In twee hier te bespreken arresten bouwt het Hof van Justitie voort op de rechtspraak met betrekking tot het recht op schone lucht zoals neergelegd in Richtlijn 2008/50/EG betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa. |
Zoekresultaat: 239 artikelen
Boekbespreking |
Cassatie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2020 |
Auteurs | Freerk Vermeulen |
Auteursinformatie |
Milieu |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2020 |
Trefwoorden | luchtkwaliteit, milieurecht, rechtsbescherming, handhaving, rechterlijke toetsing |
Auteurs | Mr. dr. F.M. Fleurke |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Inclusief inhoud?‘Beter Wetgeven’ in de EU voorbij het wetgevingsproces: is er ook aandacht voor inhoudelijke kwaliteit? |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 5 2020 |
Trefwoorden | Grondrechten, Delegatiegrondslagen, Evenredigheidsbeginsel, Nationale autonomie |
Auteurs | Prof. dr. A. van den Brink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Centraal in het Beter Wetgeven-beleid van de EU staat de verbetering van de kwaliteit van wetgevingsprocessen. Is er daarnaast aanleiding om de kwaliteit van de inhoud van Europese wetgeving te verbeteren? Beter Wetgeven omvat ook nu al inhoudelijke elementen. Via het evenredigheidsbeginsel worden bijvoorbeeld lidstatelijke belangen beschermd. Andere elementen, zoals de keuze voor de rechtshandeling en de keuze om regelgevende bevoegdheden aan de Commissie of de Raad te delegeren, zijn veel minder systematisch uitgewerkt. Dat geldt ook voor de wijze waarop grondrechten in de EU-wetgeving tot uitdrukking komen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Freedom of speech, Separation of powers, Criminal law, Hate speech, Legal certainty |
Auteurs | Jip Stam |
SamenvattingAuteursinformatie |
This article contains a critical review of the provisions in the Dutch penal code regarding group defamation and hate speech. It is argued that not only these provisions themselves but also their application by the Dutch supreme court, constitutes a problem for the legitimacy and functioning of representative democracy. This is due to the tendency of the supreme court to employ special constraints for offensive, hateful or discriminatory speech by politicians. Because such a special constraint is not provided or even implied by the legislator, the jurisprudence of the supreme court is likely to end up in judicial overreach and therefore constitutes a potential – if not actual – breach in the separation of powers. In order to forestall these consequences, the protection of particularly political speech should be improved, primarily by a revision of the articles 137c and 137d of the Dutch penal code or the extension of parliamentary immunity. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Ronald Janse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een rechtsstaat is gebaseerd op zelfbinding van de overheid aan het recht. Deze zelfbinding moet verankerd zijn in regels die onder meer de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht vastleggen. De ontwikkelingen in Polen en elders tonen echter aan dat juridische regels van zelfbinding geen blokkades maar verkeersdrempels zijn op de weg naar despotisch bestuur. Een rechtsstaat vereist vooral een cultuur van zelfbinding. De conceptualisering van deze rechtsstaatcultuur staat nog in de kinderschoenen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Anneloes Kuiper-Slendebroek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Voor het evenwicht tussen de staatsmachten, maar ook voor de ontwikkeling van internationaal recht, is de wijze waarop de nationale rechter zijn rol vervult van belang: gedraagt hij zich als rechtsvormer of als een rechtshandhaver? Zowel de legitimatie en vorming van het internationale recht als de handhaving van de internationale verplichtingen van de Staat op nationaal niveau zijn hiervan afhankelijk. Deze belangen worden bezien vanuit internationaal perspectief en uiteengezet aan de hand van recente jurisprudentie. |
Redactioneel |
|
Tijdschrift | Netherlands Journal of Legal Philosophy, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Elaine Mak, Anne Ruth Mackor en Iris van Domselaar |
Auteursinformatie |
Artikel |
De gouverneur, landsorgaan én koninkrijksorgaan |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | aanwijzing, gouverneur, koninkrijksorgaan, landsorgaan, toezicht |
Auteurs | Prof. mr. L.J.J. Rogier |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het ambt van gouverneur van de Caribische landen van het Koninkrijk is één en ondeelbaar, maar de gouverneur is tegelijk landsorgaan én koninkrijksorgaan. De positie en de verantwoordelijkheden van de gouverneur als landsorgaan verschillen van die van koninkrijksorgaan, maar het object van bemoeienis en de wijze waarop beide rollen worden vervuld verschillen niet zo veel van elkaar. De belangrijkste vraag is wanneer en onder welke condities de gouverneur van rol wisselt. Het is van belang dat de gouverneur de regie daarover zo veel mogelijk in eigen hand houdt. Een aanwijzing door de koninkrijksregering kan daarbij een nuttige rol vervullen en de gouverneur een steuntje in de rug geven. |
