Deze bijdrage bespreekt de aard en reikwijdte van het internationaal gezondheidsrecht, een tak van het internationaal publiekrecht die nauw verweven is met het nationale gezondheidsrecht. De standaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie komen aan bod, evenals de relevante mensenrechtenbepalingen. De conclusie luidt dat het internationaal gezondheidsrecht een dynamisch veld is dat voor grote uitdagingen staat, waaronder het ontwikkelen van nieuwe standaarden in antwoord op de mondiale stijging van chronische ziektes en het ter verantwoording roepen van invloedrijke niet-statelijke actoren zoals de farmaceutische industrie en de tabaksindustrie. |
Artikel |
Schets van het internationaal gezondheidsrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2016 |
Trefwoorden | internationaal gezondheidsrecht, WHO-standaarden, gezondheid en mensenrechten |
Auteurs | Prof. mr. B.C.A. Toebes |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Wetenschappelijk onderzoek na overlijden: goed geregeld? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 8 2016 |
Trefwoorden | Wetenschappelijk onderzoek, Overlijden, Gegevens, Lichaamsmateriaal, Artikel 7:458 BW |
Auteurs | Mr. dr. M.C. Ploem en Prof. mr. J.C.J. Dute |
SamenvattingAuteursinformatie |
De regulering van het gebruik van gegevens en lichaamsmateriaal voor medisch-wetenschappelijk onderzoek nadat de patiënt is overleden, vertoont lacunes. Voor gegevens zijn de artikelen 7:457 eerste lid en 7:458 BW richtinggevend. Voor lichaamsmateriaal wordt een toegespitste regeling node gemist. Voor obductie en ontleding in het belang van de wetenschap zou de wet nadere voorwaarden moeten stellen. |
Artikel |
Het gebruik van patiëntgegevens in de nieuwe klachtenprocedure |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Trefwoorden | Klachtrecht, Wkkgz, patiëntgegevens, verdediging, art. 6 EVRM |
Auteurs | Mr. C.E. Philips-Santman |
SamenvattingAuteursinformatie |
De heersende opvatting dat voor het gebruik van patiëntgegevens in een klachtenprocedure uitdrukkelijke toestemming van een patiënt nodig is, moet in het kader van de inwerkingtreding van de Wkkgz worden heroverwogen. Twee belangrijke wijzigingen in het klachtrecht geven daarvoor aanleiding: (1) een zorgaanbieder is voor de interne behandeling van een klacht niet langer verplicht gebruik te maken van een onafhankelijke klachtencommissie en (2) een zorgaanbieder is verplicht zich aan te sluiten bij een geschilleninstantie die (in tweede instantie) bij wege van bindend advies over een klacht oordeelt. Als een zorgaanbieder zelf een oordeel velt over de gegrondheid van een klacht moet het gebruik van patiëntgegevens in dat kader ook zonder toestemming van de patiënt mogelijk zijn. De procedure bij een geschilleninstantie valt onder de reikwijdte van artikel 6 lid 1 EVRM. De daarmee samenhangende waarborgen zouden ook van toepassing moeten zijn op de afhandeling van een klacht in ‘eerste aanleg’. |
Boekbespreking |
J.H.H.M. Dorscheidt e.a. (red.), Rechtspraak Gezondheidsrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Auteurs | Prof. mr. J.C.J. Dute |
Auteursinformatie |
Artikel |
De juridische houdbaarheid van de doorleverplicht – een eerste verkenning |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Trefwoorden | doorleverplicht, zorginkoop, precontractuele fase, artikel 3:40 B beperkende werking redelijkheid en billijkheid |
Auteurs | Mr. B.A. van Schelven |
SamenvattingAuteursinformatie |
De juridische houdbaarheid van de doorleverplicht is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Een rechtsgrond die zich in absolute zin tegen de doorleverplicht verzet, dient zich niet direct aan. In de precontractuele fase zal een doorleverplicht vermoedelijk het snelst ontoelaatbaar worden geoordeeld indien de doorleverplicht in combinatie met een omzetplafond wordt opgelegd door een dominante zorgverzekeraar. In de nakomingsfase zal de doorleverplicht waarschijnlijk het snelst ontoelaatbaar worden geoordeeld indien de bedrijfsvoering van de zorgaanbieder in gevaar komt, de reden voor effectuering niet bij de zorgaanbieder ligt, de verzekerden voor dezelfde zorg terecht kunnen bij een andere zorgaanbieder en de prijs-kwaliteitverhouding te veel doorslaat naar prijs. |
Artikel |
