Deze capita selecta privacyrecht schetsen een beeld van de actualiteit, maar ook de verwevenheid van het privacyrecht in de dagelijkse (rechts)praktijk. Hierbij is meer specifiek gekeken naar privacy bij overeenkomsten, privacy bij faillissementen en privacy bij fusies en overnames, mede met het oog op de sterke(re) partij in het privaatrecht. |
Artikel |
De sterkere partij in het privaatrechtCapita selecta privacyrecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2021 |
Trefwoorden | privacy, gegevensbescherming, AVG, verwerker, verwerkingsverantwoordelijke |
Auteurs | Mr. V.I. Laan en Mr. J.G.S. Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 6 2021 |
Trefwoorden | COVID-19, testverplichting, privileges, pandemieclausule, onvoorziene omstandigheden |
Auteurs | Prof. mr. H.N. Schelhaas |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat vanuit het perspectief van de contractsvrijheid de invloed van coronamaatregelen op contracten centraal. Ingegaan wordt op de vraag of contractuele vaccinatie- of testverplichtingen kunnen worden afgedwongen, of en in hoeverre contracten kunnen worden aangepast op grond van onvoorziene coronaomstandigheden, en of in coronaclausules de gevolgen van coronamaatregelen kunnen worden vastgesteld. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2021 |
Trefwoorden | accountantsaansprakelijkheid, zorgplicht, derdenaansprakelijkheid, accountantscontrole |
Auteurs | Mr. G.A.J. Boekraad |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van een recent arrest van de Hoge Raad staat in deze bijdrage de vraag centraal, jegens wie de accountant een zorgplicht heeft als hij bij de uitoefening van een niet-wettelijke taak een rapportage opstelt en hem duidelijk is dat behalve zijn opdrachtgever ook derden daarop zullen vertrouwen. |
Artikel |
COVID-19 & Verzekering |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2021 |
Trefwoorden | verzekeringsrecht, pandemie-uitsluiting, modelclausules, evenementenverzekering, annuleringsverzekering |
Auteurs | Prof. mr. N. van Tiggele-van der Velde |
SamenvattingAuteursinformatie |
De reis- en annuleringsverzekering, maar ook de evenementenpolis leidden tot de nodige COVID-19-uitspraken. Overeenkomstenrecht ten top, zowel in de consumentensfeer als (groot)zakelijk. De verzekeringsbranche kwam (op punten: samen met de overheid) in beweging. Auteur geeft inzicht in wat partijen binnen de branche op het terrein van COVID-19 heeft beziggehouden. |
Artikel |
Overdracht van kredietvorderingen na Promontoria |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2020 |
Trefwoorden | cessie, vordering, rentebeleid, afhankelijk recht, zorgplicht |
Auteurs | Mr. J.L. Snijders en Mr. Y.C. Tonino |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Promontoria-arresten maken duidelijk dat bancaire vorderingen naar hun aard niet onoverdraagbaar zijn en dat, hoewel de bancaire zorgplicht niet op de verkrijgende partij overgaat, onder meer de redelijkheid en billijkheid kunnen meebrengen dat op de verkrijgende partij een eigen zorgplicht rust. Dit artikel gaat in op deze zorgplicht van de verkrijgende partij en de impact daarvan op de positie van de overdragende partij. |
Artikel |
Uitwinning van zekerheidsrechten in vrijheid |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2020 |
Trefwoorden | separatist, executie, faillissement, goodwill, redelijke termijn |
Auteurs | Prof. mr. J.J. van Hees |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ook pand- en hypotheekhouders worden geconfronteerd met beperkingen bij de uitwinning van hun onderpand. Een tweetal daarvan wordt besproken: de toerekening van de opbrengst van een onderneming (inclusief goodwill) aan het meeverkochte onderpand en de bevoegdheid van de curator in faillissement tot het stellen van een termijn voor uitwinning. |
Artikel |
De onverpandbaarheid van assurantieportefeuilles |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2020 |
Trefwoorden | zekerheidsrechten, verpanding assurantieportefeuille, uitleg pandakte, bepaaldheidsvereiste |
Auteurs | Mr. K.J. Krzemiński en Mr. T.A. Hartman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Auteurs bespreken het arrest ING Bank/Thielen q.q. en gaan in op de vraag wat ‘verpanding van een assurantieportefeuille’ oplevert, nu deze op zichzelf niet vatbaar is voor verpanding. Door middel van uitleg van de pandakte concluderen zij dat een dergelijke verpanding leidt tot verpanding van alle voor verpanding vatbare vorderingen die zich in de assurantieportefeuille bevinden. |
