Op 1 januari 2015 is het wetsvoorstel ‘Verruiming mogelijkheden bestrijding financieel-economische criminaliteit’ in werking getreden. Volgens oud-minister Opstelten van Veiligheid en Justitie zorgt de combinatie van hoge winsten en verhoudingsgewijs lage straffen ervoor dat het plegen van financieel-economische fraude aantrekkelijk is. Het kabinet wil dat dit tot het verleden gaat behoren en heeft daarom de wettelijke sancties voor financieel-economische criminaliteit aangescherpt en de bevoegdheden voor opsporing en vervolging van dit soort feiten verruimd. |
Artikelen |
Nieuwe wetgeving niet-ambtelijke omkoping: een stap voorwaarts? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 6 2015 |
Auteurs | mr. dr. drs. G.G. Vos |
Samenvatting |
Artikelen |
Strafrecht als probleemgerichte aanpak van corruptie?Studies naar de responsiviteit van anticorruptiebeleid in Nederland en Roemenië |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 6 2015 |
Auteurs | prof. mr. dr. W. Huisman en M. Gorsira |
Samenvatting |
Concreet ten aanzien de strafrechtelijke aanpak is de vraag of corrupt gedrag inderdaad het gevolg van een kosten en baten analyse is. In dit artikel proberen wij deze vraag te beantwoorden door een vergelijking te maken tussen twee landen binnen de Europese Unie die zowel wat betreft de omvang van corruptie als het gevoerde anti-corruptiebeleid sterk verschillen: Nederland en Roemenië. Eerst beschrijven wij kort de verschillen in anti-corruptie beleid tussen de twee landen. Dat doen wij op basis studies en evaluaties van GRECO (Group of States against Corruption), OESO, de Europese commissie en Transparency International. Vervolgens kijken we naar de uitkomsten van een studie naar mogelijke oorzaken van corruptie in Nederland en naar mogelijke oorzaken van corruptie in Roemenië. Bij de studies in Nederland en Roemenië waren de auteurs van dit artikel betrokken. |
Artikelen |
Geschikt en gewogen; streeft roep om rechterlijke toetsing van transacties doel voorbij? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 5 2015 |
Auteurs | mr. N.G.H. Verschaeren en mr. A.B. Schoonbeek |
Samenvatting |
De centrale vraag in dit artikel is of rechterlijke toetsing van transacties wenselijk is. Om deze vraag te beantwoorden gaan wij in paragraaf 2 allereerst kort in op de geuite kritiek over de transactiebevoegdheid van het Openbaar Ministerie (OM). Vervolgens wordt in paragraaf 3 de huidige schikkingsregeling uiteengezet, waarna in paragraaf 4 de thans bestaande mogelijkheden om een schikking voor te leggen aan de rechter aan bod komt. Om een goed beeld te krijgen van de mogelijkheden van een rechterlijke toetsing bij schikking, komt in paragraaf 5 de rechterlijke controle op schikkingen in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk aan bod. Wij sluiten in paragraaf 6 het artikel af met ons antwoord op de centrale vraag en doen daarnaast enkele aanbevelingen. |
Artikelen |
Bestuurlijke sancties in de greep van het fundamentele recht op eigendom |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2015 |
Auteurs | mr. A. de Groot |
Samenvatting |
Bestuursorganen kunnen zonder tussenkomst van de rechter bestuurlijke sancties opleggen. De zwaarte van deze sancties is in enkele decennia fors toegenomen. Dat geldt in de eerste plaats voor de bestraffende maatregel van de bestuurlijke boete, maar ook veel herstelsancties zijn in kracht toegenomen. Naast de bestuurlijke boete zijn er ook sancties die door een leedtoevoegend element als punitief zijn te kenschetsen en daarmee niet of niet langer het karakter dragen van een niet bestraffende sanctie gericht op het herstel van een rechtmatige toestand. Is sprake van een punitieve sanctie, dan heeft het bestuursorgaan een reeks rechtswaarborgen te eerbiedigen. |