Aan bod komt de jurisprudentie van 1 maart 2012 tot 1 januari 2014. In deze kroniek wordt stilgestaan bij uitspraken betreffende het medisch beroepsgeheim en het verschoningsrecht, in het bijzonder bij de doorbreking van het beroepsgeheim wegens ‘zeer uitzonderlijke omstandigheden’. In het verlengde daarvan bespreekt de auteur jurisprudentie naar aanleiding van AMK-meldingen en de aan die meldingen te stellen voorwaarden. Ook wordt aandacht besteed aan de verantwoordelijkheid van de al dan niet regievoerende specialist en het verschil tussen een tuchtrechtelijke en een strafrechtelijke beoordeling van die verantwoordelijkheid. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak strafrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2014 |
Trefwoorden | strafrecht, medisch beroepsgeheim, AMK-melding |
Auteurs | Prof. mr. T.M. Schalken |
SamenvattingAuteursinformatie |
Praktijk |
Het glibberige pad van contracteren in de brandstoffenbranche |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | Mededingingswet, exclusieve afnameovereenkomst, groepsvrijstellingsverordening, partiële nietigheid, conversie |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze Actualia staan twee arresten van de Hoge Raad in de procedure tussen BP en Benschop centraal. Deze arresten gingen over de mededingingsrechtelijke toelaatbaarheid van exclusieve afnameovereenkomsten. De Hoge Raad onderstreept het belang van scherp contracteren en het in acht nemen van onder meer de Groepsvrijstellingsverordening. Daarnaast bevestigt de Hoge Raad dat een mededingingsrechtelijke nietigheid zich niet leent voor conversie en dat de nietigheid algeheel of partieel kan zijn. Dat laatste is een kwestie van uitleg, waarbij ook de inhoud van de overeenkomst een rol zal spelen. |
Praktijk |
Irrevocables |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | irrevocable, openbaar bod, vrijstellingsbesluit, stemafspraak |
Auteurs | Mr. J.A.C. van Veersen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In openbare biedingen wordt veelal gebruik gemaakt van irrevocable undertakings. Dit zijn overeenkomsten tussen de bieder en grootaandeelhouders van de doelvennootschap die bereid zijn hun stukken in het openbaar bod aan te melden. Dergelijke afspraken vergroten de slagingskans van het bod, omdat daardoor bij aanvang al duidelijk is dat de grootste aandeelhouders de geboden prijs kennelijk redelijk vinden. Omdat de irrevocable in de praktijk is ontstaan en vrij specifiek is voor publieke M&A, leek het de auteur nuttig de belangrijkste elementen van dit document, alsmede het regulatoir kader daarvan op een rijtje te zetten. |
Praktijk |
Stakebuilding: een gewaagde gok op zekerheid of absoluut geen legitieme gedraging in het biedingsproces? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | marktmisbruik, voorwetenschap, openbare biedingen, stakebuilding, Market Abuse Regulation |
Auteurs | Mr. A.W. van der Vegt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Om de kans van slagen van een voorgenomen openbaar bod te vergroten, kan een bieder besluiten een aandelenbelang in de doelvennootschap op te bouwen. Hoewel deze handeling niet ongebruikelijk is in het biedingsproces, bestaat er in de praktijk onduidelijkheid over de toelaatbaarheid hiervan, gelet op de regels ter voorkoming van marktmisbruik. In deze bijdrage gaat de auteur in op de bestaande onzekerheid en formuleert zij aan de hand van de bestaande en toekomstige regelgeving op dit punt een antwoord op de vraag die in de titel wordt gesteld. |
Praktijk |
Het vijandig bod |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | vijandig bod, openbaar bod, activistische aandeelhouder, biedingsregels, stakebuilding, melding zeggenschap, beschermingsconstructie, KPN, América Móvil |
Auteurs | Mr. W.W.C.I.G. Bijveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Vijandige biedingen komen met enige regelmaat voor in de Nederlandse openbarebiedingenpraktijk. Van een ‘vijandig bod’ wordt gesproken indien de besturen van een potentiële bieder en een doelvennootschap geen overeenstemming kunnen bereiken over het voorgenomen openbaar bod van de potentiële bieder. De huidige regelgeving omtrent openbare biedingen behandelt een ‘vijandig bod’ op enkele bepalingen na niet anders dan een volledig openbaar bod. Enkele belangrijke regels die een vijandige bieder tegen zal komen gedurende het biedingsproces zijn onder andere de regels omtrent het melden van zeggenschap, de bepaling over de aankondiging van een vijandig bod, de ‘put up or shut up’-regeling en art. 4 en 5 van de SER Fusiegedragsregels 2000. Naast deze regels zal in het artikel tevens worden ingegaan op de overnamestrijd tussen América Móvil en KPN. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak tuchtrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 1 2014 |
