In deze bijdrage wordt het recente voorstel voor de Digital Services Act besproken. De voorgestelde verordening is bedoeld om de digitale interne markt te versterken en, meer specifiek, de activiteiten van aanbieders van onlinediensten die draaien om de doorgifte, opslag en publieke verspreiding van informatie van hun gebruikers – zoals videoplatforms, onlinemarktplaatsen, sociale media en internetaanbieders – beter te reguleren. Het gaat onder meer om hun activiteiten ter bestrijding van illegale inhoud en desinformatie, hun aansprakelijkheid en hun verantwoordelijkheden jegens de gebruikers. We zullen zien dat het DSA-voorstel in verschillende opzichten ambitieus en vernieuwend is, terwijl het op andere punten eerder nuttig-maar-voorspelbaar en behoudend kan worden genoemd. Na een inleiding worden de voorgestelde verplichtingen voor de verschillende onlinedienstverleners achtereenvolgens besproken, gevolgd door enkele algemene opmerkingen. |
Zoekresultaat: 1353 artikelen
Digitale markten |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2021 |
Trefwoorden | Digital Services Act, Wet inzake digitale diensten, Richtlijn elektronische handel, onlinediensten, illegale inhoud |
Auteurs | Mr. dr. F. Wilman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Rechtsbescherming |
Van meelwormen, krekels, sprinkhanen en andere wijzen van uitlegging van Unierecht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2021 |
Trefwoorden | Verordening (EG) nr. 258/97, dynamische uitlegging, hele insecten, uitlegging materiële werkingssfeer van de verordening |
Auteurs | Mr. drs. K.J. Defares |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 1 oktober 2020 gaf het Hof van Justitie van de Europese Unie antwoord op de door de Franse Conseil d’État gestelde prejudiciële vraag of hele insecten, zoals wormen, sprinkhanen en krekels, een novel food zijn in de zin van Verordening (EG) nr. 258/97. Tegen de achtergrond van deze vraag besteedt advocaat-generaal Michal Bobek in zijn conclusie, naast de standaardmethoden van uitlegging van het Unierecht, aandacht aan de minder vaak toegepaste dynamische uitlegging. In deze bijdrage wordt derhalve nader stilgestaan bij de beperkingen en mogelijkheden van de toepassing van de dynamische interpretatie in de context van het Unierecht. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek wetgeving gezondheidsrecht 2018-2020 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | wetswijziging, regelgeving, gezondheidszorg, wetsvoorstel, overzicht |
Auteurs | Mr. W.F. van der Wel en mr. M.E. Jannink |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Kroniek geeft een overzicht van ontwikkelingen in de Nederlandse wetgeving relevant voor de gezondheidszorg in de periode 1 juli 2018-31 december 2020. Een bijzondere periode vanwege de coronapandemie. Onder andere wetgeving die ‘on hold’ staat, aandacht voor preventie en mogelijk een opmars voor ingrijpendere wijzigingen in het zorgstelsel. |
Lezing |
Europeesrechtelijke dimensies van het gezondheidsrechtDe vooruitziende blik van Leenen (Henk Leenenlezing 2020) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | Europees recht, patiëntenrechten, beroepenwetgeving, preventie |
Auteurs | Prof. mr. A.C. Hendriks |
SamenvattingAuteursinformatie |
Henk Leenen besteedde al in zijn eerste gezondheidsrechtelijke studies aandacht aan de Europeesrechtelijke dimensies van het gezondheidsrecht. Hoe keek Leenen ruim veertig jaar geleden tegen deze relatie aan? En hoe heeft het Europees recht nader vorm gegeven aan het gezondheidsrecht en vice versa? Een analyse. |
Artikel |
Verslag jaarvergadering Vereniging voor Gezondheidsrecht 2020Medische hulpmiddelen: eindelijk goed geregeld? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | MDR, IVDR, aansprakelijkheid hulpverlener, gunstbetoon, notified bodies |
Auteurs | Mr. S. Koelewijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 6 november 2020 vond de jaarvergadering van de Vereniging voor Gezondheidsrecht plaats, waar de preadviseurs de wetgeving rondom de medische hulpmiddelen breed uiteen hebben gezet. De nieuwe Europese Verordeningen, de aansprakelijkheid omtrent de medische hulpmiddelen en het verbod op gunstbetoon zijn uitvoerig belicht, waarbij de coreferenten scherpe kanttekeningen plaatsten. |
|
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | beroepsverbod, tuchtrecht, strafrecht, Engel, EVRM |
Auteurs | Mr. M.F. Mooibroek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds de inwerkingtreding van de Wet modernisering tuchtrecht kan de medische tuchtrechter een absoluut beroepsverbod opleggen. Daarmee is het karakter van de medische tuchtprocedure fundamenteel gewijzigd en kan de vraag worden gesteld of de medische tuchtvervolging heeft te gelden als ‘criminal charge’ in de zin van artikel 6 EVRM. |
