De organisatie van de gezondheidszorg is, evenals in veel andere sectoren, aan verandering onderhevig. Zo is zorgverlening steeds vaker samenwerking tussen meerdere zorgverleners en/of zorginstellingen geworden. |
Zoekresultaat: 30 artikelen
Artikel |
Aansprakelijkheid rondom ketenzorg |
Tijdschrift | Afwikkeling Personenschade, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, overeenkomst, gezondheidsrecht |
Auteurs | mr. D. van Grootveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | COVID-19, testverplichting, privileges, pandemieclausule, onvoorziene omstandigheden |
Auteurs | Prof. mr. H.N. Schelhaas |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat vanuit het perspectief van de contractsvrijheid de invloed van coronamaatregelen op contracten centraal. Ingegaan wordt op de vraag of contractuele vaccinatie- of testverplichtingen kunnen worden afgedwongen, of en in hoeverre contracten kunnen worden aangepast op grond van onvoorziene coronaomstandigheden, en of in coronaclausules de gevolgen van coronamaatregelen kunnen worden vastgesteld. |
Artikel |
In het oog van de storm |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 6 2020 |
Auteurs | Stijn Dunk |
Digitale markten |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2020 |
Trefwoorden | online platformen, vrij verkeer van diensten, aansprakelijkheid, Digital Single Market |
Auteurs | Prof. dr. V. Mak |
SamenvattingAuteursinformatie |
De uitspraak van het Hof van Justitie in de zaak Airbnb Ireland geeft aanleiding tot een herbezinning op de Richtlijn elektronische handel. Deze richtlijn uit 2000 lijkt onvoldoende toegerust om het hoofd te bieden aan de complexe problemen die ontstaan door de groeiende aanwezigheid van grote online platformen op Europese consumentenmarkten. Deze noot bespreekt de kwalificatie van platformdiensten als ‘dienst van de informatiemaatschappij’ en de daaraan gekoppelde regels voor aansprakelijkheid en mogelijke beperkingen van het vrij verkeer van diensten door nationale regelgeving. |
Artikel |
Het fideicommis, (meer) temporele problemen bij de benoeming van verwachters en de toepassing van de vruchtgebruikbepalingen |
Tijdschrift | Tijdschrift Erfrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | voorwaardelijke making, tweetrapsmaking, bezwaarde, erfgenaam onder opschortende voorwaarde, erfgenaam onder ontbindende voorwaarde |
Auteurs | Mr. dr. R.E. Brinkman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt ingegaan op temporele problemen die kunnen ontstaan bij (de formulering van) plaatsvervullingsclausules voor verwachters, naar aanleiding van een recent vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De vraag rijst namelijk ‘wie’ verwachters zijn als de benoeming tot verwachters ‘temporeel’ is geformuleerd. Anders dan de rechtbank betoogt, wordt hier beargumenteerd dat er bij een fideicommis (op één uitzondering na) hangende de voorwaarde altijd (primaire en soms subsidiaire) verwachters aanwezig zijn, die bevoegdheden moeten kunnen uitoefenen en jegens wie de bezwaarde zijn verplichtingen moet kunnen vervullen. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak civiel recht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2019 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid hulpverlener, causaal verband, behandelovereenkomst |
Auteurs | Mr. drs. M.J.J. de Ridder |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek worden in het kort de belangrijkste uitspraken besproken in de periode van 15 juni 2017 tot en met 15 juni 2019. Daarbij wordt eerst ingegaan op de diverse gronden waarop de aansprakelijkheid van de hulpverlener kan worden gebaseerd. Voorts wordt ingegaan op de productaansprakelijkheid, het causaal verband, en de jurisprudentie inzake polisdekking van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Andere uitspraken die in de kroniek worden besproken hebben betrekking op: (voorlopige) deskundigenberichten, inzage in het medisch dossier, het beëindigen c.q. niet-aangaan van de geneeskundige behandelovereenkomst en immateriële schadevergoeding. |
Boekbespreking |
J. de Boer, Het nieuw BW overzee. Afwijkingen in het BW van Aruba, Curaçao, Sint Maarten, de BES-eilanden en Suriname ten opzichte van het Europees-Nederlandse BW |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Boekbespreking, Burgerlijk wetboek |
Auteurs | Mr. P. Klik |
Auteursinformatie |
Artikel |
