Dutch local governments increasingly decide to contract private security officers for surveillance and enforcement tasks in the public space. This article presents an analysis of the daily work of these private security officers. Local governments contract these private workers because they are faced with problems of social disorder and crime. Although the police should formally manage the work of these private security workers, in practice this task is hardly realized. These private workers are faced with four problems: their work is boring, they are uncertain about what they are expected to do, don’t know exactly what their formal powers are, and are unsatisfied about their lack of means for self-defence. Although they don’t differ in their work style from their public colleagues, their position as private worker and the flexible job they have, are hard to reconcile with what they are expected to do (like reassuring citizens). |
Artikel |
Particuliere beveiligers als publieke handhaversDe inzet van private boa’s door gemeenten |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 8 2012 |
Trefwoorden | private security officers, public surveillance, public private partnership, local government, police work |
Auteurs | J. Terpstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
A historical analysis demonstrates that religious minorities and their protection needs played an important role in the emergence and the first developments of fundamental rights. It is indeed possible to denote a close correlation between the protection needs of religious minorities on the one hand and the fundamental rights enshrined in declarations and treaties on the other. Closer scrutiny reveals that this correlation can actually be explained by evolving views about the special vulnerability of religious minorities in the periods concerned. More recent developments of the human rights paradigm reveal that in the meantime other groups in particular are considered vulnerable and thus in need of special protection. |
Artikel |
Toezichthouders op de tramEen studie naar de handhaving van het ov-verbod in Amsterdam en Rotterdam |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | beveiligers, handhavers, boa’s, openbaar vervoer, ov-verbod |
Auteurs | Dr. R. van Steden, Mr. drs. M.B. Schuilenburg, L. Leemeijer MSc e.a. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Zogeheten ‘nieuwe toezichthouders’ in de vorm van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) en particuliere beveiligers moeten in Amsterdamse en Rotterdamse trams service verlenen en huisregels handhaven. Bij overtreding van deze huisregels kunnen zij in het uiterste geval een openbaarvervoerverbod (ov-verbod) aan reizigers opleggen. Onderhavige studie laat zien welke haken en ogen daar in de praktijk aan zitten. |
Artikel |
Aansprakelijkheidsbeperking van (markt)toezichthouders: de weg naar beter toezicht? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, gatekeepers, preventie, rechtseconomie, toezichthouders |
Auteurs | Mr. drs. R.J. Dijkstra en Mr. dr. L.T. Visscher |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel onderzoeken wij met behulp van inzichten uit de rechtseconomie of beperking van de aansprakelijkheid van toezichthouders wegens falend toezicht wenselijk is. Omdat er redenen zijn om te vrezen dat onbeperkte aansprakelijkheid tot excessief toezicht leidt, betogen wij dat de aansprakelijkheid inderdaad beperkt moet worden. Deze beperking moet niet bestaan in een maximumbedrag waarvoor de toezichthouder aansprakelijk kan zijn, maar in een soepeler gedragsstandaard, zoals ‘opzet of grove schuld’. |
Artikel |
De nieuwe Wob: vergaande openbaarmaking van publieke en semipublieke informatie |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 12 2012 |
Trefwoorden | Wet openbaarheid van bestuur, openbaarmaking, toegang tot informatie, informatiecommissaris, bestuursorgaan |
Auteurs | Mr. S.M. Peek en Mr. W.H.S. Duinkerke |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreken de auteurs het voorstel voor een nieuwe Wet openbaarheid van bestuur dat ingrijpende wijzigingen beoogt ten opzichte van de huidige openbaarmakingsregeling. |
Artikel |
Draagplicht in concernverhoudingen |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2012 |
Trefwoorden | hoofdelijkheid, draagplicht, concernfinanciering, regres, omslag |
Auteurs | Mr. R.M. de Winter en Mr. S. Timmerman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt het 13 juli 2012 gewezen arrest Janssen q.q./JVS Beheer besproken, waarin de Hoge Raad antwoord geeft op de vraag hoe de onderlinge draagplicht tussen hoofdelijk aansprakelijke concernvennootschappen moet worden vastgesteld indien daarover geen afspraken zijn gemaakt tussen partijen. Verder wordt stilgestaan bij enkele gevolgen van dit arrest voor de praktijk. |
