De bijdrage ziet op mededingingsrechtelijke ontwikkelingen bij postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten en de implicaties van de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de beschikking La Retoucherie de Manuele. De auteur stelt de vraag of dergelijke bedingen in de context van franchise nog kunnen worden aangemerkt als noodzakelijke nevenrestricties. Dat is van belang, omdat dergelijke nevenrestricties zijn onttrokken aan mededingingsrechtelijke toetsing, waardoor de merkbaarheid geen rol meer speelt. De auteur wijst erop dat bij een mededingingsrechtelijke toetsing van postcontractuele concurrentieverboden meer factoren van belang zijn dan slechts een belangenafweging tussen partijen. |
Praktijk |
De wereld van de wetenschapper en de wereld van de praktijkUtilitaire overpeinzingen en een onderzoek naar regelovertreding door politieambtenaren |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 6 2016 |
Auteurs | drs. Robin Christiaan van Halderen |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Update mededingingsrechtelijke aspecten van postcontractuele concurrentieverboden in franchiseovereenkomsten |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Franchise, Postcontractuele concurrentieverboden, Verticaal mededingingsrecht, Nevenrestrictie |
Auteurs | Mr. H.E. Urlus |
SamenvattingAuteursinformatie |
Praktijk |
Rechtskeuzebedingen in consumentenovereenkomsten: spitsroeden lopen |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Rechtskeuze, Ambtshalve toetsing, Richtlijn Oneerlijke bedingen, Rome I, Transparantie |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 28 juli 2016 besliste het Hof van Justitie van de Europese Unie in de zaak VKI/Amazon dat een rechtskeuzeclausule in een consumentenovereenkomst oneerlijk is indien de indruk wordt gewekt dat de consument niet terug kan vallen op dwingendrechtelijke bescherming die het recht van zijn woonplaats hem biedt. Dit arrest, de rechtskeuze in internationale overeenkomsten en de ambtshalve toetsing van bedingen in consumentenovereenkomsten worden in deze bijdrage besproken. |
Praktijk |
Een verkenning van het fenomeen ‘reliance’ verstrekken in de overname- en financieringspraktijk |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | reliance letter, due diligence-rapport, zorgplicht |
Auteurs | Mr. K.J. Koops en Mr. H.K. Schrama |
SamenvattingAuteursinformatie |
De auteurs duiden in dit artikel de situatie waarin een advocaat een derde door middel van een ‘reliance letter’ laat afgaan op zijn due diligence-rapport. Zij gaan daarbij in op de vraag of in die situatie een zorgplicht van de advocaat tegenover de derde ontstaat en wat de omvang van die zorgplicht is. De auteurs zien goede redenen om aan te nemen dat de advocaat en de derde op basis van de reliance letter een overeenkomst aangaan, maar achten onaannemelijk dat een (eigen) zorgplicht van de advocaat tegenover de derde ontstaat. |
Praktijk |
Uitzendkrachten inhuren: wanneer wordt goedkoop duurkoop? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | inlenersaansprakelijkheid, art. 34 Invorderingswet 1990, G-rekening, verklaring omtrent het betalingsgedrag, verjaring |
Auteurs | Mr. N.J. Schutte |
SamenvattingAuteursinformatie |
De inlenersaansprakelijkheid van art. 34 van de Invorderingswet 1990 is een vrijwel zuivere risicoaansprakelijkheid. Deze wordt ingeroepen als een uitlener van personeel loonbelasting of premies onbetaald laat. Het is voor de inlener lastig en administratief bewerkelijk om afdoende maatregelen te nemen tegen een dergelijke aansprakelijkstelling. Verjaring van het recht tot aansprakelijkstelling vindt maar zelden plaats en ook de disculpatieregeling werkt slechts in uitzonderingsgevallen. Alleen de storting van de loonbelasting- en premiecomponent door de inlener op een geblokkeerde rekening van de uitlener is afdoende. Dit artikel gaat in kort bestek op de meeste problemen in waar de inlener mee te maken kan krijgen. |
Praktijk |
Het fzo-pandrecht op giraal saldo: een alternatief voor de huidige verpandingspraktijk |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | fzo-pandrecht, financiëlezekerheidsovereenkomst, pandrecht, giraal saldo, controlevereiste |
Auteurs | Mr. S. Swinkels |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het pandrecht in het kader van een financiëlezekerheidsovereenkomst (fzo-pandrecht) is nog een vrij onbekende rechtsfiguur. Onterecht, want het fzo-pandrecht kan in de praktijk een andere uitwerking hebben dan ‘reguliere’ pandrechten en daarmee voordelen meebrengen voor marktpartijen. In dit artikel wordt onderzocht of fzo-pandrechten gebruikt kunnen worden in de huidige verpandingspraktijk, waar vooralsnog een openbaar pandrecht wordt bedongen op het girale saldo van een bankrekening. Belangrijk aspect van deze praktijk is dat de pandgever in zijn hoedanigheid van rekeninghouder over de rekening wil blijven beschikken. Dit levert problemen op met het zogenaamde ‘controlevereiste’. |
Praktijk |
