Er zijn maar weinig bestuursrechtelijke wetten zo controversieel als de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: Wet Bibob). Op grond van deze wet is het mogelijk dat het bestuursorgaan een beschikking weigert of intrekt, indien sprake is van een ernstig gevaar van misbruik van de beschikking. Gezien de huidige stand van zaken in de jurisprudentie kan de Wet Bibob bezwaarlijk worden aangemerkt als een vorm van ‘bestuursstrafrecht’. Dit betekent echter geenszins dat de invloed van strafrechtelijke dogmatiek en jurisprudentie op de toepassing van de Wet Bibob te verwaarlozen is. Dit laat zich treffend illustreren aan de hand van de zogenoemde ‘achterdeurproblematiek’. Deze ‘achterdeurproblematiek’ hangt samen met het gedoogbeleid. |
Artikelen |
Door de achterdeur van de Wet Bibob |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2015 |
Auteurs | mr. drs. B. van der Vorm |
Samenvatting |
Artikelen |
De verborgen wereld van financieel-economische criminaliteit |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2015 |
Auteurs | A.H.M. de Groot en mr. E.C.S. Crouwel |
Samenvatting |
Naar schatting wordt door bedrijven jaarlijks ongeveer 26 miljard euro aan schade geleden als gevolg van Financieel-Economische Criminaliteit (hierna: FEC). In dit artikel zal een uiteenzetting worden gegeven van verschillende onderwerpen die van invloed zijn voor de aanpak van FEC, zoals de mate van beschikbaarheid van informatie ten aanzien van de omvang van FEC en de afwijkingen tussen verschillende definitie bepalingen ten aanzien van FEC, worden beschreven. Tevens zal een korte voorzet worden gedaan voor een innovatieve visie op de bestrijding en het terugdringen van FEC. |
Artikelen |
Haags project ‘Bestrijding eenvoudige Faillissementsfraude’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2014 |
Auteurs | mr. J.C. Reddingius |
Samenvatting |
In bijna een kwart van de faillissementsdossiers is vermoedelijk sprake van enige vorm van fraude. Dit blijkt uit redelijk recent onderzoek dat in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het Ministerie van Justitie is uitgevoerd. Uitgaande van ongeveer 10.000 faillissementen (landelijk) op jaarbasis, zou dat kunnen betekenen dat er elk jaar in ongeveer 2.500 dossiers sprake is van fraude. Het bedrag dat aan onbetaalde vorderingen achterblijft in alle frauduleuze faillissementen werd in 2011 geraamd op ruim 1,7 miljard euro per jaar. |
Artikelen |
De aanpak van faillissementsfraudeDe stand van zaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2014 |
Auteurs | prof. mr. C.M. Hilverda |
Samenvatting |
De bestrijding van faillissementsfraude staat sinds 2012 op de politieke agenda. Daarnaast heeft Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie in 2013 de Rijksbrede aanpak van fraude aangekondigd en aandachtsgebieden vastgesteld voor het offensief tegen ondermijnende en georganiseerde criminaliteit. In dat kader wordt faillissementsfraude steeds genoemd als een van de fraudevormen met de grootste maatschappelijke schade. In dit artikel wordt besproken hoe de voorgestane integrale bestrijding van faillissementsfraude ervoor staat: welke maatregelen zijn al genomen en welke investeringen moeten daarvoor nog worden gedaan? |