Artikel 3:83 lid 2 BW geeft aan contracterende partijen de bevoegdheid de overdraagbaarheid van vorderingen uit te sluiten. Een dergelijke uitsluiting onder artikel 3:83 lid 2 BW kan ook goederenrechtelijke werking hebben, zodat een vordering niet rechtsgeldig gecedeerd of verpand kan worden. In het arrest Coface/Intergamma overwoog de Hoge Raad dat de vraag of een beding dat de overdraagbaarheid uitsluit goederenrechtelijke werking of uitsluitend verbintenisrechtelijke werking heeft, moet worden beantwoord door uitleg. Die uitleg wordt door objectief haviltexen verkregen, waarbij de verbintenisrechtelijke werking vooropstaat. |
Verfijn uw zoekresultaat
Actualia |
De uitsluiting van overdraagbaarheid van vorderingen – een kwestie van uitleg |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2014 |
Trefwoorden | Artikel 3:83 lid 2 BW, Overdraagbaarheid vorderingen, verpandingsverbod, uitleg, algemene voorwaarden |
Auteurs | Mr. drs. J.W.M Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Toont 1 gevonden tekst
U kunt door de volledige tekst zoeken naar alle artikelen door uw zoekterm in het zoekveld in te vullen. Als u op de knop 'Zoek' heeft geklikt komt u op de zoekresultatenpagina met filters, die u helpen om snel bij het door u gezochte artikel te komen. Er zijn op dit moment twee filters: rubriek en jaar.