Jurisprudentie |
Kroniek ondernemingsstrafrechtEerste helft 2020 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2020 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), Mr. J. Boonstra-Verhaert, Mr. dr. S.S. Buisman e.a. |
Objets trouvés |
De rechtsstaat in discussie |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Primaat wetgever, trias, dikastocratie, verticaal machtsevenwicht, COVID-19 |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Volgens de Raad van State zou de rechtsstaat in Nederland niet wezenlijk in gevaar zijn, zou de balans tussen de instituties die invulling moeten geven aan de rechtsstaat (wetgever, bestuur en rechter) tot nu toe verzekerd zijn en zou er voldoende draagvlak onder de bevolking bestaan. Daarom zou er ook geen reden zijn voor een ‘alarmerende toon’. Deze stellingen worden nauwelijks onderbouwd, staan maatschappelijk ter discussie en miskennen dat Nederland geen eiland is, maar onderdeel uitmaakt van een meergelaagde internationale rechtsorde. Het beeld dat de Raad daarbij heeft van de scheiding der machten behoeft dringend bijstelling. |
Verslag |
De staat van de rechtspraakVerslag van de najaarsvergadering 2019 van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 2 2020 |
Auteurs | Marijn van den Berg en Laura Ebben |
Auteursinformatie |
Artikel |
Over hulp bij zelfdodingEnkele gedachten naar aanleiding van de recente uitspraak van het Bundesverfassungsgericht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | hulp bij zelfdoding, euthanasiewetgeving, BVerfG, zelfbeschikkingsrecht, voltooid leven |
Auteurs | Prof. mr. J.K.M. Gevers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent heeft het Duitse constitutionele hof een baanbrekende uitspraak gedaan waarin een wettelijke bepaling die het verlenen van hulp bij zelfdoding aan banden legt, met een beroep op het zelfbeschikkingsrecht nietig wordt verklaard. Volgens het hof zijn de mogelijkheden voor de wetgever op dit gebied grenzen te stellen zeer beperkt. Naar aanleiding van de uitspraak wordt ingegaan op de rol van de rechter, het oprukkend zelfbeschikkingsrecht en de positie van hulp bij zelfdoding ten opzichte van euthanasie. |
Artikel |
Neurenberg als wegbereider voor het internationale strafrecht |
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | Neurenburg Tribunaal, Internationaal strafrecht, Oorlogsmisdrijven, Tweede Wereldoorlog |
Auteurs | Prof. mr. H.G. (Harmen) van der Wilt |
SamenvattingAuteursinformatie |
De 75-jarige herdenking van de historische verrichtingen van het Neurenberg Tribunaal biedt een mooie gelegenheid om de balans op te maken van de staat van het internationale strafrecht. In het licht van de grillige veranderingen in de opvattingen over de normatieve en politieke levensvatbaarheid van internationaal strafrecht wordt in dit essay ingegaan op bijdrage van het Neurenberg Tribunaal aan de ontwikkeling van het internationale strafrecht. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | autonome systemen, datagedreven besluitvorming, profilering, procesrecht |
Auteurs | Bart van der Sloot en Sascha van Schendel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Nederland transformeert naar een datagedreven samenleving. De politie, de Belastingdienst en uitkeringsinstanties experimenteren met Big Data; private partijen, zoals sociale media, banken, en medische organisaties gebruiken algoritmes en profielen om beleidskeuzes te maken. Daarbij worden beleidskeuzes steeds meer geautomatiseerd. Uit de substantiële hoeveelheden data die worden verzameld worden patronen, correlaties en waarschijnlijke verbanden tussen verschillende datapunten gedestilleerd. De profielen die op basis daarvan worden vervaardigd worden gebruikt om keuzes te maken over toekomstige gevallen. Hierdoor wordt het besluit- en beleidsvormingsproces in toenemende mate gestandaardiseerd. De hoop is dat de door data-analyse geïnformeerde besluiten kwalitatief beter zullen zijn en dit de uitvoering van het beleid effectiever en efficiënter zal maken. In onderzoek dat is verricht in opdracht van het ministerie van Justitie en veiligheid wordt geconcludeerd dat tien veranderingen aan het Nederlands recht nodig zijn om deze transitie in goede banen te leiden. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | Preventieve toetsing van ontslagen op de a-grond door het UWV, Vrijheid van vestiging, Vrijheid van ondernemerschap |
