De geannoteerde twee arresten X/Nederlandse Staatssecretaris van Financiën 1xHvJ 13 september 2017, zaak C-569/15, X/ Staatssecretaris van Financiën, ECLI:EU:C:2017:673 en HvJ 13 september 2017, zaak C-570/15, X/Staatssecretaris van Financiën, ECLI:EU:C:2017:674. van 13 september 2017 illustreren de toenemende diversiteit binnen het grensoverschrijdend werkverkeer. Aan het Hof van Justitie werden prejudiciële vragen gesteld over de betekenis van ‘onbetaald verlof’ en ‘beperkte (thuis)werkzaamheden’ voor de uitleg van de bijzondere regel inzake het verrichten van werkzaamheden in twee of meer lidstaten (dat wil zeggen: samenloop) ter vaststelling van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving. Beide arresten nopen tot de vraagstelling of de huidige Europese socialezekerheidscoördinatie voldoende is toegesneden op hedendaagse flexibele arbeidsvormen waar mobilisering en digitalisering de overhand nemen. Noten
|
Zoekresultaat: 36 artikelen
De zoekresultaten worden gefilterd op:Tijdschrift Nederlands tijdschrift voor Europees recht x
Sociaal beleid |
Werkzaamheden in meerdere lidstaten voor de Europese socialezekerheidscoördinatie: nadere verduidelijkingen door het Hof van Justitie |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2018 |
Trefwoorden | Meerdere werkstaten, Toepasselijke socialezekerheidswetgeving, Plegen uit te oefenen, Onbetaald verlof, Geringe thuiswerkzaamheden |
Auteurs | Dr. H. Niesten |
SamenvattingAuteursinformatie |
Rechtsbescherming |
Kroniek Handvest van de Grondrechten van de Unie periode 2016-2017: actieve grondrechtenbescherming vanuit Luxemburg |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2018 |
Trefwoorden | Handvest van de Grondrechten, Effectieve rechtsbescherming, Verhouding EVRM |
Auteurs | Mr. A. Pahladsingh |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Handvest van de Grondrechten van de EU is sinds 1 december 2009 ruim zeven jaar juridisch bindend. Het heeft als doel grondrechtenbescherming te versterken door relevante rechten beter zichtbaar te maken. In deze kroniek wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen over 2016 en 2017, bezien vanuit het Hof van Justitie. Om een goed beeld te geven over de afgelopen twee jaar is gekozen voor een overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen per artikel uit het Handvest. |
Artikel |
Handhaving van de Algemene Verordening Gegevensbescherming vanuit Nederlands perspectief |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2017 |
Trefwoorden | gegevensbescherming, Algemene Verordening Gegevensbescherming, Autoriteit Persoonsgegevens, handhaving, boetes |
Auteurs | Mr. E. Oude Elferink en Mr. J.G. Reus |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Algemene Verordening Gegevensbescherming zal op 25 mei 2018 van toepassing worden. Ten aanzien van de handhaving van regels op het vlak van gegevensbescherming gaat dat grote veranderingen teweegbrengen. In dit artikel wordt een toekomstbeeld geschetst. |
Artikel |
Spanning tussen het evenredigheidsbeginsel en het gelijkheids- en transparantiebeginsel bij het uitsluiten van ondernemingen in het aanbestedingsrecht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3 2017 |
Trefwoorden | aanbestedingsrecht, uitsluiting, ‘level playing field’, ernstige beroepsfout, evenredigheid |
Auteurs | Mr. G. Bouwman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat het Connexxion Taxi Services-arrest centraal, waarin het Hof van Justitie in een afweging tussen beginselen voorrang geeft aan het gelijkheids- en transparantiebeginsel boven het evenredigheidsbeginsel bij het uitsluiten van een onderneming van een aanbestedingsprocedure. Het Hof van Justitie benadrukt daarmee het belang van het ‘level playing field’ in het aanbestedingsrecht. Tegelijkertijd gaat dit hier ten koste van het evenredigheidsbeginsel dat een belangrijke rol speelt in de afweging of een uitsluiting van een onderneming met het oog op de internemarktdoelstelling gerechtvaardigd is. Het is echter de vraag in hoeverre het Hof van Justitie tot dezelfde beslissing zou komen onder de nieuwe Aanbestedingsrichtlijn 2014/24/EU. |