De bijzondere arbeidsovereenkomst van de handelsvertegenwoordigerOver het onderscheid met de agentuurovereenkomst, het Zako-arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie en over het bestaansrecht van deze bijzondere arbeidsovereenkomst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | handelsvertegenwoordiger, handelsagent, gezagscriterium, (schijn)zelfstandigheid, provisie |
Auteurs | Mr. dr. Johan Zwemmer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Over het onderscheid met de agentuurovereenkomst, het Zako-arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie en over het bestaansrecht van deze bijzondere arbeidsovereenkomst. |
Impressies |
Nederlandse Wet op de reisovereenkomst: (on)werkbaarheid in de praktijk |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | Reisovereenkomst, Gekoppeld reisarrangement, Richtlijn pakketreizen, Reiziger, Handelaar |
Auteurs | Mr. N.A. de Leeuw en Mr. drs. J.A. Tersteeg |
SamenvattingAuteursinformatie |
De nieuwe wet op de reisovereenkomst (titel 7A van Boek 7 BW) welke wet op 1 juli 2018 in werking is getreden, is eigenlijk een vrijwel letterlijke vertaling van de Richtlijn Pakketreizen en Gekoppelde Reisarrangementen van 25 november 2015. Hoewel de doelstelling van de Richtlijn, te weten meer bescherming voor de reiziger en maximum harmonisatie tussen de lidstaten een mooi streven was, blinkt de Richtlijn niet uit in duidelijkheid en zijn er voorafgaand aan de totstandkoming ervan vele ontwerpen de revue gepasseerd die de eindstreep van het wetgevingsproces niet hebben gehaald. Desondanks heeft de Nederlandse wetgever deze moeilijke wetgeving uit Brussel redelijk leesbaar geïmplementeerd in de Nederlandse wet. Onzes inziens is de Richtlijn, en daarmee dus ook de Nederlandse wet, op een aantal vlakken niet duidelijk en lastig uit te leggen aan zowel de ondernemers in de reisbranche als aan de reiziger. Ook zijn er enkele onvolkomenheden in de wet geslopen, mede veroorzaakt door een slordige vertaling van de Richtlijn in het Nederlands, waar de Nederlandse wetgever overigens geen invloed op had. In dit artikel willen we met name stilstaan bij een aantal van deze onduidelijkheden en moeilijkheden. Zo zijn de definitiebepalingen bijvoorbeeld vrij ingewikkeld en roept de afbakening tussen een pakketreis en het nieuwe fenomeen van het gekoppeld reisarrangement vragen op. Ook zetten wij vraagtekens bij de vergaande informatieverplichtingen, de positie van de zakenreiziger en de wijze waarop de garantieverplichtingen in Nederland zijn geïmplementeerd. Hoe werkzaam de wet zal zijn in de praktijk van alle dag, zal de komende jaren dus nog moeten blijken. |
Redactioneel |
Redactioneel |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2019 |
Boekbespreking |
R.P. Wijne, De geneeskundige behandelingsovereenkomst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2019 |
Auteurs | Prof. mr. J.C.J. Dute |
Auteursinformatie |
Wetenschap en praktijk |
Accountant en fraudeEnige beschouwingen naar aanleiding van de uitspraken inzake de aansprakelijkheidstelling van PwC in haar hoedanigheid van accountant van de Fairfield-fondsen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | accountant, fraude, aansprakelijkheid, zorgplicht, tuchtrecht |
Auteurs | Mr. J.E. Brink-van der Meer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaat de auteur in op de vraag of een accountant wordt geacht fraude te ontdekken bij een wettelijke controle in de zin van art. 2:393 BW. De problematiek wordt besproken aan de hand van de uitspraken inzake de aansprakelijkheidstelling van PwC in haar hoedanigheid van accountant van de Fairfield-fondsen. De auteur staat uitvoerig stil bij de zorgplicht van de accountant. Hierbij is relevant of de accountant de controle van de jaarrekeningen heeft uitgevoerd, zoals van een redelijk handelend en redelijk bekwaam controlerend accountant mag worden verwacht. Voorts wordt uitgewerkt in hoeverre de civiele rechter betekenis mag toekennen aan het oordeel van een tuchtrechter. |
Contracten maken |
Het eenzijdig wijzigingsbeding in de franchiseovereenkomst |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Franchise, Formulewijziging, Wijzigingsbeding, Franchiseovereenkomst |
Auteurs | Mr. A.W. Dolphijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
De vraag of de franchiseformule door de franchisegever gewijzigd zou mogen worden, en in hoeverre, kan een bron van conflicten zijn. Bij de beoordeling gaat het om de formulering van het wijzigingsbeding, de wijziging zelf en overige omstandigheden. Tegen deze achtergrond wordt in deze bijdrage bezien welke factoren van belang kunnen zijn bij een toelaatbaar beroep van een franchisegever op een beding in een franchiseovereenkomst tot eenzijdige wijziging van de franchiseformule. |
