Hoe lang moet een Unieburger wiens verblijfsrecht door zijn gastlidstaat is beëindigd op grond van artikel 15 lid 1 Verblijfsrichtlijn, buiten het grondgebied van die lidstaat verblijven voordat hij weer een verblijfsrecht aan het Unierecht ontleent? Het Hof van Justitie introduceert in het FS-arrest het begrip ‘daadwerkelijk en effectief beëindigen van het verblijfsrecht’ als voorwaarde om een nieuw verblijfsrecht in de verwijderende lidstaat te verkrijgen en geeft een niet-limitatieve opsomming van omstandigheden om vast te stellen of het verblijfsrecht ‘daadwerkelijk en effectief’ is beëindigd. Zal dit criterium het beoogde evenwicht tussen de belangen van Unieburgers en lidstaten waarborgen? HvJ 22 juni 2021, zaak C-719/19, ECLI:EU:C:2021:586 (FS/Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid); Rb. Den Haag (zittingsplaats ’s-Hertogenbosch) 16 augustus 2021, ECLI:NL:RBOBR:2021:4374. |
Vrij verkeer |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9-10 2021 |
Trefwoorden | Unieburger, verblijfsbeëindiging, andere gronden dan openbare orde, nieuw verblijfsrecht |
Auteurs | Mr. dr. H. Oosterom-Staples |
SamenvattingAuteursinformatie |
Volksgezondheid |
HERA, de nieuwe EU-autoriteit voor de levering van schaarse medische producten ten tijde van gezondheidscrises |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 9-10 2021 |
Trefwoorden | COVID-19, Europese Commissie, interne markt, noodrecht, volksgezondheid |
Auteurs | Mr. L. van Kreij en Prof. mr. S.A. de Vries |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recentelijk kondigde de Europese Commissie de oprichting van HERA aan, een Health Emergency Preparedness and Response Authority voor de Europese Unie. Het gaat om een autoriteit die zal werken aan de leveringszekerheid van (medische) producten die voorhanden moeten zijn tijdens een gezondheidscrisis op EU-niveau. HERA opereert daarmee op het snijvlak van het Europese noodrecht, het gezondheidsrecht en het internemarktrecht. Welke nieuwe bevoegdheden kent de Uniewetgever aan HERA toe? En wat zijn de implicaties voor private actoren en de Nederlandse overheid? |
Consumenten |
De Richtlijn representatieve vorderingenGame changer voor het Nederlandse afwikkelingssysteem van massaclaims? |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2021 |
Trefwoorden | massaclaims, claimorganisatie, Richtlijn representatieve vorderingen (RVV), WAMCA, toezichthouder |
Auteurs | Mr. dr. B. van Hattum |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 24 november 2020 is de Richtlijn representatieve vorderingen (RVV) door de Europese Commissie aangenomen en gepubliceerd. De RVV verplicht alle lidstaten om een afwikkelingssysteem van massaclaims aangaande consumentenbelangen te ontwikkelen en in wetgeving te verankeren. Het systeem dient te voorzien in een collectieve actie voor het stoppen of herstellen van een inbreuk op consumentenrechten. Ook moet het systeem voorzien in de mogelijkheid om in collectieve vorm schadevergoeding te kunnen vorderen. Nederland kent al een afwikkelingssysteem voor massaclaims. Dit systeem is sinds de jaren negentig zorgvuldig ontwikkeld op inhoudelijk en strategisch front. In deze bijdrage wordt bekeken hoe de Nederlandse wetgever de kracht van het door hem ontwikkelde afwikkelingssysteem voor massaclaims kan waarborgen in het licht van de inhoud van de RVV. |
Sociaal beleid |
Coördinatie van sociale zekerheid en ‘forumshopping’ |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 7-8 2021 |
Trefwoorden | coördinatie sociale zekerheid, aanwijsregels, detachering, forumshopping, uitzendbureaus |
Auteurs | Prof. mr. A.P. van der Mei |
SamenvattingAuteursinformatie |