Artikel |
Arrest Regiopost en sociale voorwaarden bij overheidsaanbestedingen |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5 2016 |
Trefwoorden | aanbestedingsrecht, cao, sociaal beleid, minimumloon |
Auteurs | Mr. M.J.J.M. Essers |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Europese Unie dient op grond van artikel 3 lid 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) sociale uitsluiting en discriminatie te bestrijden en sociale rechtvaardigheid en bescherming te bevorderen. Het Hof van Justitie oordeelde in de zaak Regiopost dat het stellen van een minimumlooneis ter bestrijding van ‘asociale ondernemers’ in aanbestedingsstukken mogelijk is, ongeacht of er een algemeen wettelijk minimumloon of een algemeen verbindende cao is. In dit artikel wordt mede aan de hand van dit arrest ingegaan op de beleidsruimte voor aanbestedende diensten bij het realiseren van sociale doelstellingen. |
Artikel |
Kroniek Europees burgerschap |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2016 |
Trefwoorden | Europees burgerschap, EU-burgerschap, Vrij verkeer van personen, non-discriminatie, kroniek |
Auteurs | Mr. dr. H. van Eijken |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze kroniek worden de belangrijkste ontwikkelingen in de Europese en nationale rechtspraak van de afgelopen jaren, met een focus op de afgelopen drie jaar, met betrekking tot het Europees burgerschap besproken. |
Artikel |
Een Amerikaanse dienstweigeraar in Europa |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2015 |
Trefwoorden | Definitierichtlijn, dienstweigering, vluchtelingendefinitie, asielrecht, Europees recht |
Auteurs | Mr. dr. M. den Heijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aan de orde is de vraag of een Amerikaanse dienstweigeraar recht op asiel in Duitsland heeft. Hij wenst niet deel te nemen aan oorlogsmisdrijven die volgens hem door Amerikaanse troepen in Irak worden gepleegd. De verwijzende rechter wil weten of de Duitse autoriteiten een oordeel moeten vellen over mogelijke Amerikaanse schendingen van het oorlogsrecht in Irak. Het Hof van Justitie antwoordt dat het Europese asielrecht (de Definitierichtlijn) inderdaad kan verplichten tot een dergelijk onderzoek. Maar het lijkt onwaarschijnlijk dat de Duitse rechter dat onderzoek moet verrichten, nu de dienstweigeraar eerdere mogelijkheden om uit het Amerikaanse leger te treden onbenut heeft gelaten. Bovendien is een voorwaarde voor asielverlening dat de Verenigde Staten niet effectief optreden tegen oorlogsmisdrijven. |
Artikel |
Tax rulings in Nederland: much ado about nothing of verboden staatssteun? Het onderzoek naar Starbucks juridisch geduid |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3 2015 |
Trefwoorden | Staatssteun, fiscaliteit, tax rulings, verrekenprijzen |
Auteurs | Mr. H. Buelens en Mr. P. Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 11 juni 2014 heeft de Europese Commissie een formeel onderzoek ingesteld naar de door de Nederlandse belastingdienst afgegeven tax ruling aan koffieketen Starbucks. De Commissie heeft ernstige twijfels omtrent de verenigbaarheid van wat werd overeengekomen in deze ruling met de Europese staatssteunregels. De uiteindelijke uitkomst van deze zaak is vanuit het oogpunt van tax planning van een niet te onderschatten belang. Zij zal namelijk iets kunnen zeggen over de beleidsmarge die de Commissie de belastingdienst laat wanneer zij in concrete situaties invulling geeft aan de beginselen voor transfer pricing, zoals neergelegd in de Nederlandse belastingwetgeving en de OESO-regels. |
Artikel |
