In dit artikel onderzoeken de auteurs de regelingen uit de Elektriciteitswet 1998 en de Warmtewet die gericht zijn op het voorkomen van financiële problemen dan wel de toezichthouder de mogelijkheid geven in te grijpen als dat nodig is. Deze regelingen zijn bedoeld ter bescherming van afnemers tegen die situaties waarbij een leverancier van elektriciteit of warmte in de financiële problemen komt. Zij vergelijken deze regelingen met de regelingen uit de Wet op het financieel toezicht of Europese regelgeving gericht op het voorkomen van financiële problemen bij banken. De auteurs kiezen voor deze vergelijking met banken omdat deze ondernemingen, net als bij elektriciteit en warmte, een maatschappelijke functie kunnen vervullen. De vraag die zij stellen, is of de regelingen voor banken een inspiratiebron kunnen zijn voor het waarborgen van de belangen van de afnemers van elektriciteit en warmte. |
Zoekresultaat: 99 artikelen
Wetenschap en praktijk |
Leveranciers van elektriciteit en warmte in financiële moeilijkheden: een verkenning van de wettelijke regelingen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | energie, warmtewet, banken, noodsituatie, faillissement |
Auteurs | Mr. drs. P. van Asperen en Prof. mr. H. Koster |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Contractvrijheid voor de bank? Opzegging van een betaalrekening |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2020 |
Trefwoorden | opzegging overeenkomst, bankrekening, contractdwang, integriteitsrisico |
Auteurs | Mr. I.S.J. Houben |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij opzegging door een bank van een overeenkomst inzake een betaalrekening kan spanning ontstaan tussen het belang van de bank, die moet voldoen aan internationale afspraken en toezichtswetgeving, en het belang van de klant, die zonder betaalrekening niet kan functioneren. In twijfelgevallen prevaleert in de civiele jurisprudentie vaak het belang van de klant. |
Institutioneel recht |
Anomalie of de aankondiging van een omwenteling?Het EU-stelsel van rechtsbescherming na Rimšēvičs |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | EMU, onafhankelijkheid, rechterlijke bevoegdheden, rechtsstaat, direct beroep |
Auteurs | Mr. dr. A. van den Brink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de zaak Rimšēvičs vernietigde het Hof van Justitie voor het eerst een besluit van een nationaal overheidsorgaan. Het ging om het ontslag van de president van de Letse centrale bank. De vernietiging doorbreekt de klassieke bevoegdheidsverdeling tussen het Hof van Justitie en nationale rechters, maar is gebaseerd op een bijzondere bepaling uit het EMU-recht. Betreft het om die reden een geïsoleerd geval, of kan de uitspraak bredere implicaties krijgen? |
Jurisprudentie |
Bestuursrechtelijke jurisprudentie |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Mr. M.E.B. de Haseth |
Auteursinformatie |
Annotatie |
Besluit of beschikking?Annotatie bij Gerecht in Eerste Aanleg Curaçao (Lar) 2 augustus 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:288 (voorlopige voorziening) en 12 november 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:281 (bodemprocedure) |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | brief inzake oplegging maximum APR, rechtsgevolg, beschikking, besluit |
Auteurs | Mr. dr. J. Sybesma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Annotatie bij de uitspraak van de voorzieningenrechter van het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao van 2 augustus 2017 waarbij is geoordeeld dat een brief met de vaststelling van de Annual Percentage Rate (APR) informatief van aard is, en de uitspraak van 12 november 2018 in de bodemzaak waarin is geoordeeld dat de brief van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten aan ontheffingshouders over oplegging van een maximum APR op rechtsgevolg is gericht en daarmee een beschikking. |
Kroniek |
Supranationaal procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Marek Zilinsky |
Auteursinformatie |
Artikel |
Nationale aansprakelijkheidsbeperking financiële toezichthouders vanuit Unierechtelijk perspectief: een ingekaderde beperkingHvJ EU 4 oktober 2018, C-671/16 (Kantarev) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | overheidsaansprakelijkheid, lidstaataansprakelijkheid, wettelijke aansprakelijkheidsbeperking, toezichthoudersaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. R. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In onderhavig artikel wordt ingegaan op de betekenis van het Kantarev-arrest (HvJ EU 4 oktober 2018) voor het Nederlandse recht op het gebied van de aansprakelijkheid van financiële toezichthouders en in het bijzonder voor de huidige aansprakelijkheidsbeperking die is neergelegd in art. 1:25d Wft. |
