Dit artikel bespreekt de grondslagen van het beginsel van openbaarheid en de beperkingen die daaraan kunnen en mogen worden gesteld. Hoewel openbaarheid van de procedure in de Grondwet en artikel 6 EVRM is voorgeschreven, is zij immers niet absoluut. Indien sprake is van een botsing met andere fundamentele rechten, zoals het recht op een privéleven, is maatwerk geboden. De auteurs bepleiten dat op enkele punten meer openheid van zaken gewenst is. |
Zoekresultaat: 6 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging x
Diversen |
Procesinnovatie: KEIgoede ideeën?Verslag van de najaarsvergadering 2013 van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2014 |
Auteurs | Mr. J.H. van Dam-Lely |
Auteursinformatie |
Artikel |
De openbaarheid van de civiele procedureMag het een onsje meer zijn? |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 3 2013 |
Trefwoorden | Openbaarheid, Achter gesloten deuren, inzage in vonnissen, inzage in processtukken, recht op privéleven |
Auteurs | Mr. R.R. Verkerk en Mr. R.A. Woutering |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Collectieve acties in het algemeen en de WCAM in het bijzonderVerslag van de voorjaarsvergadering van de Nederlandse Vereniging voor Procesrecht 2012 |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2013 |
Trefwoorden | WCAM, collectieve actie, art. 3:305a BW, nadeelcompensatie, motie Dijksma |
Auteurs | Mr. J.H. van Dam-Lely en Mr. A.N.L. de Hoogh |
SamenvattingAuteursinformatie |
Verslag van de voorjaarsvergadering 2012 van de Nederlandse Vereniging van Procesrecht over ‘Collectieve acties in het algemeen en de WCAM in het bijzonder’. In drie inleidingen wordt achtereenvolgens aandacht besteed aan (1) de toepassing van de WCAM vanuit het perspectief van de rol en de taak van de rechter, (2) knelpunten rond de oproeping en aankondiging als bedoeld in art. 1013 lid 5 en 1017 lid 3 Rv en de vraag of het verbod van art. 3:305a BW zou moeten worden afgeschaft (motie Dijksma), en (3) de afwikkeling van massaschade in het bestuursrecht, in het bijzonder door nadeelcompensatie. |
Titel |
Het Openbaar Ministerie in civiele zaken |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 04 2004 |
Trefwoorden | Openbaar ministerie, Beleidsregel, Burgerlijke rechtsvordering, Procespartij, College van procureurs-generaal, Strafbaar feit, Civiele procedure, Erfrecht, Handhaving, Intellectueel-eigendomsrecht |
Auteurs | Langemeijer, F.F. |
Jurisprudentie |
Rechterlijke macht |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 04 2003 |
Trefwoorden | Bestuurder, Bestuursrechter, Burgerlijk rechter, Rechtspraak, Gemeente, Aanwijzing, Gerechtsambtenaar, Rechterlijk ambtenaar, Wraking, Contentieuze rechtspraak |
Auteurs | Hofhuis, J.M.J. |
Jurisprudentie |
Insolventieprocesrecht (deel I) |
Tijdschrift | Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging, Aflevering 1 2009 |
Trefwoorden | schuldsaneringsregeling, voorontwerp Insolventiewet, WSNP-zaken |
Auteurs | Mevrouw mr. M.J. van der Aa |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze kroniek beslaat de periode van 1 januari 2007 tot en met 1 januari 2008 (deel 1). In TCR 2009, nr. 2 of 3 wordt de periode daarna behandeld. Ik besteed aandacht aan het voorontwerp voor een Insolventiewet, de wijziging van de Faillissementswet inzake de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen en de vernieuwde Richtlijnen van Recofa voor schuldsaneringsregelingen. Daarnaast komen de in voormelde periode gepubliceerde uitspraken van (voornamelijk) de Hoge Raad op het gebied van het insolventieprocesrecht aan de orde. Ook besteed ik aandacht aan het feit dat er met name tientallen WSNP-zaken (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) eindigen met een art. 81 Wet RO-beslissing (Wet op de rechterlijke organisatie). |