Internationale kinderrechten genieten enerzijds vrijwel universele erkenning maar worden anderzijds ook stevig bekritiseerd. Vooral kinderrechten binnen het strafrecht worden als controversieel gezien. Tegelijkertijd is op dit gebied sprake van toenemende aandacht voor de ontwikkeling gedurende de adolescentie die door lijkt te lopen na de dominante leeftijdgrens van achttien jaar, alsmede de implicaties daarvan voor de positie van jongvolwassenen in het strafrecht. Deze bijdrage gaat nader in op de toepasselijkheid, en toegevoegde waarde, van het kinderrechtenperspectief voor jongvolwassenen in het strafrecht. |
Zoekresultaat: 7 artikelen
Artikel |
|
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Kinderrechten, Adolescentie, Jongvolwassenen, Leeftijdsgrenzen |
Auteurs | E.P. (Eva) Schmidt LLM, BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Religie, Recht en Beleid, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Religie, Liberalisme, sociaalliberalisme, Christendom, Islam |
Auteurs | Drs. ds. Joost Röselaers |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Dutch social-liberal party D66 was founded in 1966, in the aftermath of the pillarisation (on religious grounds) of Dutch society. The founders of D66 wanted to ‘blow up’ the pillarised political system. They strongly took distance from religions that were in their views oppressing. A certain anti-religion attitude was a part of the DNA of the party. For decades it was ‘bon ton’ to criticise religion. A turning point has recently been observed by the writer. There is still a discomfort in relation to religion, but this discomfort is more related to not-knowing than being against. The writer pleads for going beyond the discomfort. Religion – in the broad sense of the word – has a lot to offer to society. We indeed can’t live without binding stories, places that are loaded with meaning and festivities that reminds ourselves of who we are and who we would want to be. Finally the modernity and religion can strengthen each other: where modernity is skilled in criticising religion, the Christian religion can make a contribution by criticising modernity. |
Artikel |
Hof van Justitie eist in de cementzaken een steviger fundament onder inlichtingenverzoeken |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 10 2016 |
Trefwoorden | Mededinging, Inlichtingenverzoek, motivering, zelfincriminatie, 1/2003 |
Auteurs | Mr. J.W. Fanoy en Mr. T. Raats |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de cementzaken concludeert het Hof van Justitie dat de Europese Commissie haar inlichtingenverzoek onvoldoende had gemotiveerd. In dit artikel wordt de verwachte impact van deze uitspraak besproken. Daarnaast gaan auteurs in op (rechts)vragen die het arrest oproept. |
Boekbespreking |
Soft-drugs, morality and law in Late Modernity |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 2 2016 |
Trefwoorden | review-essay, proefschrift Chevallier, blow-verbod, symbolic crusade, culture of control |
Auteurs | Thaddeus Müller |
Auteursinformatie |
Artikel |
De clementiethriller als nieuw filmgenreHet gebruik van gedramatiseerde voorlichtingsfilms in het toezicht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | clementiethriller, voorlichtingsfilm, film, voorlichting, media |
Auteurs | Dr. Judith van Erp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een van de nieuwste ontwikkelingen in het gebruik van media door toezichthouders is het produceren van gedramatiseerde films, om ondernemers voor te lichten over het toezicht en af te schrikken. Met name in het mededingingstoezicht hebben mededingingsautoriteiten in verschillende landen realistische ‘docudrama’s’ geproduceerd waarin fictieve kartels worden ontmaskerd en bestraft. In deze bijdrage bespreek ik de vier belangrijkste ‘clementiefilms’ van dit moment: ‘Clementie in kartelzaken’ van de Nederlandse Mededingingsautoriteit; de ‘Competition Compliance film’ van de Britse Office of Fair Trading; het Australische ‘The Marker’ van de ACCC; en de Zweedse film ‘Be the first to tell – a film about leniency’. Hoewel de verhaallijnen in de films overeenkomsten vertonen, hebben ze inhoudelijk verschillende boodschappen. In deze bijdrage wordt een vergelijking gemaakt van de vorm en inhoud van deze films, en worden ze afgezet tegen inzichten uit sociaalwetenschappelijk onderzoek naar de achtergrond van mededingingsovertredingen om een indruk te geven van de mogelijke bijdrage van deze films aan de naleving. |
Artikel |
Laten we geen boete opleggen...Het arrest Schenker: de mogelijkheden voor een beroep op dwaling en afzien van boeteoplegging in het Europese mededingingsrecht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8 2013 |
Trefwoorden | Mededinging, Verordening 2003/1/EG, Boete-immuniteit, Vertrouwensbeginsel |
Auteurs | Mr. E.S. Lachnit LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 18 juni 2013 wees het Hof van Justitie arrest in de zaak Schenker. Deze zaak draaide om de mogelijkheid voor nationale mededingingsautoriteiten af te zien van boeteoplegging voor een schending van de Europese mededingingsregels. Enerzijds omdat de betrokken ondernemingen zich beriepen op dwaling, anderzijds omdat er medewerking was verleend in het kader van een nationale clementieprocedure. De uitspraak van het Hof van heeft gevolgen voor de positie van ondernemingen en advocaten, en voor de beschikkingsautonomie van nationale mededingingsautoriteiten. |
Artikel |
Handhaving van internationaal en Europees milieurecht: de rol van overheden in de Deep Water Horizon- en Probo Koala-zaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | publiekrechtelijke verantwoordelijkheid overheden, internationaal en Europees recht, olierampen, illegale afvaluitvoer |
Auteurs | Prof. dr. F.A. Nelissen en Dr. W.Th. Douma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Milieurampen in de oliesector worden vooral vanuit de verantwoordelijkheid van betrokken bedrijven bezien. Of overheden méér hadden kunnen en moeten doen blijft vaak onderbelicht. Dat geldt voor de BP olieramp in de Golf van Mexico en voor de illegale stort van Trafigura afval in Ivoorkust. De rol van de Amerikaanse federale overheid respectievelijk van de Nederlandse en Estse overheden (die toestonden dat de Probo Koala naar Afrika kon vertrekken), kreeg minder aandacht. Ingegaan wordt op de publiekrechtelijke verantwoordelijkheid van de respectievelijke overheden. In het licht van de toepasselijke regels van internationaal en Europees milieurecht wordt geconcludeerd dat de Verenigde Staten en Europese overheden onvoldoende optraden als goede toezichthouders. |