In haar Trending Topics-artikel ‘De kosten van rechtsbijstand ex artikel 591a Sv in perspectief’ van het laatste nummer van dit tijdschrift, gaat I.M. Koopmans in op twee aspecten rond de regeling van een vergoeding van gemaakte advocaatkosten nadat de zaak – kort gezegd – niet in een veroordeling is geëindigd, die in haar visie enige reflectie verdienen: de aard en de hoogte van door de rechter toegekende bedragen. Dit naschrift dient ter reactie op deze bijdrage. |
Zoekresultaat: 12 artikelen
Jaar 2019 xNaschrift |
Naschrift bij ‘De kosten van rechtsbijstand ex artikel 591a Sv in perspectief’ |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | art. 591a Sv, rechtsbijstand |
Auteurs | Mr. D. Schreuders |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De werking van internationale sancties in NederlandHoe de ontwikkeling, opsporing en vervolging van internationale sancties in Nederland plaatsvindt |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | internationaal, sancties, strategische goederen, Sanctiewet, douane |
Auteurs | Mr. J. Pauwelussen Mcrim en M. Pijls |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt stilgestaan bij de achtergrond, geschiedenis en de ontwikkeling van internationale sancties. Tegen de achtergrond van de ontstaanshistorie wordt in dit artikel een beeld geschetst van het doel en de noodzaak van sancties. Vervolgens wordt beschreven welke wetgeving in Nederland van toepassing is op sanctieovertredingen en wordt relevante jurisprudentie behandeld. Ten slotte wordt er vanuit een praktische invalshoek beschreven op welke wijze de opsporing en vervolging is georganiseerd. |
Artikel |
Sanctieregelgeving en Wwft: same same, but different! |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | Sanctiewet 1997, Wwft, compliance, strategische goederen, sancties |
Auteurs | Mr. T.J. Kodrzycki en Mr. J.G. Geertsma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een deugdelijk complianceprogramma is verplicht onder de Wwft en de Sanctiewet 1977 en draagt bij aan risicobeheersing van strafvervolging. Onder de Sanctiewet 1977 zien we in recente jaren een toename in strafrechtelijke vervolging en veroordeling. Onderzocht wordt een aantal verschillen en overeenkomsten in de eisen die toezichthouders stellen aan complianceprogramma’s ten aanzien van de Wwft en de Sanctiewet 1977. Overlap wordt geconstateerd ten aanzien van geliste landen, meldplichten aan toezichthouders, identificeren van UBO’s, onderzoek naar cliënten/zakelijke relaties/transacties, identificeren van PEP’s. De Wwft en Sanctiewet 1977 gaan uit van verschillende normenkaders: risk based (Wwft) en rule based (Sanctiewet 1977). |
Redactioneel |
Aanpak betrokkenheid van ondernemingen bij ernstige mensenrechtenschendingen: meer dan sanctiewetgeving alleen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 4 2019 |
Trefwoorden | mensenrechtenschendingen, ondernemingen, aansprakelijkheid |
Auteurs | Prof. dr. mr. W. Huisman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit themanummer wordt bijzondere aandacht gegeven aan sanctiewetgeving. In dit redactioneel wordt ingegaan op de mogelijkheden om betrokkenheid van ondernemingen bij ernstige mensenrechtenschendingen aan te pakken, naast het gebruik van de Sanctiewet. Verkend wordt wat de aard en omvang van dit fenomeen is en welke juridische en niet-juridische middelen worden ingezet om de betrokkenheid van ondernemingen bij ernstige mensenrechtenschendingen te voorkomen en wat daarvan het effect kan zijn. Vervolgens zullen de beschikbare juridische middelen en quasi-juridische reacties en het gebruik daarvan worden geïnventariseerd. Ten slotte wordt gereflecteerd op de mogelijke effecten van het gebruik van deze instrumenten ter preventie van de betrokkenheid van ondernemingen bij ernstige mensenrechtenschendingen. |
Artikel |
‘Ernstig verwijt’ en selectieve betalingenEnkele beschouwingen naar aanleiding van HR 12 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:576 |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 8-9 2019 |
Trefwoorden | bestuurdersaansprakelijkheid, ernstig verwijt, selectieve betalingen, insolventie, kennelijk onbehoorlijk bestuur |
Auteurs | Mr. A. Karapetian |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt aan de hand van rechtspraak van de Hoge Raad ingegaan op het ‘ernstig verwijt’ als maatstaf voor de beoordeling van de aansprakelijkheid van bestuurders en wordt aandacht besteed aan het leerstuk van selectieve betalingen. De auteur reflecteert op het nut en de noodzaak van het ‘ernstig verwijt’ bij de verschillende grondslagen van bestuurdersaansprakelijkheid en bespreekt de verwikkelingen rondom de (on)geoorloofdheid van selectieve betalingen. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 3 2019 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, mr. A.C.M. Klaasse e.a. |
