In het Lundiform-arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat een entire agreement clause op zichzelf geen uitlegbepaling is en dat een dergelijke bepaling in een overeenkomst als zodanig dan ook niet verhindert dat extrinsiek bewijs gebruikt kan worden om deze overeenkomst uit te leggen. Deze bijdrage schetst in enkele grote lijnen de Amerikaans-rechtelijk achtergrond van de entire agreement clause. De auteur wijst bovendien op het belangrijke onderscheid tussen uitleg en afbakening van overeenkomsten. Het vaststellen van de inhoud van een overeenkomst moet geschieden door enerzijds afbakening van welke afspraken de contractuele relatie tussen partijen beheersen en anderzijds wat deze afgebakende afspraken betekenen. De entire agreement clause speelt in beginsel alleen een rol in de afbakeningsfase. |
Artikel |
De entire agreement clause naar Amerikaans en Nederlands recht: afbakening, geen uitleg |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | Lundiform, entire agreement clause, Amerikaans contractenrecht, uitleg |
Auteurs | Mr. J.W.A. Dousi |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De bescherming voor grensoverschrijdende investeerders op grond van bilaterale investeringsverdragen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | BIT, investeringsbescherming, arbitrage, investeringsarbitrage |
Auteurs | Mr. M. van de Hel-Koedoot en Mr. B.R.D. Hoebeke |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het wereldwijde netwerk van Nederlandse bilaterale investeringsverdragen (bilateral investment treaties, ofwel ‘BITs’) biedt bescherming aan (Nederlandse) investeerders die investeren in landen waarmee Nederland een BIT heeft gesloten. Een BIT houdt beschermingsnormen in die een toetsingskader vormen voor het gedrag van een investeringontvangende staat (de gaststaat) ten opzichte van deze buitenlandse investering. Indien een gaststaat één of meer van deze normen schendt, kan een door een BIT beschermde buitenlandse investeerder zelf – op grond van de desbetreffende BIT – de gaststaat aansprakelijk stellen voor de door hem geleden schade. De in BITs opgenomen arbitrageovereenkomst biedt de buitenlandse investeerder hiervoor een neutraal forum. Als gevolg van het Verdrag van Lissabon en de standpunten van de Europese Commissie ten aanzien van BITs tussen lidstaten zijn veranderingen op komst voor de door Nederland gesloten BITs. Dit artikel houdt een algemene introductie in van de in BITs opgenomen bescherming van investeerders door middel van internationale arbitrage, waarbij tevens zal worden stilgestaan bij de recente ontwikkelingen in Europees verband. |
Artikel |
Ambtshalve toepassing van consumentenbeschermend EU-recht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 12 2013 |
Trefwoorden | ambtshalve, rechtsstrijd, matiging, onderzoeksplicht, consumenten |
Auteurs | Mr. dr. A.G.F. Ancery |
SamenvattingAuteursinformatie |
Hoe ver reikt de plicht tot ambtshalve toepassing van consumentenrecht? Uit recente jurisprudentie van het HvJ EU en de Hoge Raad volgt dat deze ook rust op de appèlrechter. In deze bijdrage wordt besproken welke gevolgen deze jurisprudentie heeft voor de feitenrechters en hoe zij daar invulling aan kunnen geven. |
Artikel |
‘Wat ik ervan vind; de stem van het kind’ |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 6 2013 |
Trefwoorden | Minderjarigen, Communicatie, Bijzondere curator, Kinderverhoor, kindgesprek |
