In deze achtste kroniek Rechtspraak Tuchtrecht die in TvGR wordt gepubliceerd, worden in grote lijnen dezelfde onderwerpen behandeld als in de vorige kroniek. Het gaat dan om uitspraken over ontvankelijkheid en aanverwante procesrechtelijke onderwerpen, vraagstukken rond ouderlijk gezag, hoofdbehandelaarschap en regievoering, bevoegdheid en bekwaamheid, beroepsgeheim en dossiervoering, rapporten en verklaringen, alsmede de (zwaarte van) de door tuchtcolleges opgelegde tuchtmaatregelen. |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek Rechtspraak Tuchtrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | Tuchtrecht, tuchtmaatregelen, ouderlijk gezag, hoofdbehandelaarschap |
Auteurs | mr. C.A. Bol en mr. W.R. Kastelein |
SamenvattingAuteursinformatie |
PROCESperikelen |
De politiewoordvoerder: filter tussen sensatie en werkelijkheid |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 6 2018 |
Auteurs | Esther Coster |
Auteursinformatie |
Het ambacht |
De aanduiding van wetsvoorstellen |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 6 2018 |
Trefwoorden | wetsvoorstellen, wetsontwerpen, voorontwerpen van wet, terugkoppeling, conceptwetsvoorstellen |
Auteurs | Mr. T.C. Borman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage gaat in op de terminologische betekenis van de begrippen ‘voorstel van wet’, ‘ontwerp van wet’, ‘wetsvoorstel’, ‘wetsontwerp’, ‘voorontwerp van wet’ en ‘conceptwetsvoorstel’. In de praktijk lopen deze begrippen sterk door elkaar, maar uit de geschiedenis van de grondwetsherziening en de Aanwijzingen voor de regelgeving blijkt dat voor verschillende fases van het wetgevingsproces en in verschillende soorten documenten specifieke termen behoren te worden gebruikt. Van een ‘voorstel van wet’ kan worden gesproken vanaf de ministerraadsfase. Voor de daaraan voorafgaande fases (met name de consultatiefase) verdient het aanbeveling de term ‘voorontwerp van wet’ of ‘conceptwetsvoorstel’ te hanteren. Op het toezenden van voorontwerpen van wet aan het parlement, dus in een fase vóór de grondwettelijke indiening, wat overigens zelden voorkomt, is in het verleden door de Raad van State kritiek geuit. Naar aanleiding daarvan is destijds door de ministerraad besloten dat dit alleen ‘ter kennisgeving’ behoort te gebeuren, met de aanduiding ‘voorontwerp’. |
Praktijk |
Van gêne naar gunnen |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 10 2018 |
Auteurs | Michel Knapen |
Praktijk |
Eind goed, al goed, zelfs onder KEI |
Tijdschrift | De Gerechtsdeurwaarder, Aflevering 3 2018 |
Auteurs | Patrick Wittebrood |
Auteursinformatie |
Actualia contractspraktijk |
Renteclausules in consumentenovereenkomsten: a pound of flesh |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | rentebeding, Ambtshalve toetsing, Algemene voorwaarden, Wettelijke rente |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt de omgang in de rechtspraak met rentebedingen in consumentenovereenkomsten besproken. Onevenredig hoge rentes worden ambtshalve vernietigd. In het Rapport Ambtshalve Toetsing III geeft de rechtspraak aan dat rentes boven de wettelijke handelsrente onevenredig hoog worden geacht. De vraag die resteert is of na vernietiging van de contractuele rente kan worden teruggevallen op de wettelijke rente, mits subsidiair gevorderd. Aan de hand van een arrest van het HvJ EU van 7 augustus 2018 wordt betoogd dat dat niet het geval kan zijn. |
Wetenschap en praktijk |
Wet bescherming bedrijfsgeheimen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | bedrijfsgeheim, IE-recht, onrechtmatige daad, innovatie, vertrouwelijkheid |
Auteurs | Prof. mr. W.J. Oostwouder, Mr. L.A.E. Thonen en Mr. M. Kool |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 8 juni 2016 werd de Richtlijn (EU) 2016/943 vastgesteld ‘betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie (bedrijfsgeheimen) tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan’. Het wetsvoorstel tot implementatie van deze Richtlijn werd door de Eerste Kamer op 16 oktober 2018 als hamerstuk afgedaan. |
Wetenschap en praktijk |
Accountant en fraudeEnige beschouwingen naar aanleiding van de uitspraken inzake de aansprakelijkheidstelling van PwC in haar hoedanigheid van accountant van de Fairfield-fondsen |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | accountant, fraude, aansprakelijkheid, zorgplicht, tuchtrecht |
Auteurs | Mr. J.E. Brink-van der Meer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaat de auteur in op de vraag of een accountant wordt geacht fraude te ontdekken bij een wettelijke controle in de zin van art. 2:393 BW. De problematiek wordt besproken aan de hand van de uitspraken inzake de aansprakelijkheidstelling van PwC in haar hoedanigheid van accountant van de Fairfield-fondsen. De auteur staat uitvoerig stil bij de zorgplicht van de accountant. Hierbij is relevant of de accountant de controle van de jaarrekeningen heeft uitgevoerd, zoals van een redelijk handelend en redelijk bekwaam controlerend accountant mag worden verwacht. Voorts wordt uitgewerkt in hoeverre de civiele rechter betekenis mag toekennen aan het oordeel van een tuchtrechter. |
Wetenschap en praktijk |
Smart contractsVoer voor juristen? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | blockchain, smart contract |
Auteurs | Mr. J. Naves |
SamenvattingAuteursinformatie |
