De Appingedam-zaak uit 2018 van het Hof van Justitie over Richtlijn 2006/123/EG van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (de Dienstenrichtlijn) raakt de Nederlandse rechtspraktijk in meerdere opzichten. Deze kroniek verkent aan de hand van de actuele nationale rechtspraak de belangrijkste gevolgen van de Appingedam-zaak voor de ruimtelijkeordeningspraktijk in Nederland. |
Zoekresultaat: 2348 artikelen
Vrij verkeer |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2022 |
Trefwoorden | detailhandel, doorwerking Europees recht, evenredigheid, bewijslastverdeling, Dienstenrichtlijn |
Auteurs | Mr. dr. M.R. Botman, Prof. mr. dr. J. Langer en Mr. J. Zweers |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Het initiatiefvoorstel Wet verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen in internationale context |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 3-4 2022 |
Trefwoorden | duurzaamheid, internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen, ketenaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. O.J.W. Schotel en Mr. J.M. Schepel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Internationaal maatschappelijk ondernemen, in het bijzonder door corporate sustainability due diligence, staat hoog op de (internationale) agenda. In het voetspoor van enkele andere landen in Europa is in Nederland een voorstel gedaan voor een wettelijk raamwerk dat niet op specifieke hoogrisicosectoren van toepassing is, maar op een veel grotere groep ondernemingen. De auteurs plaatsen het Nederlandse wetsvoorstel in internationale context en bespreken de kritiek in de literatuur daarop. |
Artikel |
‘Blief bie de mam!’Jubelende of samentellende zussen? |
Tijdschrift | EstateTip Review, Aflevering 17 2022 |
Trefwoorden | Schenking |
Auteurs | Prof. mr. dr. B.M.E.M. Schols |
Artikel |
Het onderzoek door de advocaat in een veranderd compliance landschap |
Tijdschrift | Boom Strafblad, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | Interne onderzoeken, Compliance, onafhankelijkheid |
Auteurs | Prof. mr. D.V.A. (Dian) Brouwer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Er is veel te doen over ‘onafhankelijk’ onderzoek door advocaten. In de afgelopen 20 jaar lijkt deze vorm van advocatuurlijke dienstverlening uitgegroeid van een absolute nicheactiviteit tot een naar het lijkt vanzelfsprekend stukje advocatuur. Maar er zijn ook hier grenzen aan de groei. Die worden tegenwoordig voor een belangrijk deel bepaald door de publieke opinie. |
Artikel |
Kroniek IT-Recht 2021 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 3 2022 |
Auteurs | Veerle van Druenen, Esther van Genuchten en Robert van Schaik |
Artikel |
Kroniek Privacyrecht 2021 |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 3 2022 |
Auteurs | Christiaan Alberdingk Thijm, Vita Zwaan, Marieke Berghuis e.a. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Constitutioneel Recht, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | corona, covid-19, coronatoegangsbewijs, coronamaatregelen, QR-code |
Auteurs | J.K. de Bree |
SamenvattingAuteursinformatie |
In september 2021 is door het toenmalige demissionaire kabinet het coronatoegangsbewijs geïntroduceerd als maatregel ter bestrijding van het coronavirus. De maatregel stuitte direct op veel weerstand, onder meer omdat deze in strijd zou zijn met verschillende grondrechten. In dit artikel wordt besproken welke grondrechten beperkt worden met het hanteren van het coronatoegangsbewijs en of die grondrechtenbeperking gerechtvaardigd is. Hierbij wordt getoetst aan zowel het nationaalrechtelijke kader op basis van de Grondwet als het EHRM-kader op basis van het EVRM. Ook wordt relevante recente jurisprudentie besproken. |
Artikel |
De juridische houdbaarheid van het systeem van sanctionering van fiscale fraude |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | fiscale fraude, ne bis in idem, una via, duale handhavingssystemen, bestraffing |
Auteurs | Mr. dr. C. (Claire) Hofman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een houdbaar systeem van sanctionering van fiscale fraude garandeert duidelijkheid ten aanzien van de werking ervan en onderlinge afstemming van de verschillende systeemonderdelen. Deze bijdrage gaat over de voorzienbaarheid van bestraffing van fiscale fraude en op het voorkomen van ongeoorloofde samenloop van fiscale sancties ten aanzien van eenzelfde feit. |
