Een bestuurder van een bv of nv wordt in tijden van financiële krapte veel vrijheid gegund om zelf te bepalen welke schuldeisers hij wel en welke hij (nog) niet voldoet. Deze vrijheid wordt slechts begrensd door de wet (pauliana) en door de jurisprudentie omtrent selectieve betalingen. Op grond van die jurisprudentie is een bestuurder die in een situatie waarin er blijvend meer schulden dan middelen zijn gelieerde crediteuren boven andere crediteuren behandelt, in beginsel persoonlijk aansprakelijk jegens die andere crediteuren. In de literatuur is bepleit dat deze ‘in beginsel’-regel zou moeten gelden voor alle betalingen die een bestuurder verricht nadat het faillissement van de vennootschap onvermijdelijk is geworden. Uit het arrest Ingwersen q.q./Kromme Leek c.s., dat eerder dit jaar werd gewezen, volgt dat de Hoge Raad hier echter geen aanleiding voor zag. In deze bijdrage staat de vraag centraal of dit betekent dat de Hoge Raad de bestuurder zelfs in een dergelijke situatie nog ruim baan geeft om zijn eigen keuzes te maken. Aan het einde wordt bezien hoe de lagere jurisprudentie tot nu toe hierop heeft gereageerd. |
Wetenschap en praktijk |
Selectieve betalingen in het zicht van (mogelijke) insolventie – ruim baan voor de bestuurder? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2020 |
Trefwoorden | Ontvanger/Roelofsen, faillissement, bestuurdersaansprakelijkheid, Ingwersen q.q./Kromme Leek c.s., verhaalsfrustratie |
Auteurs | Mr. L.M. Linskens en Mr. S.C.M. van Thiel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Wetenschap en praktijk |
Verpanding van het recht op teruggaaf van btw: een aantrekkelijke vorm van zekerheid? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2020 |
Trefwoorden | cessie, omzetbelasting, oninbare vorderingen, factoring, pandrecht |
Auteurs | Mr. M. Broere |
SamenvattingAuteursinformatie |
Bij het aantrekken van een financiering wordt een schuldenaar meestal verplicht om zekerheid te geven over zijn activa. Zekerheid kan worden verstrekt over een specifiek vermogensbestanddeel of over een bepaald type activa. In die laatste categorie vallen vorderingen van de schuldenaar op de Belastingdienst uit hoofde van de Wet op de omzetbelasting 1968 (Wet OB). Ingevolge de Wet OB is een ondernemer verplicht om gedurende een tijdvak in zijn administratie de door hem in rekening gebrachte en terug te vragen belasting toegevoegde waarde (btw) bij te houden. Aan het einde van het tijdvak is sprake van een vordering op of een schuld aan de Belastingdienst. In dit artikel wordt de vraag beantwoordt of verpanding van het recht op teruggaaf van btw een aantrekkelijke vorm van zekerheid is. |
Actualia contractspraktijk |
Het non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst anno 2020 |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | franchise, concurrentiebeding, franchiseovereenkomst, postcontractueel, prognose-torpedo |
Auteurs | Mr. J.H. Kolenbrander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze reeks artikelen betreft een overzicht van jurisprudentie ter zake het postcontractuele non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst. In deze aflevering komen onder andere de redelijkheid en billijkheid, de pre-emptive strike en betrokken derden aan de orde. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek Wet marktordening gezondheidszorg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | belanghebbende, tarieven, contracteervereiste, budgettering, handhaving |
Auteurs | Prof. mr. J.G. Sijmons |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek behandelt de rechtspraak op het gebied van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), die van het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de bestuursrechter is verschenen in de periode vanaf 1 juli 2016 tot en met 31 december 2019. |
Kroniek |
Kroniek civiele rechtspraak 2019 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 2 2020 |
Trefwoorden | civiel, rechtspraak, 2019, mededingingsrecht, Skanska |
Auteurs | Stefan Tuinenga en Marianne Meijssen |
Auteursinformatie |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak Wet Bopz |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2019 |
Trefwoorden | psychiatrie, verstandelijkgehandicaptenzorg, psychogeriatrie, dwangbehandeling, gedwongen zorg |
Auteurs | Mr. dr. V.E.T. Dörenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek bevat een selectie van rechtspraak uit de periode van 1 september 2016 tot en met 31 december 2018. Er is aandacht voor uitspraken met betrekking tot de criteria voor opneming, procedurele vereisten, eisen rondom ‘bijzondere’ machtigingen en aspecten van onvrijwillig verblijf. Speciale aandacht is er voor de forensische setting. |
Wetenschap en praktijk |
Bevoegde rechter en toepasselijk recht bij de actio pauliana |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | actio pauliana, bevoegde rechter, forum shopping, toepasselijk recht |