Artikel |
Aanvullend verrijkingsrechtBespreking van het proefschrift van mr. T. van der Linden |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2020 |
Trefwoorden | ongerechtvaardigde verrijking, aanvullende werking, redelijkheid en billijkheid, onrechtmatige daad, artikel 6:212 BW |
Auteurs | Mr. S. Damminga |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het onderzoek van Van der Linden naar aanvullend verrijkingsrecht heeft een zeer lezenswaardig boek opgeleverd, dat bijdraagt aan het debat over dit onderwerp. |
Artikel |
Eurocommerce – aanscherping van de strenge verrekeningsregels voor bankenBelang van het peilmoment en de gevolgen voor het betalingsverkeer en de kredietverlening |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2019 |
Trefwoorden | verrekening, bankrekening, insolventie, pandrecht |
Auteurs | Mr. M.L. Tuil |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Eurocommerce-arrest heeft de Hoge Raad de strenge verrekeningsregels voor banken aangescherpt. Niet alleen mag een bank niet verrekenen met de betalingen die binnenkomen na het peilmoment, verhaal krachtens een pandrecht op deze betalingen is eveneens uitgesloten. Dit heeft gevolgen voor de kredietverlening en het betalingsverkeer. De vraag waar het peilmoment precies ligt, wordt van cruciaal belang. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2019 |
Trefwoorden | verzekeraar, noodregeling, DNB, afwikkeling, bail-in |
Auteurs | Mr. B. Bierman en Mr. P. Kerckhaert |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bierman en Kerckhaert onderzoeken de Conservatrix-casus en gaan in op de vraag of er, na de introductie van de Wet herstel en afwikkeling verzekeraars, lessen uit deze zaak zijn te trekken. Uiterst actueel, nu een aantal verzekeraars de afgelopen jaren (bijna) in de problemen is gekomen, meest recent Yarden in oktober 2019. |
Artikel |
Skanska, de onderneming en de laedens: gamechanger of buitencategorie? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | kartelschade, Skanska, ondernemingsbegrip, economische continuïteit, follow-on litigation |
Auteurs | Mr. S.L. Boersen en Mr. S. de Jong |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Europese Hof van Justitie oordeelde in het Skanska-arrest van 14 maart 2019 dat de vraag wie aansprakelijk is voor de schade die is veroorzaakt door een kartelinbreuk wordt beantwoord aan de hand van het Unierechtelijke ondernemingsbegrip. In dit artikel wordt onderzocht wat de effecten zijn van dit oordeel. |
Artikel |
Schadevergoeding onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | AVG, schadevergoeding, privacy, aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. F.C. van der Jagt-Vink |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt onderzocht in hoeverre de mogelijkheden om bij een schending van de privacywetgeving schadevergoeding te vorderen, worden versterkt door de komst van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Hierbij wordt specifiek aandacht besteed aan de mogelijkheid om een collectieve schadevergoedingsactie te starten. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | betalingsverkeer, betalingstransactie, PSD2, betaaldienstverlener, betaalinitiatiedienstverlener |
Auteurs | Prof. mr. W.A.K. Rank |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel betreft een beschrijving van de civielrechtelijke regeling van de betalingstransactie in titel 7B van Boek 7 BW zoals deze regeling sinds de inwerkingtreding van de Implementatiewet PSD2 in februari 2019 luidt. Centraal staat de verhouding tussen de bij een betalingstransactie betrokken betaaldienstverleners en met name die tussen een rekeninghoudende betaaldienstverlener en een betaalinitiatiedienstverlener. |
Artikel |
Wetsvoorstel bedenktijd bestuur beursvennootschappenOver het Rijnlandse model, activistische aandeelhouders en het vrij verkeer van kapitaal |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 2 2019 |
Trefwoorden | vennootschapsrecht, beursvennootschappen, bedenktijd, artikel 2:114b BW, vrij verkeer |
Auteurs | Mr. A.G.F. Ancery |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage bespreekt het Wetsvoorstel bedenktijd bestuur beursvennootschappen vanuit een EU-rechtelijk perspectief. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | EMIR, initial margin, vermogensscheiding, onderpand, bewaarneming |