Artikel |
Cultuur en werkstijlen van private beveiligers: een vergelijking met politiecultuur |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | private security, police culture, private security culture, stress-coping model of police culture |
Auteurs | Jan Terpstra |
SamenvattingAuteursinformatie |
To what extent do private security workers have a culture that is comparable to the police culture? To what extent can such a private security culture be explained by the use of the so-mentioned stress-coping model of police culture? This comparative survey of a sample of private security workers and a sample of police officers shows that contrary to popular assumptions of increasing similarities between police and private security cultures, in reality there are important differences. Private security workers have a much stronger focus on service tasks than police officers and are less oriented to crime fighting. The stress factors that contribute to a stronger police culture, can also contribute to a similar culture in private security. However, because these stress factors are much less prominent in private security, it may be assumed that such a police-like culture is almost absent among private security workers. |
Artikel |
Herziening van de Richtlijn marktmisbruik: een overzicht |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 11 2012 |
Trefwoorden | Richtlijn marktmisbruik, voorwetenschap, marktmanipulatie, KGI, MAD |
Auteurs | Mr. drs. J. el Hannouche |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage behandelt de auteur het voorstel om de Richtlijn marktmisbruik om te vormen tot een verordening en aan te vullen met een richtlijn betreffende strafbaarstelling van marktmisbruik. |
Artikel |
Wetsvoorstel voorwaarden voor winstuitkering aanbieders medisch-specialistische zorg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2012 |
Trefwoorden | medisch-specialistische zorg, Wet cliëntenrechten zorg, winstoogmerk, winstuitkering, zorgaanbieders |
Auteurs | Mr. dr. E. Plomp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na jarenlange debatten over dit onderwerp heeft de Minister van VWS op 9 februari 2012 een wetsvoorstel ingediend dat winstuitkering door aanbieders van medisch-specialistische zorg onder voorwaarden mogelijk maakt. In dit artikel worden enkele kritische kanttekeningen geplaatst bij de gestelde voorwaarden en wordt uiteengezet welke aspecten nadere regulering behoeven. Geconcludeerd wordt dat met name de normatieve aspecten van winstuitkering en de publieke belangen die het wetsvoorstel beoogt te dienen verder zouden moeten worden uitgewerkt en dat een meer gedifferentieerde regeling de voorkeur zou verdienen. |
Artikel |
Op het land in plaats van achter het raamAard en omvang van arbeidsuitbuiting in Nederland |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 5 2012 |
Trefwoorden | Human trafficking, Labour exploitation, Illegal migration |
Auteurs | Daphne Postma MSc. en Dr. Joris van Wijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Since 2005 article 273 of the Dutch criminal code does not only qualify exploitation of prostitutes as a criminal act, but also exploitation taking place in other sectors. Seven years down the line not much is known about this type of human trafficking. Based on an analysis of files of the Dutch Social Security Investigation and Detection Service (ISZW-DO) this article describes in which sectors such exploitation takes place, the characteristics of both victims and (alleged) perpetrators and the modus operandi used. The article concludes and emphasizes that especially subtle means of coercion are used, but that these can transform into more serious types of coercion. |
Artikel |
Wettelijke aansprakelijkheidsbeperking voor DNB en AFMHoe hoog komt de nieuwe lat te liggen? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 10 2012 |
Trefwoorden | aansprakelijkheidsbeperking DNB en AFM, uitleg opzet en grove schuld |
Auteurs | Mr. S. Sahtie |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de in juli 2012 aangenomen wet besproken waarmee de aansprakelijkheid van De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) wordt beperkt tot kort gezegd opzet en grove schuld. De auteur gaat in op de uitleg van de begrippen opzet en grove schuld en onderzoekt hoe hoog de nieuwe lat voor aansprakelijkheid komt te liggen ten opzichte van de aanvankelijk geldende norm van een ‘behoorlijk en zorgvuldig handelende toezichthouder’. Ook wordt ingegaan op onder andere het causaliteitsvereiste, de omkeringsregel en enkele relevante ontwikkelingen op Europeesrechtelijk gebied. Geconcludeerd wordt dat DNB en AFM op grond van de nieuwe wettelijke regeling vrijwel immuun zijn gemaakt voor aansprakelijkheid. |