Recent |
Scheidingsprocedure nieuwe stijl |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 3 2021 |
Auteurs | Sabine Droogleever Fortuyn |
Digitale markten |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2021 |
Trefwoorden | Digital Markets Act (DMA), Wet inzake Digitale Markten, Poortwachterplatforms, digitale interne markt |
Auteurs | Mr. Y. de Vries, Mr. M.S. Klijsen en Mr. H.M. Pannekoek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 15 december 2020 publiceerde de Commissie haar ‘Digital Services Package’. Dit wetgevingspakket, waar met veel belangstelling naar is uitgekeken, omvat twee voorstellen: de Wet inzake digitale diensten (DSA) en de Wet inzake digitale markten (DMA). De DSA heeft tot doel om de rechten van gebruikers van digitale diensten te beschermen. De DMA bevat aanvullende regels en een nieuw toezichtregime voor machtige onlineplatforms, zogenoemde ‘poortwachters’. Het doel van de DMA is het beteugelen van oneerlijke gedragingen van deze poortwachters waarmee zij zowel concurrenten als consumenten benadelen. In deze bijdrage gaan wij in op het voorstel voor de DMA. |
Artikel |
Niet gelijktijdig (consecutief) vervolgen binnen hetzelfde feitencomplexDe gevolgen van het niet gelijktijdig vervolgen, meer specifiek in het geval van artikel 140 Sr |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | criminele organisatie, artikel 140 Sr, vervolgingsbeslissing, ne bis in idem-beginsel, beginselen van een behoorlijke procesorde |
Auteurs | Mr. dr. A.N. (André) Kesteloo |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van de onderzoeken 13Biscoe en 13Quebec en de daaruit voortkomende uitspraken van de rechtbank Amsterdam worden in deze bijdrage de mogelijke gevolgen beschreven van het niet gelijktijdig vervolgen voor eerst overige gepleegde misdrijven en later voor artikel 140 Sr of andersom, terwijl de misdrijven en artikel 140 Sr wel gaan over hetzelfde feitencomplex. De auteur besteedt hierbij bijzondere aandacht aan de beginselen van een behoorlijke procesorde. |
Artikel |
Het groeiende doolhof van de Wet voorkoming misbruik chemicaliën voor verplichtingen met drugsprecursoren |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2021 |
Trefwoorden | drugsprecursoren, chemicaliën, Wet voorkoming misbruik chemicaliën, WED, Opiumwet |
Auteurs | Mr. O.S. Pluimer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Wet voorkoming misbruik chemicaliën (Wvmc) bepaalt dat het verboden is om in strijd te handelen met uiteenlopende voorschriften uit Europese verordeningen over drugsprecursoren. Deze Europese voorschriften brengen met zich dat bij handelingen met bepaalde drugsprecursoren, in het bijzonder zogenoemde geregistreerde stoffen, allerlei verplichtingen in acht moeten worden genomen. Zo gelden onder andere vergunning-, documentatie-, registratie- en opslagplichten. Thans is in de Tweede Kamer een wetsvoorstel in behandeling om een nieuw verbod in de Wvmc op te nemen. Met dit verbod wordt beoogd handelingen strafbaar te stellen met stoffen die (nog) niet zijn geregistreerd op grond van de Europese verordeningen maar geen legale toepassing zouden hebben. In dit artikel wordt ingegaan op de verplichtingen met drugsprecursoren en het voorgestelde verbod. Bij het wetsvoorstel worden de nodige kanttekeningen geplaatst. |
Annotatie |
Geen like voor Facebook uit KarlsruheBundesgerichtshof 23 juni 2020, ECLI:DE:BGH:2020:230620BKVR69.19.0 (Facebook) |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | misbruik, machtspostitie, Facebook, Bundesgerichtshof, Bundeskartellamt |
Auteurs | Marianne Meijssen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 23 juni 2020 heeft het Duitse Bundesgerichtshof een uitspraak gewezen in een voorlopige voorzieningenprocedure tegen het Facebook-besluit van het Bundeskartellamt. Het Bundesgerichtshof heeft geen ernstige twijfels dat Facebook het Duitse mededingingsrecht schendt door persoonsgegevens over haar gebruikers te verwerken zonder hier toestemming voor te vragen. Deze noot bespreekt de analyse van het Bundesgerichtshof. Ook wordt er aandacht besteed aan de vraag of het gedrag van Facebook naar Europees of Nederlands mededingingsrecht eveneens verboden is. |
Column |
De Haagse rechter |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 2 2021 |
Auteurs | Matthijs Kaaks |
Artikel |
|
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | functie van wetgeving, exceptieve toetsing, wetgevingskwaliteit, indringende toetsing, algemene beginselen van behoorlijk bestuur |