Trefwoorden | Tuchtrecht in de gezondheidszorg, Wet BIG, Tuchtmaatregelen |
Auteurs | Mr. E.J.C. de Jong en mr. W.R. Kastelein |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze – alweer – zesde kroniek over de jurisprudentie inzake het tuchtrecht in de gezondheidszorg bestrijkt de periode van 1 januari 2012 tot 1 december 2013. Opvallend is dat verreweg de meeste tuchtzaken nog steeds klachten tegen artsen zijn. Als belangrijkste thema’s vallen op de verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg, de ontvankelijkheid van klachten tegen artsen die niet direct zorg verlenen, vraagstukken over kindermishandeling en ouderlijk gezag, procesrechtelijke vraagstukken, de normstelling en (de zwaarte van) de tuchtmaatregelen. |
Praktijk |
Nieuwe pandbeleningswet: ‘Pawn Star straalt nog niet’ |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2013 |
Trefwoorden | pandhuizen, pandbelening, consumentenbescherming, informatieverplichting |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2013 is de pandbeleningswet aangenomen. Deze pandbeleningswet regelt de verhouding tussen de pandhuizen en de pandbeleners. De nieuwe wet vervangt de uit 1910 stammende Pandhuiswet. De regelgeving wordt opgenomen in boek 7 BW en is uitsluitend van toepassing op B2C-verhoudingen. In deze bijdrage wordt de pandbeleningswet vanuit contractenrechtelijk perspectief besproken. Overigens is nog niet duidelijk wanneer de wet van kracht wordt. Het Koninklijk Besluit tot invoering is nog niet gepubliceerd. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak rechten van de mens |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2013 |
Trefwoorden | EVRM, EHRM, rechten van de mens, schending |
Auteurs | Prof. mr. A.C. Hendriks |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het verslagjaar 2012/2013 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) veel voor het gezondheidsrecht interessante uitspraken gedaan. Daaronder bevinden zich onder meer zaken over het onthouden van noodzakelijke medische zorg, het recht op patiëntveiligheid, het recht op hulp bij zelfdoding en het recht kritiek te hebben op een ziekenhuisdirecteur. Deze kroniek bevat een beschrijving en analyse van de voor het gezondheidsrecht belangrijkste zaken uit het verslagjaar 2012/2013. |
Praktijk |
De zelfstandige AMvB: hoe staat het daarmee? |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 5 2013 |
Trefwoorden | zelfstandige algemene maatregel van bestuur, algemene maatregel van bestuur, Aanwijzingen voor de regelgeving, Raad van State |
Auteurs | Mr. T.C. Borman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de stand van zaken rond de figuur van de zelfstandige AMvB sinds het jaar 2000. Er wordt een beschrijving gegeven van de vijftien zelfstandige (ontwerp-)AMvB’s die sindsdien tot stand zijn gebracht. Daarbij wordt veel aandacht geschonken aan de opvattingen van de Raad van State en de daarmee niet altijd overeenkomende opvattingen van de regering. Een van de conclusies is dat de vraag hoe de regering de toelaatbaarheid van een zelfstandige AMvB beoordeelt, sterk afhangt van de interpretatie die een individuele minister geeft aan artikel 89 Gw. |
Praktijk |
Boetes in B2C-verhoudingen ambtshalve getoetst |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 3 2013 |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak zorgverzekeringsrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2013 |
Trefwoorden | Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, verzekerde aanspraak, zorgverzekeraar, zorgverzekeringsrecht, Zorgverzekeringswet |