De centrale vraag in de in deze bijdrage te bespreken arresten is of, en zo ja, onder welke voorwaarden, ondernemingen gebruik kunnen maken van hun recht op verkeer om profijt te trekken uit verschillen in de socialezekerheidsbijdragen die zij voor hun werknemers moeten betalen. De arresten laten zien dat het Hof van Justitie bijzonder huiverig is voor ‘forumshopping’. De in artikel 12 en 13 Verordening (EG) nr. 883/2004 inzake de coördinatie van sociale zekerheid opgenomen aanwijsregels dienen strikt en op een ‘werknemersvriendelijke’ wijze te worden uitgelegd. |
Vrij verkeer |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 5-6 2021 |
Trefwoorden | Dienstenrichtlijn, Vakantieverhuur, regulering B&B’s, woningtekort, Vrijheid van vestiging |
Auteurs | Mr. dr. M.R. Botman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt aan de hand van het arrest Cali Apartments onderzocht welke ruimte de Europese Dienstenrichtlijn laat om toeristische verhuur van woonruimte te reguleren. In dit licht wordt tevens de Wet toeristische verhuur besproken. |
Vrij verkeer |
Commissie en Hof van Justitie op de bres voor een open samenlevingArresten Commissie tegen Hongarije |
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 3-4 2021 |
Trefwoorden | dienstverlening, GATS, grondrechten, kapitaalverkeer, vestiging |
Auteurs | Mr. T.P.J.N. van Rijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het kader van door de Commissie aangespannen inbreukprocedures tegen Hongarije heeft het Hof van Justitie opmerkelijke arresten gewezen. Wetten die enerzijds financiële steun uit het buitenland aan maatschappelijke organisaties (ngo’s) en anderzijds de vestiging en dienstverlening door buitenlandse hogeronderwijsinstellingen in Hongarije aan aanzienlijke beperkingen onderwierpen, werden aan een kritisch onderzoek onderworpen. Het Hof van Justitie concludeerde dat ze in strijd waren niet alleen met artikel 63 VWEU, artikel 49 VWEU en artikel 16 Dienstenrichtlijn, maar ook met bepalingen in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie over het recht op vereniging, het recht op bescherming van het privéleven en van persoonsgegevens, de eerbiediging van de academische vrijheid, het recht op onderwijs en de vrijheid van ondernemerschap. In een van de arresten werd eveneens strijd met bepalingen van de GATS aangenomen. Beide procedures houden nauw verband met elkaar: zij beoogden beide een open samenleving in Hongarije te beschermen. |
Digitale markten |
|
Tijdschrift | Nederlands tijdschrift voor Europees recht, Aflevering 1-2 2021 |
Trefwoorden | Digital Services Act, Wet inzake digitale diensten, Richtlijn elektronische handel, onlinediensten, illegale inhoud |
Auteurs | Mr. dr. F. Wilman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt het recente voorstel voor de Digital Services Act besproken. De voorgestelde verordening is bedoeld om de digitale interne markt te versterken en, meer specifiek, de activiteiten van aanbieders van onlinediensten die draaien om de doorgifte, opslag en publieke verspreiding van informatie van hun gebruikers – zoals videoplatforms, onlinemarktplaatsen, sociale media en internetaanbieders – beter te reguleren. Het gaat onder meer om hun activiteiten ter bestrijding van illegale inhoud en desinformatie, hun aansprakelijkheid en hun verantwoordelijkheden jegens de gebruikers. We zullen zien dat het DSA-voorstel in verschillende opzichten ambitieus en vernieuwend is, terwijl het op andere punten eerder nuttig-maar-voorspelbaar en behoudend kan worden genoemd. Na een inleiding worden de voorgestelde verplichtingen voor de verschillende onlinedienstverleners achtereenvolgens besproken, gevolgd door enkele algemene opmerkingen. |