Initiatiefnovelles |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Novelle, Initiatiefvoorstel, Indienen, Aanhangig maken |
Auteurs | Mr. T.C. Borman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de bijzondere figuur van de novelle besproken, in het bijzonder de novelle die het karakter heeft van ene initiatiefvoorstel. Tegenwoordig wordt onder novelle verstaan een wetsvoorstel tot wijziging van een ander, nog niet bekrachtigd, wetsvoorstel. Het blijkt dat het gebruik is dat novelles bij initiatiefvoorstellen worden ingediend door de initiatiefnemers van het oorspronkelijke voorstel en novelles bij regeringsvoorstellen worden ingediend door de regering. Hierop zijn in de loop der tijd echter een aantal uitzonderingen geweest. Deze worden in de bijdrage, alsmede de wetstechnische en procedurele bijzonderheden die dat met zich meebracht, besproken. |
Praktijk |
Wat als er niets is? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Prof. mr. dr. Eric Rassin |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Op zoek naar ruimte voor herstelbemiddelingInterview met officier van justitie Marie-Louise van Maarseveen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Renée Kool en Eva Schmidt |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Tatausgleich en conferentie bij huiselijk geweldVerslag van een coöperatieve werkweek bij Neustart in Oostenrijk |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Janny Dierx |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Het geregistreerd partnerschap in Aruba: een stap vooruit, nog een paar te gaan |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Mr. L. Delgado |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Liefdevolheid, als aangrijpingspunt voor toezicht in de discussieReactie op ‘Toezien op welzijn’ (Annemiek Stoopendaal, Anja Jonkers en Paul Robben) en ‘Liefdevolheid als aangrijpingspunt voor toezicht in de zorg: een nadere reflectie’ (Jorgen Schram en Mark van Twist) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | liefdevolheid, IGZ |
Auteurs | Prof. dr. ing. Ferdinand Mertens |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Toezien op welzijn |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Dr. Annemiek Stoopendaal, Anja Jonkers en Prof. dr. Paul Robben |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Liefdevolheid als aangrijpingspunt voor toezicht in de zorg: een nadere reflectie |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Toezicht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Drs. Jorgen Schram en Prof. dr. Mark van Twist |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Vliegtuig aan de grond |
Tijdschrift | De Gerechtsdeurwaarder, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | B. de Veer |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Kroniek beschikkingenpraktijk ACM Mededingingsrecht 2015-2016 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2016 |
Trefwoorden | Mededingingswet, Autoriteit Consument & Markt, eerstelijnszorg, concentratietoezicht |
Auteurs | Mr. C.T. Dekker en mr. E. Belhadj |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek staat de praktijk van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) voor wat betreft de toepassing van de Mededingingswet centraal. Daarbij worden ook uitspraken van Rechtbank Rotterdam over besluiten van de ACM behandeld. De periode die door deze kroniek bestreken wordt betreft 1 januari 2015 tot 1 juli 2016. |
Praktijk |
Play me |
Tijdschrift | Tijdschrift over Cultuur & Criminaliteit, Aflevering 3 2016 |
Praktijk |
De wereld van de wetenschapper en de wereld van de praktijk |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 5 2016 |
Auteurs | Prof. dr. mr. Catrien Bijleveld |
Auteursinformatie |
Praktijk |
De Onderzeeër |
Tijdschrift | De Gerechtsdeurwaarder, Aflevering 3 2016 |
Auteurs | J.G.J. Wegbrands |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Eigendomsvoorbehoud: de inwerking van een contract op goederenrecht |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Eigendomsvoorbehoud, Opschortende voorwaarde, Verpanding, Sale of Goods Act, Weens Koopverdrag |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Eigendomsvoorbehoud is volgens artikel 3:92 BW levering van een zaak onder opschortende voorwaarde van betaling van de koopsom. De Hoge Raad oordeelde in zijn arrest van 3 juni 2016 in de zaak Rabobank/Reuser dat de verkrijger onder eigendomsvoorbehoud de zaak rechtsgeldig kan verpanden voordat de opschortende voorwaarde is vervuld. De pandhouder verkrijgt dan een pandrecht onder opschortende voorwaarde van eigendomsverkrijging door de pandgever. In Engeland stond eigendomsvoorbehoud in the picture in het arrest van het UKSC van 11 mei 2016 in de zaak Res Cogitans. Op een overeenkomst die een eigendomsvoorbehoud bevat en bepaalt dat de gekochte zaak mag worden verbruikt voordat betaling van de koopsom heeft plaatsgevonden, is de Sale of Goods Act niet van toepassing. Beide arresten en hun gevolgen voor de rechtspraktijk worden besproken. |