Het Hof van Justitie heeft zich in de zaak Melloni uitgesproken over de door de Spaanse constitutionele rechter opgeworpen vraag of de nationale rechter in het kader van een overleveringsprocedure aan de verzoekende staat – alvorens toestemming te verlenen de betrokken persoon over te leveren –, aanvullende eisen in de sfeer van de grondrechtenbescherming mag stellen die niet in het Kaderbesluit inzake het Europees aanhoudingsbevel staan vermeld. Deze bijdrage bespreekt de antwoorden van het Hof van Justitie op de door het Spaanse Constitutionele Hof gestelde prejudiciële vragen onder meer in het licht van de vaste rechtspraak van het Hof van Justitie over de voorrang van het recht van de Unie en duidt de betekenis van deze uitspraak met name in het licht van het bepaalde in artikel 53 van het Handvest. |
Artikel |
Stefano Melloni: grenzen aan de nationale grondwettelijke grondrechtenbescherming bij uitvoering van een EAB |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 10 2013 |
Trefwoorden | Europees strafrecht, voorrang recht van de Unie, Hof van Justitie, Melloni, Europees Aanhoudingsbevel |
Auteurs | Mr. M.I. Veldt-Foglia |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Nieuwe AEEA-Richtlijn stelt ambitieuze nieuwe doelstellingen voor (vrijwel) al het e-afval |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1/2 2013 |
Trefwoorden | Aeea, Afvalstoffen, Elektrische apparatuur, Elektronische apparatuur, Hergebruik, Recycling, Nuttige toepassing |
Auteurs | Mr. A. van Rossem |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 4 juli 2012 is de nieuwe Europese Richtlijn 2012/19/EU aangenomen betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA).1xPb. EU 2012, L 197/38. Uiterlijk op 14 februari 2014 moet deze AEEA-Richtlijn in Nederland zijn omgezet. Met ingang van 15 februari 2014 wordt de huidige Richtlijn 2002/96/EG met betrekking tot AEEA ingetrokken.2xPb. EU 2003, L 37/24. De bestaande AEEA-Richtlijn bevat een verplichting om gescheiden ingezamelde AEEA zodanig te verwerken dat milieuschade zoveel mogelijk wordt voorkomen. Naar schatting wordt echter in de praktijk zo’n 50 procent van de in de Europese Unie ingezamelde AEEA niet verwerkt conform de doelstellingen en eisen van de Richtlijn. De nieuwe Richtlijn beoogt onnodige administratieve lasten te verminderen, een meer doeltreffende uitvoering door striktere naleving te waarborgen en vermindering van de negatieve milieueffecten van de inzameling en verwerking van AEEA te bewerkstelligen. Noten
|
Artikel |
Naar een Europese glijdende openbare ordeschaal voor het personenverkeer? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8/9 2012 |
Trefwoorden | openbare orde, openbare veiligheid, duurzaam verblijf, artikel 83 lid 1 VWEU, verwijderingsmaatregel |
Auteurs | Mr. H. Oosterom-Staples |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het arrest P.I is de tweede zaak waarin het Hof van Justitie het begrip ‘dwingende redenen van openbare veiligheid zoals door de lidstaten gedefinieerd’ in artikel 28 lid 3 Richtlijn 2004/38/EG verduidelijkt. Dit arrest verduidelijkt de bevoegdheid die lidstaten genieten om het verblijfsrecht te beperken dat begunstigden van Richtlijn 2004/38/EG die gedurende een periode van tien jaar op hun grondgebied hebben verbleven. Het beeld dat opdoemt, laat zich vergelijken met de in het Nederlandse vreemdelingenrecht gebruikte glijdende schaal waarbij de duur van het verblijf, de ernst van het strafbaar feit, de maximumstrafmaat en de opgelegde straf bepalend zijn om tot beëindiging van het verblijfsrecht over te gaan. |
Artikel |
Van WOTS naar WETS: Overname en overdracht van strafexecutie in de Europese Unie |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2012 |
Trefwoorden | Wederzijdse erkenning, Europees strafrecht, Overname en overdracht van strafexecutie |
Auteurs | Dr. J.W. Ouwerkerk |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Artikel |
Het arrest Achughbabian en de strafbaarstelling van illegaal verblijf |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2012 |
Trefwoorden | Achughbabian, Terugkeerrichtlijn, Richtlijn 2008/115/EG, artikel 197 Sr, ongewenstverklaring |
Auteurs | Mr. dr. M.H.A. Strik |
SamenvattingAuteursinformatie |
De EU-Terugkeerrichtlijn heeft het detineren en verwijderen van illegaal verblijvende derdelanders aan voorschriften gebonden en onder het toezicht van het Hof van Justitie gebracht. In Nederland is illegaal verblijf sindsdien verdergaand strafbaar gesteld. Hoe verhoudt deze nationale ontwikkeling zich tot de richtlijn? Staat de richtlijn strafbaarstelling toe en zo ja, op welke voorwaarden? Het arrest Achughbabian geeft hierop het begin van een antwoord. |
Artikel |
De plaats van het schadebrengende feit nader bepaald: het arrest eDate Advertising GmbH en Martinez |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 2 2012 |
Trefwoorden | bevoegde rechter, onrechtmatige daad, plaats van het schadebrengende feit, internetpublicatie, portretrecht |
Auteurs | Mr. H.W. Wefers Bettink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 25 oktober 2010 heeft het Hof van Justitie uitspraak gedaan in de gevoegde zaken eDate Advertising GmbH/X en Martinez/MGN Limited. Daarin heeft het Hof van Justitie een belangrijke aanvullende regel gegeven om te bepalen voor welke rechter degene die is geschaad door een publicatie op internet zijn volledige schade kan verhalen. Voor een dergelijk geval moet de plaats van het schadebrengende feit van artikel 5 punt 3 EEX-Verordening aldus worden uitgelegd dat tevens de rechter bevoegd is van de plaats waar de gelaedeerde het centrum van zijn belangen heeft. Tevens bepaalde het Hof van Justitie dat de bevoegde rechter daarbij overeenkomstig artikel 3 van de Richtlijn inzake elektronische handel (‘de Richtlijn’)1x Richtlijn 2000/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt (Pb. EG 2000, L 178/1). het recht van de vestigingstaat van de uitgever moet toepassen, met inbegrip van het civiele recht. Noten
|
Artikel |
A Tale of Three Cities: Grondrechtelijke aandachtspunten bij de toepassing van het mededingingsrecht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 10 2010 |
Trefwoorden | mededingingsprocedures, nemo tenetur, zwijgplicht, cautie |
Auteurs | Mr. H.M.H. Speyart |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hoewel diverse grondrechten al sinds jaar en dag worden ingeroepen in Europese mededingingsprocedures, komen op deze grondrechten gebaseerde verweren nog iets minder voor in Nederlandse mededingingszaken. In deze bijdrage, die wegens haar omvang geen uitputtend overzicht vormt, zal nader worden ingegaan op een aantal grondrechtelijke leerstukken die in dat kader met name relevant lijken. |