De Ondernemingskamer is de enige bevoegde rechter in feitelijke instantie in WOR- en enquêtezaken. In korte tijd moest de Ondernemingskamer in beide rechtsgebieden oordelen over twee zaken die zich afspeelden binnen internationaal concernverband. Bij internationale kwesties komt het internationaal privaatrecht (IPR) om de hoek kijken. Het gaat bij het IPR om twee te onderscheiden aspecten: (1) de internationale bevoegdheid van de rechter (rechtsmacht) en (2) zijn oordeel over het op het internationale rechtsgeschil toepasselijke recht. In deze bijdrage gaat de auteur aan de hand van de VLM II-beschikking en de Chinese Workers-beschikking na hoe de Ondernemingskamer in WOR- en enquêtezaken omgaat met vragen van internationaal-privaatrechtelijke aard. |
Jurisprudentie |
IPR-problemen in de WOR en het enquêterechtOndernemingskamer 21 december 2012, JAR 2013/67 (VLM II) en HR 29 maart 2013, JOR 2013/166 (Chinese Workers) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | WOR, enquêterecht, IPR, toepasselijk recht, bevoegde rechter, VLM, Chinese Workers |
Auteurs | F.G. Laagland |
SamenvattingAuteursinformatie |
Jurisprudentie |
De Hoge Raad in civiele zaken uit het Caribische deel van het Koninkrijk |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2013 |
Auteurs | Dr. H.J. van Kooten en dr. G.C.C. Lewin |
Jurisprudentie |
Een gemengde sla van ondernemingsbegrip, toerekenbaarheid, beboeting en landbouwbeleidBesluit van de NMa van 15 mei 2012, zaak 7036 (Paprika) |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 5 2013 |
Auteurs | Mr. P.V.F. Bos en Mr. M.J. Plomp |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
HvJ EU Expedia en de mededingingsrechtelijke merkbaarheidGevolgen voor de Nederlandse praktijk |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | Expedia, de minimis, strekkingsbeding, merkbaarheidstoets |
Auteurs | Mr. E.F. van Hasselt, Mr. H.E. Urlus en A. Baars |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Expedia-arrest leert dat een strekkingsbeding met interstatelijk effect niet op merkbaarheid wordt getoetst, en dat de ‘de minimis’ bekendmaking de nationale autoriteiten niet bindt. |
Jurisprudentie |
Lagardère-zaak: comeback van de parkeerconstructie? |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2013 |
Trefwoorden | Parkeerconstructie, Warehousing, Financiële instelling, Artikel 3 lid 5 covo |
Auteurs | Mr. M.A. de Jong |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de zaak Lagardère hebben het Gerecht en het Hof van Justitie voor het eerst een beoordeling gegeven van een constructie waarbij de over te nemen onderneming tijdelijk bij een bank wordt ‘geparkeerd’. Zo’n parkeerconstructie maakt het mogelijk dat de verkoper niet het concentratiecontroleonderzoek door de Europese Commissie hoeft af te wachten. In de Lagardère-zaak is het gebruik van de parkeerconstructie goedgekeurd. Enkele essentiële vragen blijven echter onbeantwoord. Het is daardoor de vraag of de arresten voldoende grond bieden om de parkeerconstructie – die inmiddels door de Commissie in de Geconsolideerde Mededeling inzake Bevoegdheidskwesties in de ban was gedaan – weer te gebruiken. |
Jurisprudentie |
Het moment van de raadpleging van werknemersvertegenwoordigers op grond van de richtlijn collectief ontslagHof van Justitie EG 10 september 2009, C-44/08, JAR 2009/252 en RAR 2009/157 (Akavan Erityisaloyen Keskusliitto AEK ry e.a./Fujitsu Siemens Computers Oy) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2010 |
Trefwoorden | tijdige raadpleging van werknemersvertegenwoordigers bij collectief ontslag, toerekening van besluitvorming, Wet melding collectief ontslag, welke ontslagen tellen mee voor de ondergrens van twintig ontslaggevallen |