Auteurs | Mr. dr. G.J.M. Evers en Prof. mr. dr. J.C.A. de Poorter |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het artikel handelt over de gewijzigde jurisprudentie inzake de exceptieve toetsing van algemeen verbindende voorschriften aan rechtsbeginselen. De rechter kan algemeen verbindende voorschriften nu zonder willekeursluis toetsen aan algemene rechtsbeginselen. In principe zou dit ertoe kunnen leiden dat de rechtmatigheid van wetgeving nauwgezetter wordt beoordeeld en de onrechtmatigheid daarvan vaker zou kunnen worden uitgesproken. De auteurs gaan daarbij in op de vraag of bestuurswetgeving deze indringendere wijze van toetsing kan doorstaan. Zij bepleiten het vastleggen van heldere wettelijke eisen betreffende de kwaliteit van wetgeving. Het ontwikkelen van algemene normen voor bestuurswetgeving kan niet aan de rechter alleen worden overgelaten |
Objets trouvés |
Begrotingswetgeving: vragen bij het wetsvereiste |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Begrotingswet, Budgetrecht, Tweede Kamer, Corona, wetgevingsproductie |
Auteurs | Mr. dr. P.J.P.M. Van Lochem |
SamenvattingAuteursinformatie |
De vele begrotingswijzigingen ten behoeve van de bestrijding van de coronapandemie en de compensatie van de nadelen ervan hebben geleid tot een nog grotere wetgevingsproductie. De vraag is of de voor begrotingsbeslissingen grondwettelijk voorgeschreven wetsvorm nog wel past bij de huidige betekenis en invulling van het parlementaire budgetrecht. Bij de huidige begrotingsbehandeling handelt de Kamer ritueel en stelt zich niet op als medewetgever, vooral door aan de regering over te laten hoe de voorstellen, neergelegd in moties en amendementen, financieel moeten worden gedekt. Overigens maakt de Kamer gedurende het begrotingsjaar geen enkel gebruik van haar initiatiefrecht. Zolang van medewetgeven geen sprake (meer) is, kan het wetsvereiste voor begrotingsbeslissingen vervallen. |
Annotatie |
Annotatie bij Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten 14 augustus 2020, ECLI:NL:OGEAM:2020:65 |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering Online First 2021 |
Auteurs | Mr. dr. J. Sybesma en Mr. R.E.R de Knegt |
Auteursinformatie |
Artikel |
Van marxisme naar economisch strafrechtOver een persoonlijke, autobiografische band met een bijzonder rechtsgebied |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Economisch strafrecht, Karl Marx, scientific occupation with e. cr. law, professional occupation with e. cr. law, sanctions in e. cr. Law. |
Auteurs | Em. prof. mr. Th.A. de Roos |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur presenteert autobiografische bronnen van zijn speciale aandacht voor, en professionele toewijding aan het terrein van economisch strafrecht. Hij werd op dat spoor gezet door de werken van Karl Marx, maar uiteindelijk ontdekte hij dat Marx maar weinig te bieden had als het om het recht gaat. Niettemin bleef zijn fascinatie voor de relatie tussen economie en (straf)recht. De auteur behandelt enkele – tegenwoordig belangrijke en intrigerende – voorbeelden die die fascinatie kunnen rechtvaardigen. |
Artikel |
De juridisering van goed bestuurDe onstuitbare regelzucht over good governance in de zorg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Governancecode, toezichtkader IGJ/NZa, Governancecommissie |
Auteurs | Mr. dr. Ph.S. Kahn en mr. drs. K.D. Meersma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Er is bij de overheid en het veld veel aandacht voor goed bestuur of good governance. Daarbij bestaat de drang om dit onderwerp zo veel mogelijk in regels te vatten. In dit artikel wordt deze juridisering van het bestuur van zorgorganisaties besproken aan de hand van vier manifestaties daarvan: (aankomende) wetgeving over goed bestuur in de zorg, de Governancecode, de recent veranderde eisen die de IGJ/NZa stellen aan het intern toezicht in hun nieuwe toezichtkader en recente uitspraken van de Governancecommissie over goed bestuur. Bij de auteurs bestaat op zich geen bezwaar tegen regelgeving omtrent governance, maar zij hebben grote moeite met de eindeloze regelzucht omtrent het onderwerp goed bestuur in de zorg. |
Redactioneel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Gezondheidsrecht |
Auteurs | Prof. mr. J. Legemaate |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Artikel |
Het Toezichtkader Goed Bestuur: van toegevoegde waarde of gereed voor ‘ontregeling’? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | Governancecode Zorg, Wet toetreding zorgaanbieders, governance, Inspectie gezondheidszorg en jeugd (IGJ), toezicht |
Auteurs | Mr. B.A. van Schelven |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt onderzocht welke rol het Toezichtkader 2016 speelde in het toezicht van de IGJ op de governance van zorginstellingen en of het nieuwe Toezichtkader 2020 de IGJ voldoende handvatten biedt om te voorzien in de politieke en maatschappelijke wens tot een steviger extern sluitstuk op de governance van zorginstellingen. |