Auteurs | Mr. drs. P. van Asperen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In oktober 2018 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ) duidelijk gemaakt in welke lidstaat partijen een vraagstuk over de actio pauliana aan een rechter kunnen voorleggen. In eerdere arresten gaf het HvJ vooral aan wat niet mogelijk was. Volgens het HvJ volgt de bevoegdheid van een rechter mede uit de contractuele relatie tussen schuldeiser en schuldenaar. Dit betekent dat de schuldeiser veelal in de eigen lidstaat naar de rechter kan stappen. De schuldeiser heeft de mogelijkheid van forum shopping. Het HvJ zegt niets over het toepasselijke recht. Aannemelijk is dat het recht dat de actio pauliana beheerst, wordt bepaald door het recht dat op de benadelende rechtshandeling van toepassing is. |
Actualia contractspraktijk |
Het non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst anno 2019 |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | franchise, franchiseovereenkomst, non-concurrentiebeding, Wet franchise, jurisprudentie |
Auteurs | Mr. J.H. Kolenbrander |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt een overzicht gegeven van recente jurisprudentie op het gebied van het non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst mede in het licht van de Wet franchise. |
Actualia contractspraktijk |
Renteclausules in consumentenovereenkomsten: a pound of flesh |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | rentebeding, Ambtshalve toetsing, Algemene voorwaarden, Wettelijke rente |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt de omgang in de rechtspraak met rentebedingen in consumentenovereenkomsten besproken. Onevenredig hoge rentes worden ambtshalve vernietigd. In het Rapport Ambtshalve Toetsing III geeft de rechtspraak aan dat rentes boven de wettelijke handelsrente onevenredig hoog worden geacht. De vraag die resteert is of na vernietiging van de contractuele rente kan worden teruggevallen op de wettelijke rente, mits subsidiair gevorderd. Aan de hand van een arrest van het HvJ EU van 7 augustus 2018 wordt betoogd dat dat niet het geval kan zijn. |
Wetenschap en praktijk |
Wet bescherming bedrijfsgeheimen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | bedrijfsgeheim, IE-recht, onrechtmatige daad, innovatie, vertrouwelijkheid |
Auteurs | Prof. mr. W.J. Oostwouder, Mr. L.A.E. Thonen en Mr. M. Kool |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 8 juni 2016 werd de Richtlijn (EU) 2016/943 vastgesteld ‘betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie (bedrijfsgeheimen) tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan’. Het wetsvoorstel tot implementatie van deze Richtlijn werd door de Eerste Kamer op 16 oktober 2018 als hamerstuk afgedaan. |
Signalering |
‘Rechtstaal’ en recht doen aan taal |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | vreemde taal, rechtstaal, Landsverordening officiële talen, landstaal, procederen |
Auteurs | Mr. P. Klik |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat de rol van taal in het rechtsproces centraal. |
Wetenschap en praktijk |
Uitwinning van pandrecht op aandelen – hoe staat het ermee? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | uitwinning, pandrecht op aandelen, beslag, Herstructurering, parate executie |
Auteurs | Mr. B.N. Mwangi en Mr. S.C.P. Verhelst |
SamenvattingAuteursinformatie |
Pandrechten op aandelen zijn veelvuldig onderdeel van het zekerhedenpakket dat aan financiers wordt verstrekt. De uitwinning van deze pandrechten lijkt relatief weinig voor te komen. De wettelijke regels daaromtrent zijn summier en de beschikbare jurisprudentie over dit onderwerp is beperkt. Recentelijk zijn echter de Solutus-zaak (Rb. Amsterdam 19 juni 2016, JOR 2017/301 m.nt. P.H.N. Quist) en de Sawgrass-zaak (Rb. Amsterdam 10 oktober 2017, JOR 2018/75 m.nt. T. Hutten) gepubliceerd. Mede aan de hand van deze uitspraken zetten de auteurs uiteen wat de stand van zaken is met betrekking tot de uitwinning van een pandrecht op aandelen en hoe hieraan in de praktijk invulling wordt gegeven. |
Signalering |
Wetgeving met een haakje … haken en ogen aan het wetgevingsproces. Over kwaliteit en kwantiteit |
Tijdschrift | Caribisch Juristenblad, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | wetgeving, wetgevingsproces, kwalieteit, capaciteitsproblemen, Curaçao |
Auteurs | Mr. P. Klik |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat de auteur stil bij de capaciteitsproblemen bij het produceren van wetgeving te Curaçao. Daarbij zal de auteur tevens ingaan op de vraag in hoeverre Nederlandse wetgeving integraal dient te worden overgenomen op Curaçao. |
Actualia contractspraktijk |
Detailhandelaren en leveranciers in distributieland treden toe tot het walhalla van de Dienstenrichtlijn |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2018 |
Trefwoorden | Algemene voorwaarden, Informatieplicht, Dienstenrichtlijn, Detailhandel, Distributiehandel |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Dienstenrichtlijn is op 28 december 2009 geïmplementeerd in het BW. De regeling in het BW bevat een eigen, van artikel 6:234 BW afwijkende, lichte wijze van informeren over algemene voorwaarden. Omdat de informatieplicht onder de Dienstenrichtlijn lichter is dan die onder het BW, streven veel partijen naar de status van dienstverrichter. Op 30 januari 2018 oordeelde het HvJ EU dat ook detailhandel en distributiehandel onder het bereik van de Dienstenrichtlijn vallen. De reikwijdte van dit arrest valt niet te onderschatten, De gevolgen van dit arrest voor de algemenevoorwaardenregeling in het BW worden besproken. |
