Dit artikel betreft een historisch-juridische beschouwing over de overeenkomsten en verschillen tussen begrotingswetgeving en reguliere wetgeving. Daarbij wordt de vraag behandeld of begrotingswetten mogen worden gebruikt om bepalingen uit niet-begrotingswetten te wijzigen. De Afdeling advisering van de Raad van State heeft sinds 2006 een bestendige lijn: dit mag niet. De posities van de regering en de Staten-Generaal worden onder de loep genomen. In de conclusie wordt een suggestie gedaan om de lijn van de Afdeling advisering te nuanceren. |
Zoekresultaat: 309 artikelen
Artikel |
Over het gebruik van begrotingswetsvoorstellen om bepalingen uit niet-begrotingswetten te wijzigenEen historisch-juridische beschouwing |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | begrotingswetgeving, Staatsregeling, De Bourbon Naundorff, Nationaal Groeifonds, Comptabiliteitswet |
Auteurs | J.L. Boon |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De scherpe scheiding tussen het militair tuchtrecht en het (militair) strafrechtPleidooi voor een heroverweging |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | scherpe scheiding, aangifteplicht, artikel 79 Wet militair tuchtrecht, artikel 78 Wet militair tuchtrecht, commandant |
Auteurs | Mr. B. (Bas) van Hoek en Mr. M. (Mark) Roorda |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 1991 is een scherpe scheiding aangebracht tussen het militair tuchtrecht en het (militair) strafrecht. De bijdrage bespreekt twee aspecten die met de scherpe scheiding verband houden, de aangifteplicht voor commandanten (art. 78 Wmt) en de uitzondering op de scherpe scheiding (art. 79 Wmt). Betoogd wordt dat de materiële uitwerking van zowel de aangifteplicht als de uitzonderingsmogelijkheid onvoldoende aansluiten bij het doel dat met de scherpe scheiding werd beoogd. |
Artikel |
Executieve jurisdictie: het (grote) obstakel in grensoverschrijdende opsporingsonderzoeken naar (gebruikers van) cryptoaanbieders? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | executieve jurisdictie, EncroChat, Rechtshulp, JIT, grensoverschrijdend opsporingsonderzoek |
Auteurs | Mr. L.W. Verbeek en Mr. T. Beekhuis |
SamenvattingAuteursinformatie |
Tijdens het grensoverschrijdende opsporingsonderzoek naar (gebruikers van) cryptoaanbieders worden opsporingsautoriteiten voor complexe juridische vraagstukken gesteld wanneer zij rechtsmacht willen uitoefenen buiten de eigen landsgrenzen. Immers, autoriteiten zijn bij het uitoefenen van executieve jurisdictie gebonden aan hun eigen territorium, terwijl het onderzoek naar (gebruikers van) cryptoaanbieders een internationaal karakter kent. In de EU zijn verschillende mogelijkheden ontwikkeld om grensoverschrijdend op te sporen. In deze bijdrage worden twee van deze mogelijkheden: een rechtshulpverzoek en het oprichten van een Joint Investigation Team geanalyseerd. Bij beide mogelijkheden stuiten opsporingsautoriteiten op bezwaren. De auteurs concluderen dat het grensoverschrijdend opsporingsonderzoek noopt tot een efficiëntere Europeesrechtelijke onderzoeksaanpak. |
Discussie, Nieuws en Analyse |
Van Moord-op-afstand tot MarengoDe grens tussen uitlokken en medeplegen bij de vervolging en veroordeling van opdrachtgevers van liquidaties |
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | Medeplegen, Uitlokking, Liquidaties, Opdrachtgevers, Georganiseerde misdaad |
Auteurs | Mr. B. (Bram) Groothoff |
SamenvattingAuteursinformatie |
Door onder andere innovatieve vormen van opsporing worden de afgelopen tijd steeds vaker opdrachtgevers van liquidaties vervolgd en veroordeeld. Het gaat dan in de regel om personen die niet zelf aanwezig zijn bij de moorden. Wat betreft de strafbare aansprakelijkheid van de opdrachtgevers komt zowel de deelnemingsvorm uitlokking als medeplegen in aanmerking. In dit artikel wordt geanalyseerd welke omstandigheden doorslaggevend zijn voor het kwalificeren van voornoemde gedragingen als ofwel uitlokking dan wel medeplegen en of hoe deze kwalificatie zich verhoudt met het principe van fair labelling. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 1-2 2022 |
Trefwoorden | bestuur, vennootschappelijk belang, bevoegdheidsverdeling, Rijnlands model, algemene vergadering |
Auteurs | Prof. mr. B. Kemp |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn oratie gaat Kemp in op de spanning die binnen de vennootschap bestaat tussen de vennootschapsleiding die het belang van de vennootschap moet behartigen en de aandeelhouders die – volgens de heersende leer – hun eigen belang mogen behartigen. Mede op grond van rechtseconomische gedachten doet hij een aanzet tot hoe de bevoegdheidsverdeling binnen de vennootschap verder kan worden vormgegeven. |