Samenvatting |
|
Artikel |
|
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 7 2019 |
Trefwoorden | beneficial corporation, maatschappelijk verantwoord ondernemen, corporate social responsibility, social entrepreneurship, corporate governance, B Corp |
Auteurs | Mr. R.L. Pouwer |
SamenvattingAuteursinformatie |
De komst van Beneficial Corporations, of kortweg B Corps, naar Nederland roept vragen op. Wat is een B Corp? Hoe kun je een B Corp worden en blijven? En wat zijn de gevolgen van een certificering als B Corp in het Nederlandse vennootschapsrecht? Deze bijdrage beschrijft de B Corps en de kaders waarbinnen zij opereren. |
Artikel |
Tweede kansen, stigma’s en de praktijk van het civielrechtelijk bestuursverbod |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 7 2019 |
Trefwoorden | civielrechtelijk bestuursverbod, bestuursverbod, faillissementsfraude, curator, Openbaar Ministerie |
Auteurs | Mr. M. Neekilappillai en Mr. dr. N.T. Pham |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het civielrechtelijk bestuursverbod biedt de curator en het Openbaar Ministerie een instrument om faillissementsfraude effectiever te bestrijden. Op basis van rechtspraakanalyse en interviews met betrokken curatoren wordt betoogd dat het civielrechtelijk bestuursverbod geen geschikt instrument is voor het aanpakken van onkundige maar bonafide bestuurders. |
Artikel |
Wo viel Licht ist, ist starker Schatten?Het recht op een effectieve (civiele) remedie naar Unierecht |
Tijdschrift | Maandblad voor Vermogensrecht, Aflevering 7-8 2019 |
Trefwoorden | effectiviteitsbeginsel, effectieve rechtsbescherming, doorwerking, Unierecht, civiele remedie |
Auteurs | Mr. I.V. Aronstein |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het effectiviteitsbeginsel en het beginsel van effectieve rechtsbescherming vormen het fundament van de doorwerkingsvormen van Unierecht in privaatrechtelijke rechtsverhoudingen. Deze bijdrage geeft globaal inzicht in hoe private partijen Unierecht kunnen inroepen tegen een andere private partij, welke voorwaarden gesteld worden aan civiele remedies en hoe in die context de bovengenoemde beginselen andere beginselen beperken. |
Annotatie |
Sociale zekerheid en controle op detacheringen binnen de EU. Nieuwe wending in de rol van de detacheringsverklaringen bij fraudeHvJ EU 6 februari 2018, zaak C-359/16 (Altun e.a./Openbaar Ministerie) |
Tijdschrift | Arbeidsrechtelijke Annotaties, Aflevering 1 2019 |
Trefwoorden | Europese Unie, Detachering, Sociale zekerheid, A1-verklaringen, Fraude |
Auteurs | Prof. mr. H. Verschueren |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage annoteert het arrest Altun (C-359/16) van het Hof van Justitie van de Europese Unie over de betekenis van de A1-verklaringen bij de toepassing van de Europese socialezekerheidscoördinatie (Verordening 883/2004). Deze zaak ging over de controle die de ontvangstlidstaten kunnen uitoefenen op de correcte toepassing van de regels met betrekking tot de vaststelling van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving bij detachering binnen de EU. Dit artikel gaat op de eerste plaats dieper in op de voorwaarden met betrekking tot de toepassing van deze detacheringsregels en op de tot nog toe bestaande rechtspraak van het Hof van Justitie over de betekenis van de detacheringsverklaringen. Het licht dan verder toe hoe het Hof aan deze rechtspraak een nieuwe wending heeft gegeven door de rechter van de ontvangstlidstaat de mogelijkheid te geven om, indien fraude kan worden aangetoond, deze verklaringen naast zich neer te leggen en zijn eigen socialezekerheidswetgeving toe te passen. Het concludeert dat deze rechtspraak de mogelijkheden om fraude en sociale dumping tegen te gaan slechts in beperkte mate heeft uitgebreid. |
Artikel |
Faillissementsfraude: een queeste naar remedies voor gedupeerden in België |
Tijdschrift | Maandblad voor Ondernemingsrecht, Aflevering 1-2 2019 |
Trefwoorden | faillissementsfraude, bestuursaansprakelijkheid, schuldeiserscontrole, financieringsproblematiek |
Auteurs | Mr. R. Verheyden |
SamenvattingAuteursinformatie |
In faillissementen met een sterk maatschappelijk belang en/of waarbij er kennelijke aanwijzingen zijn van fraude moet het Openbaar Ministerie het onderzoek voeren in België. De curator heeft daarbij een ondersteunende rol, maar moet ook in andere gevallen door de rechter-commissaris gedwongen kunnen worden onderzoek te verrichten. Bij lege boedels moet de Staat de procedurekosten dragen. |
Jurisprudentie |
|
Tijdschrift | Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving, Aflevering 1 2019 |
Auteurs | Prof. mr. H.J.B. Sackers (red.), mr. A.A. Feenstra, prof. dr. R.C.P. Haentjens e.a. |
Samenvatting |
|