Artikel |
De Nederlandse staat van internetvrijheid |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 6 2012 |
Trefwoorden | internet freedom, legislation the Netherlands, retainment of customer data, privacy, net neutrality |
Auteurs | O.L. van Daalen |
SamenvattingAuteursinformatie |
When thinking of restrictions on internet freedom, people often look to countries such as Egypt and Libya. But internet freedom in countries such as the Netherlands also warrants close examination. This article discusses a selection of Dutch measures which infringe on the fundamental right to privacy and communication freedom on the internet. With regard to privacy, it starts with the Dutch law requiring telecommunications providers to retain customer data, such as all records and location data. Also the plans to monitor internet traffic by the intelligence services as well as the lack of transparency on data requests by the Dutch government are discussed. With regard to communications freedom, the new Dutch law on net neutrality is analysed and described as positive for internet freedom. However, the author also sees developments threatening internet freedom. He mentions plans to introduce web blocking for websites facilitating copyright infringement and a draft law to allow the police to take down websites without judicial intervention. The author argues that the Netherlands should significantly improve its own state of internet freedom, especially if it wants to credibly claim that other countries should protect internet freedom. |
Artikel |
De relevantie van het Kinderrechtenverdrag voor minderjarige vreemdelingen |
Tijdschrift | Justitiële verkenningen, Aflevering 6 2012 |
Trefwoorden | Convention on the Rights of the Child, immigration, Dutch immigration law, family reunification, asylum |
Auteurs | C. van Os |
SamenvattingAuteursinformatie |
All rights in the Convention on the Rights of the Child (CRC) apply to all children, therefore they also apply to minor foreigners in the Netherlands. Nevertheless precisely for this group a continuous fight needs to be battled to make sure they receive the protection provided by the CRC. This article provides an overview of the most important articles of the CRC where minor asylum seekers and migrants can appeal to. The article also stresses the fact that children who reside unlawfully in the country may not be discriminated against their access to socio-economic rights. Furthermore, the question whether fully integrated children should have the right to a residency permit is dealt with. Subsequently the Dutch policy with regard to family reunification is assessed alongside the CRC. At last the article elaborates on the tension between the ‘ultimum remedium’ principle (article 37 CRC) on the one hand and the policy concerning children in alien detention on the other. |
Artikel |
Cultuur van organisaties als aangrijpingspunt voor toezicht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | toezicht, handhaving, regulering, organisatiecultuur, inspecteren |
Auteurs | Prof. dr. ing. F.J.H. Mertens |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het toezicht wordt getracht organisaties in hun feitelijk functioneren te beïnvloeden en te beheersen. Een van de aspecten van organisaties waar de belangstelling van de toezichthouders steeds meer naar uit gaat, is cultuur. Cultuur wordt dan gezien als de ‘driver’ achter het handelen van organisaties en in de wens om gevaren te voorkomen zoekt de toezichthouder naar aangrijpingspunten die tijdig zicht geven op waarschijnlijk gedrag en vooral ongewenst gedrag. In deze bijdrage bespreekt de auteur enkele problemen die aan de cultuurnotie als aangrijpingspunt van wettelijk toezicht verbonden zijn. Concluderend leidt het artikel tot het inzicht dat aan de cultuurnotie nog veel onduidelijk is en dat de hantering ervan in het toezicht dan ook meer vragen oproept dan dat er mee beantwoord kunnen worden. |
Artikel |
Mededingingsbeleid en publieke belangen: een economisch perspectief |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | Mededingingsrecht, Publieke belangen, Uitzonderingsgronden, Maatschappelijk verantwoord concurreren, Marktwerking |