De Richtlijn betreffende schadevergoedingsacties wegens inbreuken op de mededingingsregels |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2014 |
Trefwoorden | wetgeving, Richtlijn, civiele handhaving, mededingingsrecht |
Auteurs | Mr. Edmon Oude Elferink en Mr. Bram Braat |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 17 april 2014 heeft het Europees Parlement de Richtlijn betreffende bepaalde regels voor schadevorderingen volgens nationaal recht wegens inbreuken op de bepalingen van het mededingingsrecht van de lidstaten en van de Europese Unie aangenomen (Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 17 april 2014 over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende bepaalde regels voor schadevorderingen volgens nationaal recht wegens inbreuken op de bepalingen van het mededingingsrecht van de lidstaten en van de Europese Unie, A7-0089/2014). Deze richtlijn brengt met zich dat de lidstaten dienen te waarborgen dat het verhaal van schade in verband met schending van het kartelverbod en het verbod van misbruik van economische machtspositie wordt gefaciliteerd. In dit artikel wordt enerzijds een toelichting gegeven op de totstandkoming van de richtlijn en anderzijds besproken welke wetswijzigingen, if any, de Nederlandse wetgever dient door te voeren teneinde aan de verplichtingen uit hoofde van de richtlijn te voldoen. |
Artikel |
Een autonome en uniforme uitleg van opzet binnen de Europese Unie. Een commentaar bij HvJ EU 27 februari 2014, zaak C-396/12 |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2014 |
Trefwoorden | gemeenschappelijk landbouwbeleid, betekenis opzettelijke niet-naleving, toerekening van verwijtbaar gedrag aan derden |
Auteurs | Mr. dr. J.M. ten Voorde |
SamenvattingAuteursinformatie |
In zijn arrest van 27 februari 2014, zaak C-396/12, heeft het Hof van Justitie uitleg gegeven over de betekenis en de ondergrens van het bestanddeel ‘opzettelijke niet-naleving’ in Verordening 2005/1698/EG en aangegeven hoe toerekening van verwijtbaar gedrag door ondergeschikten in het kader van deze verordening dient plaats te vinden. In deze bijdrage worden de centrale overwegingen van het arrest geanalyseerd. |
Artikel |
Duurzaamheidsbelangen in het mededingingsrechtDe positie van ACM ten opzichte van het Hof van Justitie en de Europese Commissie |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9 2013 |
Trefwoorden | mededinging, duurzaamheid, doorwerking Europees recht, bevoegdheden ACM |
Auteurs | Dr. A. Gerbrandy |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met de aankondiging van ACM dat zij in haar mededingingsbeoordeling van samenwerkingsverbanden tussen ondernemingen duurzaamheidsbelangen als relevant in aanmerking neemt, neemt ACM stelling in de discussie over de relatie tussen mededingingsrecht en duurzaamheid. De vraag of ACM eigenstandig beleid kan voeren betreft de verhouding ACM - Europese Commissie - Hof van Justitie. De ruimte die ACM in deze verhouding heeft, is het onderwerp van dit artikel. |
Artikel |
De titanenstrijd tussen Apple en SamsungUitleg van de FRAND-verplichtingen bij de rechter en in het onderzoek van de Europese Commissie naar Samsung |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 10 2012 |
Trefwoorden | Apple, Samsung, FRAND, licenties, octrooi en standaardisering |
Auteurs | Mr. drs. D.P. Kuipers en mr. J.I. Kohlen |
SamenvattingAuteursinformatie |