Artikel |
De problemen rond de strafbaarstelling van het inreisverbod (artikel 197 Sr): een overzicht van tien roerige jaren sinds de implementatie in Nederland |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | inreisverbod, ongewenstverklaring, strafbaarstelling, lex certa-beginsel, evidentiecriterium |
Auteurs | Mr. A. (Aniel) Pahladsingh en Mr. E. (Eric) Druijf |
SamenvattingAuteursinformatie |
De bijdrage bespreekt artikel 197 Sr (zwaar inreisverbod) en de vraagstukken die hebben geleid tot het staken van de vervolging van de overtreding van het zware inreisverbod vanwege de Europese en nationale uitspraken die de afgelopen jaren daarover zijn gedaan. In het arrest inzake JZ heeft het Hof van Justitie vervolgens met toepassing van de uitgangspunten van het arrest Ouhrami zijn fiat gegeven aan strafbaarstelling van illegaal verblijf van de vreemdeling die kennis heeft van een inreisverbod dat jegens hem is uitgevaardigd. De Hoge Raad heeft hierop in zijn arrest in de zaak JZ voortgeborduurd. De vraag dringt zich op of de strafbaarstelling van het negeren van een uitgevaardigd inreisverbod zich verdraagt met het lex certa-beginsel. Voorts worden er vragen gesteld bij de verhouding tussen de straf- en de bestuursrechter. Mocht in de praktijk opnieuw onduidelijkheid ontstaan omtrent de toepasselijkheid van dit artikel, dan lijkt het hoog tijd dat de Nederlandse wetgever artikel 197 Sr herschrijft. |
Artikel |
Happy little accidents |
Tijdschrift | Tijdschrift Modernisering Strafvordering, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | vrije nieuwsgaring, journalisten, bescherming, identificerende gebruikersgegevens, rechterlijke machtiging |
Auteurs | Mr. B.W. Newitt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hoe de onbedoelde aanvullende bescherming van journalisten bij de vordering van identificerende gebruikersgegevens in een belangrijke behoefte voorziet, en waarom die verdient meegenomen te worden in het project modernisering strafvordering. |
Artikel |
Politie en de COVID-19-pandemie in België: impact op het politiewerk, de interne relaties en politie-burgerinteracties |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | COVID-19 regulations, crisis, procedural justice, police legitimacy, self-legitimacy |
Auteurs | Yinthe Feys |
SamenvattingAuteursinformatie |
In this article, the author reflects on the impact of COVID-19 on policing, the relations among police officers and the interactions between police and citizens based on systematic social observations in small to semi-sized local police forces during the pandemic. The article discusses the nature of police work during the crisis and new types of interventions that police officers are confronted with (e.g. curfew controls). Additionally, the impact of the pandemic on the internal and external relations is discussed. Internally, the COVID-19 measures may have an impact on police officers’ possibilities for personal, social interactions among colleagues, which may potentially challenge the solidarity within the police force. Externally, tensions may arise in relations with citizens, partly because of unclear regulations or variable interpretations of those regulations. Those unclear regulations, but also uncertainties concerning one’s own competences and questions regarding the police’s role in enforcing the pandemic regulations, put pressure on the police’s (self-)legitimacy. |
Artikel |
Burgerparticipatie bij vermissingen: een toepassing van de Theory of Planned Behavior binnen de districtsrecherche |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | citizen participation, decision making, Policing, criminal investigation, police discretion |
Auteurs | Jerôme Lam, Eline Schoonderwoerd en Nicolien Kop |
SamenvattingAuteursinformatie |
