Met de publicatie van de Leidraad tariefafspraken zzp’ers beoogt de Autoriteit Consument & Markt (ACM) duidelijkheid te scheppen over de verenigbaarheid van zulke afspraken met het mededingingsrecht. Aangezien zzp’ers in de regel worden gezien als onderneming, vallen onderlinge afspraken over prijzen in beginsel onder het kartelverbod. De ACM signaleert de zorg dat zzp’ers door concurrentie onder het bestaansminimum uitkomen. Zij heeft in de Leidraad drie volgens haar toepasselijke uitzonderingen op het kartelverbod geformuleerd. Daarnaast kondigt de ACM aan het kartelverbod niet te zullen handhaven ten aanzien van afspraken die het door het kabinet beoogde minimumloon voor zzp’ers van 16 euro per uur vastleggen. Of dit minimumloon er komt en wat het voor deze toezegging betekent als dit niet het geval is, zal moeten blijken. |
Mededinging |
De ACM leidraad tariefafspraken zzp’ers: de ACM vs. Europees kartelverbod? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2020 |
Trefwoorden | ACM, Kartelverbod, zzp’ers, Tariefafspraken, Leidraad |
Auteurs | Mr. S. van der Heul |
SamenvattingAuteursinformatie |
Rechtsbescherming |
Prejudiciële vragen over de geldigheid van EU-handelingen en effectieve rechtsbescherming: Eurobolt-arrest |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2020 |
Trefwoorden | prejudiciële procedure, geldigheid van EU-recht, nationale rechters, loyale samenwerking |
Auteurs | Dr. U. Jaremba MA LLM |
SamenvattingAuteursinformatie |
In juli 2019 heeft het Hof van Justitie uitspraak gedaan in de zaak Eurobolt BV. Het verzoek om een prejudiciële beslissing is ingediend door de Hoge Raad in een nationale procedure die door Eurobolt is aangespannen in reactie op de heffing van antidumpingrechten. Dit arrest van het Hof van Justitie is zeer relevant voor het stelsel van rechtsbescherming in de EU in het kader van rechterlijke toetsing van geldigheid van EU-recht. De kernvraag in deze zaak is of een nationale rechter informatie van EU-instellingen kan opvragen om de mogelijke ongeldigheid van een EU-handeling nader te onderzoeken. In deze bijdrage worden de uitspraak van het Hof van Justitie en de gevolgen daarvan voor het functioneren van nationale rechters geëvalueerd in de context van het EU-recht en met name de prejudiciële procedure. |
Covid-19 |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2020 |
Trefwoorden | corona, covid-19, interne markt, volksgezondheid, mededinging |
Auteurs | Mr. drs. H.A.G. Temmink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds het uitbreken van de covid-19-crisis heeft de Europese Unie zich schrap gezet om de gevolgen van de pandemie te beteugelen. Deze bijdrage geeft een overzicht van de initiatieven die tot dusverre zijn genomen. In eerste instantie betreft het maatregelen om de directe gevolgen voor de volksgezondheid te bestrijden en de integriteit van de interne markt te waarborgen. Ondertussen wordt ook aan herstelmaatregelen gewerkt voor het weer aan de gang krijgen van de economie. Wat zijn de gevolgen van corona voor de interne markt en de toekomst van de Unie? |