Artikel |
De wettelijke regeling van de verwijsindex risicojongeren: wel of niet tijd voor herbezinning? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | wetsevaluatie, signaleringssysteem, samenwerking, informatie-uitwisseling |
Auteurs | Mr. N.O.M. Woestenburg en mr. dr. V.E.T. Dörenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2019-2020 werd voor de tweede keer de Wet verwijsindex risicojongeren geëvalueerd. In dit artikel doen wij verslag van de belangrijkste bevindingen van deze evaluatie. Achtereenvolgens worden behandeld: de achtergrond van de wet en drie thema’s die in de evaluatie centraal stonden, te weten de implementatie, het gebruik en de werking van de verwijsindex. We sluiten af met een beschouwing over de toekomstbestendigheid van de landelijke verwijsindex en betrekken hierbij ook de reactie van de staatssecretaris van VWS uit december 2020. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 5 2021 |
Trefwoorden | Europees Openbaar Ministerie, Europees strafrecht, Europese Unie, vervolging, beklag niet (verdere) vervolging |
Auteurs | Mr. M.J. (Matthias) Borgers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 juni 2021 is het Europees Openbaar Ministerie (EOM) operationeel geworden. Bij een vervolging door het EOM voor de Nederlandse strafrechter treedt een gedelegeerde Europese aanklager op die tevens aan het Nederlandse openbaar ministerie is verbonden. Deze aanklager heeft in de strafzaak alle bevoegdheden van een lid van het Nederlandse openbaar ministerie. Voor het optreden van het EOM in de deelnemende lidstaten wordt dus gebruikgemaakt van de bestaande juridische infrastructuur. In deze bijdrage wordt ingegaan op de vervolging van strafzaken door het EOM voor de Nederlandse strafrechter. Het gaat daarbij om de vraag of er verschillen of bijzonderheden bestaan in vergelijking met een ‘gewone’ strafzaak waarin het Nederlandse openbaar ministerie het vervolgingsrecht uitoefent en, zo ja, welke die zijn. |
Artikel |
De oprichterscommissie van beursvennootschap CM.com |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 11 2021 |
Trefwoorden | beschermingsconstructie, inrichtingsvrijheid, vennootschapsorgaan, vennootschapsbelang, oligarchische besluitvormingsclausules |
Auteurs | J. Oppatja |
SamenvattingAuteursinformatie |
Beursvennootschap CM.com koos bij haar beursgang voor een bijzondere structuur. Om de actieve betrokkenheid van haar oprichters te waarborgen, is een oprichterscommissie in het leven geroepen. De oprichterscommissie heeft verschillende statutaire bevoegdheden. De auteur onderzoekt of de structuur binnen de grenzen van de wet blijft. |
Jurisprudentie |
De verzekeringsplicht in de relatie tot de zzp’er. Hoe krachtig is de rem van de Hoge Raad?HR 17 september 2021, ECLI:NL:HR:2021:1267 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | zzp’er, verzekeringsplicht, werkgever, werknemer, werkgeversaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. P. Oskam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 17 september 2021 deed de Hoge Raad uitspraak in een zaak waarin onder meer de vraag aan de orde is of de op de werkgever rustende verzekeringsplicht ook geldt ten opzichte van een zzp’er. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | AVG, modelcontracten, persoonsgegevens, Standard Contractual Clauses, Schrems-II (arrest) |
Auteurs | mr. D.S. de Boer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming hebben partijen een grondslag nodig om persoonsgegevens vanuit de EER naar derde landen door te mogen geven. In deze bijdrage bespreekt de auteur de aandachtspunten bij het gebruik van modelcontracten als grondslag voor de doorgifte van persoonsgegevens naar derde landen. Daarbij worden de oude modelcontracten (modelcontractbepalingen) en de nieuwe modelcontracten (standaardcontractbepalingen) vergeleken. Ook signaleert de auteur welke invloed het Schrems II-arrest heeft op het gebruik van de modelcontracten. De bijdrage wordt afgesloten met de conclusie dat, afhankelijk van een door partijen gemaakte risicobeoordeling, modelcontracten mogelijk een grondslag kunnen bieden voor doorgifte van persoonsgegevens naar derde landen. |
Artikel |