Auteurs | Lisanne van Heel LL.B., Majse Hofman LL.B. en Mandy Kooijman LL.B. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent research by the National Children’s Ombudsman shows that minors are, or at least feel, insufficiently heard in civil legal procedures such as divorce and guardianship procedures. In response, a conference about the role of minors in the often complex civil litigation was organized at the Erasmus University in Rotterdam, on the 31st of May 2013. Based on the results of this conference, this article identifies both bottlenecks and potential areas for improvement in providing minors with a voice during legal procedures. The main improvement areas include the communication process with minors, child hearings and the appointment of the guardian ad litem and awareness of his role. Specifically, more attention should be paid to the communication between legal professionals and minors. In addition, consensus should be achieved between the courts and tribunals about children’s hearings. The most crucial improvement area is to change the name ‘child hearing’ into ‘conversation with children’. This modification will reduce the associations with criminal law. |
Artikel |
Hekmeijer en de actieve rechterEen oude stem in een actueel debat |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2013 |
Auteurs | Dr. G.C.C. Lewin |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een belangrijk deel van de afwijkingen van Burgerlijke Rechtsvordering van de Caribische gebiedsdelen ten opzichte van Europees Nederland vindt zijn oorsprong in een regeling die gold voor de rechtspleging voor de residentiegerechten op Java en Madoera. Een daarover geschreven boek is F.C. Hekmeijer, De voorschriften omtrent de burgerlijke rechtspleging voor de residentiegerechten op Java en Madoera. Proeve van eene toelichting en kritiek, ’s-Gravenhage 1905. Er is een aantal relevante inzichten aan het boek te ontlenen, met name over de Indische voorloper van art. 118 Rv, een nog altijd springlevende bepaling die met een zekere regelmaat door de Caribische rechter wordt ingeroepen om in te grijpen in het partijdebat. Ook Hekmeijer was al enthousiast over dat artikel, mede vanwege de medeverantwoordelijkheid van de rechter voor de uitkomst van de procedure, die nu eenmaal zwaar weegt. Uit Hekmeijers bespreking wordt duidelijk dat de gedachte dat de rechter ‘een stevige regie moet voeren’ geen innovatieve gedachte is, maar gewoon weer een kleine verschuiving in de opvattingen over de taakverdeling tussen rechter en partijen. |
Artikel |
Schenken en erven gaan hand in hand, maar soms ook niet!Rechtbank Noord-Nederland 25 september 2013 (ECLI:NL:RBNNE:2013:7007) |
Tijdschrift | AdvoTip, Aflevering 13 2013 |
Auteurs | |
Artikel |
Een beperkte mate van zekerheidOver de betekenis van accountantsrapporten in de civiele procedure |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | accountant, accountantsverklaring, bewijs |
Auteurs | Mr. H. de Hek |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de civiele procedure leggen partijen geregeld ter onderbouwing van hun stellingen een rapport van een accountant over. In dit artikel wordt ingegaan op de vraag wat de waarde, de bewijskracht van een dergelijk rapport is. Aan de hand van de voor accountants geldende gedragsregels en de tuchtrechtelijke jurisprudentie wordt beschreven aan welke vereisten accountantsrapporten die in een civiele procedure worden ingebracht, dienen te voldoen. Duidelijk is dat niet elk accountantsrapport dezelfde waarde heeft. Het artikel bevat enkele vragen die de civiele rechter zich kan stellen wanneer hij wordt geconfronteerd met een accountantsrapport. Beantwoording van deze vragen helpt de rechter bij de waardering van het rapport. |
Artikel |
Remission in de nieuwe arbitragewet |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | Remission, Terugverwijzing, Vernietiging, Herroeping, Arbitrage |
Auteurs | Mr. N. Peters en Mr. B. van Zelst |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel gaan de auteurs in op de voorgestelde mogelijkheid van remission in de nieuwe arbitragewet. Daarbij signaleren zij een aantal mogelijke onduidelijkheden en discussiepunten. Zij trachten daar antwoorden op te geven en stellen een aantal oplossingen voor. De auteurs concluderen dat de mogelijkheid van remission bijdraagt aan een efficiënte(re) procesvoering. Daarom valt zij toe te juichen. |
Artikel |