Rechtsbescherming |
Geheimhouding en openbaarheid in het Europees bankentoezicht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2019 |
Trefwoorden | SSM, beroepsgeheim, openbaarheid bestuur, bankentoezicht, ECB |
Auteurs | Dr. G. ter Kuile |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bankentoezichthouders krijgen aardig wat verzoeken om informatie en documenten over banken en bankentoezicht. Maar het beroepsgeheim van bankentoezichthouders verhindert deze openbaarheid van bestuur. In 2018 hebben het Hof van Justitie en het Gerecht de regels over het beroepsgeheim verduidelijkt. Dit artikel bespreekt verschillende aspecten uit vijf arresten van 2018 over geheimhoudingsplichten in het bankentoezicht die op gespannen voet kunnen staan met het ‘transparantiebeginsel’. De aspecten zien op het belang van geheimhouding bij bankentoezicht, op het concept ‘vertrouwelijke informatie’ en dat tijdsverloop de vertrouwelijkheid teniet kan doen, en op de overweging dat het ‘recht op een eerlijk proces’ moet worden afgewogen tegen het belang bij geheimhouding. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2018 |
Trefwoorden | klimaatverandering, aansprakelijkheid, klimaatrisico’s, De Nederlandsche Bank |
Auteurs | Mr. W. Kloosterman en Mr. M. Kuilman |
SamenvattingAuteursinformatie |
De gevolgen van klimaatverandering worden ook in Nederland steeds meer zichtbaar. Deze bijdrage gaat in op de (mogelijke) claimrisico’s en aansprakelijkheden voor financiële ondernemingen als het gevolg van klimaatverandering, overige verschijningsvormen van klimaatrisico’s en de vraag of de prudentiële toezichthouder klimaatrisico’s in het toezicht kan betrekken. |
Telecommunicatie |
Een nieuw kader voor netwerk- en informatiebeveiliging: een cultuuromslag? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2018 |
Trefwoorden | Netwerk- en informatiebeveiliging, Gegevensbescherming, Cybersecurity, Telecommunicatierecht, vitale infrastructuur |
Auteurs | J.P. Kalis LL.M. en Prof. mr. G.P. van Duijvenvoorde |
SamenvattingAuteursinformatie |
Veiligheid, bescherming en beveiliging van ICT-netwerken en digitale diensten, alsook van telecommunicatienetwerken en -diensten zijn van groot belang in de huidige informatiemaatschappij. In dit artikel worden de voornaamste ontwikkelingen besproken in zowel de Nederlandse wetgeving als Europese regelgeving om in dit kader een beveiligingscultuur te bewerkstelligen. Met name de stand van zaken rond de Wet gegevensbescherming en cybersecurity, de Europese Netwerk- en informatiebeveiligingsrichtlijn en diens implementatie krachtens de Cybersecuritywet, en de laatste ontwikkelingen in de telecommunicatieregulering worden behandeld. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Crimmigratie & Recht, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Rijkswet op het Nederlanderschap, intrekking naturalisatie, terrorisme, openbare orde |
Auteurs | Mr. Florimond Wassenaar |
SamenvattingAuteursinformatie |
In its efforts in making effective counter terrorism legislation the Dutch government has introduced the possibility to deprive its own nationals of their Dutch nationality. The competence to revoke Dutch citizenship may arise in case of conducting behaviour abroad that can be labelled as terrorism or facilitating terrorism. Dutch citizenship can only be rescinded by the immigration authorities when such acts are performed outside the Dutch borders in certain appointed areas for certain appointed organisations. This is currently the case for the area of Syria and the organisations IS and Al-Nusra. However given the obligations within the Convention on the reduction of statelessness only Dutch nationals with dual citizenship fall within the scope of this newly introduced legislation. This article focusses on the question whether in EU-law perspective the distinction made between Dutch with dual citizenship and Dutch without a second foreign nationality is against the principle of equal treatment. By discussing the Council Directive 2000/43/EC, case law of the Court of Justice of the European Union (CJEU) and the preparatory documents of the convention on the reduction of statelessness the argument is developed that the convention serves as a trump card to enhance and justify the newly introduced legislation. Given CJEU case law the question of loyalty towards the member state of origin may lead to deprivation of EU-nationality. The aforementioned distinction made in Dutch nationality law would only be justified if it can be successfully be proven that dual citizenship raises an ipso facto loyalty issue toward member states by dual nationality holders. Since evidence of that nature is non existent it is concluded that the newly introduced counter terrorism provisions on deprivation of Dutch citizenship are discriminatory and advances second class nationality in The Netherlands. |