Auteurs | Prof. mr. L.G. Verburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage onderzoekt de vraag of ons Nederlandse systeem van de preventieve toetsing door het UWV van ontslagen die het gevolg zijn van bedrijfseconomische omstandigheden als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub a BW (de a-grond) in overeenstemming is met het Unierecht. Een nauwgezette analyse van de rechtspraak van het HvJ EU, waaronder in het bijzonder het AGET Iraklis-arrest uit 2016, wijst uit dat de aanwijzingen die het HvJ geeft omtrent de uitlegging van het Unierecht, in het bijzonder ten aanzien van de toepassing van de vrijheid van vestiging in samenhang met de vrijheid van ondernemerschap, repercussies hebben voor het Nederlandse systeem van de preventieve toetsing van ontslagen op de a-grond. De conclusie luidt dat de toetsing door het UWV van het besluit van de ondernemer dat de arbeidsplaats van een werknemer is vervallen door beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming of structureel vervalt door maatregelen die om bedrijfseconomische redenen noodzakelijk zijn voor een doelmatige bedrijfsvoering, strijdig is met het Unierecht en daarom achterwege moet blijven. De oorzaak ligt bij het ontbreken van concrete, objectieve en controleerbare uitvoeringsbepalingen. De toetsing van de vervolgvraag betreffende de ontslagvolgorde lijkt wel te voldoen aan de eisen die voortvloeien uit de rechtspraak van het HvJ EU. |
Artikel |
Kroniek Materieel strafrecht |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 10 2019 |
Auteurs | Frezia Aarts, Rachel Bruinen, Dirk Dammers e.a. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak rechten van de mens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2019 |
Trefwoorden | EVRM, EHRM, rechten van de mens, schending |
Auteurs | Prof. mr. A.C. Hendriks |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM of Hof) heeft in de periode september 2018 tot en met augustus 2019 weer diverse uitspraken gedaan over gezondheidsrechtelijke vraagstukken. Naast uitspraken over de uitleg van ‘bekende’ rechten, zoals het recht op leven, het recht op toegang tot adequate zorg en de procedurele overheidsverplichtingen, waren er verschillende ‘nieuwe’ onderwerpen waarover het Hof zich moest buigen, waaronder de verplichting om een urinetest te ondergaan, de toegang tot een externe deskundige, het recht om te huwen van een onder curatele gestelde persoon en de rechten van naasten en nabestaanden. Het geheel geeft een beeld van de diverse tegen verdragsstaten ingediende klachten. |
Artikel |
Energieregulatoren in België: de rol van het parlement en de regering |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | energie, toezichthouder, Grondwet, België, parlement |
Auteurs | Laura De Deyne |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het EU-recht vereist dat een toezichthouder binnen de energiesector onafhankelijk is van alle marktpartijen. Dat geldt ook voor de politiek. Het zogenoemde ‘Clean Energy Package’ versterkt deze onafhankelijkheidsvereisten nog verder. In België, maar ook in Nederland, rijzen er vaak discussies over hoe ver deze onafhankelijkheid mag gaan, en hoe een politiek onafhankelijke regulator zich verhoudt tot de grondwettelijke regels. Bij hun oprichting werden in België, maar ook in Nederland, de toezichthouders opgenomen binnen de uitvoerende macht. Dit heeft tot gevolg dat ze onderhevig zijn aan administratief toezicht. Dit toezicht staat evenwel haaks op de Europese (politieke) onafhankelijkheidsvereisten. Wanneer dit administratief toezicht evenwel ontbreekt, dan wordt het nationale grondwettelijke principe van de ministeriële verantwoordelijkheid (en daaruit voortvloeiend ook de parlementaire controle) uitgehold. In het Vlaams Gewest, en nu recent ook op Waals niveau, heeft men deze tegenstelling weggewerkt door de energieregulator institutioneel onder te brengen bij het Parlement. Deze verhuis neemt echter niet weg dat er nog steeds een spanningsveld aanwezig blijft tussen de onafhankelijkheid van de regulator en de politiek. |
Strafrecht |
Het Unierecht komt eraan in strafzaken: bewijsuitsluiting verplicht bij Handvest-schending?Bespreking van het arrest Dzivev |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | strafrecht, werkingssfeer Unierecht, Handvest grondrechten, bewijsuitsluiting |
Auteurs | Mr. S.J. van der Woude |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het recht van de Europese Unie is lange tijd weinig populair geweest onder strafrechtadvocaten. Het was abstract, moeilijk te vinden, en betrof voornamelijk economische verhoudingen. In commune strafzaken vielen er nauwelijks verweren aan te ontlenen. Het Unierecht begint echter steeds relevanter te worden voor de algemene strafrechtspraktijk. In het arrest van 17 januari 2019 inzake Dzivev e.a./Bulgarije accepteerde het Hof van Justitie de uitsluiting van onrechtmatig verkregen tapgesprekken van de bewijsvoering. Betekent dit dat bewijsuitsluiting soms ook verplicht is, zoals sommigen beweren? Dat zou grote gevolgen kunnen hebben voor de Nederlandse strafrechtpraktijk. Een bespiegeling naar aanleiding van het arrest. |
Annotatie |
Annotatie bij de vonnissen ECLI:NL:OGEAC:2017:259, ECLI:NL:OGEAC:2019:17, ECLI:NL:OGEAC:2019:172 en ECLI:NL:OGEAM:2019:61 |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2019 |
Auteurs | Prof. dr. R.A.J. van Gestel en Mr. dr. J. Sybesma |
Auteursinformatie |