De vermogensrechtelijke koers van het cognossement |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2013 |
Trefwoorden | handelsrecht, cognossement, Europees privaatrecht, derdenbeding, traditio longa manu |
Auteurs | Mr. H. Logmans |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de bijdrage komt de verhouding tussen het handelsrecht en het vermogensrecht aan de orde. Die verhouding wordt geïllustreerd met de vraag op welke wijze een cognossement aan order moet worden ingepast in het goederen- en verbintenissenrecht. De gevonden dogmatische constructies passen bij enkele actuele trends in het vermogensrecht, namelijk een toegenomen aandacht voor business-to-business-verhoudingen en de aanzetten die gegeven zijn om te komen tot een Europees privaatrecht. |
Artikel |
De aansprakelijkheid van werkgevers voor beroepsziekten krachtens art. 7:658 BW: zijn de grenzen bereikt?Een nadere beschouwing van de arresten HR 7 juni 2013 (Lansink/Ritsma) en HR 7 juni 2013 (SVB/Van de Wege) |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 11 2013 |
Trefwoorden | werkgeversaansprakelijkheid, arbeidsrechtelijke omkeringsregel, proportionele aansprakelijkheid, causaal verband |
Auteurs | Mr. S. Sahtie |
SamenvattingAuteursinformatie |
De aansprakelijkheid van werkgevers voor beroepsziekten is door de Hoge Raad recent nader ingekleurd. In twee op 7 juni 2013 gewezen arresten gaat de Hoge Raad in op de vraag wanneer de zogenoemde ‘arbeidsrechtelijke omkeringsregel’ en het leerstuk van proportionele aansprakelijkheid kunnen worden toegepast. De conclusie is dat de grenzen van werkgeversaansprakelijkheid voor beroepsziekten, maar ook voor werkgeversaansprakelijkheid in het algemeen in zicht lijken te zijn. |
Artikel |
Kartelschade in Nederland, een eerste aanzet |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9 2013 |
Trefwoorden | privaatrechtelijk handhaving, passing-on, voordeelverrekening, schadevergoeding, artikel 101 VwEU |
Auteurs | Mr. B. Braat |
SamenvattingAuteursinformatie |
De uitspraak in eerste aanleg in de zaak TenneT/ABB geeft er een beeld van hoe in Nederland in rechte met kartelclaims wordt omgegaan. De Rechtbank Oost-Nederland komt tot interessante conclusies over de aansprakelijkheid van entiteiten behorend tot het concern van een kartelovertreder en de mogelijkheid van een zogenoemd passing-on verweer. De uitspraak lijkt voor kartelovertreders niet gunstig. |
Artikel |
Financiering van de flatcoöperatie |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 11 2013 |
Trefwoorden | flatcoöperatie, pandrecht, huurbeding, lidmaatschap, hypotheek |
Auteurs | Mr. A.P. van Zijl |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteur bespreekt het arrest van de Hoge Raad van 26 april 2013. Hierin heeft de Hoge Raad bepaald dat het huurbeding van artikel 3:264 BW niet analoog kan worden toegepast op een pandrecht dat is gevestigd op een lidmaatschap in een flatcoöperatie. |
Artikel |
‘Ik sleep je voor de mediator!’ |
Tijdschrift | Vennootschap & Onderneming, Aflevering 10 2013 |
Trefwoorden | wetsvoorstel mediation, artikel 22a lid 2 Rv, afdwingbaarheid mediationclausule |
Auteurs | Mr. A.Q. Vis |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage bespreekt de auteur het onder het wetsvoorstel mediation voorgestelde artikel 22a lid 2 Rv: afdwingbaarheid van de mediationclausule. |
Artikel |
De klachtplicht onttroond – enige beschouwingen naar aanleiding van HR 8 februari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY4600 (Van de Steeg/Rabobank) |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2013 |
Auteurs | Prof. mr. R.P.J.L. Tjittes en J. Kampman LL.B. |
Auteursinformatie |
Artikel |
De Nederlandse geschillencommissies voor consumentenzaken langs de meetlat van de Richtlijn ADR consumenten en de Verordening ODR consumenten |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8 2013 |
Trefwoorden | Richtlijn ADR consumenten, Verordening ODR consumenten |
