Centraal in het afvalstoffenrecht staat het begrip ‘afvalstof’ en de vraag wanneer iets als afvalstof moet worden aangemerkt. Zo geldt voor eenieder die handelingen verricht met betrekking tot afvalstoffen, een zorgplicht (art. 10.1 Wet milieubeheer (Wm)). Ook is het verboden om afvalstoffen buiten een inrichting in de bodem te brengen of te verbranden (art. 10.2 Wm), hetgeen eveneens strafbaar is (art. 1a onder 1 Wet economische delicten). Daarnaast is bij inrichtingen die ‘afvalstoffen’ verwerken of toepassen het antwoord op de vraag of er sprake is van een afvalstof, bepalend voor wie het bevoegd gezag is (vergelijk categorie 28 Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer) en is het exporteren van afval op grond van de Europese Verordening betreffende de overbrenging van afvalstoffen (EVOA) aan strikte regels gebonden. |
Jurisprudentie |
Wet bodembescherming |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 3 2010 |
Auteurs | Mr. G.A. van der Veen en Mr. J.J. Hoekstra |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Het begrip ‘afvalstof’ revisitedJurisprudentie over het begrip afvalstof 2004-2009 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | Kaderrichtlijn afvalstoffen 2006, afvalstof, EVOA, LAP-criteria |
Auteurs | Mr. E. Dans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
Luchtkwaliteit in jurisprudentie en wetgevingVan onderzoeksverplichtingen tot programmatoetsing |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Omgevingsrecht, Aflevering 2 2010 |
Trefwoorden | NSL, programmatoetsing, toepasbaarheidsbeginsel, luchtkwaliteitseisen, onderzoek |
Auteurs | Mr. C.A.M. van den Brand en Mr. dr. C.N van der Sluis |
SamenvattingAuteursinformatie |
De jurisprudentie van medio mei 2009 tot medio april 2010 laat zien dat het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) als grondslag voor individuele besluitvorming is geaccepteerd. Programmatoetsing is daarmee een vierde mogelijkheid om bij besluitvorming de luchtkwaliteitseisen voldoende mee te laten wegen. De uitkomsten van de eerste monitoring van het NSL zullen bepalen of de komende tijd enkel en alleen kan worden verwezen naar het NSL. Projecttoetsing is eveneens nog aan de orde met allerlei aanscherping van eerdere lijnen uit de jurisprudentie, daarbij komen ook andere nieuwe aspecten als het toepasbaarheidsbeginsel aan bod.Bovendien is er weer meer verduidelijkt over de mogelijkheden van tegenonderzoek bij het bestrijden van een specifiek plan. Tot slot lijkt de wetgever nog altijd niet klaar met het ‘finetunen’ van de wetgeving inzake luchtkwaliteit. |