In deze bijdrage bespreekt de auteur het proefschrift van mr. L.A.B.M. Wijntjens dat ziet op welke wijze civiele procedures en tuchtprocedures de positieve rol die excuses op zichzelf kunnen spelen, belemmeren of stimuleren. Wijntjens concludeert dat er twee juridische belemmeringen zijn: de mogelijkheid dat met het aanbieden van excuses aansprakelijkheid wordt erkend, en de mogelijkheid dat rechters de met excuses gepaard gaande uitingen als vaststaand feit aannemen. Een oplossing zou volgens Wijntjens de introductie van een ‘uitlegregel’ zijn. Deze uitlegregel zou moeten inhouden dat excuses door de ontvanger niet mogen worden opgevat als een erkenning van aansprakelijkheid. |
Artikel |
Als ik nu sorry zeg, beken ik dan schuld?Bespreking van het proefschrift van mr. L.A.B.M. Wijntjens |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | excuses, aansprakelijkheid, erkennen fout, bewijswaarde, uitlegregel |
Auteurs | Mr. dr. R.P. Wijne |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Europese productnormen en privaatrechtelijke normstellingBespreking van het proefschrift van mr. G.M. Veldt |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2021 |
Trefwoorden | contractuele verhoudingen, productveiligheid, productaansprakelijkheid, redelijkheid en billijkheid, ongeschreven recht |
Auteurs | Mr. dr. P.W.J. Verbruggen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Productnormen vormen een belangrijke wijze waarop de handel in goederen in de Europese Unie gereguleerd wordt. Deze bijdrage bespreekt het recente proefschrift van Gitta Veldt, waarin zij de betekenis analyseert van Europese productnormen voor contractuele en buitencontractuele verhoudingen tussen gebruikers van het eindproduct en de aanbieders daarvan. |
Artikel |
Leiden bedingen die de vennootschap als enig opdrachtnemer aanwijzen tot uitsluiting van persoonlijke aansprakelijkheid van de beroepsbeoefenaar, en kan dat? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2020 |
Trefwoorden | beroepsaansprakelijkheid, exoneratie, kanalisering, opdrachtnemerschap |
Auteurs | Mr. E.A.L. van Emden |
SamenvattingAuteursinformatie |
Beroepsbeoefenaars kunnen met hun opdrachtgever overeenkomen dat het kantoor waaraan zij zijn verbonden als enig opdrachtnemer heeft te gelden. De vraag is in hoeverre daarmee ook de persoonlijke aansprakelijkheid van de beroepsbeoefenaar kan worden uitgesloten. Daarnaast wordt ingegaan op de vraag in hoeverre het uitsluiten van persoonlijke aansprakelijkheid door beroepsbeoefenaars mogelijk is. |
Artikel |
Langverwachte (on)duidelijkheid over de (on)redelijkheid van aansprakelijkheid van de hulpverlener voor het gebruik van medische hulpzaken |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2020 |
Trefwoorden | state of the art, ontwikkelingsrisico, gebrekkige implantaten, aansprakelijkheid arts en ziekenhuis, CE-markering |
Auteurs | Mr. dr. R.P. Wijne |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 19 juni 2020 deed de Hoge Raad uitspraak in twee kwesties waarin de aansprakelijkheid van de hulpverlener voor het gebruik van een ongeschikte medische hulpzaak centraal stond. De auteur gaat in op de betekenis van deze uitspraken in het licht van eerdere jurisprudentie op dit terrein en geeft haar visie op de bruikbaarheid van de uitspraken in de praktijk. |
Artikel |
De (on)zin van strategisch contracteren bij gebruik en levering van zaken |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2020 |
Trefwoorden | uitleg, kwalificatie, medische behandelingsovereenkomst, koopovereenkomst, hulpzaken |
Auteurs | Mr. dr. J.T. Hiemstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt onderzocht of een poging tot strategisch contracteren effect heeft in het licht van de uitleg en kwalificatie van de overeenkomst. Dit wordt besproken aan de hand van een voorbeeld waarin een hulpverlener met een patiënt overeenkomt dat een zaak aan de patiënt wordt geleverd met als doel de toepassing van art. 7:24 lid 2 BW te activeren. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | verbintenis, gebrek, zorgplicht, geldsom, bestuurdersaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. J.J. Valk |
SamenvattingAuteursinformatie |
De klachtplicht is van toepassing op alle ‘verbintenissen’, maar dan wel alleen bij ‘gebrekkige prestaties’. De auteur verkent het toepassingsbereik van de klachtplicht aan de hand van deze begrippen. Aan de orde komen onder meer zorgplichten, onrechtmatige daad, de betaling van een geldsom en interne bestuurdersaansprakelijkheid. |
Artikel |
Aansprakelijkheid van de Staat voor ‘zuiveringsacties’ op Zuid-Sulawesi en doorwerking van de redelijkheid en billijkheid in ons verjaringsrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | verjaring, redelijkheid en billijkheid, gezichtspuntencatalogus, Van Hese/De Schelde, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. M. Bredenoord-Spoek |