Auteurs | Prof. mr. L.G. Verburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Akavan-arrest geeft het Hof van Justitie EG een richtsnoer voor het bepalen van het moment van de raadpleging van werknemersvertegenwoordigers op grond van de Richtlijn Collectief Ontslag (98/59/EG). Deze richtlijn spreekt over het overwegen tot collectief ontslag over te gaan en over tijdige raadpleging. Dat zijn zeker binnen concernverband begrippen die door jurisprudentie nader moeten worden ingekleurd. Het Europese Hof vindt in dit arrest een werkbare oplossing. Het Hof maakt onderscheid tussen de fase waarin nog geen besluit is genomen (dan is raadpleging te vroeg), het moment waarop een strategisch of commercieel besluit is genomen dat de werkgever ertoe dwingt een collectief ontslag te overwegen (het moment waarop de raadpleging moet starten) en het moment waarop een besluit is genomen dat tot een collectief ontslag noodzaakt (dan is raadpleging te laat). De annotatie gaat op een en ander nader in. |
Jurisprudentie |
Ondernemingsprocesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 03 2006 |
Trefwoorden | Beschikking, Enquête, Vennootschap, Enquêterecht, Boedelschuld, Preferent aandeel, Curator, Aandeelhouder, Belangenafweging, Niet-ontvankelijkheid |
Auteurs | Geerts, P.G.F.A. |
Jurisprudentie |
Overgang van onderneming: wat niet weet, deert tochHR 26 juni 2009, JAR 2009/183 (Frits Bos/Pax Integrated Logistics B.V.) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 3 2009 |
Trefwoorden | overgang van onderneming, informatieverplichting, goed werkgeverschap |
Auteurs | Dr. R.M. Beltzer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De informatieverplichting bij overgang van onderneming heeft in de nationale rechtspraak nooit een grote rol gespeeld. Dat lijkt te zijn veranderd door hetgeen de Hoge Raad in het arrest Bos/Pax heeft overwogen: onvoldoende informatievoorziening kan ertoe leiden dat de werknemer geen afgewogen keuze heeft kunnen maken wel of niet mee over te gaan, hetgeen tot gevolg kan hebben dat een niet-overgegane werknemer jaren later alsnog een andere werkgever blijkt te hebben. Deze uitspraak heeft daarom belangrijke gevolgen voor de praktijk. |
Jurisprudentie |
De Europese ondernemingsraad: driemaal in de rechtszaal gesignaleerd!Tribunal de Grande Instance de Paris 21 november 2006 en Cour d'Appel de Paris 21 november 2006; Arbeidsrechtbank Brussel 6 december 2006 en 23 januari 2007; Tribunal de... |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 02 2007 |
Trefwoorden | Europese ondernemingsraad, artikel 13-overeenkomsten, fusie, overdracht klantendienst, herstructurering |
Auteurs | L.G. Verburg |
Jurisprudentie |
Forum shopping met de COMI aan banden gelegd? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8/9 2006 |
Trefwoorden | Europees internationaal privaatrecht |
Auteurs | P.J.M. Declercq |
Jurisprudentie |
Recente ontwikkelingen financiële dienstverlening binnen de EU: arresten Caixa en Paul |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5 2005 |
Trefwoorden | vrij verkeer van goederen |
Auteurs | J.C.M. van der Beek |
Jurisprudentie |
Horizontale informatieplicht moederonderneming bij oprichting van de EOR. Probeer eerst eens bij de dochterhaar hemd is soms nader dan moeders rok! HvJ EG 15 juli 2004, C-349/01, JAR 2004/191 (Betriebsrat der Firma ADS Anker GmbH/ADS Anker.. |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 03 2004 |
Trefwoorden | richtlijn Europese Ondernemingsraden, concernverhoudingen, oprichting Europese ondernemingsraad, recht op informatie |
Auteurs | F. Dorssemont |
Jurisprudentie |
Reële vestiging noodzakelijk voor vergunning voor beroepsvervoer over de weg |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 4 2003 |
Trefwoorden | vervoer |
Auteurs | K. Sevinga en K. Roffel |
Jurisprudentie |
NMa concentratiecontrole: Vendex Food-Erma Steenwijk, zaaknr. 188, 17-4-1998 (Stcrt. 74), artikel 27 onder b Mw |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 3 1998 |
Trefwoorden | Nederlandse mededingingsautoriteit, marktaandeel, aandeel, beschikking, kleinhandelsbedrijf, overname, concentratie, distributie, dochtermaatschappij, dochteronderneming |
Auteurs | M. Chatelin, H.J. Koning en L.Y.J.M. Parret |