De lucht geklaard … Aan de slag met resultaatgerichte grenswaarden voor industriële emissies om 50% reductie te bereiken in 2030 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | luchtkwaliteit, SLA, emissiegrenswaarden |
Auteurs | Dr. H.C. (Harm) Borgers en Mr. R. (Roos) Molendijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Schone lucht is van levensbelang maar niet vanzelfsprekend, doordat veel menselijke activiteiten de lucht verontreinigen. In het recente Schone Lucht Akkoord is een afspraak gemaakt om de luchtkwaliteit in Nederland permanent te verbeteren. De vraag is hoe dat doorwerkt in de normstelling voor milieubelastende activiteiten door bedrijven, als een van de bronnen van de luchtverontreiniging. Dit artikel bespreekt de mogelijkheden van de Omgevingswet om emissiegrenswaarden te stellen die zo veel mogelijk is bijdragen aan het oogmerk van gezondheid en een schoon milieu. Daarmee wordt de relatie tussen de normering van industriële emissies en de beleidsdoelstelling in het Schone Lucht Akkoord gelegd. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | omgevingsrecht, energietransitie, gedoogbeschikking, grondbeleid, belemmeringen |
Auteurs | Mr. A.P. (Arjan) van Delden en Mr. S.A. (Sheila) van Gemeren |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de praktijk worden regelmatig bij beschikking gedoogplichten opgelegd voor de realisering van nutsvoorzieningen, al dan niet in het kader van de energietransitie. De Omgevingswet verruimt de bevoegdheden om gedoogbeschikkingen te kunnen verlenen en gaat uit van het principe dat voor een onteigeningsbeschikking geen plaats is indien met een gedoogbeschikking een ‘vergelijkbaar resultaat’ kan worden bereikt. Daarmee ontwikkelt de gedoogbeschikking zich tot een belangrijk grondbeleidsinstrument. In deze bijdrage bespreken en vergelijken de auteurs de oude en de nieuwe wettelijke regeling en de daaraan verbonden rechtsbescherming, de verhouding tussen onteigenen en gedogen, het beginsel van de volledige schadeloosstelling en de voorzichtige wettelijke introductie van een gebruiksvergoeding. De auteurs doen aanbevelingen voor de praktijk. |
Vrij verkeer |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9-10 2021 |
Trefwoorden | Unieburger, verblijfsbeëindiging, andere gronden dan openbare orde, nieuw verblijfsrecht |
Auteurs | Mr. dr. H. Oosterom-Staples |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hoe lang moet een Unieburger wiens verblijfsrecht door zijn gastlidstaat is beëindigd op grond van artikel 15 lid 1 Verblijfsrichtlijn, buiten het grondgebied van die lidstaat verblijven voordat hij weer een verblijfsrecht aan het Unierecht ontleent? Het Hof van Justitie introduceert in het FS-arrest het begrip ‘daadwerkelijk en effectief beëindigen van het verblijfsrecht’ als voorwaarde om een nieuw verblijfsrecht in de verwijderende lidstaat te verkrijgen en geeft een niet-limitatieve opsomming van omstandigheden om vast te stellen of het verblijfsrecht ‘daadwerkelijk en effectief’ is beëindigd. Zal dit criterium het beoogde evenwicht tussen de belangen van Unieburgers en lidstaten waarborgen? HvJ 22 juni 2021, zaak C-719/19, ECLI:EU:C:2021:586 (FS/Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid); Rb. Den Haag (zittingsplaats ’s-Hertogenbosch) 16 augustus 2021, ECLI:NL:RBOBR:2021:4374. |
Artikel |
Handvatten voor een kwaliteitsbeoordeling van big data: de introductie van het Total Error raamwerk |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Veiligheid, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | big data, criminology, data quality, total error framework, accuracy |
Auteurs | Thom Snaphaan en Wim Hardyns |
Samenvatting |
The availability and use of big data sources is increasing exponentially. The variety of new and emerging data sources offers opportunities to complement, replace, improve or add to conventional data sources. Survey data are one kind of conventional data sources. In survey research, a framework to assess the accuracy of survey data already existed for quite some time. This framework is known as the Total Survey Error (TSE) framework. The philosophy behind this framework has only recently been universalized to (big) data in general in the form of the Total Error (TE) framework. This generic framework, which allows for assessing the accuracy of (big) data, is outlined in this article. Additionally, the TE framework is applied to big data sources that could be relevant for policing: police-registered crime data, Twitter data and mobile phone data. |