De verzwaarde betwistplicht: gebrekkige verslaglegging en een rechtsvergelijkend perspectief |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Trefwoorden | verzwaarde betwistplicht, gebrekkige verslaglegging, rechtsvergelijking |
Auteurs | Mr. A. Beekhof |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een belangrijke factor die eraan bijdraagt dat medische schade weinig verhaald wordt, is dat de bewijslast bij de patiënt ligt, terwijl het bewijsmateriaal zich veelal bij de hulpverlener bevindt. In de Nederlandse rechtspraak is voor dit probleem een oplossing gevonden in de zogenoemde ‘verzwaarde stelplicht’ of ‘verzwaarde betwistplicht’. Een belangrijke vraag is wat in het kader van deze plicht rechtens is wanneer de medische verslaglegging gebrekkig is. De antwoorden op deze vraag geven aanleiding tot rechtsvergelijking: de bewijsrechtelijke positie van de patiënt heeft bij onze oosterburen in bepaalde situaties een meer afgewogen regeling gekregen. |
Artikel |
Wilsbekwaam maar te jong? Over euthanasie bij wilsbekwame kinderen jonger dan twaalf jaar |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 7 2016 |
Trefwoorden | Twaalfjaarsgrens euthanasie, leeftijdsgrenzen Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding, wilsbekwaamheid onder de twaalf, euthanasie minderjarigen |
Auteurs | Mr. O.A. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt naar aanleiding van de actuele discussie en de hierbij door de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) en de Minister van VWS ingenomen standpunten, de mogelijkheid tot het schrappen van leeftijdsgrenzen in de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl) besproken en becommentarieerd. Dit artikel spitst zich hierbij toe op de juridische positie van kinderen die jonger dan twaalf én wilsbekwaam zijn. Ingegaan wordt op voor- en nadelen van het schrappen van de leeftijdsgrenzen en de juridische mogelijkheden en moeilijkheden die zich bij een eventuele wijziging van de Wtl zullen voordoen. |
Artikel |
Een nieuwe Regeling beoordelingscommissie late zwangerschapsafbreking en levensbeëindiging bij pasgeborenenGoede inval of bedenkelijke manoeuvre? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | late zwangerschapsafbreking, levensbeëindiging pasgeborenen, beoordelingscommissie, meldingsprocedure |
Auteurs | Mr. dr. J.H.H.M. Dorscheidt |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de nieuwe Regeling inzake late zwangerschapsafbreking (LZA) en levensbeëindiging bij pasgeborenen (LP) besproken en becommentarieerd. Daarbij wordt vooral nagegaan in hoeverre deze nieuwe Regeling eerder gesignaleerde knelpunten in de LZA/LP-praktijk daadwerkelijk kan verhelpen en hoe de keuze om de nieuwe beoordelingscommissie overwegend medisch in te kleuren past bij het te waarborgen belang van maatschappelijke zorgvuldigheid. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak Wet marktordening gezondheidszorg |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Integrale tarieven, ontbinding, opzegging, Scheidsgerecht, beheersmodel |
Auteurs | Prof. mr. J.G. Sijmons |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek behandelt de rechtspraak op het gebied van de Wet marktordening gezondheidszorg (‘Wmg’), die van het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de bestuursrechter is verschenen in de periode vanaf 1 september 2014 tot en met 1 juli 2016. Eerst worden de procedurele aspecten behandeld, enkele algemene principes van de tariefregulering, geordend van algemeen naar specifiek. Vervolgens wordt nog aandacht besteed aan een enkele uitspraak over het optreden van de NZa als marktmeester. |
Column |
In geleerdheid gesmoordDe commissie-Schnabel over hulp bij zelfdoding aan mensen die hun leven voltooid achten |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 6 2016 |
Trefwoorden | Hulp bij zelfdoding, voltooid leven, Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding, commissie-Schnabel, pil van Drion |
Auteurs | Prof. mr. dr. D.P. Engberts |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het rapport van de commissie-Schnabel, ingesteld door de ministers van VWS en V&J, is het voorlopige eindpunt van de discussie die in 1991 door H. Drion werd gestart. Inzet: het faciliteren van mogelijkheden om op een zelf gekozen tijd het (eigen) leven waardig en vreedzaam te beëindigen door middel van regelgeving en middelen. Het rapport doet verslag van een uitgebreide consultatie, beschrijft het huidige juridische kader, inclusief de Europeesrechtelijke context, en geeft een overzicht van de situatie in enkele andere landen. Onder verwijzing naar een minder gebruikelijk autonomiebegrip luidt de conclusie: verruiming van de juridische mogelijkheden tot straffeloze hulp bij zelfdoding is niet aan te bevelen. |