Praktijk |
‘De sterke arm’: historische achtergronden van een metafoor |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Aanwijzingen voor de regelgeving, sterke arm, Politiewet, Algemene wet op het binnentreden |
Auteurs | Mr. T.C. Borman |
SamenvattingAuteursinformatie |
‘De sterke arm’ is een vorm van beeldspraak die in diverse wetten voorkomt. Aanwijzing 5.39 van de Aanwijzingen voor de regelgeving geeft een standaardformulering voor gevallen waarin geregeld moet worden dat een bepaalde bevoegdheid ‘zo nodig met behulp van de sterke arm’ wordt uitgeoefend. In deze bijdrage wordt aan de hand van de parlementaire geschiedenis ingegaan op de betekenis van deze uitdrukking. In de jaren negentig zijn veel sterke-armbevoegdheden geschrapt, omdat deze algemeen zijn geregeld in de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene wet op het binnentreden en het Wetboek van Strafvordering. Niet altijd wordt onderkend dat die algemene wetten al in sterke-armbevoegdheden voorzien, zodat er op dit punt soms overbodige bepalingen in specifieke wetten terecht zijn gekomen. Onder de ‘sterke arm’ moeten worden verstaan die onderdelen van het staatsapparaat die bevoegd zijn tot geweldgebruik: normaliter de politie, soms onderdelen van de krijgsmacht. Een aardig terminologisch punt is nog dat in vroeger tijden ook wel werd gesproken over ‘de sterke hand’ in plaats van ‘de sterke arm’. Aan het slot van deze bijdrage worden beschouwingen daarover uit de parlementaire geschiedenis aan de vergetelheid ontrukt. |
Praktijk |
Kroniek civiele rechtspraak mededingingsrecht 2017 |
Tijdschrift | Markt & Mededinging, Aflevering 1 2018 |
Auteurs | Marieke Bredenoord-Spoek en Stijn de Jong |
Auteursinformatie |
Actualia contractspraktijk |
Nog een update rechtspraak over het non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2018 |
Trefwoorden | Franchise, Franchiseovereenkomst, Concurrentiebeding, Franchisegever, Franchisenemer |
Auteurs | Mr. J.H. Kolenbrander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Geschillen tussen franchisegevers en franchisenemers over postcontractuele non-concurrentiebedingen in de franchiseovereenkomst blijven met de nodige regelmaat terugkomen in de rechtspraak. Dat is ook niet verwonderlijk, omdat het antwoord op de vraag of een ex-franchisenemer al dan niet gebonden is aan een dergelijk beding aanzienlijke gevolgen kan hebben voor zowel de ex-franchisenemer zelf als de franchisegever en de andere franchisenemers. In dit artikel wordt een samenvatting gegeven van recente jurisprudentie. |
Praktijk |
Het borgtochtverweer in de context van overnamecontracten |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2017 |
Trefwoorden | borgtochtverweer, borgtocht, hoofdelijke aansprakelijkheid, afbakeningscriterium, overname |
Auteurs | Mr. J.M. Möller |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het borgtochtverweer, waarbij hoofdelijke aansprakelijkheid op verzoek van degene die zich aansprakelijk heeft gesteld wordt geherkwalificeerd tot borgtocht, zorgt in de financieringspraktijk er nog wel eens voor dat een schuldeiser met lege handen achterblijft. De vraag is of er ook risico’s op een dergelijke herkwalificatie bestaan in de context van overnames. Hiervoor bekeek de auteur de bestaande jurisprudentie en probeerde daaruit bepalende factoren voor de overnamepraktijk te ontlenen. De conclusie luidt dat – net als in de financieringspraktijk – een natuurlijk persoon al snel bescherming toekomt en als borg wordt gekwalificeerd. In concernverhoudingen houdt hoofdelijke aansprakelijkheid in beginsel stand, omdat al snel mag worden aangenomen dat een groepsvennootschap die zich hoofdelijk aansprakelijk stelt indirect profijt van een transactie zal hebben. |
Praktijk |
Update jurisprudentie agentuurovereenkomsten 2015-2017 |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2017 |
Trefwoorden | Agentuur, Klantenvergoeding, beëindiging agentuurrelatie, artikel 7:428 BW, Provisie |
Auteurs | Mr. drs. H.S. Kleinjan |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt de in de periode 1 januari 2015 tot en met 22 mei 2017 gewezen jurisprudentie over agentuurovereenkomsten besproken. Een breed scala aan onderwerpen met betrekking tot agentuurovereenkomsten passeerde de revue de afgelopen twee jaar bij de rechtbanken, de gerechtshoven en het HvJ EU. Gemeenschappelijke noemer was dat vrijwel alle besproken uitspraken verband hielden met de beëindiging van de agentuurovereenkomsten. Een algemeen beeld dat naar voren komt, is dat de agent nog altijd veel bescherming wordt geboden. |
Praktijk |
De executie van een bestuursrechtelijk besluit dat vernietigd is |
Tijdschrift | De Gerechtsdeurwaarder, Aflevering 2 2017 |
Auteurs | Maritza Bernardt |