This article examines the use of citizen participation in urgent missing person cases. The Theory of Planned Behavior was used to examine which specific considerations investigators have in this regard and which have the greatest influence on the choice of whether or not to involve citizens. The findings suggest that this choice is primarily attitude-driven. Detectives are predominantly positive about participation, but see harm to the investigation as the main risk. A practical implication is to focus collaboration primarily on professionally organized groups of citizens to reduce (perceived) risks. |
Artikel |
De politie en burger in beeld? Een internationale scoping review naar het beleid inzake bodycamgebruik met aanbevelingen voor politiediensten in België |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | bodycam regulations, police discretion, procedural justice, trust in the police, activation policy |
Auteurs | Thibaut Decombel, Yinthe Feys, Anse Stevens e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Based on a scoping review regarding international policy recommendations, the authors of this article explore the most important aspects concerning bodycam policies for police services. Even though most literature on the shortlist is situated in the United States, important issues are discussed for a Belgian bodycam policy. Examples are a clear activation policy and regulations regarding warnings. These recommendations are compared to the legal regulations on bodycams in Belgium, such as the individual discretion Belgian police officers have when activating the camera. Throughout the article, the use of bodycams is linked to procedural justice. Because of the scarcity of Belgian bodycam research, we also give some recommendations for further research on this topic. |
Artikel |
Zicht op het meten van effecten van de handhaving door de Belastingdienst |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | effectmeting belastingen, handhaving, toezicht, Belastingdienst, compliance |
Auteurs | Lisette van der Hel, Sjoerd Goslinga en Maarten Siglé |
SamenvattingAuteursinformatie |
Onder andere de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid bepleit dat toezichthouders de maatschappelijke opbrengsten van hun werk centraler stellen in hun beleid. Dat maakt het inzicht in de effecten van hun handelen steeds belangrijker. Dat geldt ook voor de Belastingdienst. Dit artikel beschrijft hoe het evalueren van de effecten van de handhaving door de Belastingdienst zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld en welke lessen daaruit zijn te leren over het meten van effecten door toezichthouders. Wij stellen vast dat sprake is van een toenemende aandacht voor evaluaties in het fiscale domein, maar dat effectmeting nog geen integraal onderdeel is van het werk van de Belastingdienst. Sommige van de geïdentificeerde uitdagingen zijn hardnekkig, maar bij andere – zoals het expliciteren van de beleidstheorie – zijn positieve ontwikkelingen zichtbaar. Toezichthouders zijn gebaat bij een systematisch en gestructureerd evaluatieproces dat is ingebed in de werkwijze van de toezichthouder en dat een samenhangend en onderbouwd resultaat van de uitgevoerde activiteiten laat zien om zo de toegevoegde waarde van het toezicht inzichtelijk te maken. Een strategie waar effectmeting onderdeel van is, een duidelijke visie op evalueren, centrale coördinatie, een evaluatieagenda en kortcyclisch evalueren helpen naar ons idee om beter in te spelen op hetgeen het toezicht in de huidige tijd vraagt en om tegelijkertijd de uitdagingen die kleven aan het uitvoeren van effectmetingen beter het hoofd te kunnen bieden. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2022 |
Trefwoorden | overheidsaansprakelijkheid, zorgplicht, onrechtmatige overheidsdaad, opstalaansprakelijkheid, waterbeheerder |
Auteurs | Mr. E.G.A. van der Werf |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel zet de auteur uiteen in hoeverre de beperkte financiële armslag van de waterbeheerder en de hem toekomende beleidsruimte een concrete rol (zouden moeten) spelen bij de invulling van zijn zorgplicht, dan wel bij de beantwoording van de vraag of de door hem beheerde opstallen gebrekkig zijn. |
Afscheidsrede |