Artikel |
Spiegelbeeldige gerechtigdheid, op de grens van de gemeenschapEen verkenning hoe moet worden omgegaan met het geval waarin een goed onder spiegelbeeldige voorwaarden aan twee personen toebehoort |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2017 |
Trefwoorden | gemeenschap, kwaliteitsrekening, spiegelbeeldige gerechtigdheid, spiegelbeeldige voorwaarden |
Auteurs | Mr. M.L. Tuil |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage behandelt de auteur het arrest Stichting derdengelden/Ontvanger. De auteur onderzoekt naar aanleiding van dit arrest de grenzen van het begrip gemeenschap en bepleit dat er ruimte is om de gemeenschapsregeling ook toe te passen op dergelijke gevallen van spiegelbeeldige gerechtigdheid. |
Artikel |
Eerste uitspraak over de rolverdeling tussen de Europese Centrale Bank en nationale toezichthouders binnen het Single Supervisory Mechanism |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2017 |
Trefwoorden | SSM-bankentoezicht, prudentieel toezicht, Europese Centrale Bank, nationale toezichthouders, Administrative Board of Review (ABoR) |
Auteurs | Mr. A.W.M. van Toor |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het eerste arrest over de rolverdeling tussen de Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale toezichthouders binnen het Single Supervisory Mechanism (SSM) is van principiële aard. Het Gerecht oordeelt dat het SSM-bankentoezicht een exclusieve bevoegdheid van de ECB is en dat de nationale toezichthouders deze taak ten aanzien van niet-significante banken decentraal uitoefenen. Hoewel dit oordeel voor de hand lag, doet het vragen rijzen over de uitoefening van nationale bevoegdheden door de ECB en over de ministeriële verantwoordelijkheid voor het SSM-toezicht van de nationale toezichthouder. Verder verduidelijkt het arrest de betekenis van de adviezen van de Administrative Board of Review (ABoR) voor de motivering van ECB-toezichtbesluiten. |
Artikel |
Ontslag vanwege een hoofddoek; de arresten Achbita en Bougnaoui en de Nederlandse rechtspraktijk |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5 2017 |
Trefwoorden | directe en indirecte discriminatie op grond van godsdienst of overtuiging, religieuze symbolen op de werkplek, rechtvaardigingsgronden, Richtlijn 2000/78/EG, College voor de Rechten van de Mens |
Auteurs | Mr. A. Swarte en Mr. dr. J.P. Loof |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Hof van Justitie heeft zich op 14 maart 2017 in twee verschillende zaken uitgesproken over het ontslag van een vrouwelijke werknemer vanwege het dragen van een islamitische hoofddoek. Naar beide arresten werd al enige tijd met spanning uitgekeken, onder meer vanwege de eerder gepubliceerde volkomen uiteenlopende conclusies van advocaten-generaal Kokott en Sharpston. Het Hof van Justitie lijkt veel ruimte te laten aan werkgevers om het dragen van religieuze symbolen op de werkplek te verbieden, mits zo’n verbod op een algemene en neutrale manier geformuleerd wordt. Er blijven echter veel vragen onbeantwoord en daardoor is onduidelijk hoe richtinggevend de arresten nu precies zijn. |
Artikel |
Grenzen aan de uitoefening van een hypotheekrechtOver de implementatie van art. 28 Richtlijn 2014/17/EU (hypothecair krediet) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2017 |
Trefwoorden | hypotheekrecht, kredietovereenkomst, implementatie Richtlijn hypothecair krediet, zorgplicht bank, uitwinning |
Auteurs | Mr. J.W.A. Biemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Art. 28 Richtlijn hypothecair krediet is ten dele geïmplementeerd in art. 7:128 BW dat de uitoefening van het hypotheekrecht in verschillende opzichten begrenst. In deze bijdrage komen de inhoud en strekking van beide bepalingen aan bod. |
Artikel |
