De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is op dit moment iets meer dan een jaar in werking. Voor de auteurs vormde dat een reden om terug te blikken op één jaar ‘Wabo’-ervaring. Wat zijn tot nu toe de ervaringen met de Wabo; in het bijzonder wat zijn tot nu toe opvallende of van belang zijnde uitspraken over de Wabo? De conclusie is dat een jaar nadat de Wabo in werking is getreden er veel voorlopige voorzieningen zijn gewezen waarin de Wabo aan de orde is. Veel van die zaken gaan over het overgangsrecht en handhaving. Er zijn weinig uitspraken gewezen over omgevingsvergunningen die zien op verschillende van de in artikel 2.1 en 2.2 Wabo genoemde activiteiten, terwijl de doelstelling van de Wabo nu juist was dergelijke vergunningen mogelijk te maken. Er zijn over diverse onderwerpen uitspraken gewezen waarin bepaalde aspecten – bijvoorbeeld aspecten die voor de inwerkingtreding van de Wabo onduidelijk waren – nader worden uitgelegd. Ook zijn bepaalde in de literatuur genoemde knelpunten van de Wabo in jurisprudentie (al dan niet geheel) opgelost, zoals het belanghebbendebegrip en de vraag wat onder onlosmakelijke samenhang moet worden verstaan. Niet alle in de literatuur gesignaleerde knelpunten over de Wabo zijn in jurisprudentie opgelost, zoals de vraag hoe het begrip project moet worden uitgelegd. De auteurs wachten met spanning af op de contouren van de nieuwe Omgevingswet. |
Zoekresultaat: 8 artikelen
Jaar 2011 xArtikel |
Eén jaar Wabo-jurisprudentie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 4 2011 |
Trefwoorden | Wabo, Jurisprudentie, één jaar, Knelpunten |
Auteurs | Mr. J.R. van Angeren en Mevr. mr. V.M.Y. van ‘t Lam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De bevoegdhedenovereenkomst en de formele rechtskracht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2011 |
Trefwoorden | formele rechtskracht, bevoegdhedenovereenkomst, Etam, inspanningsverbintenis, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. K.J.L. Verschoor |
SamenvattingAuteursinformatie |
Wordt de civiele rechter bij de beoordeling van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van een bevoegdhedenovereenkomst door het contracterende overheidsorgaan belemmerd door de formele rechtskracht van een besluit, waaruit de tekortkoming volgt? Hierover oordeelt de Hoge Raad bij arrest van 8 juli 2011, dat in deze bijdrage wordt besproken. |
Exploitatieplan. Openbaarheid stukken. Belanghebbende. Toerekening, inbrengwaarden, fasering, bepaling exploitatiebijdrage, wat te doen na vernietiging exploitatieplan en verhouding met Wabo. |
Artikel |
Van besluit tot beslechting: ervaringen van burgers met de bezwaarprocedure |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 1 2011 |
Trefwoorden | objection procedure, procedural justice, citizens’ experiences, qualitative study |
Auteurs | Mirjan Oude Vrielink en Boudewijn de Waard |
SamenvattingAuteursinformatie |
The GALA lays down general rules that in principle apply to the entire field of administrative law. If a decision by an administrative body can be appealed to a court, the general rule is that an objection procedure must be followed before the matter can be taken to court. Recently, research has been conducted to survey citizens’ experiences before and during objection procedures, as well as factors influencing these experiences. The research was divided into a quantitative research and a subsequent qualitative study to gain insight into the underlying mechanisms. The article reports about the major findings of the qualitative study. |
Artikel |
Knelpunten en mogelijkheden bij ruimtelijke ontwikkelingen binnen geurcontouren: de belangen van veehouderijen in de besluitvormingsprocedure |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2011 |
Trefwoorden | Wet geurhinder en veehouderij, Besluit landbouw milieubeheer, geurgevoelige objecten, ruimtelijke ontwikkelingen, geurcontouren |
Auteurs | Mr. ing. E. Houwertjes |
SamenvattingAuteursinformatie |
De rond een veehouderij gelegen geurcontouren dienen ertoe om geurhinder bij geurgevoelige objecten te reguleren. Milieurechtelijk gezien mogen daarbinnen in beginsel geen geurgevoelige objecten zijn gelegen. De geurcontouren gelden echter niet als grenswaarden in het ruimtelijke ordeningsrecht. Rechten van een bestaande veehouderij kunnen dan ook worden beperkt wanneer binnen een geurcontour geurgevoelige objecten worden geprojecteerd. De veehouderijen die onder de werking van het Besluit landbouw milieubeheer vallen worden daarbij ten opzichte van de vergunningplichtige veehouderijen, waarbij de vigerende vergunning in beginsel de bestaande rechten waarborgt, onevenredig benadeeld. Deze veehouderijen worden met de komst van de geurgevoelige objecten vergunningplichtig. Bestaande rechten worden in dat geval niet gewaarborgd door de Wet geurhinder en veehouderij. De situatie kan daardoor ontstaan dat een voorheen, onder het Besluit landbouw milieubeheer, legale veehouderij niet kan worden gelegaliseerd middels omgevingsvergunning. Om het voortbestaan van dergelijke veehouderijen te garanderen verdient het aanbeveling in het milieurecht een regeling op te nemen waarmee de bestaande rechten worden gewaarborgd. |
Jurisprudentie |
Rb. Roermond, 27 september 2010, Awb 10/384 (LJN: BN8773) |
Tijdschrift | StAB, Aflevering 1 2011 |
Samenvatting |
Doorwerking reconstructieplan. Weigering om projectbesluit te nemen is onvoldoende gemotiveerd. |
Artikel |
Parkeren en het omgevingsrecht |
Tijdschrift | StAB, Aflevering 1 2011 |
Auteurs | Eefje M. van Bommel en Fikriye Güner |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Jurisprudentie |
Rb. ’s-Hertogenbosch 11 juli 2011, AWB 10/3751, (LJN BR2463), Asten/handhaving |
Tijdschrift | StAB, Aflevering 4 2011 |
Samenvatting |
Vergunningsvrij bouwen. Uitleg van criterium ‘op de grond staand’ in artikel 2, aanhef en onder a, van het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken en de Nota van toelichting bij het Bor. |