Praktijk |
Het wetsvoorstel franchise: better think twice! |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | Franchise, Uitleg, Dwaling, NFC |
Auteurs | Prof. mr. H.N. Schelhaas en Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 12 april 2017 heeft minister Kamp een wetsvoorstel voor de wettelijke verankering van de franchisecode in internetconsultatie gebracht. De schrijvers bespreken dit wetsvoorstel kritisch en menen dat het wetsvoorstel inhoudelijk de toets der kritiek niet kan doorstaan. De wetgever wordt opgeroepen een meer doordacht wetsvoorstel te concipiëren. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Preadviezen Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht, Aflevering 1 2016 |
Auteurs | Marnix Hebly en Siewert Lindenbergh |
Auteursinformatie |
Artikel |
De verzwaarde betwistplicht: gebrekkige verslaglegging en een rechtsvergelijkend perspectief |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Trefwoorden | verzwaarde betwistplicht, gebrekkige verslaglegging, rechtsvergelijking |
Auteurs | Mr. A. Beekhof |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een belangrijke factor die eraan bijdraagt dat medische schade weinig verhaald wordt, is dat de bewijslast bij de patiënt ligt, terwijl het bewijsmateriaal zich veelal bij de hulpverlener bevindt. In de Nederlandse rechtspraak is voor dit probleem een oplossing gevonden in de zogenoemde ‘verzwaarde stelplicht’ of ‘verzwaarde betwistplicht’. Een belangrijke vraag is wat in het kader van deze plicht rechtens is wanneer de medische verslaglegging gebrekkig is. De antwoorden op deze vraag geven aanleiding tot rechtsvergelijking: de bewijsrechtelijke positie van de patiënt heeft bij onze oosterburen in bepaalde situaties een meer afgewogen regeling gekregen. |
Artikel |
Nieuwe Richtlijn Pakketreizen – Versterkte bescherming voor de reiziger? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | pakketreizenrichtlijn, consumentenbescherming, maximumharmonisatie |
Auteurs | Mr. M.J. Boon en Mr. E.L.M. Mout-Vos |
SamenvattingAuteursinformatie |
Eind 2015 is de nieuwe Richtlijn pakketreizen aangenomen, die de uit 1990 stammende oude richtlijn vervangt. De nieuwe richtlijn springt in op de wijze waarop de reiziger mede onder invloed van het internet zijn vakantie boekt. De reizigersbescherming wordt uitgebreid en de nieuwe richtlijn introduceert een aantal regimes van reizigersbescherming. De nieuwe richtlijn moet uiterlijk 1 januari 2018 zijn geïmplementeerd: dit zal leiden tot aanpassing van titel 7.7a BW (art. 7:500-7:513 BW). |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak civiel recht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2011 |
Trefwoorden | gebrekkige hulpzaak, integriteitschade, jurisprudentieoverzicht, onrechtmatige uitlatingen op internet, Wbp |
Auteurs | Mr. drs. M.J.J. de Ridder |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek worden in het kort de belangrijkste ontwikkelingen in de jurisprudentie in de jaren 2010 en 2011 besproken. Als nieuwe ontwikkelingen zijn onder meer te noemen beschikkingen in deelgeschillen en uitspraken op het gebied van de Wet bescherming persoonsgegevens. Er wordt onder meer ingegaan op uitspraken op het gebied van integriteitschade, de aansprakelijkheid van de hulpverlener door gebruikmaking van een gebrekkige hulpzaak, onrechtmatige uitlatingen over zorgverleners op internet en de causale toerekening, waarbij aan de orde is of deze al dan niet wordt doorbroken door het feit dat de patiënt zelf in de gelegenheid is de schade te voorkomen. |
Artikel |
De innoverende functie van het consumentenrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7/8 2011 |
Trefwoorden | Burgerlijk Wetboek, consumentenrecht, gemeenschappelijke markt, innovatie, paradigma |
Auteurs | Prof. mr. E.H. Hondius |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2012 zal het consumentenrecht vijftig jaar bestaan. In die halve eeuw heeft het consumentenrecht innoverend gewerkt: bij de verwezenlijking van de gemeenschappelijke Europese markt, bij de ontwikkeling van een nieuw paradigma in het contractenrecht, bij de uitholling van de nulla poena-regel, als bruggenhoofd naar samenwerking met andere disciplines en als bron van nieuwe technieken zoals bedenktijd, informatieverplichting, small claims courts en collectieve actie. |