Artikel |
Het tuchtrecht voor de beroepen in de individuele gezondheidszorg: de betekenis van de tweede tuchtnorm voor de ontvankelijkheid |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2016 |
Trefwoorden | tuchtrecht, ontvankelijkheid, Wet BIG, weerslagcriterium |
Auteurs | Mr. C.A. Bol en prof. mr. J.C.J. Dute |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt de reikwijdte van de tweede tuchtnorm van de Wet BIG in kaart gebracht. Daarbij wordt nagegaan of wijziging van de betreffende norm noodzakelijk c.q. wenselijk is. Geconstateerd wordt dat de tuchtrechter de afgelopen jaren geen consistente lijn heeft gevolgd bij de uitleg van de tweede tuchtnorm, hetgeen onwenselijk is. Aanbevolen wordt om de tuchtnorm(en) te wijzigen in een zogenoemde betamelijkheidsnorm en om in het kader van de ontvankelijkheid niet langer te toetsen aan de reikwijdte van de tuchtnorm(en). |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak Scheidsgerecht Gezondheidszorg en aanpalende geschillen |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 5 2016 |
Trefwoorden | Integrale tarieven, ontbinding, opzegging, Scheidsgerecht, beheersmodel |
Auteurs | Mr. T.A.M. van den Ende en Mr. F. Lijffijt |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek worden de belangrijkste uitspraken van het Scheidsgerecht Gezondheidszorg alsmede uitspraken van de civiele rechter in aanpalende geschillen, over de periode juni 2014 tot en met april 2016 behandeld. Het gaat dan om uitspraken in het kader van geschillen over de arbeidsovereenkomst dan wel de toelatingsovereenkomst van medisch specialisten, vernietigingsperikelen en tot slot procesrechtelijke aspecten. |
Artikel |
Uitspraken van de Governancecommissie Gezondheidszorg: de dans rond de stoel van de bestuurder |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2016 |
Trefwoorden | Raad van toezicht, belanghebbende, Zorgbrede Governancecode, stichtingen |
Auteurs | Mr. dr. A.G.H. Klaassen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de periode 2011-2015 heeft de Governancecommissie Gezondheidszorg zeven uitspraken gepubliceerd. Doel van deze bijdrage is een analyse te geven van deze uitspraken. Hieruit blijkt onder meer dat de Governancecommissie een beperkte rolopvatting hanteert. Zij definieert het begrip belanghebbende ruim. Het toetsingskader dat de Governancecommissie gebruikt bij het overnemen van de bestuurstaak door een lid van de raad van toezicht kan consistenter zijn. |
Praktijk |
Kroniek rechtspraak bestuursrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 4 2016 |
Auteurs | Mr. J.A.E. van der Jagt-Jobsen en Mr. M.A. de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Kroniek rechtspraak bestuursrecht bespreekt de jurisprudentie van 9 april 2014 tot en met 15 april 2016. De kroniek bevat een overzicht van de belangrijkste bestuursrechtelijke uitspraken op het gebied van de gezondheidszorg: algemeen bestuurs(proces)rechtelijke onderwerpen, uitspraken over de Wet BIG, diverse uitspraken op het terrein van handhaving, Wob-jurisprudentie, een uitspraak over de Wbp, jurisprudentie over de Geneesmiddelenwet, varia en de rapporten van de Nationale Ombudsman. |
Praktijk |
Kroniek wetgeving gezondheidsrecht 2015 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, Aflevering 3 2016 |
Trefwoorden | Kroniek, Wetgeving, Gezondheidsrecht, 2015 |
Auteurs | Mr.drs. J.J. Rijken en Mr. W.F. van der Wel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek beschrijft de ontwikkelingen op het gebied van wetgeving in het gezondheidsrecht in 2015. De parlementaire behandeling van de grote wetsvoorstellen over gedwongen zorg lijkt zo goed als tot stilstand gekomen. Op het gebied van kwaliteit zijn wel duidelijke vorderingen te melden: de Wkkgz trad in werking en een conceptwetsvoorstel over wijzigingen in de Wet BIG (beroepenregulering en tuchtrecht) zag het licht. De wetgevingsactiviteit ten aanzien van de marktordening lijkt onderhevig aan veranderlijke politieke windrichtingen: de NZa moet tegelijkertijd méér en minder bevoegdheden krijgen. |