Strategie- en beleidsbepaling door de raad van commissarissen van Curaçaose onder toezicht staande kredietinstellingen |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2017 |
Trefwoorden | Centrale Bank, kredietinstelling, corporate governance, bestuur, feitelijke beleidsbepaling |
Auteurs | Mr. A. Talmricht |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel gaat over de door de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten bij beleidsregel voorgestelde bevoegdheidsverdeling binnen de onder toezicht staande kredietinstelling, op grond waarvan de raad van commissarissen (RvC) zodanig veel bevoegdheden wordt toebedeeld, dat de zelfstandigheid van het bestuur in het geding komt en de leden van de RvC het risico lopen om aangemerkt te worden als feitelijk beleidsbepalers. Deze bijdrage is tot stand gekomen door bestudering van het positieve recht, toezichtswet- en regelgeving en relevante literatuur. Vragen van cliënten uit de bancaire sector hebben de auteur aangespoord dit artikel te schrijven. Gelet op de verstrekkendheid van de beleidsregel en de bevoegdheid van de Centrale Bank om naleving daarvan af te dwingen met dwangsommen en/of een bestuurlijke boete heeft dit artikel de nodige relevantie. |
Artikel |
Europees Depositoverzekeringsstelsel (EDIS). Institutionele en praktische perspectieven |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Bankenunie, EDIS, depositogarantie, resolutie, depositoverzekeringsstelsel |
Auteurs | Dr. G. ter Kuile en A. Veuskens LL.M, M.Sc |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bankenunie krijgt een derde pijler voor het verzekeren van deposito’s binnen de gehele Eurozone. Het voorstel hiertoe van de Europese Commissie, dat eind november 2015 werd gepubliceerd, wordt in dit artikel besproken. Aandacht wordt gegeven aan het concept van depositogarantie, de grondslag, de reikwijdte en de ratio, de interne governance (gelieerd aan die van het resolutiemechanisme), en aan het nieuwe depositofonds. Met enkele bespiegelingen over ‘vertrouwen’, de grondgedachte van de derde pijler, wordt het artikel besloten. |
Artikel |
Indirecte clearing verhelderd |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | otc-derivaten, EMIR, clearing, portabiliteit, segregatie |
Auteurs | Mr. C.A.R. Oudhuis |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de Wijzigingswet financiële markten 2016 worden beschermingsvereisten voor beleggers in financiële instrumenten uit de MiFID geïmplementeerd. De Wijzigingswet krijgt mogelijk meer gewicht, omdat deze ook het ‘indirecte clearing’ arrangement voor otc-derivaten faciliteert, zoals omschreven in EMIR. De auteur beschrijft hoe de beschermingsconstructie uit de Wijzigingswet het ‘indirecte clearing arrangement’ uit EMIR faciliteert. |
Artikel |
Pfandbriefe, covered bonds of gedekte obligaties |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2015 |
Trefwoorden | covered bond, gedekte obligatie, Pfandbrief, UCITS |
Auteurs | Mr. A.H. Scheltema |
SamenvattingAuteursinformatie |
Covered bonds ofwel gedekte obligaties ofwel Pfandbriefe zijn belangrijke financieringsinstrumenten voor banken. In Nederland is per 1 januari 2015 een nieuwe wettelijke regeling voor gedekte obligaties ingevoerd. De auteur beschrijft het fenomeen covered bonds en de nieuwe wettelijke regeling. |
Artikel |
Europese bankenresolutie (SRM). Institutionele perspectieven |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2015 |
Trefwoorden | bankenunie, afwikkeling, resolutie, SRM, SSM |
Auteurs | G. ter Kuile LLM Dr. |
SamenvattingAuteursinformatie |
‘Too Big to Fail’ banken waren een kostbaar probleem tijdens de crisis die in 2007 uitbrak. Een speciaal soort afwikkelingsrecht voor banken – ‘resolutierecht’ – bleek nodig om belastingbetalers voortaan te sparen. Met het oprichten van een gemeenschappelijk resolutiemechanisme stonden de EU-lidstaten voor een nieuwe uitdaging. Gemeenschappelijke regels, procedures en instellingen werden bij richtlijn en verordening geïntroduceerd, terwijl het resolutiefonds met een intergouvernementele overeenkomst werd bestendigd. Dit artikel bespreekt resolutie als concept, de verdragsgrondslag van de regelingen, de Single Resolution Board als agentschap en de Meroni-discussie, gedeelde bevoegdheden en significantiecriterium, interne en externe governance, het Resolutiefonds en ‘mutualisatie’, en rechtsbescherming. De hoop is uiteraard dat met een effectief Europees bankentoezicht het daadwerkelijk overgaan tot resolutie niet nodig is. Maar de voorbereiding op eventuele resoluties blijft vereist. |