Auteurs | Dr. Paul de Bijl en dr. Theon van Dijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Diverse commentatoren hebben recent geopperd dat de nieuwe Autoriteit Consument en Markt (ACM) meer rekening met de wisselwerking tussen mededinging en diverse publieke belangen (ook andere dan gerelateerd aan marktmacht) moet gaan houden. Publieke belangen anders dan gerelateerd aan marktmacht zijn echter al elders belegd: de mededingingsautoriteit hanteert de daaruit volgende wet- en regelgeving als randvoorwaarden. ‘Integraal’ mededingingsbeleid zou leiden tot intransparantie en reguleringsonzekerheid; het is niet verstandig die kant op te gaan. Sterker, beleidsmakers en politici kunnen bijdragen aan effectiever mededingingsbeleid door ‘overige’ publieke belangen scherp te articuleren. |
Artikel |
ACM: evolutie uit zuinigheid?Enige beschouwingen bij de totstandkoming van de Autoriteit Consument en Markt |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | ACM, Materiële wet, Instellingswet, Bevoegdheden, Informatie-uitwisseling, Rechtsbescherming |
Auteurs | Mr. R. de Bree |
SamenvattingAuteursinformatie |
Per 1 januari 2013 verdwijnt de NMa en komt de ACM. Een nieuwe autoriteit waarin ook de OPTA en Consumentenautoriteit opgaan. Het gaat om een bezuinigingsoperatie, maar de ACM brengt meer dan dat. Er komen nieuwe bevoegdheden, er wordt gesleuteld aan zaken als de rechtsbescherming, rechtsmiddelen, de visie op handhaving. Hoe dat kan worden gewaardeerd wordt in dit artikel kritisch en met de blik vanuit het mededingingsrecht beschouwd. Daaraan voorafgaand wordt beschreven waar de wijzigingen in grote lijnen op neerkomen. |
Artikel |
De Wet bijzondere maatregelen financiële ondernemingen: wijzigingen in de Faillissementswet met betrekking tot het faillissement van een in Nederland gevestigde bank |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2012 |
Trefwoorden | Interventiewet, overdrachtsplan, bank, faillissement, De Nederlandsche Bank |
Auteurs | Mr. J. Baukema |
SamenvattingAuteursinformatie |
Via de Interventiewet worden ten aanzien van het faillissement van een bank nieuwe bepalingen in de Faillissementswet geïntroduceerd. De wet bevat onder andere een afzonderlijk faillissementscriterium voor banken en een mogelijkheid een bank in faillissement op bijzondere wijze op een derde te doen overgaan. |
Artikel |
College voor de rechten van de mens en constitutionele toetsing |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | College voor de rechten van de mens, constitutionele toetsing, mensenrechten, grondrechten,, advisering |
Auteurs | Mr. P.B.C.D.F. van Sasse van Ysselt BA |
SamenvattingAuteursinformatie |
Kort na de zomer van 2012 treedt de Wet College voor de rechten van de mens in werking en opent het College zijn deuren. Het College krijgt tal van taken en bevoegdheden om in Nederland de rechten van de mens te beschermen, het bewustzijn ervan te vergroten en de naleving ervan te bevorderen. Eén van die taken betreft wetgevingsadvisering. In deze bijdrage wordt geanalyseerd of, en zo ja op welke wijze en onder welke voorwaarden, het College kan bijdragen aan de versterking van de ex-ante constitutionele toetsing van conceptwetgeving. Deze vraagstelling wordt mede geplaatst in het kader van de (internationale) achtergrond van het College en het belang van constitutionele dialoog. |
Artikel |
De NMa staat voor de deur. Maar waar is haar rechterlijke machtiging?Tien jaar na Colas Est |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | Colas Est, rechterlijke machtiging, EVRM, invallen, bedrijfsruimten |
Auteurs | Mr. M.M. Slotboom |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur zet in dit artikel uiteen waarom hij – mede in het licht van recente rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens – van mening blijft dat de Nederlandse wetgever het wettelijk kader zodanig moet aanpassen dat NMa-ambtenaren die de opdracht krijgen een bedrijfsruimte te betreden om overtredingen van de Mededingingswet op te sporen, te allen tijde beschikken over een vooraf gegeven rechterlijke machtiging. Net zoals dat sinds 2007 ook het geval is voor het betreden van privéwoningen. |
Artikel |
Dichtung und Wahrheit in de thuiszorg |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 3 2012 |
Trefwoorden | thuiszorg, Wahrheit, Dichtung, Nma, contextonderzoek |
Auteurs | Mr. P.V.F. Bos |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Rechtbank Rotterdam heeft in april 2012 in twee zaken over de thuiszorgsector in ’t Gooi en in Kennemerland besluiten van de NMa wegens onvoldoende onderzoek en onvoldoende motivering vernietigd. Kort gezegd heeft de bestuursrechter geoordeeld dat de NMa deze twee zaken beter moet onderzoeken: de ontwikkeling van mededingingstheorieën is te veel Dichtung; ze moeten ook getoetst worden aan de concrete situaties. De NMa moet dus extra huiswerk doen en niet te veel verzinnen. De vraag is of dit haar gaat lukken. Of zal zij een terugtrekkende beweging moeten maken en indachtig de psychologen-zaak eerdere sanctiebesluiten herroepen en afzien van het opleggen van een boete? |