Auteurs | Mr. K.J.C. Bader en Mr. D.J. Wickering |
SamenvattingAuteursinformatie |
Vanwege de naderende vierde en vijfde fase van de initiëlemargeverplichting voor niet-geclearde otc-derivaten onder EMIR wordt in deze bijdrage stilgestaan bij de vermogensrechtelijke overwegingen ten aanzien van deze verplichting. Het regelgevend kader wordt hierin geschetst, alsmede enige praktische overwegingen ten aanzien van de verplichte vermogensscheiding. |
Artikel |
Beroepsaansprakelijkheid advocaten: een update |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2018 |
Trefwoorden | advocaat, beroepsaansprakelijkheid, zorgplicht, tegenstrijdig belang, waarschuwingsplicht en onderzoeksplicht |
Auteurs | Mr. E.M. van Orsouw en Mr. L.A. Godwaldt |
SamenvattingAuteursinformatie |
De inhoud van de zorgplicht van de advocaat wordt mettertijd nader ingevuld door arresten van de Hoge Raad. Eind 2017 heeft de Hoge Raad wederom twee arresten gewezen over deze zorgplicht. Naar aanleiding van deze arresten maken auteurs enkele beschouwende opmerkingen over de onderzoeks- en waarschuwingsplicht (ook buiten de aan de advocaat verstrekte opdracht) en over de vraag wanneer sprake kan zijn van een (dreigend) belangenconflict. |
Artikel |
De positie van aandeelhouders in beursvennootschappenBespreking van het proefschrift van mr. F.G.K. Overkleeft |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | aandeelhouder, beursvennootschap, algemene vergadering, onderneming |
Auteurs | Mr. B. Kemp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naast een beschrijving van het proefschrift van Overkleeft wordt stilgestaan bij een aantal specifieke onderdelen, waaronder de ontwikkeling van het karakter van de kapitaalvennootschap en recente ontwikkelingen. |
Artikel |
ContractsovernemingBespreking van het proefschrift van mr. M. Huizingh |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | contractsoverneming, art. 6:159 BW, medewerking wederpartij, rechtsgevolgen |
Auteurs | Mr. W. Ruys |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het proefschrift van Huizingh over contractsoverneming uit 2016 wordt deze tot dusverre in de literatuur onderbelichte en voor de rechtspraktijk relevante rechtsfiguur behandeld en worden de rechtsgevolgen hiervan op systematische en heldere wijze geanalyseerd. |
Artikel |
Uitleg in commerciële verhoudingen naar Nederlands en Engels recht: de betekenis van ‘business common sense’ als gezichtspunt |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 5 2017 |
Trefwoorden | uitleg, Haviltex, commerciële verhoudingen, rechtsvergelijking, Engels recht |
Auteurs | Mr. drs. M. van Kogelenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur de Nederlandse uitspraak Parkking Ontwikkeling B.V. c.s./Alberts q.q. en de Engelse uitspraak Wood v Capita Insurance Services, respectievelijk gewezen door de Hoge Raad en het Supreme Court. Daarbij wordt specifiek ingegaan op de vraag of, en zo ja in welke mate, in uitlegkwesties in professionele, commerciële verhoudingen rekening gehouden wordt met ‘zakelijke logica’, ofwel ‘business common sense’. Met andere woorden: kent de rechter gewicht toe aan het argument dat het vanuit commercieel oogpunt onwaarschijnlijk is dat een van beide partijen een bepaalde uitleg heeft voorgestaan? |
Artikel |
Opschortingsrecht bij een overnamecontractHR 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2106:2517 (CIA/Heredium) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2016 |
Trefwoorden | opschortingsrecht, koopovereenkomst, tegenvordering, redelijkheid en billijkheid, wettelijke rente |
Auteurs | Mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk |
SamenvattingAuteursinformatie |
In HR 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2106:2517 (CIA/Heredium) heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de koper zich terecht op een opschortingsrecht had beroepen, ook al kwam na een fiscale procedure vast te staan dat er in werkelijkheid geen belastingschuld was waarvoor de verkoper de koper zou moeten vrijwaren. De auteur gaat in op de verschillende functies van het opschortingsrecht en stelt de vraag wat de reikwijdte is van de regel die de Hoge Raad in dit geval heeft aanvaard. |