Auteurs | Mr. H.M. den Herder en mr. C. van Balen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek worden de belangrijkste uitspraken met betrekking tot de Zorgverzekeringswet en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten sinds 1 juli 2011 behandeld. Met betrekking tot de Zorgverzekeringswet worden de volgende onderwerpen besproken: de inhoud van de zorgverzekering, de zorgverzekeraars en de taken en bevoegdheden van het College voor zorgverzekeringen. Wat betreft de AWBZ komen aan bod: de kring der verzekerden en de aanspraken. Daarnaast wordt aandacht besteed aan uitspraken over de zorginkoop en over de afbakening tussen de Zorgverzekeringwet en de AWBZ. |
Praktijk |
Contracteren als maatschap: Hoed u voor uw broeders! |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 2 2013 |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Van ‘Wij Beatrix’ naar ‘Wij Willem-Alexander’: enkele beschouwingen bij het afkondigingsformulier |
Tijdschrift | RegelMaat, Aflevering 2 2013 |
Trefwoorden | afkondigingsformulier, aanhef van wetten en AMvB’s, troonswisseling, koningschap, ‘bij de gratie Gods’ |
Auteurs | Mr. T.C. Borman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Voor de tekst van het afkondigingsformulier van wetten geldt ingevolge additioneel artikel XIX Grondwet nog steeds het formulier uit de oude Grondwet: ‘Wij’ enz. ‘Koning der Nederlanden’ enz. Al sinds de vorming van ons Koninkrijk tweehonderd jaar geleden is de praktijk dat ter invulling van het eerste ‘enz.’ de formule ‘bij de gratie Gods’ wordt gebezigd. In deze bijdrage wordt stilgestaan bij enkele achtergronden van dit gedeelte van het afkondigingsformulier. Ingegaan wordt op de historie, met uitgebreide verwijzingen naar wetsgeschiedenis en literatuur. De bijdrage spitst zich toe op het uitblijven van de grondwettelijke opdracht om een regeling van het afkondigingsformulier te treffen en op de formule ‘bij de gratie Gods’. Bepleit wordt om na de troonswisseling tot een wettelijke regeling van het afkondigingsformulier te komen, zowel voor wetten als voor AMvB’s. Met de kwestie van het al dan niet opnemen van de formule ‘bij de gratie Gods’ zou dan pragmatisch te werk moeten worden gegaan. Het gebruik van de formule behoeft niet wettelijk te worden geregeld en kan net als nu aan de praktijk worden overgelaten. Wettelijke regeling van het afkondigingsformulier lost ook enkele kwesties op rond de vermelding van de advisering door de Raad van State in het afkondigingsformulier. |
Praktijk |
De crisis te lijf door aangescherpte regeling over betalingsachterstanden? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 1 2013 |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
Auteursinformatie |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak Wet Bopz |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 2 2013 |
Auteurs | Mr. dr. V.E.T. Dörenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek bevat een selectie van rechterlijke uitspraken over de Wet Bopz die zijn gewezen in de periode mei 2011 tot januari 2013. Er is aandacht voor uitspraken met betrekking tot de criteria voor gedwongen opneming, de procedurele vereisten bij opneming, bijzondere machtigingen, dwangbehandeling en overige vrijheidsbeperkingen en de klachtenprocedure. |
Praktijk |
Arbitrage en ambtshalve toetsing: mag de arbitrageclausule wel of niet? |
Tijdschrift | Contracteren, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | Algemene voorwaarden, ambtshalve toetsing, Richtlijn oneerlijke bedingen, arbitragebeding, onredelijk bezwarend beding |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 26 april 2012 overwoog het HvJ EU in het Invitel-arrest dat bij de beoordeling van algemene voorwaarden in een algemeen-belangprocedure in het kader van de Richtlijn oneerlijke bedingen de voorwaarden getoetst moeten worden in het licht van de nationaalrechtelijke regeling, de gehele overeenkomst en de door de gebruiker aangevoerde rechtvaardigingsgronden voor het betreffende beding. Op 21 september 2012 oordeelde de Hoge Raad in een procedure over een arbitraal beding dat de arbitrageclausule niet per definitie onredelijk bezwarend is op grond van de Richtlijn oneerlijke bedingen. Beide arresten worden in deze bijdrage besproken. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak bestuursrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2012 |
Trefwoorden | Awb, Bestuursrecht, Jurisprudentie, kroniek |
Auteurs | Mr. A.C. de Die en mr. C. Velink |
SamenvattingAuteursinformatie |