De gemoederen in de elektronicasector worden de laatste tijd aardig bezig gehouden door het juridische gevecht tussen Samsung en Apple in een flink aantal landen. In dit artikel geven wij vanuit mededingingsrechtelijk perspectief een beschouwing van de procedures die Apple en Samsung in Nederland voeren. Daarbij zoomen wij in op de FRAND1x De term FRAND staat voor ‘Fair Reasonable And Non-Discriminatory’ en slaat op de licentievoorwaarden die door een dominante octrooihouder of octrooipool alsmede door een octrooihouder die beschikt over octrooien die essentieel zijn voor toepassing van een technologische standaard zouden moeten worden gehanteerd. - aspecten van die zaak waarbij met name interessant is te constateren dat deze zowel in civielrechtelijke octrooiprocedures aan de orde komen als in het onderzoek dat de Europese Commissie is gestart. Wij concluderen dat het voor de eenduidigheid van de rechtspraak goed zou zijn als de Europese Commissie snel duidelijkheid schept in de FRAND-discussie en aangeeft op welke wijze deze ingrijpt op het mededingingsrecht, in het bijzonder artikel 102 VWEU. Noten
|
Artikel |
Is het een overheid? Is het een onderneming? Nee, het is een particuliere marktinvesteerder! |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8/9 2012 |
Trefwoorden | steunmaatregel, belastingvrijstelling, particuliere marktinvesteerder, overheidsprerogatieven, voordeel, staatsmiddelen |
Auteurs | Mr. drs. N. Saanen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Kan een overheid als particuliere marktinvesteerder handelen indien het steunbedrag voortkomt uit het gebruik van overheidsprerogatieven, zoals het afzien van een belastingvordering? In de arresten EDF wordt een scherpere scheiding aangebracht tussen de beoordeling van het element ‘staatsmiddelen’ en de beoordeling van het element ‘voordeel’ in de omschrijving van steunmaatregel in artikel 107 lid 1 VWEU. Het criterium van de particuliere marktinvesteerder speelt slechts een rol bij de beoordeling of er sprake is van een voordeel en niet bij de vraag of sprake is van een bekostiging met staatsmiddelen. |
Artikel |
Verbod op winstuitkering door aanbieders van medisch-specialistische zorg op gespannen voet met Europees recht |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 6 2012 |
Trefwoorden | winstoogmerk, winstuitkering, ziekenhuizen, gezondheidszorg, vrijheid van vestiging |
Auteurs | Mr. dr. E. Plomp |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 9 februari 2012 is bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend, waarmee beoogd wordt winstuitkering door aanbieders van medisch-specialistische zorg (i.e., ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra (ZBC’s)) mogelijk te maken.1x Voorstel tot wijziging van de Wet cliëntenrechten zorg (Wcz) en enkele andere wetten om het mogelijk te maken dat aanbieders van medisch-specialistische zorg, mits zij aan een aantal voorwaarden voldoen, winst uitkeren, Kamerstukken II 2011/12, 33 168, nr. 2. Hoewel het wetsvoorstel door de val van het kabinet-Rutte inmiddels controversieel is verklaard,2x Zie Kamerstukken II 2011/12, 33 285, nr. 5, p. 8. verdient het nadere aandacht. In dit artikel zal worden betoogd dat een van de argumenten waarom winstuitkering door ziekenhuizen en ZBC’s zou moeten worden toegestaan is, dat het winstverbod voor deze instellingen in de Wet toelating zorginstellingen (WTZi) en het voorstel voor de Wet cliëntenrechten zorg (Wcz) op gespannen voet staat met het Europees recht. Noten
|
Artikel |
Aansprakelijkheid moeder en recidiveRechter eist zorgvuldigheid bij toepassen mededingingsrechtelijk ondernemingsbegrip |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1 2012 |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, recidive, motiveringsbeginsel, ondernemingsbegrip, Akzo presumptie |
Auteurs | Mr. P. van den Berg en Mr. A. Pliego Selie |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Jurisprudentie |
Het arrest VicoplusBij grensoverschrijdende uitzendarbeid is zowel het vrij verkeer van werknemers als het vrij verkeer van diensten van toepassing |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8 2011 |
Trefwoorden | vrij verrichten van diensten, richtlijn 96/71/EG, vrij verkeer van werknemers, toetredingsakte van 2003, overgangsmaatregelen |
Auteurs | Prof. mr. M.S. Houwerzijl |
SamenvattingAuteursinformatie |