SamenvattingAuteursinformatie |
In oktober 2019 wees het gerechtshof Den Haag arrest in de pijnlijke kwestie van de executies en martelingen tijdens de koloniale oorlog. Het oordeelde dat een beroep van de Staat op de voltooide verjaring naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Het arrest geeft aanleiding om het leerstuk van de redelijkheid en billijkheid in het verjaringsrecht te beschouwen. |
Artikel |
Schadevaststelling en tijdBespreking van het proefschrift van mr. M.R. Hebly |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | immateriële schade, smartengeld, wettelijke rente, lijdensduur, herstel |
Auteurs | Mr. P. Woudenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze proefschriftbespreking wordt ingezoomd op drie tijdsaspecten die invloed hebben op immateriële schade: de consequenties van het aanmerken van smartengeld als momentschade of duurschade; de invloed van de lijdensduur op de omvang immateriële schade; en de looptijd van letselschadezaken en het effect daarvan op het herstel van benadeelden. |
Artikel |
De jurisprudentiële ontwikkeling van immateriële schadevergoeding bij een bijzondere normschending |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2019 |
Trefwoorden | immateriële schadevergoeding, aantasting in de persoon, bijzondere normschending, EBI-arrest, Groningse aardbevingsschade-arrest |
Auteurs | Mr. P.C. Janssen en Mr. A.S. Bloo-Kroes |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het EBI-arrest en het Groningse aardbevingsschade-arrest zet de Hoge Raad nader uiteen onder welke voorwaarden er een aanspraak bestaat op immateriële schadevergoeding ex art. 6:106 lid 1 onder b BW vanwege een bijzondere normschending. In deze bijdrage wordt de stand van zaken weergegeven. |
Artikel |
Het nieuwe goud: betalen met data |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2019 |
Trefwoorden | persoonsgegevens, data, ontbinding, consumentenbescherming, toestemming |
Auteurs | Mr. dr. C. Spierings |
SamenvattingAuteursinformatie |
Gebruikers betalen voor veel online diensten niet met geld, maar met gegevens In dit artikel onderzoekt de auteur welke bescherming consumenten kunnen ontlenen aan de op 11 juni 2019 in werking getreden richtlijn over digitale inhoud en digitale diensten (2019/770) en de Algemene verordening gegevensbescherming. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2019 |
Trefwoorden | verjaring, rechtsvordering, aansprakelijkheid, schade, art. 3:310 BW |
Auteurs | Mr. B.T. Berends en Mr. P.W. den Hollander |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het arrest Zandvoortse muur oordeelt de Hoge Raad dat de objectieve verjaringstermijn in het geval van een schadeveroorzakende gebeurtenis met een voortdurend karakter begint te lopen zodra deze gebeurtenis is opgehouden te bestaan. Dat is een nuancering van zijn rechtspraak, waarvan de reikwijdte volgens de auteurs echter beperkt lijkt. |
Artikel |
Bestuurdersaansprakelijkheid in theorieReactie op bespreking proefschrift |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | Bestuurdersaansprakelijkheid, arbeidsrecht, ernstig verwijt, grove schuld, interpretatiemethoden |
Auteurs | Mr. dr. W.A. Westenbroek |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage bevat een reactie op de bespreking door A.J.P Schild van het proefschrift ‘Bestuurdersaansprakelijkheid in theorie’ waarbij aandacht wordt gevestigd op de betekenis en oorsprong van de term ‘ernstig verwijt’. |
Artikel |
De scheidslijn tussen hoofd- en schadestaatprocedure in 7:611-zakenEen analyse van het bijzondere procedureverloop leidend tot Autoster/Hendriks II |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | schadestaatprocedure, bindende eindbeslissing, werkgeversaansprakelijkheid, verzekeringsplicht, art. 7:611 BW |
Auteurs | Mr. P.E. Bloemendal |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het bijzondere procedureverloop leidend tot Autoster/Hendriks II geeft aanleiding tot een nadere beschouwing van de scheidslijn tussen de hoofd- en schadestaatprocedure in zaken over de 7:611-verzekeringsplicht. Geconcludeerd wordt dat in de hoofdprocedure niet alleen de aansprakelijkheidsgrond, maar steeds ook ten minste een deel van de causaliteit zou moeten worden beoordeeld. |
Artikel |
De aansprakelijkheid voor medische hulpzakenBespreking van het proefschrift van mr. J.T. Hiemstra |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | medische aansprakelijkheid, gebrekkige hulpzaken, ongeschikte hulpzaken, medische hulpzaken, productaansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. M.J.J. de Ridder |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hiemstra concludeert dat het risico dat voortvloeit uit het gebruik van een hulpzaak in beginsel voor rekening van de hulpverlener dient te komen. In het arrest van het Gerechtshof Arnhem van 28 november 2018 in de Miragel-casus is deze conclusie gevolgd. Toegelicht wordt dat andere rechtspolitieke keuzes mogelijk zijn. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2018 |