Auteurs | Mr. P.E. Ernste |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat de vraag centraal welke consequenties de op 18 juli 2013 bekend gemaakte Richtlijn ADR consumenten en Verordening ODR consumenten hebben voor het Nederlandse stelsel van buitengerechtelijke geschillenbeslechting bij de geschillencommissies voor consumentenzaken (SGC en KiFiD). Deze vraag wordt beantwoord door het Nederlandse stelsel te toetsen aan de Richtlijn ADR consumenten en de Verordening ODR consumenten. |
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2013 |
Trefwoorden | conservatoir, executoriaal, beslag, afgifte, luchtvaartuig |
Auteurs | Prof. mr. drs. J.W.A. Biemans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Rabobank/Donselaar en de parallelle schuld |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 9 2013 |
Trefwoorden | Rabobank/Donselaar, Rabobank/Visser, executoriale kracht, parallelle schuld, partijautonomie |
Auteurs | Mr. M.R.J. Linck |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een nadere beschouwing over de vormgeving van zekerhedendocumentatie met het oog op de executoriale kracht daarvan naar aanleiding van de beslissing van de Hoge Raad inzake Rabobank/Donselaar. Ter illustratie past de auteur de criteria van de Hoge Raad toe op een ‘parallelle schuld’ hypotheekakte. |
Artikel |
Online ADR in Europa en België: a new frontier |
Tijdschrift | Nederlands-Vlaams tijdschrift voor mediation en conflictmanagement, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | Europe, consumer, ADR, ODR |
Auteurs | Stefaan Voet |
SamenvattingAuteursinformatie |
Alternative Dispute Resolution (ADR) and Online Dispute Resolution (ODR) are on the rise in Europe and different Member States. In May 2013, the European Parliament and Council adopted an ADR Directive (n 2013/11) and ODR Regulation (n 524/2013) that will bring major changes in the European and national ADR landscapes. Both instruments are analyzed in this article. On the other hand, attention is also paid to the Belgian ODR-platform Belmed, that was created in 2011 and facilitates Belgian consumers to make an online ADR application. Finally, a plea is made for the exchange of data between ODR-platforms and national regulators, as a means to detect mass cases. |
Artikel |
Nadeelcompensatie, schadevergoeding en bestuursrechtelijke geldschulden: welke rechter, welke regels? |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7 2013 |
Trefwoorden | Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten, bestuursrechtelijke geldschuldenregeling, nadeelcompensatie, schadevergoeding wegens onrechtmatig overheidshandelen |
Auteurs | Mr. S.M.C. Nuyten en Mr. S.A. Gawronski |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel beschrijft de gevolgen van de inwerkingtreding van de Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten voor (1) de toepasselijkheid van de bestuursrechtelijke geldschuldenregeling uit de Algemene wet bestuursrecht, die op diverse punten afwijkt van de privaatrechtelijke geldschuldenregeling, en (2) de rechtsmachtverdeling tussen de bestuursrechter en de burgerlijke rechter. |
Artikel |
De openbaarheid van de civiele procedureMag het een onsje meer zijn? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | Openbaarheid, Achter gesloten deuren, inzage in vonnissen, inzage in processtukken, recht op privéleven |
Auteurs | Mr. R.R. Verkerk en Mr. R.A. Woutering |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel bespreekt de grondslagen van het beginsel van openbaarheid en de beperkingen die daaraan kunnen en mogen worden gesteld. Hoewel openbaarheid van de procedure in de Grondwet en artikel 6 EVRM is voorgeschreven, is zij immers niet absoluut. Indien sprake is van een botsing met andere fundamentele rechten, zoals het recht op een privéleven, is maatwerk geboden. De auteurs bepleiten dat op enkele punten meer openheid van zaken gewenst is. |