Poolse werknemers konden tot 1 mei 2007 in Nederland geen rechten tot verplaatsing ontlenen aan het vrij verkeer van werknemers. Maar niet alle werknemersmobiliteit vanuit Polen was onvrij. Detachering van werknemers om een dienst te verrichten in een andere lidstaat maakt deel uit van het vrij verkeer van diensten en leek dus wel onbelemmerd mogelijk. Nederland paste zijn overgangsregime echter ook toe op gedetacheerde Poolse uitzendkrachten. De vraag was of dit in strijd is met het vrij verkeer van diensten. In zijn arrest Vicoplus bepaalt het Hof van Justitie dat de Nederlandse regeling door de Europese beugel kan. Hiermee is aan de omzeiling van het overgangsregime door detacheringconstructies een halt toegeroepen. |
Artikel |
Biertje? Het Gerecht verlaagt de boetes in het Nederlands bierkartel |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 8 2011 |
Trefwoorden | kartel, bier, gelijkheidsbeginsel, redelijke termijn, clementie |
Auteurs | Mr. S.J.H. Evans |
SamenvattingAuteursinformatie |
|
Artikel |
Waarom het transparantiebeginsel maar niet transparant wil worden |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7 2011 |
Trefwoorden | transparantiebeginsel, aanbestedingsrecht, rechtszekerheid, vrij verkeer |
Auteurs | Mr. A.W.G.J. Buijze |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Europese transparantiebeginsel breidt zich uit als een olievlek over de zee van het Europese recht. Nu meer en meer rechtsgebieden onder de reikwijdte van het transparantiebeginsel vallen, wordt het steeds moeilijker het belang van het beginsel voor het Nederlandse recht te ontkennen. Toch blijft het moeilijk te preciseren wat het transparantiebeginsel precies vereist. In dit artikel wordt betoogd dat de sleutel ligt in het instrumentele karakter van het transparantiebeginsel: steeds is een mate van transparantie vereist die zo goed mogelijk bijdraagt aan het realiseren van de doelen die in een bepaalde context bij transparantie zijn gediend. |
Jurisprudentie |
De Vogelaarheffing |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 2 2011 |
Trefwoorden | Vogelaarheffing, steunmaatregel, bijzonder projectsteun, staatsteun |
Auteurs | Mr. drs. N. Saanen |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Rechtbank Utrecht haalde op 26 november 2010 een streep door de Vogelaarheffing. Deze heffing was destijds ingesteld om de investeringen in de 40 krachtwijken mede te financieren. Een van de argumenten die de woningcorporaties gebruikten om tegen de heffing op te komen, was het argument dat de heffing een integrerend onderdeel uitmaakte van de steunmaatregel (bijzondere projectsteun) en dat deze steunmaatregel ten onrechte niet was gemeld bij de Europese Commissie. Daardoor zou de steunmaatregel, inclusief de heffing, onrechtmatig zijn. Dat argument trof doel. Dit artikel verkent hoe solide de argumentatie van de rechtbank is. |
Jurisprudentie |
Het Nederlandse hoofdstuk in de Europese goksaga |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9 2010 |
Trefwoorden | kansspelen, gokken op internet, Wet op de kansspelen, Ladbrokes, Betfair. |
Auteurs | Mr. J.C.M. van der Beek |
SamenvattingAuteursinformatie |
In twee recente arresten heeft het Hof van Justitie vragen beantwoord die betrekking hebben op het Nederlandse éénvergunningenstelsel voor kansspelen en op de wijze waarop de vergunningen worden gegeven en verlengd in overeenstemming is met het Europese recht, met name het vrij verrichten van diensten. Het Hof van Justitie meent dat de Nederlandse regelgeving die zowel tot doel heeft om gokverslaving te beteugelen als om fraude tegen te gaan consistent kan zijn, ook al heeft de vergunninghouder het recht om reclame te maken en de activiteiten uit te breiden. Het Hof van Justitie bevestigt dat het beginsel van wederzijdse erkenning van vergunningen binnen de EU niet geldt voor kansspelen. |