Trefwoorden | schadefonds, schadevergoeding, nadeelcompensatie, insolventie, onrechtmatige overheidsdaad |
Auteurs | Mr. C.N.J. Kortmann |
SamenvattingAuteursinformatie |
Omwille van de veiligheid moet de overheid soms ingrijpende maatregelen nemen, zoals recent de schorsing van de Stint als toegelaten voertuig op de weg. Van Vollenhoven vindt dat goed, maar er zou volgens hem wel een fonds moeten zijn voor de gedupeerden van zo’n maatregel. Het is niet moeilijk dit voorstel te bekritiseren, maar bij nadere beschouwing kan zo’n fonds, mits goed opgezet, best meerwaarde hebben. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2018 |
Trefwoorden | causaliteitsonzekerheid, onzekere risico’s, voorzorgverplichting, macro-effecten, risicoregulering |
Auteurs | Mr. dr. E.R. de Jong |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij aansprakelijkheid en onzekere risico’s draait het om de verdeling van wetenschappelijke onzekerheden. In dit artikel wordt besproken dat vanuit een correctief paradigma men focust op de verdeling van onzekerheden tussen de procespartijen, terwijl het reguleringsparadigma de nadruk legt op de verdeling van onzekerheden over de maatschappij. Toepassing van beide paradigma’s leidt tot verschillende uitkomsten, onder meer in het kader van de onrechtmatigheid en het CSQN-verband. |
Artikel |
Scheidslijnen tussen kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregelEnkele praktische opmerkingen over verschillen tussen deze drie leerstukken naar aanleiding van HR 27 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2017:2786 |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, bewijs, kansschade, beroepsfout, schade |
Auteurs | Mr. J. den Hoed |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het hier te bespreken arrest, waarin aan de orde was of een ziekenhuis aansprakelijk is voor schade als gevolg van een te laat uitgevoerde operatie, geeft aanleiding voor enkele gedachten over en praktische wenken voor de afbakening van kansschade, proportionele aansprakelijkheid en de omkeringsregel ten opzichte van elkaar. De drie figuren komen hier samen. Getracht wordt de grenzen nader in kaart te brengen. |
Artikel |
Voertuigautomatisering en productaansprakelijkheid |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | voertuigautomatisering, productaansprakelijkheid, zelfrijdende auto |
Auteurs | Dr. mr. K.A.P.C. van Wees |
SamenvattingAuteursinformatie |
De invoering van de zelfrijdende auto lijkt nog maar een kwestie van jaren. Van automatisering van de rijtaak wordt veel verwacht in termen van verbetering van de verkeersveiligheid, rijcomfort en doorstroming. Maar de techniek brengt ook nieuwe risico’s en daaruit voortvloeiende aansprakelijkheidsvragen mee. Een van die vragen betreft de potentiële aansprakelijkheid van de producent. In deze bijdrage bespreekt de auteur de op de Europese richtlijn gebaseerde aansprakelijkheidsregeling van afdeling 6.3.3 BW. |
Artikel |
Bestuurdersaansprakelijkheid en corporate governanceHebben bestuurders wat te vrezen als ze de Corporate Governance Code schenden? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2017 |
Trefwoorden | bestuurdersaansprakelijkheid, Corporate Governance Code, corporate governance, bestuurder, commissaris |
Auteurs | Mr. drs. R.T.L. Vaessen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Afgelopen jaar was er veel aandacht voor de nieuwe Corporate Governance Code. De Code kent veel bepalingen die het handelen van bestuurders en commissarissen normeren. Dit artikel behandelt de vraag of bestuurders en commissarissen op dit moment vaak aansprakelijk worden gesteld vanwege schending van de Corporate Governance Code, en of zij in dat geval in rechte wat te vrezen hebben. |
Artikel |
Letselschade en fraude: bezint eer ge begint …Over fraude door een benadeelde met letselschade: de (on)mogelijkheden met betrekking tot persoonlijk onderzoek, het bewijzen van fraude en schadevergoeding |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2017 |
Trefwoorden | gedragscode, Gedragscode Persoonlijk Onderzoek, privaatrechtelijke boete, punitive damages |
Auteurs | Mr. J. van de Klashorst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Verzekeraars krijgen steeds meer te maken met fraude door een benadeelde met letselschade. Kan de verzekeraar in zo’n geval onderzoek naar de benadeelde verrichten? Zo ja, wat is dan de aard van dit onderzoek en hoe ver mag dit onderzoek gaan? En wat te doen als de fraude is vastgesteld? Deze bijdrage beschrijft de (on)mogelijkheden. |