd in het land van origine? In beginsel niet, zo wordt thans in de literatuur aangenomen op basis van de beschikking van de Hoge Raad uit 2017 inzake Maximov/NMLK. Deze beschikking staat echter een ruimere lezing toe die beter aansluit bij de tendens in het Nederlandse vermogensrecht om de oorzaken en gevolgen van nietigheden zo veel mogelijk te beperken. |
Artikel |
Earn-out-perikelen – over de inspanningsverplichting van de koper gedurende de earn-out-periodeBeschouwingen bij Rb. Amsterdam 19 november 2019, ECLI:NL:RBAMS:2019:8689 |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 5-6 2020 |
Trefwoorden | overname, koopprijs, redelijkheid en billijkheid, contracteren, M&A |
Auteurs | Mr. A.G. Colenbrander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Als een overnamecontract een earn-out-structuur bevat, kan koper verplicht zijn om na afronding van de overname rekening te blijven houden met het belang van verkoper bij het verschuldigd worden van de earn-out. Deze bijdrage behandelt wanneer deze verplichting bestaat en hoe hier in de praktijk invulling aan wordt gegeven. |
Ad Rem |
Zijn boilerplates ter zake van de beperking van het rechterlijk ingrijpen bij dwaling acceptabel? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | artikel 6:230 BW, dwaling, wijziging, redelijkheid en billijkheid |
Auteurs | Prof. mr. dr. T.H.M. van Wechem en Mr. A.J. Rijsterborgh |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteurs onderzoeken de vraag of partijen de rechtsgevolgen van dwaling, voor zover deze betrekking heeft op de wijzigingsbevoegdheid van de rechter op grond van artikel 6:230 lid 2 BW, contractueel regelen; kunnen partijen afstand doen van een rechtsvordering (of verweer) op grond van laatstgenoemd artikel en de rechter op dit punt buitenspel zetten? Alhoewel de Hoge Raad zich nog niet over deze vraag heeft uitgelaten en er goede argumenten voor een ander standpunt zijn, beantwoorden de auteurs de door hen gestelde vraag voorshands ontkennend. |
Book Review |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | sharia, Greece |
Auteurs | Irawan Sewandono |
Auteursinformatie |
Kroniek |
Mediation |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2020 |
Auteurs | Paula Boshouwers, Hester Uhlenbroek en Nelleke van Thiel-Wortmann |
Auteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Franchise, Franchiseovereenkomst, Collectieve actie, Franchisenemersvereniging, Franchisenemers |
Auteurs | Mr. A.W. Dolphijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aan de orde komt dat als franchisenemers hun belangen jegens de franchisegever collectief organiseren, zij in beginsel materieel verdergaande bevoegdheden kunnen hebben om te ageren tegen (voorgenomen wijzigingen van) bepalingen in de modelfranchiseovereenkomst. |
Artikel |
Kroniek Burgerlijk Procesrecht 2019 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Robert Hendrikse, Justin Interfurth, Floris-Jan Werners e.a. |