‘Een kwestie van perspectief’: enige arbeidsrechtelijke gedachten over samenwerkingsvormen, het verzoenen van belangen en zuiverheid van oogmerk |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | Afscheidsrede, Perspectief, Arbeidsmarkt |
Auteurs | Prof. mr. L.G. Verburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage bevat de tekst van de auteur van de op 18 juni 2021 uitgesproken afscheidsrede als hoogleraar aan de Radboud Universiteit met de leeropdracht sociaal recht. De indertijd uitgesproken versie is voorzien van een notenapparaat. |
Annotatie |
Het recht op ononderbroken rust in de Europese ArbeidstijdenrichtlijnHvJ EU 9 maart 2021, C-344/19, ECLI:EU:C:2021:182 (DJ/Radiotelevizija Slovenija) en HvJ EU 9 maart 2021, C-580/19, ECLI:EU:C:2021:183 (RJ/Offenbach am Main) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | Wachtdiensten, Arbeidstijd, Rusttijd, Consignatie, Handhaving |
Auteurs | Prof. mr. W.L. Roozendaal |
SamenvattingAuteursinformatie |
Veel Nederlanders zijn verplicht zich in wachtdiensten beschikbaar te houden voor oproepen naast hun reguliere werkweek. Volgens een reeks uitspraken van het Europese Hof van Justitie gelden de inactieve uren van deze diensten onder omstandigheden als arbeidstijd, onder andere als de reactietijd na de oproep kort is, of als oproepen veelvuldig voorkomen. In dit artikel wordt betoogd dat bij geschillen hierover meer aandacht moet uitgaan naar het recht op ononderbroken rust na afloop van deze diensten. Anders dan vaak wordt gesteld, kent de Richtlijn wel een derde categorie naast ‘arbeidstijd’ en ‘rusttijd’, namelijk de ‘ononderbroken compenserende rusttijd zonder verplichtingen’. Het recht op ononderbroken rust na een wachtdienst wordt onvoldoende onderkend in het Nederlandse arbeidstijdenrecht. Daardoor is ons recht in strijd met artikel 17 lid 2 en artikel 18 Europese Richtlijn 2003/88, en lopen werknemers met wachtdiensten gezondheidsrisico’s door gebrek aan slaap. Kunnen rechtzoekenden hier iets aan doen? |
Wetenschap |
Pandhouder, ken uw grenzen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2022 |
Trefwoorden | D-Reizen, faillissement, separatisten, pandrecht, WHOA |
Auteurs | M.P.R. Sardjoe |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt ingegaan op de bijzondere positie van pandhouders ten opzichte van andere crediteuren (ook in faillissement) en mogelijke begrenzingen van die positie, bijvoorbeeld op grond van de Faillissementswet en de Wet homologatie onderhands akkoord. Daarnaast wordt een specifiek voorbeeld van een begrenzing besproken uit het vonnis in het D-Reizen-faillissement van 28 mei 2021, waarbij de rechtbank toetst of sprake is van misbruik van bevoegdheid door de pandhouder. Dit vonnis wordt eveneens besproken in het licht van andere rechtspraak over dit onderwerp, met als algemene conclusie dat de (separatisten)positie van pandhouders niet onbegrensd is. |
Redactioneel |
Het enkele gebruik van cryptophones als basis voor procesrechtelijke concepten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | cryptocommunicatie, redelijk vermoeden van schuld, recidivegevaar, EncroChat, cryptofoon |
Auteurs | D.A.G. van Toor PhD LLM BSc |
SamenvattingAuteursinformatie |
De laatste jaren gebruiken criminelen veelvuldig dure cryptodiensten. In het redactioneel wordt beoordeeld of het enkele gebruik van een speciale cryptodienst voldoende is om een redelijk vermoeden van schuld en het recidivegevaar als grond voor voorlopige hechtenis aan te nemen. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 2 2022 |
Trefwoorden | EncroChat, cryptotelefoon, hackbevoegdheid, recht op een eerlijk proces, internationaal vertrouwensbeginsel |
Auteurs | Prof. mr. dr. B.W. Schermer en Prof. mr. dr. J.J. Oerlemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel biedt een overzicht van de EncroChat-jurisprudentie, waar de auteurs zich met name richten op de onderzoekswensen van de verdediging. Daarbij worden eerst de details van de EncroChat-operatie uiteengezet. Vervolgens wordt op de bezwaren van de verdediging ingegaan met betrekking tot de rechtmatigheid van de onderzoekshandelingen in de EncroChat-operatie en de onderzoekswensen ten aanzien van de toegang tot de gegevens. Het artikel sluit af met een beschouwing van de bevindingen. |