Artikel |
Onwaardigheid en de redelijkheid en billijkheid: artikel 4:3 BW is niet zo limitatief als het lijkt |
Tijdschrift | Tijdschrift Erfrecht, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | reikwijdte, rechtszekerheid, jurisprudentie, limitatieve opsomming, ratio |
Auteurs | Mr. M. de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel 4:3 lid 1 BW bevat een limitatieve opsomming van onwaardigheidsgronden. Bestaat daarbuiten ruimte om in te grijpen op grond van de derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid? In deze bijdrage komen verschillende rechterlijke uitspraken aan de orde die hier betrekking op hebben. Geconcludeerd wordt dat terughoudendheid is geboden bij een resultaat dat moeilijk verenigbaar is met de bedoeling van de wetgever bij de onwaardigheidsbepaling. Er bestaat meer ruimte indien een resultaat wordt bereikt dat in lijn is met de geest van artikel 4:3 BW, als zich een situatie voordoet die door de wetgever niet is voorzien of als een situatie wel door de wetgever is voorzien, maar latere (juridische) ontwikkelingen een ander licht werpen op die situatie. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak Wet verplichte ggz en Wet zorg en dwangDeel 1 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2021 |
Trefwoorden | jurisprudentie, Wvggz, Wzd, psychiatrie |
Auteurs | mr. dr. E. Plomp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit is de eerste kroniek met betrekking tot de Wet verplichte ggz (Wvggz) en Wet zorg en dwang (Wzd). Deze heeft primair betrekking op de jurisprudentie in het jaar 2020. Om een zo actueel mogelijk overzicht te bieden zijn hierin echter ook de uitspraken van de Hoge Raad en de voor de interpretatie van de wet meest relevante rechtbankuitspraken uit de periode tussen 1 januari en 1 augustus 2021 meegenomen. Deel 1 heeft betrekking op de rechtspraak met betrekking tot de Wvggz (verplichte zorg, zorgmachtiging, crisismaatregel en opeenvolging en stapeling van maatregelen). Deel 2, dat in TvGR 2021, afl. 6 zal worden opgenomen, bevat een vervolg hierop (verlenen van verplichte zorg en klachtrecht/schadevergoeding) en daarnaast een bespreking van de rechtspraak met betrekking tot de Wzd en de samenloop tussen de Wvggz en de Wzd. |
Artikel |
De positie van de belanghebbende in het enquêterecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 7-8 2021 |
Trefwoorden | enquêteprocedure, verzoekschriftprocedure, belanghebbenden, kring van belanghebbenden |
Auteurs | Mr. dr. C.E.J.M. Hanegraaf |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur gaat in deze bijdrage in op de kwesties wie in het enquêterecht als belanghebbenden kwalificeren en wat de bevoegdheden van belanghebbenden zijn. Tevens besteedt hij aandacht aan enkele ‘knelpunten’ in wetgeving en jurisprudentie. De auteur stelt onder meer de introductie van een ‘Leidraad Belanghebbenden’ voor. |
Artikel |
Verwijtbare werkloosheid: een doolhof |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Ontslagrecht, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | verwijtbaar, dringende reden, ontslag, benadelingshandeling, maatregel |
Auteurs | mr. Bernard de Leest |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel staat verwijtbare werkloosheid in de zin van de Werkloosheidswet centraal. De auteur beschrijft het criterium voor verwijtbaar werkloos worden en gaat daarnaast in op de vraag wanneer sprake is van verwijtbaar werkloos blijven. |
Nationaal |
|
Tijdschrift | Voetbal- & Sportjuridische Zaken, Aflevering 1 2021 |
Auteurs | Tim Wilms en Niels Jansen |
Artikel |
Vernietigende arrestenHet ‘sec’ vernietigen van bijzondere voorwaarden in cassatie door de Hoge Raad |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | cassatie, Hoge Raad, bijzondere voorwaarde(n), strafrecht |
Auteurs | Sam van den Akker |
SamenvattingAuteursinformatie |
The Dutch Supreme Court has the power to destroy a penal condition if a lower court imposes those conditions contrary to the law. Problems may arise when the Supreme Court solely destroys the condition. In that case there is no longer an imposed condition, which can be contrary to the meaning of the lower court. It can even derogate the imposed sentence, whilst the convicted is not obligated to conform to those conditions. That problem can – in extreme cases – harm society. Even so can be said that those decisions of the Supreme Court are not in favor of the convicted. |