De kroniek geeft een overzicht van de bestuursrechtelijke uitspraken op het gebied van het gezondheidsrecht in de periode februari 2011 tot en met juli 2012. Naast de jaarlijks terugkerende onderwerpen zoals de begrippen ‘besluit’ en ‘belanghebbende’, komen ook meer specifieke onderwerpen aan bod, zoals de beginselplicht en actieve openbaarmaking. Aandacht verdient in ieder geval de Wob-uitspraak over de openbaarmaking van het suïciderapport waardoor onder andere duidelijkheid is verkregen over de privacybescherming na overlijden. Ook interessant is de Wbp-uitspraak over de kennisneming van documenten in het kader van een onderzoek naar het functioneren van een medisch specialist. |
Praktijk |
Securitisaties en Islamitisch financieren |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | securitisaties en islamitisch financieren |
Auteurs | Mr. E.F. Coomans-Piscaer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Als gevolg van de economische en regulatoire veranderingen van de laatste jaren zijn de investeringsmogelijkheden van Europese investeerders beperkter geworden. Om nieuwe investeerders aan te trekken, zou er gezocht kunnen worden naar investeerders van buiten Europa, zoals investeerders uit het Midden-Oosten en Azië. Een groot gedeelte van de investeerders uit het Midden-Oosten en Azië investeert slechts in structuren die gebaseerd zijn op de beginselen van het islamitisch financieren. Om de Nederlandse securitisatiestructuur voor dergelijke investeerders interessant te maken, dient deze te voldoen aan de vereisten van het islamitisch financieren. Het artikel behandelt globaal de securitisatiestructuur die in Nederland en in het islamitisch financieren worden gebruikt. Ook worden een paar knelpunten aangehaald die van belang kunnen zijn bij het aanpassen van de Nederlandse securitisatiestructuur aan de beginselen van het islamitisch financieren. |
Praktijk |
Uitkeren aan aandeelhouders, (hoe) kunnen we dat doen?Een overzicht na afsluiting van een rumoerig wetgevingsproces |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | FlexBV, artikel 2:216 BW, uitkeren aan aandeelhouders, crediteurenbescherming |
Auteurs | Mr. I.C.P. Groenland |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een van de onderwerpen uit de FlexBV wetgeving die op 1 oktober 2012 van kracht is geworden en waar sinds de aanvang van het wetgevingsproces het meest over is geschreven, zijn de uitkeringen aan aandeelhouders. De aanpassing van artikel 216 wordt door de regering beschouwd als basis voor een evenwichtig systeem van crediteurenbescherming. Toch bleek het vinden van draagvlak voor de regeling omtrent uitkeringen een hele dobber. Sinds 1 oktober 2012 hebben we te maken met het nieuwe artikel 2:216 BW bij uitkeringen aan aandeelhouders. De regels veranderen, maar naar inschatting van de auteur verandert voor de meeste vennootschappen het speelveld niet ingrijpend. Een kritiekpunt van de auteur is dat hoewel de striktere formulering van de verhouding tussen aandeelhoudersvergadering en bestuur aansluit bij de gangbare opvattingen over corporate governance, de vastlegging in een dwingendrechtelijke regeling niet zo wenselijk is. Een ruimer kader voor afwijking van de gekozen wettelijke systematiek was wenselijk geweest voor de praktijk. |
Praktijk |
Kartels en concernverhoudingen: extra zorgplicht voor moeders? |
Tijdschrift | Onderneming en Financiering, Aflevering 4 2012 |
Trefwoorden | kartelinbreuk, toerekening, boete, concernverhoudingen, mededingingsrecht |
Auteurs | Mr. S.G.J. Smallegange en mr. L.L. Bremmer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een boete voor een kartelinbreuk van een dochteronderneming kan aan een moedermaatschappij worden toegerekend als zij een economische eenheid vormen en de moeder een beslissende invloed uitoefent. De Europese Commissie gaat hierbij uit van een weerlegbaar vermoeden als de moeder 100% van het kapitaal bezit, waarbij de moeder het bewijs moet aandragen dat zij geen beslissende invloed heeft gehad op de dochter. Hoe zit dat bij andere posities van moedermaatschappijen? Bij de beoordeling kijkt de Commissie naar de feiten en omstandigheden van het geval. Overlap in besturen, management en zelfs negatieve zeggenschap kunnen beslissende invloed creëren. De moeder doet er daarom goed aan – voordat zij wordt geconfronteerd met een overtreding – inzichtelijk te hebben of zij als een economische eenheid gezien wil worden. |