De afgelopen twee jaren heeft de blockchaintechnologie veel aandacht gekregen. In één adem met deze technologie wordt vaak het smart contract genoemd. De naam veronderstelt impact op de werkzaamheden van juristen. Maar is dat wel zo? De reikwijdte van het begrip smart contract zoals dat in een blockchaincontext wordt gebruikt, is dermate breed dat veel softwareprotocollen als zodanig kunnen worden aangeduid. Lang niet al deze protocollen hebben juridische betekenis. In dit artikel geeft de auteur nadere duiding aan het begrip smart contract en de betekenis daarvan voor de juridische praktijk. |
Praktijkberichten |
‘Ik ben nu pas boos. En dat bevalt me wel.’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Herstelrecht, Aflevering 3 2018 |
Auteurs | Mieke Wouters |
Auteursinformatie |
Kroniek |
Ambtelijke en bestuurlijke corruptie in Nederland; waar staan we anno 2018? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Criminologie, Aflevering 4 2018 |
Trefwoorden | Corruptie, Integriteit, Rechtshandhaving, Openbaar bestuur |
Auteurs | Prof. dr. Hans Nelen en Prof. dr. Emile Kolthoff |
SamenvattingAuteursinformatie |
The most recent extensive study on political and administrative corruption in The Netherlands dates back to 2005 (Huberts & Nelen, 2005). Afterwards various studies have been conducted on related subthemes and areas. In this contribution, the state of affairs regarding political and administrative corruption – and the responses to them – in The Netherlands in 2018 is described, based on the results of these studies. Starting with an overview of the nature and severity of political and administrative corruption, the focus shifts to relevant developments in the control and prevention of corruption, partly addressing the causes of the phenomenon. |
Werk in uitvoering |
Defensieve geneeskunde: werk in uitvoering |
Tijdschrift | Recht der Werkelijkheid, Aflevering 3 2018 |
Auteurs | Shosha Wiznitzer LLM |
Auteursinformatie |
PROCESperikelen |
De politiedrone-app, innovatieve ondersteuning in de handhaving |
Tijdschrift | PROCES, Aflevering 5 2018 |
Auteurs | Wouter van der Kraan |
Auteursinformatie |
Kroniek rechtspraak |
Kroniek rechtspraak rechten van de mens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2018 |
Trefwoorden | EVRM, EHRM, rechten van de mens, Schending |
Auteurs | Prof. mr. A.C. Hendriks |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM of Hof) heeft in de periode januari 2017 tot en met augustus 2018 een groot aantal uitspraken gedaan die van belang zijn voor gezondheidsjuristen. Naast uitspraken over onderwerpen waarover het Hof zich in het verleden eerder heeft uitgesproken, zoals het recht op schadevergoeding na een medische fout, de omgang met medische persoonsgegevens en het waarborgen van toegang tot adequate medische zorg, liet het Hof zich uit over onderwerpen als het recht op patiëntveiligheid, het optreden van de autoriteiten jegens psychiatrische patiënten, het recht op cannabis en het voortzetten van levensverlengend handelen in situaties waarin de artsen dat niet langer zinvol achten. |
Praktijk |
Human Profiling wijst de weg naar het verhaal achter het verhaal |
Tijdschrift | Advocatenblad, Aflevering 9 2018 |
Auteurs | Sabine Droogleever Fortuyn |
Wetenschap en praktijk |
Overeenkomst en faillissementRien ne va plus? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | faillissement, overeenkomst, verifieerbare vorderingen |
Auteurs | Mr. dr. F. Damsteegt-Molier |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het arrest Credit Suisse/Jongepier q.q. gaat (onder meer) over de vraag hoe moet worden omgegaan met vorderingen die na de datum van het faillissement uit hoofde van een lopende overeenkomst ontstaan. In dit artikel wordt stilgestaan bij de achtergrond van het arrest en wordt bezien wat nu de stand van zaken is op het gebied van de overeenkomst in faillissement. Ook worden de praktische gevolgen van de beslissing van de Hoge Raad belicht. Geconcludeerd wordt dat het arrest een bevestiging is van eerdere rechtspraak op dit punt en dat daarmee de vraag rest of een wetswijziging noodzakelijk is. |
Wetenschap en praktijk |
Wettelijke bedenktijd en beschermingsconstructies, de wereld op zijn kop! |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | wettelijke bedenktijd, beschermingsmaatregelen, responstijd, beursvennootschap, Aandeelhoudersrichtlijn |
Auteurs | Prof. mr. W.J. Oostwouder en Mr. R.P. Schrooten |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het regeerakkoord van het huidige kabinet bevat het voornemen om ten aanzien van Nederlandse beursgenoteerde vennootschappen een wettelijke ‘bedenktijd’ in te voeren. Een beursgenoteerde vennootschap die op de algemene vergadering wordt geconfronteerd met voorstellen voor een fundamentele strategiewijziging zou een bedenktijd van maximaal 250 dagen moeten kunnen inroepen. Deze bijdrage formuleert een antwoord op de volgende twee vragen ten aanzien van de voorgenomen bedenktijd: |
Wetenschap en praktijk |
Grensoverschrijdende omzettingenPolbud in perspectief |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 3 2018 |
Trefwoorden | Polbud, vrijheid van vestiging, grensoverschrijdende omzetting, zetelverplaatsing, vestigingsvrijheid |
Auteurs | Mr. H. Koster |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel gaat de auteur in op het Polbud-arrest van 25 oktober 2017 over een verplaatsing van de statutaire zetel, waarin het HvJ EU een nadere invulling geeft aan de mogelijkheid van een grensoverschrijdende omzetting op basis van de vrijheid van vestiging van art. 49 en 54 VWEU. Dit artikel bevat een analyse over de betekenis van het Polbud-arrest, mede in het perspectief van het geldende recht met betrekking tot grensoverschrijdende omzettingen. |